Verslag plenaire vergadering
Verslag
De heer Verstrepen heeft het woord.
Minister, het Media Innovatie Centrum (MIX) staat voor ongeveer 4,5 miljoen euro belastinggeld dit jaar. Over het doel, namelijk media-innovatie, hebben we in de commissie gediscussieerd. Iedereen kon erachter staan. Het blijkt een van de projecten te zijn die u op uw revers wilt spelden, minister.
Het moet me van het hart: op een of andere manier slaagt u erin om iedereen tegen u in het harnas te jagen, behalve de VRT. We hebben de regionale omroepen gehad, de privézenders, de productiehuizen en nu hebben we de nieuwe media-actoren. Eentje blijft altijd buiten schot en dat is de VRT. Ik wil u niet beschuldigen, ik stel vast. Maar misschien komt het nog, dat zij ook iets gaan zeggen.
Wat blijkt nu? Er zijn signalen geweest. Er is een open brief geweest van een aantal kleinere actoren. Die waren u nochtans niet slecht genegen in het verleden want u hebt voor een van hen aantal toch ook middelen uitgetrokken. Dat zijn Apache, De Wereld Morgen, Mo*, rekto:verso en StampMedia. Dat zijn nieuwe initiatieven die moeten zorgen voor een nieuw divers medialandschap. Dat zijn de nieuwe jongens.
De traditionele jongens zijn de Rik De Nolfen en de Christian Van Thillos, die sowieso al op een perssteun mogen rekenen van zon 300 tot 350 miljoen euro. Als we alles samentellen, ook de federale steun we blijven daar correct in , komen we uit bij dat bedrag. Ze krijgen in elk geval steeds steun. Ik had het al gehoord vóór die brief werd rondgestuurd, dat er gemor was in de wandelgangen. De commentaar was: allemaal goed en wel, maar dit wordt gecapteerd door de traditionele media, de traditionele gazettenboeren die een nieuw middel gevonden hebben om nog wat centen over te hevelen, of de toon te zetten. (Opmerkingen van de voorzitter)
Ik ga mijn mening geven en dan mijn vraag stellen, voorzitter.
Het eerste wat ze gelanceerd hebben, stamt uit 1999. Die onderhandelingen heb ik ook nog gevoerd, met De Standaard online en andere groepen. Het ging over een betaalmodel voor de kranten. Qua innovatiewaarde zou ik dat toch tussen aanhalingstekens willen zetten.
Aangezien het uw kindje is, minister, wil ik bij u polsen hoe u daartegenaan kijkt. Er zijn nog groepen die niet in het MIX zitten. Als dit project moet slagen in Vlaanderen, zult u voor een groter evenwicht moeten zorgen.
Minister Lieten heeft het woord.
Ik was ook verbaasd over die open brief. Men verweet me dat sommige grote spelers subsidies kregen. U verwijst terecht naar de subsidies aan de kleinere spelers. De subsidies die de Vlaamse overheid uitdeelt, zijn zeer beperkt. Er gaat 1 miljoen euro naar de Media-academie. We hebben ervoor gezorgd dat iedereen aan die opleidingen kan deelnemen. Naast de 1 miljoen euro van de overheid komt er 1 miljoen euro van de privéspelers. De opleiding wordt opengesteld voor freelancers en andere mensen, ook de mensen die meewerken aan die nieuwe initiatieven.
Ik geef inderdaad ook nog subsidies om die nieuwe initiatieven de kans te geven om hun rol te bevestigen. We geven subsidies aan de vzw achter De Wereld Morgen voor een project over feiten en bronnen. We geven subsidies aan StampMedia, aan het Wereldmediahuis voor Mo* om te werken rond diversiteit in de media en aan Apache. Ik was een beetje verbaasd dat men klaagt over subsidies aan anderen, terwijl men er zelf ook krijgt.
Ik was nog meer verbaasd omdat ze mij niet gecontacteerd hebben. Als er communicatiestoornissen zijn, en die waren er blijkbaar, hoeft men geen open brief te schrijven: men kan ook de telefoon nemen. Ze hadden naar mijn kabinet of naar het MIX kunnen bellen om te vragen hoe het kwam dat ze niet waren uitgenodigd op het startfeestje.
