Verslag plenaire vergadering
Verslag
Voorstel tot spoedbehandeling
Dames en heren, vanmiddag heeft de heer Lode Vereeck bij motie van orde een voorstel tot spoedbehandeling gedaan van het voorstel van resolutie van de heren Lode Vereeck, Ludwig Caluwé, Bart Van Malderen, Kris Van Dijck, Sas van Rouveroij en Filip Watteeuw betreffende het remuneratiebeleid van en de vertegenwoordiging in financiële instellingen die gesteund worden door de Vlaamse overheid.
De heer Vereeck heeft het woord.
Voorzitter, de recente gebeurtenissen in de actualiteit tonen duidelijk aan waarom dit bij hoogdringendheid moet worden besproken.
Vraagt nog iemand het woord? (Neen)
Is het parlement het eens met dat voorstel tot spoedbehandeling? (Instemming)
Dan stel ik voor dat het voorstel van resolutie van de heren Lode Vereeck, Ludwig Caluwé, Bart Van Malderen, Kris Van Dijck, Sas van Rouveroij en Filip Watteeuw betreffende het remuneratiebeleid van en de vertegenwoordiging in financiële instellingen die gesteund worden door de Vlaamse overheid onmiddellijk wordt behandeld.
Is het parlement het daarmee eens? (Instemming)
Het incident is gesloten.
Bespreking
Dames en heren, aan de orde is het voorstel van resolutie van de heren Lode Vereeck, Ludwig Caluwé, Bart Van Malderen, Kris Van Dijck, Sas van Rouveroij en Filip Watteeuw betreffende het remuneratiebeleid van en de vertegenwoordiging in financiële instellingen die gesteund worden door de Vlaamse overheid.
De bespreking is geopend.
De heer Vereeck heeft het woord.
Er was een voorstel van resolutie in dit Vlaams Parlement dat unaniem is goedgekeurd met betrekking tot het beperken van zogenaamde, ik citeer, buitensporige bonussen bij de financiële instellingen die genieten van overheidssteun.
Blijkbaar is dat signaal vanuit het Vlaams Parlement echter niet overgekomen bij bepaalde bestuurders van bepaalde financiële instellingen die Vlaamse overheidssteun genieten. Daarom dienen we een nieuw voorstel van resolutie in, waarbij de passus over buitensporige bonussen vervangen wordt door geen bonussen. Er is ook aan toegevoegd dat de Vlaamse Regering voortaan moet beschikken over een niet-uitvoerende bestuurder in de financiële instellingen waar ze financiële steun aan verleent.
De heer Tack heeft het woord.
Onze fractie kan zich vinden in het voorstel van resolutie. Ik betreur wel dat onze fractie niet is betrokken bij de bespreking. Zes partijen dienen het voorstel in, wij niet. Dat vind ik bijzonder jammer.
De heer Penris heeft het woord.
Ik heb een vraag aan de indieners. In het tweede lid vraagt u: rekening houdend met de kwaliteit van de uitvoering van het herstelplan. Wat is het herstelplan en wat is de kwaliteit ervan?
Onder het herstelplan wordt enerzijds het terug op orde zetten van de financiële instelling verstaan, maar anderzijds gaat het natuurlijk vooral over het aflossingsplan in het bijzonder. Het moet duidelijk zijn dat naarmate een financiële instelling op een geloofwaardige en een vergevorderde manier rondgeraakt met de uitvoering van dat plan, er naar het einde toe al terug sprake kan zijn, wat ons betreft, van een variabele verloning. Met een variabele verloning is er op zich niks mis. Het wordt in heel veel firmas als een treffelijk en prestatiegedreven verloningsinstrument gebruikt. Er is niets mis mee, maar wel op het moment dat er gebruik wordt gemaakt van belastingsgeld.
We moeten er ook over waken dat deze instellingen een beroep kunnen doen op de beste krachten en bankiers die voorhanden zijn op deze krappe markt van financiële talenten. Daarom moeten er in de laatste fases van het herstelplan mogelijkheden worden geboden om weer over te gaan naar variabele verloning.
Voorzitter, ik ben al lang pleitbezorger van goed wetgevend werk. Ik stel vast dat de haast en de spoed waarmee sommige stukken hier worden afgeleverd, niet van die aard zijn om goed wetgevend werk af te scheiden.
Men heeft het hier over financiële instellingen, een meervoud, en één herstelplan, dat dan blijkbaar een afbetalingsplan is. Dit is geen goed juridisch werk.
De indiener doet een poging tot verduidelijking, maar noch taalkundig, noch juridisch, zie ik het nut in van die zinsnede rekening houdend met de kwaliteit van het herstelplan.
Voorzitter, als de indieners het met mij eens zijn, zou ik durven suggereren dat ze taalkundig een kleine aanpassing doen of voorstellen om die laatste zinsnede weg te laten. Zoals het er nu staat, is het juridische onzin.
Mijnheer Penris, voor alle duidelijkheid: een resolutie is geen wetgevend werk, maar is aanbevelend.
Voor de rest heb ik er geen commentaar bij.
Vraagt nog iemand het woord? (Neen)
De bespreking is gesloten.
We zullen straks de hoofdelijke stemming over het voorstel van resolutie houden.