Verslag plenaire vergadering
Verslag
De heer van Rouveroij heeft het woord.
Minister-president, in uw regeerakkoord staat dat de regering transparante verantwoording moet afleggen over wat ze doet met het belastingsgeld. Zo hoort het ook. Wat stellen we echter vast?
De Inspectie van Financiën is de interne financiële en budgettaire waakhond die de ministers bij de les moet houden. Minister-president, op 10 december 2010 besliste uw regering om de bevoegdheden van de Inspectie van Financiën terug te schroeven klaarblijkelijk blaft deze waakhond iets te veel en hebt u hem gemuilkorfd.
Het Rekenhof is de externe budgettaire waakhond ten behoeve van dit parlement. Uw administratie overhandigt de documenten die door het Rekenhof worden opgevraagd blijkbaar niet. Ook deze waakhond maakt blijkbaar iets te veel lawaai, dus geeft u hem geen eten documenten meer.
De derde waakhond is de Raad van State, met name de afdeling Wetgeving. We stellen vast dat een aantal voorstellen van decreet eigenlijk gecamoufleerde ontwerpen van decreet zijn, met als enige bedoeling een aantal adviesorganen te omzeilen, waaronder de Raad van State. Ook hier wilt men dus zo ver mogelijk uit de buurt van het hok van de waakhond blijven. Minister-president, wat dat laatste betreft moet ik eerlijkheidshalve ook in de richting van de zaal kijken. Om gecamoufleerde ontwerpen van decreet hier als voorstel te laten behandelen, zijn de leden van de meerderheid namelijk schatplichtig. Dat is dan geen waakhond, maar een ander type hond.
Mijn vraag is dan ook: hoe omschrijft u de transparante verantwoording?
Minister-president Peeters heeft het woord.
Voorzitter, collega's, het is evident dat de Vlaamse Regering in het Vlaams Parlement tekst en uitleg verschaft en op alle vragen antwoordt. Dat is voor de democratie heel belangrijk. Ik benadruk het: elke minister is dag en nacht bereid om hier tekst en uitleg ter komen geven. Ik heb zelf trouwens vele uren in een vliegtuig gezeten om dat te kunnen doen. Laat daarover geen misverstand bestaan.
Dit gezegd zijnde, is wat u zegt een beetje populistisch. Maar u behoort tot de oppositie, ik neem u dat dus niet kwalijk. Vooreerst is het niet juist dat de Inspectie van Financiën een controletaak heeft. Vraagt u dat maar aan voormalig minister Dirk Van Mechelen: de Inspectie van Financiën heeft een adviestaak bij de Vlaamse Regering. Die adviestaak wordt zeer ter harte genomen. Wij kijken altijd met zorg uit naar wat de Inspectie van Financiën ons adviseert.
Twee: reeds als jonge minister heeft men me uitgelegd dat het Rekenhof een instrument van het Vlaams Parlement is. Het Vlaams Parlement gebruikt dat instrument zoals het Vlaams Parlement denkt dat in volle vrijheid te moeten doen. Wij hebben veel respect voor het werk van het Rekenhof, en we zullen met de voorzitter van het Vlaams Parlement nagaan welke documenten moeten worden overgemaakt aan het Rekenhof. U begrijpt ook dat het Rekenhof niet alle documenten die naar aanleiding van de redactie van een begroting worden uitgewisseld, moet bekijken. Er zijn documenten van technische aard die geen politieke beslissing behoeven. Wij moeten dus nagaan hoe ver men moet gaan in het streven naar transparantie. Ik ben ervan overtuigd dat te veel transparantie leidt tot blindheid. Niemand is daarmee gebaat.
Ik betreur de toon. Ik neem deze zaak ter harte. De Vlaamse Regering moet alle vragen van het Vlaams Parlement beantwoorden. Ik zou niet graag hebben dat een sfeer wordt gecreëerd waarbij de indruk ontstaat dat de Vlaamse Regering alles probeert af te schermen en alle waakhonden opsluit. Dat is niet juist.
U moet afronden, minister-president. Het reglement is het reglement, en dat geldt voor iedereen.
