Verslag plenaire vergadering
Actuele vraag over de eindhalte voor de Spartacuslijn 1 Hasselt-Maastricht
Verslag
Mevrouw Christiaens heeft het woord.
Voorzitter, minister, geachte leden, ik had zelf eigenlijk niet gedacht dat ik op een paar maanden tijd al voor de tweede keer hier in de plenaire vergadering een actuele vraag zou moeten stellen over Spartacus. Nog maar een jaar geleden was er immers eindelijk goed nieuws over het hele Spartacusplan.
De kaderovereenkomst tussen Vlaanderen en Nederland werd ondertekend, en iedereen dacht dat de tram vertrokken was. Lijn 1 van het hele Spartacusplan zou operationeel zijn in 2018. Dat goede vooruitzicht was blijkbaar van korte duur: u en wij allemaal werden van in november 2014 geconfronteerd met signalen vanuit Nederland. Men had nieuwe studies laten verrichten. Het voorziene tracé over de Wilhelminabrug kon niet worden gevolgd, omdat dit technisch niet mogelijk zou zijn en bijgevolg budgettair dus ook te zwaar zou zijn. Nederland had dat niet voorzien. Wij waren daar allemaal verbaasd over: vanwaar komt nu zo’n reactie, nauwelijks enkele maanden na het ondertekenen van een overeenkomst?
Minister, u hebt zowel hier als in de commissie heel goed gereageerd: pacta sunt servanda, die overeenkomst moet en zal worden uitgevoerd. U hebt dan met de Nederlanders aan tafel gezeten en hen zes maanden de tijd gegeven om tot een oplossing te komen. Nu vernemen we via de pers dat er al tussenoplossingen worden geformuleerd. Alleszins wachten ze niet tot de zomer om een beslissing te nemen. We lezen dat de gemeenteraad en de provincieraad van Nederlands Limburg hebben beslist dat het tracé tot aan het station niet haalbaar is, en dat ze twee andere haltes gaan onderzoeken, haltes die, voor alle duidelijkheid, niet voldoen aan de samenwerkingsovereenkomst.
Gisteren viel er een nieuwe beslissing. Een meerderheid zou toch voorstellen om nog een extra traject te onderzoeken. Momenteel komen er dus vanuit Nederland drie alternatieve routes als voorstel. Bent u daarbij betrokken en wat is uw houding daartegenover?
De heer Keulen heeft het woord.
Voorzitter, minister, collega’s, dit is inderdaad de volgende episode in de saga van de sneltramverbinding Hasselt-Maastricht. Vorige week woensdagavond hebben we de review gehad in het stadhuis van Maastricht. Nu zeggen de Nederlanders, en dat is helemaal voor hun rekening, dat de infrastructuurkosten op het Nederlandse grondgebied tot 40 miljoen euro hoger zouden liggen dan aanvankelijk geraamd, en dat de exploitatiekosten mogelijkerwijze zouden verdrievoudigen.
Minister, specialisten aan Vlaamse kant die ik daarover heb gecontacteerd, vragen zich af waarom ze niet 140 miljoen euro of 1 miljard euro hebben gezegd. Het is niet onderbouwd. Dat zijn eigenlijk getallen op basis van hoofdlijnen, zonder detailberekeningen.
Ondertussen lezen we vandaag in de krant dat men nu bezig is met een nieuw alternatief. Mevrouw Christiaens heeft er al naar verwezen. De titel in Het Belang van Limburg luidt: “Politiek Maastricht wil onderzoek naar tramlijn over spoorbrug”. We zitten nu in een impasse.
Zijn er ondertussen, laten we zeggen de jongste dagen, nog contacten geweest van Vlaanderen richting Nederland, of van Maastricht en Nederlands-Limburg, dus zowel de stad als het provinciebestuur, richting Vlaanderen? Dan bedoel ik met De Lijn, met uw kabinet, met het Agentschap Wegen en Verkeer (AWV) of met alle drie.
Minister Weyts heeft het woord.
Ik heb de afgelopen dagen eigenlijk niet zoveel nieuws gehoord. U moet weten, zoals ook mevrouw Christiaens heeft uitgelegd, dat eind november, begin december de mededeling van Nederland is gekomen dat er de facto een eenzijdige opzegging was van, of op zijn minst twijfel over, het tracé zoals dat was overeengekomen. Ik heb hen vervolgens zelf moeten uitnodigen op mijn kabinet. Daar heb ik de budgettaire en technische twijfels gehoord. Ze stelden dat het maar mogelijk was om met de tram tot aan ofwel Mosae Forum ofwel de Boschstraat te geraken. Wel, dat heb ik ook vandaag nog gehoord.