Daar is een fout gemaakt. Ze waren inderdaad niet uitgenodigd op het startfeestje. Ondertussen heeft het MIX contact opgenomen met die mensen. Er komt een informatievergadering om hen zeker te betrekken bij het MIX.
En het is zo, dat heb ik ook uitdrukkelijk gezegd bij de start, dat ik mij een beetje de rol heb toegeëigend om draagmoeder te zijn om de baby van het MIX ter wereld te brengen. Nu is het ook aan de sector en aan het Interdisciplinair Instituut voor Breedbandtechnologie (IBBT) zelf om zich te organiseren. Zij hebben op onze vraag een programmacommissie in het leven geroepen en die zal bekijken welke projecten rond innovatie en onderzoek in de sector wenselijk zouden zijn. De programmacommissie heeft bij mijn weten nog geen enkele beslissing genomen. Er worden overal ideetjes gelanceerd en de mensen van de nieuwe media zullen in ieder geval ook betrokken worden bij dat overleg.
Voorzitter, minister, een goede draagmoeder, daar heb ik alle respect voor, maar de baby is pas geboren en kan nog niet lopen, laat staan zijn pamper verversen. Ik vind dat u de baby te vroeg loslaat. Dat is nu net de essentie van het verhaal. U zegt het is er en we laten het los, maar als de eerste kritiek er komt, die volgens mij terecht is, dan zegt u dat u er niets meer of minder mee te maken hebt.
Ik blijf een beetje op mijn honger zitten. Ik verwacht een grotere spreiding. Als men Vlaanderen media-innovatief op de kaart wil zetten, kan men dat zwaartepunt niet overlaten aan degenen die in het verleden de innovatie in het land hebben tegengehouden, die het belangrijker vinden om steun te krijgen om kranten, papieren gazetten, in de klas te leggen en die perssteun krijgen. U weet dat ik dit dikwijls aanval. Ik vraag me immers af of dit nog nodig is terwijl we in een evolutie zitten die volledig digitaal is. De hoofdmoot van de subsidies gaat ook in uw departement nog steeds naar de traditionele krantenboeren; dat is mijn kritiek. Ik zou toch nog iets meer engagement van u verwachten, zeker bij dat MIX, om ervoor te zorgen dat een nieuwe creatieve digitale sector in Vlaanderen een absolute toegang krijgt.
Als dit een communicatiestoornis is, oké, maar dan hoop ik dat het de laatste was.
De heer Wienen heeft het woord.
Voorzitter, minister, ik was niet zo bezorgd over de open brief die geschreven is, want de brief gaat over subsidies voor media-innovatie. Laat het nu net de briefschrijvers zijn die zo ongerust zijn omdat ze te weinig krijgen, die de subsidiejunkies par excellence zijn. Ik heb me daar niet veel zorgen over gemaakt.
U weet, minister, dat het Vlaams Belang een koele minnaar is van het Media-innovatiecentrum, maar ik denk ook dat het een beetje prematuur is om nu al de grote evaluatie van het centrum te doen. Dat kan nog even wachten. We zullen de evaluatie effectief doen, maar laten we daarvoor een afspraak maken over, laat ons zeggen, een jaar.
De heer Tommelein heeft het woord.
Voorzitter, het kan hard gaan: van een vraag om uitleg over een schriftelijke vraag naar een plotse actuele vraag, hier in het parlement.
Minister, ik had hier ook een aantal vragen over, u weet dat. Door de omstandigheden komt dit nu aan bod. De oproep van de briefschrijvers is voor een stuk terecht, het is niet enkel en alleen voor mediabedrijven bedoeld. Maar ik vind de oproep, net als u, ook wel wat misplaatst, want het gaat over organisaties die in het verleden al heel wat subsidies van u hebben gekregen. Apache kreeg een projectsubsidie, C.H.I.P.S. vzw kreeg voor de uitbouw van StampMedia 60.000 euro, en het zijn de mensen die straks ook betrokken worden bij de uitbreiding van het derde net, de jongerenzender die u zou willen doen slagen een unicum in Europa.
Ik zou u graag de volgende vragen stellen, want we moeten natuurlijk wel weten welk spel we spelen. Welke projectaanvragen lopen er? Kunnen er bijkomend goedgekeurd worden? En vooral: wie beslist daarover? Wie zetelt in het strategisch comité?
De heer De Coene heeft het woord.
