Verslag plenaire vergadering
Verslag
De heer Reekmans heeft het woord.
Minister, ik heb u een tijdje terug een schriftelijke vraag gesteld over het verloningspakket van de nieuwe directeur-generaal van de Vlaamse Maatschappij voor Watervoorziening (VMW), die op 27 april is aangenomen door de Vlaamse Regering. Ik vroeg u wat zijn verloning was, of er een extra verloning was en wat het advies van de Inspectie van Financiën was. U antwoordde dat de Inspectie van Financiën geen opmerkingen had.
Via een gunstige wind is dat inspectieverslag op mijn kantoor beland. En ik lees daar iets heel anders in. De inspectie zegt heel duidelijk dat het dossier niet volledig was en dat degene die kandideerde, bij de sollicitatie wist wat zijn verloningspakket was. U zei nadien in de media dat de looninschaling nog niet bekend was op het moment dat de vacature verscheen.
Minister, om 11 uur deze ochtend heb ik de officiële vacature van de VMW gekregen. En daar staat het wel degelijk letterlijk in: verloning volgens salarisschaal K341. U verbloemde dus niet alleen de waarheid in uw antwoord op een schriftelijke parlementaire vraag, maar in de media zei u bovendien dat de looninschaling nog niet bekend was. Minister, de verloning was heel duidelijk bekend.
Wat is er gebeurd? Het remuneratiecomité heeft op 27 april, op het ogenblik dat de Vlaamse Regering het contract tekende, effectief een loonsverhoging doorgevoerd met een bonus van om en bij de 13.000 euro. Dat staat letterlijk in het verslag van het remuneratiecomité.
Minister, de prijs van het drinkwater gaat dag na dag omhoog. De financiële situatie van de VMW is allesbehalve rooskleurig. Als u dan, op het ogenblik dat u iemand aanneemt, die persoon een loonsverhoging geeft van 13.000, is dat, in tijden van crisis, allesbehalve netjes. Als bovendien de loonschaal vooraf echt gekend was, hadden we misschien andere kandidaten gekregen, die de VMW wél hadden kunnen redden.
Minister Schauvliege heeft het woord.
Mijnheer Reekmans, u spreekt over een grote bonus, maar er is geen sprake van een bonus. Ik zal u uitleggen wat er wel was.
De vacantverklaring dateert van september 2011. Op 19 april 2012 is een loonkloof vastgesteld, op basis van een functieweging door Hay Group, een onafhankelijke instantie. Dat is dus na de vacantverklaring. We hebben daar verschillende trajecten voor doorlopen. Het remuneratiecomité van de overheid is op 27 april samengekomen. Er was het verslag van de Inspectie van Financiën, en het is ook op de raad van bestuur van de VMW gekomen. Er is ook een goedkeuring van de minister bevoegd voor bestuurszaken en personeel en van de minister van Begroting. Dat dateert van oktober 2012. Er is ook een protocol van het sectorcomité van 30 november. Op dit moment hangt het dossier bij de Raad van State.
Ik herhaal dat dit op het moment van de vacantverklaring niet bekend was. Wij hebben het pas nadien geweten, in april 2012. Op een bepaald ogenblik is er binnen de Vlaamse overheid een functieweging gebeurd. Dat was op dat moment nog niet gebeurd bij de VMW. Dat was pas op 19 april. Dat was gewoon een doortrekking van een algemene functieweging binnen de Vlaamse overheid.
Dat wordt nu inderdaad ook toegepast bij de VMW, maar er is absoluut niets fouts gebeurd. De vacature heeft zeven kandidaten gelokt. We hebben inderdaad ook vastgesteld dat er niet zoveel kandidaten waren. Slechts één persoon is uiteindelijk geslaagd, op basis van de volledige procedure die is doorlopen.
Minister, ooit vind je de job van je leven. Je gaat je contract tekenen, en op het ogenblik dat je tekent, zegt je werkgever plots dat je er 12.450 euro bij krijgt. Het loon zal worden gelijkgeschakeld met andere niveaus. Dat kan niet dadelijk, maar ondertussen zal dat met bonussen worden opgelost.
