Verslag plenaire vergadering
Verslag
De heer Vandaele heeft het woord.
Voorzitter, minister, de Vlaamse overheid, met name de Vlaamse Milieumaatschappij (VMM) en het agentschap Zorg en Gezondheid, onderzoeken constant de kwaliteit van het zwemwater in Vlaanderen, evengoed aan de kust als van de binnenwateren waarin kan worden gezwommen.
In 2006 kwam er een nieuwe Europese Zwemwaterrichtlijn. Die voert twee nieuwe parameters in en gaat ook werken met een kwaliteitsberekening over een periode van vier jaar in plaats van één jaar. Er zijn nog andere factoren naast de bacteriologie die meespelen, bijvoorbeeld het beheer, de oorzaken van vervuiling en de aanpak ervan. Er zijn dus meerdere criteria om de kwaliteit af te wegen.
Volgens de richtlijn moet dit geïmplementeerd worden in 2014, maar Vlaanderen heeft beslist om dit al in 2011 te doen. We kennen de resultaten van 2010, nog volgens de vorige richtlijn. Die resultaten waren goed. Ze werden onlangs gepubliceerd door het Europees Milieuagentschap en we halen overal de imperatieve normen, en op heel veel plaatsen halen we ook de streefnormen. Voor 2011 hebt u onlangs ook gerapporteerd, volgens de nieuwe richtlijn dan, maar die cijfers kennen we nog niet.
Wat me vooral interesseert, is welke impact de nieuwe manier van rapporteren heeft op ons Vlaamse rapport en op de communicatieplannen die u ongetwijfeld hebt. U weet dat evengoed de kustburgemeesters als de uitbaters van zwemvijvers in het binnenland eigenlijk wachten op informatie en eventueel ook op instructies. Ze bereiden het nieuwe seizoen immers nu ongeveer voor.
Minister Schauvliege heeft het woord.
Voorzitter, mijnheer Vandaele, het is goed dat u op deze grijze en natte winterdag al nadenkt over de kwaliteit van het zwemwater. Het klopt dat wij in dezen eigenlijk vooruitstrevend zijn en dat we de richtlijn al veel vroeger toepassen dan eigenlijk zou moeten. Ik ben blij dat u daar de nadruk op legt.
Het klopt dat we voor 2011 in de rapportage al rekening hebben gehouden met de nieuwe richtlijn. Vroeger moesten we gewoon de kwaliteit van het zwemwater opgeven aan Europa. Nu moeten wij in het geval dat de waterkwaliteit niet in orde zou zijn, direct ook al een aantal beheersmaatregelen in het rapport opnemen waarmee we aantonen hoe we in de toekomst wel zullen voldoen aan de richtlijn.
Ik heb goed nieuws: de resultaten zijn goed. Geen enkele zwemwaterkwaliteit, noch aan de kust, noch in het binnenland, voldoet niet aan de richtlijn. Het is nergens slecht, dus moeten we geen bijkomende beheersmaatregelen nemen. Uiteraard kan het nog altijd beter. We nemen dus wel maatregelen, maar aangezien de waterkwaliteit goed is, moeten we die niet extra rapporteren aan Europa.
Uiteraard hebben we een plan voor de communicatie. Het is de bedoeling dat ik, samen met de diensten van minister Vandeurzen, drie informatievergaderingen houd in het voorjaar. Die vergaderingen zijn allemaal al gepland. Er komt ook een specifieke informatiecampagne voor hoofdredders, zodat ze weten hoe dat gerapporteerd wordt. Er komen ook nieuwe borden waarop aan de burger duidelijk wordt aangegeven wat de zwemwaterkwaliteit is.
Mijnheer Vandaele, u ziet dat wij dus ook al voorbereid zijn op de mooie, zonnige maanden die eraan komen, zodat we in Vlaanderen bij mooi weer kunnen genieten van een goede zwemwaterkwaliteit die op een goede manier wordt gerapporteerd en waar alle betrokken besturen en de redders goed over geïnformeerd zijn.
Minister, ik dank u voor uw antwoord. Het is inderdaad een nieuwe manier van rapporteren. De kwaliteitsberekening wordt nu gedaan op vier jaar in plaats van op één jaar. Er worden ook andere parameters gehanteerd.
Het gezondheidsaspect is belangrijk. Het is belangrijk dat we mensen kunnen waarschuwen wanneer er besmettingsgevaar is en er gezondheidsrisicos zijn.
Ik heb me laten vertellen dat het wel degelijk de bedoeling is om kort op de bal te spelen, om niet alleen die metingen zeer geregeld te doen zoals in het verleden gebeurde , maar ook om de informatiestroom gaande te houden en de gemeenten en uitbaters wekelijks te blijven informeren. Kunt u bevestigen dat dat inderdaad de bedoeling blijft?
Mevrouw Rombouts heeft het woord.
Ik wil kort aansluiten, specifiek bij de vraag over communicatie. De metingen gebeuren goed en frequent. De communicatie daarover verloopt meestal vlot. Ook de samenwerking met de Vlaamse Milieumaatschappij (VMM) verloopt goed, althans volgens mijn ervaring.
Ik las op de website dat, op het moment dat er mindere of eventueel zelfs slechte kwaliteit zou worden vastgesteld, men in eerste instantie een tweede staalname doet en vervolgens eventueel maatregelen neemt. Het lijkt mij echter belangrijk dat men, als men afwijkende resultaten vaststelt ook al is de afwijking klein en wil men voor de zekerheid een tweede staal nemen dan al nauw contact houdt met de uitbater of de lokale overheid, zodat zij al ingelicht zijn op het moment dat er echt iets zou zijn.
Collegas, ik kan u geruststellen: het is zeker de bedoeling dat we kort op de bal blijven spelen en dat we extra controles uitvoeren wanneer er zich problemen voordoen, bijvoorbeeld bij extreme droogte gedurende een lange periode. Dat is ook de bedoeling van de informatiecampagnes en de specifieke informatievergaderingen voor uitbaters en lokale besturen. We zullen hen informeren hoe we die communicatie doen. In het verleden is dat heel goed gebeurd. Ik denk dat we toonaangevend zijn vanuit de VMM, maar ook samen met de diensten van minister Vandeurzen, omdat het natuurlijk ook een aspect van volksgezondheid is.
We zijn daar dus zeer goed in. We zullen dat ook ter plekke uithangen en communiceren. Ook de website wordt geactualiseerd. Het is dus absoluut de bedoeling om echt kort op de bal te blijven spelen en iedereen goed te informeren zodat het zomerplezier niet wordt verbrod door een of andere tegenslag op vlak van de zwemwaterkwaliteit.
Ik herhaal nog eens wat wij in 2011 hebben gerapporteerd, namelijk dat de zwemwaterkwaliteit goed was in Vlaanderen en dat we nergens slecht hebben gescoord. Dat is bijzonder positief.
Minister, ik neem aan dat we die resultaten binnenkort ergens zullen kunnen lezen, bijvoorbeeld op de website. Ik ben in ieder geval blij dat u al afspraken hebt gemaakt om informatiesessies te houden met de betrokkenen en de gemeenten. Het is er nu inderdaad het moment voor, want men bereidt nu de communicatie voor. Ik ben blij dat u kort op de bal zult blijven spelen. Wij ondersteunen in elk geval uw inspanningen op dat vlak.
Het incident is gesloten.