Verslag plenaire vergadering
Verslag
Dames en heren, beste collegas, ik wil hulde brengen aan collega Sven Gatz. Hij neemt vandaag in zijn huidig ambt van Vlaams volksvertegenwoordiger deel aan zijn laatste plenaire vergadering. Dit moment wil ik niet onopgemerkt laten voorbijgaan.
Mijnheer Gatz, beste Sven, na een leven in de politiek kiest u voor wat Vlaanderen als een van de beste te bieden heeft: bier. Eind deze maand verlaat u dit politiek halfrond en wordt u, vanaf 1 september, directeur bij de federatie van de Belgische bierbrouwers. Voor een politicus wat u in hart en nieren bent is dit een verrassende carrièrewending, maar uw passie voor bier is bekend en de keuze typeert u wel. Ook in uw politieke functies liet u zien geen uitdagingen of veranderingen uit de weg te gaan.
Begaan om een correcte behandeling van de Vlamingen in de hoofdstad en ijverend voor een Brussel voor alle Brusselaars, kwam u tijdens uw studentenjaren, nu 23 jaar geleden, bij de Volksunie terecht. De keuze voor de politiek noemde u zelf een bescheiden vorm van idealisme, de keuze voor de Volksunie omschreef u als bewust. Ze was verbonden met uw geboortestad Brussel en met de figuur van Vic Anciaux. Vic Anciaux was toen staatssecretaris in de Brusselse Regering en zijn visie op Brussel maakte indruk. Na uw studie in de rechten en een jaar administratief recht aan de ULB, ging u, begin 1992, werken op zijn kabinet. Van 1994 tot medio 1995 was u ambtenaar bij de Vlaamse Gemeenschapscommissie. Na deze ambtelijke tussenstop startte uw parlementaire carrière in de Brusselse Hoofdstedelijke Raad, als opvolger van Vic Anciaux.
Bij de verkiezingen van 1999 werd u rechtstreeks verkozen op de VU-VLD-kartellijst en zetelde u niet alleen in het Brussels, maar ook in het Vlaams Parlement. Een jaar later werd u gemeenteraadslid in Jette.
Als links-liberale vernieuwer was u eind jaren negentig mee de bezieler van ID21, de alliantiepartner van de Volksunie, waarvan u in 2001 ook woordvoerder werd. Na het uiteengaan datzelfde jaar van de Volksunie in N-VA en Spirit zette u nog even de schouders onder Spirit maar koos u uiteindelijk voor Vld in 2002. Uw goede lokale ervaring met de Brusselse liberalen en uw links-liberale overtuiging bepaalden deze keuze.
Bij de verkiezingen van 2004 en 2009 werd u voor VLD verkozen en koos u voor het Vlaams Parlement. Vanaf 10 mei 2007 leidde u er de liberale fractie.
Na uw vertrek uit de nationale politiek blijft u wel gemeenteraadslid in Jette. Dat is de reden waarom wij deze hulde vroeger doen: u wenst vanavond nog deel te nemen aan de gemeenteraad van Jette.
Beste Sven, uw parlementair parcours, dat u vanuit uw specifieke positie van Vlaming en Brusselaar als een soms schizofrene ervaring beleefde, benutte u maximaal. Maatregelen op het vlak van onderwijs, welzijn of cultuur gaf u steevast een specifieke hoofdstedelijke vertaling waar nodig. Maar uw politieke inzet beperken tot Brussel, taaltoestanden en communautaire dossiers zou u onrecht aandoen. Links-liberaal georiënteerd, ontplooide u zich evenzeer tot een politicus met een breed engagement en met een specifieke aandacht voor stedenbeleid, inburgering, immigratie en staatshervorming.
Als Open Vld-fractieleider kreeg u erkenning en groeide u uit tot een pragmatisch en consensusgericht voorman en een gedreven oppositieleider.
En er was natuurlijk bier. Vergeten we niet dat u de drijvende kracht was achter de verkoop van ons eigen huismerk van bier, Halfrond.
Wanneer u straks dit huis verlaat, bent u in volle midlife, hebt u een parlementaire anciënniteit van zestien jaar en een eigen politiek verhaal. Het ligt vast in onze parlementaire documenten, maar ook in de boeken die u schreef. In het persoonlijke en prachtige Bastaard, in Stadslucht maakt vrij, dat u samen met onder meer Sas van Rouveroij verwezenlijkte, in Het blauwe boekje en in Een vierde weg? , publicaties waaraan u eveneens meewerkte.
In de man die u vandaag bent, liberaal in maatpak-zonder-das, herkent men weinig van de zachte punker die u eens was, in zwarte broek met talrijke ritssluitingen en met legerboots aan. Toch begrijpen we u wanneer u zegt en schrijft het punkgevoel van toen nooit volledig verloren te hebben. We meenden het te herkennen in het vuur waarmee u kon opkomen voor een open debat of waarmee u de verandering kon uitdagen.
Tot slot, we hebben net vandaag weliswaar met enig trekken en stoten uw ingediende conceptnota over Brussel toch ontvankelijk verklaard. Noblesse oblige.