Onze reactie is betrekkelijk eenvoudig. Wij vragen aan de Nederlanders welke keuze zij nu willen maken met betrekking tot het tracé en welk budget ze daartegenover plaatsen, zodat ook wij kunnen inschatten wat de maatschappelijke kosten daarvan zijn en wat de baten ervan zijn, zodat we dus kunnen afwegen, als we daarin zouden meegaan, wat dat ons kost en wat dat ons maatschappelijk zou opleveren.
En vandaag heb ik die vraag herhaald. Er zijn recent wel wat informele contacten geweest waarbij ons niet meer is meegedeeld dat wat er publiek is aangekondigd. Ik vraag heel duidelijk om een keuze te maken en daar een budget tegenover te plaatsen. Wij houden woord, maar wij zijn ook bereid om te praten. Nederland zet ons met de rug tegen de muur, maar gelukkig hebben wij een contract, een kaderovereenkomst in de hand. Wij staan dan ook redelijk stevig in onze schoenen.
Mevrouw Christiaens heeft het woord.
Minister, het is inderdaad belangrijk dat wij niet alleen afwachten. U hebt Nederland een deadline gegeven en zij komen nu met verschillende alternatieven waarvan er twee de overeenkomst schenden, tenzij het over tijdelijke tussenhaltes zou gaan. We moeten niet alleen afwachten, al dan niet met de rug tegen de muur, we moeten ook onderhandelen. En we rekenen op u om die verdere onderhandelingen op te starten. U moet niet wachten tot zij over een aantal maanden een keuze hebben gemaakt voor de onderhandelingen opnieuw worden opgestart. Los van de kaderovereenkomst tussen Vlaanderen en Nederland zijn er ook nog heel wat samenwerkingsovereenkomsten die de betrokken gemeenten hebben afgesloten. Pacta sunt servanda. Dat geldt toch ook voor de samenwerkingsovereenkomsten die de gemeenten met Vlaanderen, met De Lijn, met AWV en met Infrabel hebben gesloten. De gemeente Diepenbeek heeft negen overwegen en daar is recent nog een zwaar ongeval gebeurd. Het is dan ook heel belangrijk dat de gemeenten ook worden uitgenodigd.
De heer Keulen heeft het woord.
Minister, het is belangrijk dat u de draad opneemt. We hebben de contracten van 2011 en 2014, maar we vragen wel verduidelijking bij die berekeningen. Hoe komen zij nu aan die bedragen? Ik krijg de stellige indruk dat die vooral moeten dienen als opwarming zodat zij kunnen zeggen dat men hen niet zo zwaar op kosten kan jagen en dat zij er dus uittrekken. Hoe komen zij aan die berekeningen en wat is eigenlijk de onderbouwing daarvan?
Het contract is gesloten van het station van Hasselt naar het station van Maastricht, maar een tijdelijke oplossing met een eindhalte voor de brug en een verlenging richting station Maastricht binnen afzienbare tijd moet in het achterhoofd worden gehouden. Dit is een soort tussenoplossing om dit dossier gaande te houden en om ervoor te zorgen dat een belangrijk deel van ons regeerakkoord en van het Strategisch Actieplan Limburg in het Kwadraat (SALK) in de praktijk wordt gerealiseerd.
De heer Danen heeft het woord.
Minister, dit is een dossier dat al meermaals in de plenaire vergadering is besproken en nog vaak zal terugkeren. U hebt de reputatie een kuitenbijter te zijn. Ik wil u oproepen om dat ook in dit dossier te zijn en niet af te laten. Eind november gaf u aan met Nederland te zullen overleggen. Dat overleg heeft plaatsgevonden. Wanneer zal het volgende plaatsvinden? Ik adviseer u hierin een proactieve houding aan te nemen.
De heer Janssens heeft het woord.
Minister, ik heb de indruk dat de Nederlanders met uw voeten aan het rammelen zijn en erger nog, met die van de Vlaamse belastingbetaler. Zij zoeken een manier om er onderuit te geraken. Ik heb dan ook één kort verzoek voor u: ga in op hun wens en hun verzoek en stop na tien jaar met die lijdensweg van die sneltramlijn tussen Hasselt en Maastricht. In een ver verleden heeft uw eigen partij, de N-VA, ook gevraagd om daarmee te stoppen omdat die sneltramlijn nergens goed voor is. Stop dus met die lijdensweg en investeer het belastinggeld in de echte mobiliteitsproblemen van Limburg, in de noord-zuidverbinding en in de ontsluiting van het noorden van onze provincie.
We moeten goed beseffen dat dit een project is voor Vlaanderen met een investering van 217 miljoen euro. Dat is een gigantisch bedrag. Oorspronkelijk was het de bedoeling enkel een verbinding te maken tussen de universiteiten.
