Verslag plenaire vergadering
Actuele vraag over de maximumfactuur in het basis- en kleuteronderwijs
Actuele vraag over de maximumfactuur in het basis- en kleuteronderwijs
Actuele vraag over de maximumfactuur in het basis- en kleuteronderwijs
Verslag
Mevrouw Michiels heeft het woord.
Voorzitter, minister, de maximumfactuur is nu aan haar tweede schooljaar toe, als ik het goed heb. Hoewel ze destijds met zeer nobele bedoelingen werd ingevoerd, namelijk om de kosten in het basis- en kleuteronderwijs te drukken, bleek al gauw dat er toch een aantal neveneffecten zouden ontstaan. Wij hebben daarvoor gewaarschuwd bij het begin, bij de bespreking van het decreet. Toen waren er al signalen uit de onderwijswereld. Het antwoord was toen dat met de nieuwe financieringsmethode de scholen zeer veel extra zouden krijgen, zodat ze het feit dat ze minder mogen vragen aan ouders perfect zouden kunnen opvangen.
In de loop van het eerste schooljaar doken dezelfde problemen opnieuw op. Schooldirecties trokken aan de alarmbel en stelden dat hun aanbod verschraalde, maar ook de culturele sector merkte op dat de scholen niet meer kwamen. Ook in de sector van het georganiseerd busvervoer werd gesteld dat scholen zoveel moeten betalen voor de bussen en zon klein budget hebben dat ze niet meer met de bus weggaan. Ook daar werd dus aan de alarmbel getrokken. Het antwoord was weer hetzelfde: ze hebben zeer veel extra middelen gekregen en moeten het daarmee maar oplossen.
Bij de invoering van die maximumfactuur hebben wij ook gezegd dat het alweer de oudercomités zouden zijn die moeten zorgen voor extra middelen, als de scholen het niet kunnen. Nu blijkt dat dit ook gebeurt. Minister, laat me duidelijk stellen dat ik niet akkoord ga met oudercomités die eisen dat ouders betalen. Ik vind echter niet dat we de oudercomités mogen verwijten dat ze in de bres springen.
Vanaf het begin werd gevraagd dat die maximumfactuur zou worden geëvalueerd, nu blijkt dat het probleem toch blijft bestaan en zelfs groter dreigt te worden, als we de kleuterscholen mogen geloven. Ook dit wordt steeds weer naar voren gebracht. Minister, gezien het korte tijdsbestek heb ik maar één vraag: nu de problemen steeds duidelijker en de noodkreten ook steeds luider worden, overweegt u die maximumfactuur af te schaffen?
Mevrouw De Knop heeft het woord.
Minister, collegas, de afgelopen week is het opnieuw glashelder geworden dat het huidige systeem van de maximumfactuur niet werkt of dat er op zijn zachtst gezegd een aantal problemen zijn bij de uitvoering ervan.
De heer Jan Peumans, voorzitter, treedt opnieuw als voorzitter op.
Een aantal scholen heeft werk gemaakt van de oprichting van extra oudercomités, zoals mijn collega al meldde. Scholen trachten creatief te zijn in het omzeilen van de vrij strenge eisen die de maximumfactuur stelt.
Minister, ik heb er alle begrip voor dat u de voorbije dagen en weken heel wat problemen te verwerken hebt gekregen waarvoor u persoonlijk niet verantwoordelijk bent. Anderzijds is de minister van Onderwijs een heel belangrijk minister en is Onderwijs een belangrijke bevoegdheid. We zijn bezorgd dat de problemen die zich daar aandienen, op een constructieve manier worden aangepakt en dat u als minister naar oplossingen zoekt. Precies daarover zijn we een beetje bezorgd omdat we via de pers hebben vernomen dat u aankondigt om sancties te nemen tegen de scholen die de maximumfacturen omzeilen.
