Verslag plenaire vergadering
Actuele vraag over de organisatie van de rijopleiding na de overheveling naar de gewesten in het kader van de zesde staatshervorming
Actuele vraag over de overdracht van de bevoegdheid inzake de rijopleiding naar de gewesten
Verslag
De heer Sintobin heeft het woord.
Voorzitter, minister, toen we op het einde van de vorige legislatuur de debatten voerden over de bevoegdheden die naar Vlaanderen kwamen naar aanleiding van de zesde staatshervorming, werd ons telkens op het hart gedrukt dat alle protocollen werden afgesloten en afspraken werden gemaakt. Er zou geen enkel probleem zijn met de overdracht van bevoegdheden.
U hebt zelf aangehaald middels een persbericht dat er inzake de rijopleiding wel een probleem is. De rijopleiding waarvoor Vlaanderen bevoegd zal worden, zou niet gaan over de inhoud en ook niet over de nascholing. De federale ambtenaren zijn ervan overtuigd, met de wet in de hand, dat deze twee zaken federaal blijven. Ik citeer even uit de wet: “De overdacht van het federale niveau naar het gewest gebeurt met uitzondering van de federale bevoegdheid inzake het bepalen van de kennis en de vaardigheden die nodig zijn voor het besturen van voertuigen.”
In uw persbericht stelt u dat dit knotsgek is. Ik ga daar volledig mee akkoord, maar enkel een persbericht en een oproep naar de andere gewesten zal de volledige bevoegdheid niet naar Vlaanderen brengen. Welke initiatieven zult u nemen om het homogene bevoegdheidspakket over te hevelen naar Vlaanderen?
De heer Van Miert heeft het woord.
Voorzitter, dames en heren, minister, ook onze fractie heeft kennis genomen van de recente artikels in de pers, vooral bij monde van Jeroen Smeesters van Federdrive, waarin de twijfel wordt verkondigd. Het citaat uit de wetteksten van de zesde staatshervorming, dat de heer Sintobin daarnet aanhaalde, zorgt nogal voor verwarring over de volledige overdacht van de bevoegdheid. Onze fractie is daarover enigszins bezorgd omdat we vinden dat de overdacht volledig moet gebeuren.
De huidige rijopleiding is op een vrij traditionele leest geschoeid, en gaat vooral uit van kennis van de verkeersregels en vaardigheid van de stuurkunst. Naar onze mening zijn er nog meer factoren die moeten bijdragen tot meer verkeersveiligheid en minder verkeersdoden. Dat moet de uiteindelijke doelstelling zijn van een rijopleiding.
Minister, kunt u duidelijkheid verschaffen over de bevoegdheidsverdeling met betrekking tot de rijopleiding? Hoe zult u daarmee omgaan in de nabije toekomst?
Mevrouw Brouwers heeft het woord.
Minister, maandag reageerde u op de ongerustheid van de rijscholen in Vlaanderen, die naar aanleiding van uitspraken van federale ambtenaren vrezen dat een bepaalde interpretatie zou kunnen leiden tot uitstel van de hervorming van de rijopleiding. Los van die interpretatie, of ze nu juist is of niet en of we het er nu mee eens zijn of niet, verwonderde het mij een beetje dat u er enkel voor pleitte om wat nog federaal gebleven is van de rijopleiding, namelijk wat je moet kennen en kunnen, volledig naar Vlaanderen over te hevelen.
Daar valt over te discuteren, daar heb ik geen probleem mee, maar ik had eigenlijk verwacht dat u als nieuwbakken minister van de gelegenheid gebruik zou hebben gemaakt om een tipje van de sluier op te lichten van wat u nu eigenlijk wenst te doen met die vernieuwde rijopleiding. Er moeten immers heel wat zaken geregeld worden. Gaan we de opleiding langer maken? Gaan we ze professioneler maken? Hoe gaan we de betaalbaarheid blijven garanderen? Hoe gaan we zorgen dat er meer aandacht is voor attitudes in het verkeer, risicoperceptie en dat soort dingen meer? Daar had ik graag uw concrete voorstellen en uw eerste ideeën over gehoord.
Minister Weyts heeft het woord.
Voorzitter, collega’s, mijn eerste vragen in het parlement, mijn eerste ontboezeming, mijn eerste toegeving: ja, ongetwijfeld zijn er in dit land grotere fans van de zesde staatshervorming dan ikzelf. Maar dat wil niet zeggen dat ik niet vind dat akkoorden die worden gesloten, correct en duidelijk moeten worden uitgevoerd. En daar bestaat vandaag inderdaad discussie over.
De leidend ambtenaar van de FOD Mobiliteit en Vervoer hanteerde de stelling dat we in Vlaanderen dan misschien wel bevoegd zijn voor de rijopleiding, maar niet voor de nascholing, wat een beetje knotsgek is. Wij hebben ons ter zake laten adviseren, ook juridisch, door een extern bureau, namelijk advocatenbureau Stibbe. Zij zijn daar eenduidig over. Aan Vlaamse kant is de visie dus betrekkelijk eenduidig en zeker.
We staan daarin ook niet alleen. Ook de collega’s in het Waalse Gewest en het Brusselse Hoofdstedelijke Gewest delen die mening. Wij zullen dus een gezamenlijk initiatief nemen. Wij hebben daartoe zelf het initiatief genomen. We zullen ons tot de federale overheid richten en duidelijk zeggen dat zowel rijopleiding als nascholing Vlaanderen toekomen als bevoegdheid. Pacta sunt servanda. Het tegendeel zou knotsgek zijn.