Ik sluit af.
Als het gaat over de Inspectie van Financiën, kunt u niet ontkennen dat uw regering op 10 december 2010 de bevoegdheden van de inspectie heeft teruggeschroefd, onder meer voor groenboeken, witboeken, conceptnotas en dergelijke. Voor die zaken wordt geen advies meer gevraagd. (Opmerkingen van minister-president Kris Peeters)
Dat is geen populisme, dat staat zo in de tekst. De adviestermijn is verminderd van 20 naar 12 dagen, wat de werkdruk, die al hoog was, nog verhoogt. Dat brengt ook het risico met zich mee dat de adviezen niet langer kwaliteitsvol zullen zijn. Een ander punt is het Rekendecreet. We hebben daar de afgelopen weken uitgebreid over gepraat. De perimeter waarbinnen het Rekenhof zijn activiteiten kan ontplooien, is nodeloos ingeperkt. In dat verband is een amendement van de heer Van Mechelen op artikel 63 afgewezen.
Wij creëren geen sfeer. Wij stellen alleen maar vast dat het speelveld van diegenen die de waakhondfunctie vervullen de Inspectie van Financiën, het Rekenhof en de Raad van State inkrimpt. (Applaus bij Open Vld)
De heer Van Rompuy heeft het woord.
Mijnheer van Rouveroij, gisteren hebben we een uitvoerig gesprek gehad met het Rekenhof en de minister over de rol van het Rekenhof en het zogenaamde gebrek aan informatie. Zij hebben zelf gezegd dat zij over bepaalde elementen niet willen beschikken omdat die niet noodzakelijk zijn. Verschillende collegas hebben dat beaamd de heren Crombez en Sannen en naar voren gebracht. Het is niet de taak van het Rekenhof om de politieke bilaterales, de technische bilaterales of afwegingen te beoordelen. Zij hebben alleen gevraagd dat als de administratie helemaal in het begin berekeningen maakt of budgettaire implicaties bespreekt, zij daar inzage in krijgen.
Er is trouwens een akkoord. De voorzitter van het parlement was daar, ik was daar als voorzitter van de commissie Financiën, het Rekenhof was daar en minister Muyters was daar. We zijn eindelijk bij de piste gekomen dat we ook eens onder elkaar gaan afspreken wat de regering moet geven en wat het Rekenhof zelf vraagt. Ik ben ook streng geweest voor het Rekenhof, omdat het een algemene beschouwing had gegeven, alsof het geen adviezen meer kon geven door een totaal gebrek aan informatie. Ik heb die zin ook voorgelezen. We zullen nu kijken wat we doen. We moeten dat heel duidelijk afspreken.
Ik spreek iets langer, voorzitter, als voorzitter van de commissie Financiën. Gisteren is ook gezegd door het Rekenhof dat het niet de taak is van de Inspectie van Financiën om nieuw beleid te beoordelen, om nieuwe initiatieven te beoordelen of om opportuniteitsafwegingen te maken over het beleid. Zij moeten nagaan of bepaalde budgettaire zaken al dan niet conform de begroting zijn. Ze hebben zich over andere zaken niet uit te spreken, wat meer en meer het geval is.
Ik zeg dat ter verdediging van de regering en van het parlement. We moeten niet de indruk geven dat het parlement over onvoldoende controle-instrumenten beschikt. Dat is totaal onjuist. (Applaus bij de meerderheid)
De heer Sannen heeft het woord.
Ik kan begrijpen dat u als nieuwe fractievoorzitter van nul wilt beginnen, mijnheer van Rouveroij, en een nieuwe maagdelijkheid zoekt. Maar de voorzitter van de commissie Financiën heeft duidelijk gemaakt wat de rol van de Inspectie van Financiën is. Het is gisteren nog eens bevestigd door het Rekenhof. Het is goed dat de regering duidelijke afspraken met de Inspectie van Financiën maakt, zodat de noodzakelijke adviezen er tijdig zijn. Die heb je als minister nodig om ervoor te zorgen dat je beleid budgettair in orde is. Dat is de eerste taak van de Inspectie van Financiën.