Minister, ik vrees dat u het met mij eens zult moeten zijn dat dat bijzonder moeilijk is omdat het gebeurt via oudercomités en het niet altijd aantoonbaar is dat er sprake is van dwang. Daarom vrezen we dat focussen op sancties, zoals u hebt aangekondigd, eerder symptoombestrijding is dan wel het genezen van de zieke. Daarom hebben we in de bespreking van de beleidsnota in de commissie heel uitdrukkelijk gevraagd naar een evaluatie. Vandaag blijkt hoe urgent het is dat we die evaluatie maken, niet in 2011 we lazen hier en daar in de pers dat dat uw bedoeling is maar wel dit schooljaar.
Minister, is die evaluatie er al? Bent u bereid de resultaten ervan met ons te delen? Ziet u de mogelijkheid om eventuele bijsturingen aan de maximumfactuur of eventueel zelfs de afschaffing ervan te laten ingaan bij het eerstkomende schooljaar en niet uit te stellen met nog een schooljaar?
Mevrouw Helsen heeft het woord.
Voorzitter, ik dacht dat ik de laatste spreker was in de rij, maar geen enkel probleem dat ik mijn vraag nu mag stellen.
Minister, ik was verrast toen ik in het weekeinde in de nieuwsberichten hoorde dat u reageerde op creatieve oudercomités in Vlaanderen en hen wil sanctioneren. Wij houden net van creatieve oudercomités en van oudercomités die bezorgd zijn om het onderwijs en initiatieven nemen in de breedte.
Bij de bespreking van de beleidsnota is de evaluatie van de nieuwe financiering van het leerplichtonderwijs aan bod gekomen. Wij hebben toen gezegd dat een evaluatie van de maximumfactuur gekoppeld aan de financiering van het leerplichtonderwijs van belang is. We hebben bij de behandeling van het decreet geëist dat dat zou worden opgenomen. Dat is ook gebeurd. We hebben toen gevraagd of u bereid was om de maximumfactuur naar aanleiding van het niet-indexeren van de werkingsmiddelen al sneller te evalueren. U hebt toen heel duidelijk gezegd dat u nog geen conclusies wilde trekken. De evaluatie van de maximumfactuur is lopende en u schatte in dat deze aan het einde van het jaar zal kunnen worden afgerond. U zei dat dat dan zal worden bekeken wat men precies zal moeten doen.
Daarom ben ik verrast dat u nu plots naar aanleiding van creatieve oudercomités wel initiatieven zult nemen met betrekking tot de maximumfactuur. Minister, wij gaan ervan uit dat de oudercomités niet zomaar iets ondernemen maar dat ze dat doen omdat de scholen niet altijd beschikken over de middelen die ze nodig hebben om te realiseren wat wij van hen verwachten.
Minister, hoe gaat u met de sancties die u gaat nemen en de consequenties die dat kan hebben, toch kosteloos en kwaliteitsvol onderwijs in Vlaanderen garanderen?
Mevrouw Deckx heeft het woord.
Voorzitter, minister, collegas, de vraag is vandaag: wat willen we in Vlaanderen met ons onderwijs? We willen dat iedere ouder zijn of haar kind vrij kan inschrijven in de kleuter- of basisschool die hij of zij wenst. Men moet zich vrij voelen om over elke drempel te kunnen stappen. Wat we niet willen, zijn scholen voor mensen met meer geld en scholen voor mensen met minder geld. Die situatie is absoluut niet wenselijk. Juist daarom is de maximumfactuur in 2008 ingevoerd. Dat is niet zomaar gebeurd, die hele operatie ging gepaard met een fameuze verhoging van de middelen die aan de scholen werden toegewezen om te voorzien in extra uitstappen van culturele of sportieve aard.
Vandaag stellen we vast dat er zich in scholen problemen voordoen. Ze trekken aan de alarmbel en zeggen dat ze niet alles meer kunnen blijven financieren. Minister, ik wil u vragen om die toestand te evalueren, om na te gaan of de scholen gelijk hebben, of het klopt wat ze zeggen, of de middelen ook op de juiste manier worden aangewend. Ik vraag u in elk geval, als er tekorten zijn, dat die niet op de schouders van de ouders worden gelegd. Wees creatief, spreek de ministers van Cultuur, Sport en Mobiliteit aan. Wijs gemeenten en steden op de mogelijkheid van het flankerend onderwijsbeleid, maar ga niet mee in de vraag naar de afschaffing van de maximumfactuur, want dat komt absoluut niet overeen met gelijke kansen voor ieder kind in het onderwijs, en nog veel minder met het kosteloze onderwijs dat in onze Grondwet is vastgelegd. Minister, evalueer die toestand en denk goed na over hoe u eventuele problemen kunt oplossen.