Wij zullen die bevoegdheid volgend jaar sowieso uitoefenen. Wij zullen nemen wat ons toekomt. (Applaus bij de N-VA)
Straffe taal, zou ik zeggen, minister. Natuurlijk steunen wij uw visie wat dat betreft. Het zou maar al te gek zijn dat wij bevoegd zijn voor de organisatie van erkende opleidingscentra en rijscholen, en niet voor de inhoud en nascholing.
Wij reiken u de hand. Misschien kunnen wij u een beetje helpen om het proces wat te versnellen. Ik kan u nu al melden dat onze Kamerfractie een voorstel tot bijzondere wet heeft ingediend om die bevoegdheid zo snel mogelijk naar Vlaanderen te halen. Ik ga er dus van uit, na uw antwoord te hebben gehoord, dat ook uw fractie en de andere fracties het voorstel van onze Vlaams Belangleden in de Kamer zullen steunen. (Applaus bij het Vlaams Belang)
Ook onze fractie is natuurlijk opgetogen met het antwoord van de minister. Wij wensen hem dan ook veel succes om samen met de verantwoordelijken van het Waalse Gewest de collega’s van het federale niveau te overtuigen om deze bevoegdheid volledig naar dit parlement over te dragen.
Het staat ook zo in ons partijprogramma. De verkeersveiligheid en het verminderen van het aantal verkeersdoden moeten hier centraal staan. Alle mogelijke sleutels die ertoe bijdragen om de rijopleiding bij te tunen, om in de vakterminologie te blijven, moeten hier aanwezig zijn om dat doel te bereiken. (Applaus bij de N-VA)
Minister, uw antwoord ontgoochelt mij een klein beetje, omdat ik gehoopt had dat u een tipje van de sluier zou oplichten. U hebt dat niet gedaan.
De bijzondere wet is zeer duidelijk: vanaf 1 januari 2015 zijn wij in Vlaanderen bevoegd voor de scholing en de examens. Dat staat daar letterlijk in. Scholing is uiteraard ook nascholing. Dat heeft Stibbe u terecht geadviseerd.
Daarom wil ik u toch aanmoedigen om niet te wachten tot er een nieuwe federale minister komt, die deze interpretatie uiteraard zal ondersteunen, maar om werk te maken van die hervorming van de rijopleiding. Ik hoop dat we daar in de beleidsnota op zijn minst iets van kunnen lezen. U moet de bevoegdheden die u duidelijk hebt gekregen, maximaal uitoefenen. Dat is onze stelling. Begin eraan. Voilà!
De heer De Clercq heeft het woord.
Voorzitter, minister, collega’s, de bevoegdheidsoverdracht is inderdaad één zaak. Juristen zullen ons daar inderdaad bij kunnen helpen. Maar ik denk dat mevrouw Brouwers een punt heeft. Op dit moment hebben wij als Vlaams Parlement bevoegdheden, hefbomen om inderdaad de rijopleiding te hervormen en betaalbaar te maken, wat een zeer belangrijk thema is voor jonge mensen. Ik denk dat u daarmee aan de slag moet gaan. In die zin wil ik vragen aan de minister om toch een tipje van de sluier op te lichten over welke concrete plannen er zijn. U hebt hefbomen, u kunt aan de slag gaan en ik denk dat de Vlaming daar gebaat bij is.
Uiteindelijk zullen we samen over dat beleid beslissen. We zullen de beleidsnota bespreken. Zoals dat ook geldt voor al mijn collega’s, zullen we dat ook bij mijn beleid doen. Ik nodig u heel graag uit bij de collega’s om daaraan te participeren. Ter zake verschaft het regeerakkoord toch al enige duidelijkheid, bijvoorbeeld als het gaat over een integratie in een levenslang traject. Daarnaast zijn er ook de conclusies van bijvoorbeeld de conferentie inzake staatshervorming en verkeersveiligheid. Dat zijn nuttige suggesties. Daarmee gaan we aan de slag. Ik blijf heel duidelijk herhalen dat wij die bevoegdheid tot ons zullen nemen. Ik ben er al mee bezig. (Applaus bij de N-VA)
Voorzitter, ik stel vast dat een aantal leden uit de meerderheid een oppositierol aannemen ten opzichte van de minister. Ook wij zijn natuurlijk vragende partij. Ik ben ervan overtuigd dat we dat bij de bespreking van de beleidsbrief ongetwijfeld verder zullen kunnen bespreken. Er rest alleen nog het feit van de homogene bevoegdheidspakketten. Een aantal specialisten beweren dat homogene bevoegdheidspakketten niet kunnen bestaan in een federale staat omdat de bevoegdheden verdeeld worden en er altijd wel iets overblijft van die bevoegdheden. Ik denk dat homogene bevoegdheidspakketten alleen kunnen bestaan in een onafhankelijke staat, in een onafhankelijk Vlaanderen. Maar als het van de N-VA afhangt, dan zijn we daar nog heel ver van weg.
Ik wil er niet veel meer aan toevoegen en ook niet reageren op de laatste opmerking van mijn voorganger. Dat is een nodeloze discussie. Ik wil ook niets meer aanvullen voor ik de minister volledig rode wangen laat krijgen.
We zullen uiteraard met veel interesse de beleidsnota lezen. Ik hoop echt dat er maximaal gebruik wordt gemaakt van de nieuwe bevoegdheden die Vlaanderen ter zake krijgt en dat we binnenkort meer duidelijkheid zullen krijgen. Laat u dus niet lamleggen, minister, door een aantal juridische interpretaties die aan de overkant worden gemaakt.
De actuele vragen zijn afgehandeld.