Minister, ik geef twee letterlijke citaten uit het verslag van de Inspectie van Financiën: De Inspectie van Financiën wijst erop dat er een onvolledig dossier aangaande de verloningselementen wordt voorgelegd. ( ) Wat de overgangsregeling betreft, dient de toelage begrepen te worden als een compensatie voor de relatief te lage verloning. Een gelijkwaardige mandaatfunctie van de Inspectie van Financiën wijst erop dat de huidige titularis perfect wist wat de verloningsvoorwaarden waren of zijn er toezeggingen gedaan? en dat er tegenover deze toelage geen mandaatfunctie staat. De betrokkene is ondertussen 61 jaar.
Minister, in dit inspectieverslag staat letterlijk dat de sollicitant had moeten weten wat de verloningsvoorwaarden waren. Het kan niet dat men iemand aanneemt en dan een verhoging doet. Ik ken geen enkel bedrijf in Vlaanderen dat een loonsverhoging geeft de dag dat iemand het contract tekent. Dat is concurrentievervalsing tegenover kandidaten die daar misschien wel op af waren gekomen, indien bekend was geweest dat het zou gaan om een hoger loon.
De heer Martens heeft het woord.
Voorzitter, minister Bourgeois heeft met zijn conceptnota inzake deugdelijk bestuur goede stappen gezet, alleszins als het gaat over de intern verzelfstandigde agentschappen (IVAs) en de extern verzelfstandigde agentschappen (EVAs). In die nota worden op het vlak van de verloning van topambtenaren en dergelijke grenzen vastgelegd. Er is bijvoorbeeld de minister-presidentnorm voor directeurs-generaal, secretarissen-generaal of gedelegeerd bestuurders, hoe ze ook mogen heten. Ik weet niet of het in dit geval een verschil zou hebben gemaakt, maar het lijkt me het overwegen waard om het toepassingsgebied van die conceptnota uit te breiden, zodat bijvoorbeeld ook de VMW, Aquafin en dergelijke organisaties en bedrijven, die eigenlijk vooral door het Vlaamse Gewest en andere publieke overheden worden bestuurd, onder de toepassing van die nota zouden vallen.
Mijnheer Martens, dat is een goede suggestie. De VMW is geen IVA of EVA. We zijn daar uiteraard wel hoofdaandeelhouder van.
Nu, dat is eigenlijk precies wat er is gebeurd. De lijn van wat er binnen de Vlaamse overheid zelf, binnen de IVAs en de EVAs, gebeurt, is gewoon doorgetrokken. Er was een functieweging, ook bij de VMW.
Mijnheer Reekmans, ik denk dat die volledig correct is verlopen, wat u ook moge beweren. U citeert het inspectieverslag, maar u zou dat eigenlijk volledig moeten citeren. U bent bijzonder selectief. De inspecteur heeft ook heel uitdrukkelijk gezegd dat hij het eigenlijk wel normaal vindt dat er een gelijke inschaling is wat die functie betreft. De procedure is volledig doorlopen zoals dat moet. We hebben alle stappen correct gezet. Ik kan me dus absoluut niet vinden in uw verdachtmaking.
Minister, ik citeer helemaal niet selectief. De Inspectie van Financiën stelt letterlijk dat de huidige titularis perfect wist wat de verloningsvoorwaarden waren. Vervolgens maakt de inspecteur u verdacht. Hij vraag letterlijk of er toezeggingen zijn gedaan. Ik ben het niet die dat zegt.
Minister, u stelt dat ik dit heel tendentieus lees en het op mijn manier bekijk. Op 31 oktober 2012 heb ik u in schriftelijke vraag 56 de vraag gesteld wat het advies van de Inspectie van Financiën was. U hebt me letterlijk geantwoord dat de Inspectie van Financiën het niet onlogisch vond dat er een gelijkschakeling is van de verloningsvoorwaarden voor gelijkaardige functies. Qua selectief antwoorden kan dat tellen. U had me toen moeten antwoorden wat echt in dat inspectieverslag stond. U hebt mist gespuid in een antwoord op een schriftelijke parlementaire vraag. Als het de trend wordt dat ministers heel tendentieus gaan antwoorden op parlementaire vragen, dat ze antwoorden wat ze willen en niet citeren uit het inspectieverslag, welk nut heeft een parlementaire vraag dan nog? Wat is dan nog het nut van parlementaire controle? (Applaus bij LDD, het Vlaams Belang en Groen)
De actuele vraag is afgehandeld.