Voorzitter, minister, het is alleszins een merkwaardig debat. Ik herinner me dat u tot zes maanden geleden verweten werd dat het Media-innovatiecentrum, het zogenaamde MIX, maar niets was. Het was een doodgeboren kind. Er werd gevraagd waar u mee bezig was, want het zou toch niet lukken. Nu wordt gevraagd of ze wel allemaal kunnen meegenieten van het succes van datzelfde MIX. Ik was een beetje verbaasd. Ik heb alleen maar de open brief gekregen, niets anders. De vele signalen kan ik dus tellen op één vinger: de open brief. Ik was heel verbaasd, want ik heb de subsidies samengeteld, en als ik me niet vergis, hebben de vier organisaties die mee tekenen, 160.000 euro gekregen voor projecten.
Mijn vraag is heel pertinent. Minister, bent u vóór die open brief door die organisaties gecontacteerd in hun honger om mee te mogen doen aan het MIX? Die vraag kunt u eenvoudig met ja of neen beantwoorden.
De heer Caron heeft het woord.
U zou ook aan de commerciële media kunnen vragen of ze zon brief hebben gekregen dat terzijde.
Een aantal dingen verbazen mij. Ten eerste dat er hier plots heel veel witte ridders in de zaal zitten. Ik vind dat fantastisch. Ten tweede vind ik het zeer merkwaardig dat iedereen plots zo blij is dat die vier een mooie subsidie krijgen van 160.000 euro. Weet u, ze mogen van mij veel meer krijgen. We moeten eerlijk zijn: het is peanuts vergeleken bij wat zelfs commerciële media direct of indirect, voor opleiding en dergelijke, aan steun krijgen.
Laten we het voor de rest beschouwen als een bananenincident. We glijden even uit en herstellen het. Ik hoop dat u dezelfde bekommernis hebt als ik, progressieve Vlaming. Er is nood aan innovatie. Die innovatie moet ook in de alternatieve media haar plaats kunnen vinden. De organisaties waar het hier over gaat, vormen een mooi tegengewicht in een voor de rest dichtslibbend medialandschap.
De heer Vandaele heeft het woord.
Minister, het is duidelijk dat het MIX start vanuit de omroepen en de uitgevers, de spelers die inhoud aanleveren. U zegt nu dat u ook de kleintjes wilt betrekken, voor de rest laat u het over aan het MIX zelf. Toch lijkt het ons essentieel te weten wie er uiteindelijk bij zal worden betrokken. Worden de distributeurs daar ook bij betrokken? Zij zijn in het verleden vaak de motor geweest van vernieuwing. Wat is hun plaats in dit verhaal?
Collegas, wij hebben er uitdrukkelijk voor gekozen om geen nieuwe organisatie op te richten voor het MIX, maar om het onder te brengen in de schoot van het Interdisciplinair Instituut voor Breedbandtechnologie (IBBT). U kent het IBBT. In de raad van bestuur van het IBBT zijn alle grote spelers vertegenwoordigd.
Daarnaast was het een tweede doelstelling dat het programma van welke projecten er eigenlijk worden ingezet, zou worden bepaald door een programmacommissie die niet zou worden samengesteld uit vertegenwoordigers van de zender, van de distributie en van belangengroep x, y of z, maar uit individuen die dankzij hun persoonlijke kennis of traject kunnen en durven mee te denken over hoe de media de volgende jaren zullen evolueren. Er is een mooi palet samengesteld van mensen die allemaal op verschillende stoelen hebben gezeten, zoals bij een zender of productiehuis, uit de financiële sector, uit de sector van de nieuwe media, uit de sector van de gaming. Het was juist de bedoeling om mensen te selecteren op basis van hun ervaring en expertise, niet als vertegenwoordiger, maar als individu. Dat is eigenlijk ook de meerwaarde die ik hoop te kunnen realiseren. Als iedereen opnieuw als belangengroep in dat MIX gaat zitten om een stuk van de koek naar zijn vennootschap of onderneming te halen, zullen we niet slagen in onze opzet om onze krachten te bundelen en om te proberen de concurrentiestrijd die er nu soms is tussen Vlaamse spelers te winnen door ons te focussen op de concurrentie die er vooral komt van de buitenlandse spelers. Het was de bedoeling om die interne spanning te overstijgen en de focus te leggen op de mondiale gebeurtenissen en evoluties.