Uiteindelijk is beslist dat we van station tot station gaan. Uiteindelijk dreigt het erop uit te lopen dat we de winkelstraat van Hasselt gaan verbinden met de winkelstraat van Maastricht. Dat is iets wat absoluut niet mag gebeuren. Minister, u hebt gezegd dat de kosten en baten moeten worden onderzocht, ook als Nederland komt met gewijzigde alternatieve tracés. Dat is zeer belangrijk want in het verleden is al gebleken dat het tracé voor Spartacus licht negatief was. Als we nu de stations niet gaan verbinden, als er geen knooppunten zullen zijn, dan vrees ik dat die kosten en baten nog negatiever zullen zijn. Het is absoluut belangrijk dat dit goed wordt onderzocht en dat er dan terdege wordt opgetreden.
De heer Beenders heeft het woord.
Spartacus is alleszins een totaalproject dat heel Limburg het openbaarvervoeraanbod geeft waar het recht op heeft. Het wordt hoog tijd dat dat wordt gerealiseerd.
Naast Nederland is er ook nog altijd een probleem in Bilzen. Minister, ik denk dat u de nodige stappen moet zetten om uw partijgenote Frieda Brepoels te overtuigen om de nodige overeenkomsten te tekenen zodat alle problemen voor lijn 1 van de baan zijn. Misschien kan minister-president Bourgeois contact opnemen met de Nederlandse premier Rutte om dit dossier, dat toch wel een groot belang heeft, te bespreken en uit te klaren.
Daarnaast hopen we ten zeerste dat de problemen met lijn 1 er niet voor zullen zorgen dat lijn 2 en lijn 3 vertraagd zullen worden. Uiteindelijk is het belangrijk dat zowel lijn1, lijn 2 als lijn 3 gerealiseerd worden. Wat ons betreft mag dat sneller gebeuren. Als u er in Antwerpen een paar miljard euro naast mag zitten bij de Oosterweelverbinding, dan kan voor Limburg die paar honderd miljoen euro geen verschil maken. (Applaus bij sp.a)
Wij hebben een duidelijk contract, een duidelijke overeenkomst, waarin een duidelijk tracé staat uitgewerkt van station Hasselt naar station Maastricht. Dat is zo klaar als een klontje. Dat wordt geduid in het contract als een van de topeisen, zelfs de eerste topeis wat de scope van het contract betreft. We moeten de zaken niet omdraaien. Wij moeten niet in de eerste plaats nerveus zijn want wij hebben een contract. Wij hebben een overeenkomst.
Er zijn er die die overeenkomst willen wijzigen, die daarvoor in december al zes maanden gevraagd hebben om een keuze te maken inzake het tracé en het budget dat ze daartegenover zullen plaatsen, en te zorgen voor een onderbouwing van het tracé en de keuzes die ze maken. Ik wil de rollen niet omdraaien. Wij hebben een contract. Zij willen dat blijkbaar wijzigen. Dan moeten zij zeggen, hoe, wat, tegen welke prijs en tegen welke vergoeding ze dat willen. Ik denk dat wij stevig in onze schoenen staan. Ik wil de posities in dezen absoluut niet omdraaien.
Minister, dank u wel voor uw zeer duidelijke woorden. Het is essentieel dat Spartacuslijn 1 een onderdeel is van het hele Spartacusplan, het hele knooppuntenproject voor ontsluiting van en verbinding in Limburg. Het staat buiten kijf dat in de overeenkomst duidelijk is opgenomen dat de eindhalte station Maastricht is. Maar wij, de betrokken gemeenten en zeker ook heel Limburg, rekenen op u om samen met de Nederlanders tot een onderhandelde oplossing te komen, of die er nu gefaseerd, gemoduleerd of via een alternatieve route of eindtracé komt. U moet er alleszins voor zorgen dat u samen met de Nederlanders tot een onderhandelde oplossing komt om het einddoel te bereiken.
Minister, ik denk dat u het gezag dat hoort bij uw functie, nu moet gebruiken. Ik zou hier niet afwachten. Collega Jans, het uitgangspunt is duidelijk: van station naar station en de busreiziger moet kunnen afstappen en de trein nemen in Maastricht richting Aken en richting Rijnland. Wat ik voorstel, is een tijdelijke oplossing om de Nederlanders uit hun kot te lokken en dan contractueel vast te leggen om binnen afzienbare tijd de verlenging te maken naar het treinstation van Maastricht.
We zijn nu elf jaar met dit tracé bezig. In Vlaanderen moeten grote infrastructuurprojecten minimaal twintig jaar duren en na tien jaar beginnen een aantal mensen altijd van positie te veranderen. Dat kost ons niet alleen een hoop tijd, geld en energie, maar het kost ons ook een pak politieke geloofwaardigheid! Dat kunnen we ons niet permitteren! We moeten niet passief blijven! We moeten de impasse doorbreken! Hier moet de minister, in dit geval Ben Weyts, zijn gezag gebruiken en de Nederlanders dwingen tot kleur bekennen en tot uitvoeren van de contracten die zijn gesloten in 2011 en in 2014! (Applaus bij Open Vld)
De actuele vragen zijn afgehandeld.