Beste Sven, in naam van ons allen, van harte dank voor uw werk in dit halfrond en de inspiratie die daarvan uitging. Met uw vertrek verliest dit parlement een vakkundig politicus en een vurig verdediger van Brussel. Ik wens u een succesvolle en natuurlijk ook nuchtere toekomst bij de Belgische bierbrouwers. Het ga je goed! (Algemeen applaus)
Voorzitter, collegas, alvast bedankt voor het hartelijk applaus, dat deze redevoering er niet gemakkelijker op zal maken.
U hebt u waarschijnlijk afgevraagd waarom een parlementslid dat bij zijn afscheidsinterviews kwistig heeft rondgestrooid dat hij geen verhaal meer heeft en dat zijn verhaal stilaan is uitverteld, toch nog het woord wil voeren in deze plenaire vergadering. Het klinkt wat tegenstrijdig, ik weet het, maar ik wil het toch nog een laatste keer doen: u met plezier toespreken.
De verklaring daarvoor is simpel: ik ben altijd graag parlementslid geweest, met hart en ziel. En het is goed dat u nu van een afscheidnemend parlementslid nog eens hoort dat u in gedachten moet houden hoe mooi deze job wel is. Ik zie de heer Van Rompuy kijken. Hij weet als geen ander dat het geen job is maar een roeping, door wie dan ook. Voor mij is het altijd een eer geweest om dit te mogen doen. Dit is iets wat we soms wel eens vergeten: we zitten hier niet voor onszelf maar we zijn verkozen door andere mensen.
De mooiste job ter wereld? Misschien wel. Waarom dan weggaan? Het is een luxeprobleem van het zondagskind dat ik ben. Je hebt de job van je leven, en op een dag vind je de andere job van je leven. En dan ben je weg.
Ik wil nog even terugblikken op die eerste mooiste job ter wereld. Collegas, er zitten heel wat levensgenieters in de zaal. U kent ongetwijfeld de ingrediënten van bier. Je hebt vier dingen nodig: water, mout, hop en gist. Maar weet u hoe een goed parlementslid gemaakt wordt? Het is geen quiz voor het slimste parlementslid ter wereld. Bier: water, mout, hop en gist. Een parlementslid: woord, moed, hoop en goesting.
De woorden, het woord. Men zegt soms dat het parlement een praatbarak is. Beste collegas, voor degenen die ooit in twijfel zouden komen: laat u hierdoor nooit afschrikken. Wie niet gelooft in de kracht van het gesproken woord, heeft in een parlement niets te zoeken. Zonder water geen bier, zonder woord geen parlementslid.
Maar er is meer nodig: moed. Geen moed in de romantische, ridderlijke zin van het woord, maar in de betekenis van moed om een eigen mening te hebben, moed om als lid van de meerderheid niet altijd per definitie tegen de oppositie te zijn, en ook moed om als lid van de oppositie niet altijd per definitie tegen de meerderheid te zijn. Moed om de consensus in de eigen fractie en partij na te streven, maar ook moed om de eigen partij niet altijd slaafs te volgen. Ook moed om de consensus in dit parlement soms in vraag te durven stellen. Een te sterke pensée unique, of die nu geldt op maatschappelijk, economisch of communautair vlak, collegas, is een valkuil voor een parlement en voor een samenleving.
Het derde ingrediënt is hoop. Dat klinkt hoogdravend, ik weet het. Toch is het aan ons om nieuwe debatten te lanceren, nieuwe ideeën naar voren te brengen, nieuwe grenzen te verleggen, zeker in deze tijden van stilstand dit is geen steriele oppositiepraat, daar heb ik de voorbije maanden gelegenheid genoeg toe gehad , stilstand van het politieke bedrijf, de federale impasse waar we allemaal, of we dat nu willen of niet, een stukje mee het slachtoffer van zijn. Welnu, parlementsleden kunnen die stilstand mee doorbreken, daar blijf ik heilig van overtuigd.
Het vierde ingrediënt is goesting. Het gaat over creativiteit, gedrevenheid, leven in de brouwerij, ja ja, en over goed humeur. Ook ik heb, ondanks mijn ernstige imago ik heb nooit veel moeite moeten doen om me dat aan te meten in dit parlement soms de aap uitgehangen. Maar weet, collegas, dat ik dit niet deed om de Vlaamse Regering naar beneden te halen en te verlagen op mijn niveau. Ik heb dit veeleer gedaan om haar beter te maken, haar naar ongekende hoogten te stuwen, opdat zij de top zou halen. Misschien niet geheel met succes, maar dit terzijde.
Water, mout, hop, gist. Woord, moed, hoop, goesting. U kent nu het recept, maar er is nog één belangrijke opmerking: voor het schuim moet u zelf zorgen.
Collegas, voor een keer iets meer familiair misschien: mes amis, mes amours, ik groet u, het ga u goed. (Staande ovatie)
Minister-president Peeters heeft het woord.
Voorzitter, dames en heren, ik wil namens de Vlaamse Regering mijn appreciatie en dank uitdrukken voor de heer Gatz. Hij heeft ons inderdaad regelmatig het vuur aan de schenen gelegd. Ik begrijp nu dat hij dat deed om de regering op nog hogere hoogten te brengen. Dat was me niet altijd duidelijk. (Gelach)
Nu dus wel.
Ik wil namens de Vlaamse Regering mijn erkentelijkheid uitdrukken en net zoals u, voorzitter, de heer Gatz alle succes toewensen in zijn nieuwe schitterende baan. (Applaus)