Ik heb er wel vertrouwen in dat de mensen die nu geselecteerd zijn dat individueel, persoonlijk kunnen. Het is nu aan hen om een programma op te stellen. Ik heb begrepen dat zij nog geen beslissingen hebben genomen. Het zal niet zo zijn dat het geld op één dag tijd wordt besteed. Het zal iets zijn van voortschrijdend inzicht. Iedereen zal suggesties en projecten kunnen aanbrengen die op een of andere manier relevant zijn voor de sector en die de interesse wegdragen van de mediaspelers. Het is de bedoeling om zeer toegepast onderzoek te doen, dichtbij de markt. Voor echt basisonderzoek in de mediasector hebben we andere financieringsbronnen, dat moet daar niet gebeuren. Het moet dus vraaggestuurd zijn.
Diegenen die weten wie er aanwezig was op de opening, hebben kunnen vaststellen dat er een heel breed spectrum aanwezig was van mensen die actief zijn in de mediasector, niet alleen in de geschreven pers, integendeel. Mijnheer Verstrepen, ik kan u dus geruststellen. De mediasector in het algemeen was aanwezig.
Het waren ook niet alleen de grote spelers die aanwezig waren. Er waren ook heel wat kmos, vernieuwende bedrijfjes, die allemaal op hun beurt zoeken wat de strategie voor hun bedrijf in de volgende jaren zal zijn in die veranderende mediasector. Als de mensen die een briefje hebben geschreven, over het hoofd zijn gezien, is dat jammer. Ik heb intussen contact gehad met de nieuwe directeur, en hij heeft mij verzekerd dat hij ondertussen al een vergadering heeft belegd om met die mensen te praten en naar hun suggesties te luisteren. Ze zullen dus zeker gehoord worden en indien hun suggesties waardevol zijn, zullen ze zeker ook meegenomen worden.
Ik ga me op geen enkele manier bemoeien met de projecten die zij willen goedkeuren. Het is de bedoeling dat het vraaggestuurd is, dat de sector zelf aan het stuur zit, dat zij de hedendaagse concurrentieverschijnselen overstijgen en dat ze samen bekijken hoe de Vlaamse mediasector, die heel breed is, overeind kan blijven, rekening houdend met de technologische evoluties en de mondialisering en met het feit dat grote Amerikaanse groepen als You Tube, Google en anderen steeds meer impact beginnen te krijgen op de mediawereld. Dat houdt een serieuze bedreiging in: niet alleen dat onze eigen mediasector daaronder gaat lijden, maar ook onze eigen cultuur. We hebben op dat vlak allemaal een gemeenschappelijk punt van interesse, zowel de spelers, de grote en de kleine, als de overheid. Daarom hebben wij die middelen vrijgemaakt.
Ik heb er het volste vertrouwen in. Er was heel veel enthousiasme op de startdag. Er was een grote verscheidenheid qua aanwezigen. Er is een grote gedragenheid. Iedereen beseft dat we het nu samen moeten aanpakken en de krachten moeten bundelen. Ik hoop dat dat ook het resultaat zal zijn.
Minister, laten we de puntjes op de i zetten: het enige succes van het MIX is dat het een prematuurtje is en ademt. Dat is ook alles. Voor de rest is daar nog niets mee gebeurd.
Ik vind u eerlijk gezegd nogal naïef. Als ik de line-up zie van de mensen die daaraan deelnemen, gaat dat vaak om mensen die een aantal belangen behartigen. Van 65 à 66 procent kan ik aanduiden wie welke taal spreekt. De vraag is ook waarom de grote innovator, de distributie, niet aanwezig is, zelfs niet het individu. Waarom zit er bijvoorbeeld niemand van Telenet? Zijn die te klein? Zijn ze technologisch niet nieuw genoeg? Het lijkt me toch logisch dat de stem van die mensen even belangrijk of zelfs belangrijker is.
Ik kan mij echter voorstellen dat er een aantal individuen zijn die niet samen door de deur kunnen en dat de ene de andere zal proberen buiten te pesten. Ik vind u daar een beetje te braaf en te naïef in. U mag nooit vergeten dat al die individuen ook links en rechts op een payroll staan. En wiens brood men eet, diens woord men spreekt.
De actuele vraag is afgehandeld.