Wat het Rekenhof betreft, was er gisteren een uitgebreid debat, zoals de voorzitter van de commissie Financiën zegt.
Wat betreft de adviezen van de Raad van State, breng ik u in herinnering dat wij het Financieringsfonds voor Schuldafbouw en Eenmalige Investeringsuitgaven ( FFEU) hier ook plotseling met een voorstel van decreet hebben gestemd. We hebben het Toekomstfonds gestemd. We hebben in het verleden dergelijke zaken geregeld gedaan, namelijk op initiatief van de liberale voorman, de heer Van Mechelen. Wat dat betreft, zoekt u misschien een nieuwe maagdelijkheid, maar ik vind dat er weinig nieuws is onder de zon.
De heer Vereeck heeft het woord.
Minister-president, mijn fractie is nieuw. Wij waren toch wel verbaasd over de scherpte van de brief van het Rekenhof aan de minister van Financiën en Begroting. Misschien moeten we niet veralgemenen. We hebben het Rekenhof gisteren in de commissie gevraagd of het in het verleden beter was. Het antwoord was: ja. Het was voor de eerste keer dat zij bij bepaalde departementen geen enkel document los kregen. Ze spraken van een gevaarlijk precedent. De reden is dat, omdat u nu macro-economisch in een budgettair evenwicht komt, de focus veel meer van het macro-economische naar het micro-economische gaat.
Het was heel duidelijk dat zij niet over politieke documenten wensten te beschikken, zoals het politieke besluitvormingsproces of politiek gevoelige zaken, maar louter over technische documenten.
Ik zou bijna zeggen: laat dat over aan de autonomie van het Rekenhof. Dat heeft het vertrouwen van de regering in het verleden ook niet beschaamd.
Ik hoor hier suggereren om afspraken te maken. Ik heb begrepen dat er in 2008 al zulke afspraken zijn gemaakt. Er is een resolutie. ik steun ten volle het voorstel van de voorzitter van het Vlaams Parlement om hier met uw regering nog eens in debat te gaan. Nogmaals, u kunt niet doen alsof er gisteren niets is gebeurd in de commissie. Ik vertrouw op de goede wil van beide kanten.
Er zijn interessante opmerkingen gemaakt, onder meer door de commissievoorzitter. Nogmaals, mijnheer van Rouveroij, voor visienotas en groenboeken gaan we naar de Vlaamse Regering zonder Inspectie van Financiën, we gaan daarover in debat met het parlement. Als u dat definieert als het kortwieken van de inspectie, dan zit u volledig fout. Dan zoekt u spijkers op laag water. We komen juist met die documenten naar het parlement.
Het Rekenhof is belangrijk voor het Vlaams Parlement. We zullen als regering samen met het parlement nagaan welke documenten we kunnen overmaken om het debat te voeren. Dat is toch het alfa en omega. Het debat is de essentie. Het is van groot belang om de begrotingsbeslissingen beter te duiden. Het is niet de bedoeling van het Rekenhof om alle documenten eens door te bladeren op zoek naar iets leuks. Dat kan evenmin de bedoeling zijn van het Vlaams Parlement. Dat kan zelfs niet de bedoeling zijn van de oppositie.
Vaak kunnen we een conclusie pas op haar waarde beoordelen als we de premisse kennen. Ik zou u durven aan te raden, minister-president, dat u de selectie van interessante zaken overlaat aan degene die de conclusie moet beoordelen. Een democratie werkt alleen als alle instellingen die die democratie vorm moeten geven hun rol spelen en kunnen spelen, maar vooral ook wanneer die instellingen de rol van de ander respecteren. Het is op dat respect dat we aandringen als Open Vld-fractie. (Applaus bij Open Vld)
Ter verduidelijking: de actuele vraag van de heer van Rouveroij ging verder dan de discussie gisteren over het Rekenhof. Daarom werd deze vraag ontvankelijk verklaard. De actuele vraag ging ook over de Raad van State en de Inspectie van Financiën.
Het incident is gesloten.