Minister Smet heeft het woord.
Mevrouw Deckx heeft de ontstaansgeschiedenis van de maximumfactuur heel goed weergegeven. Het was een sociale maatregel om te verhinderen dat de keuze van een school door ouders zou worden bepaald door de vraag of het al of niet om een dure school ging. In onze opvatting over onderwijs is dat onaanvaardbaar.
Mevrouw Helsen heeft heel goed geluisterd naar wat ik heb gezegd tijdens de bespreking van de beleidsverklaring. Toen heb ik inderdaad aangekondigd dat we een evaluatie hadden en dat het niet meer dan normaal is dat als je een maatregel invoert, je moet opvolgen en monitoren. Ik heb toen ook gezegd dat we eind dit jaar een eerste evaluatie gingen hebben over de effecten van de maximumfactuur op de buitenschoolse activiteiten. Ik heb in de commissie gezegd dat we tegen 2012 een totale evaluatie van het financieringssysteem van de scholen zullen hebben.
Wat is er gebeurd? We zijn ondervraagd door een krant, die wist dat bepaalde oudercomités verplicht van ouders eisen, niet om aan activiteiten mee te doen, maar om 120 of 130 euro aan het oudercomité te betalen, dat dat geld op haar beurt doorstort aan de scholen voor de werkingsmiddelen. Over die situatie heb ik gezegd dat dat onaanvaardbaar is. Het is dan aan de ouders om een klacht in te dienen bij de Commissie zorgvuldig bestuur, die kan optreden en de nodige sanctie opleggen. Zo is de regelgeving.
Ik heb niet de ambitie om alle inspecteurs vrij te maken en ze naar alle scholen te sturen om na te gaan wie een dergelijke regeling heeft uitgewerkt. Als ouders door oudercomités, door scholen onder druk worden gezet of indien oudercomités enkel met dat doel werden opgericht, dan is er in die specifieke situatie een probleem. Uiteraard heb ik geen probleem met het feit dat er oudercomités worden opgericht, wel integendeel. Hoe meer, hoe beter, hoe groter de betrokkenheid. Uiteraard heb ik er geen probleem mee dat oudercomités activiteiten organiseren voor de school. Des te beter. Dat er een wafelenbak wordt gehouden, daar heb ik geen problemen mee. Dat is op zich niet problematisch, zolang het maar vrijwillig gebeurt en ouders niet onder druk worden gezet om daaraan mee te doen en ze niet onder druk worden gezet om een extra bijdrage te geven.
Het is in de eerste instantie de taak van de ouders om naar die Commissie zorgvuldig bestuur te gaan. Ik zal ook wel kijken en aan de inspectie vragen of het mogelijk is om tijdens de inspectierondes na te gaan in welke mate dit probleem echt wijdverspreid is in Vlaanderen. Ik loop dus niet voor op de evaluatie.
Ik weet wel en dat zult u ook wel gehoord hebben dat het busvervoer op het platteland wel wat problemen opleveren. Dat hoor ik ook tijdens mijn ronde. Maar het zal u ook niet ontgaan zijn dat bijvoorbeeld het oudercomité van het Gemeenschapsonderwijs heel uitdrukkelijk heeft gezegd dat ze die maximumfactuur wil behouden. Heel toevallig was ik gisterenavond in Vilvoorde, hier niet zo heel ver vandaan. Mevrouw De Knop, die stad ligt, als ik me niet vergis, in uw kiesomschrijving. Daar waren heel wat ouders. De meningen waren wat verdeeld, maar de overgrote meerderheid van de ouders was wel voor de maximumfactuur. Want, zoals mevrouw Deckx terecht heeft opgemerkt, ons basisonderwijs moet kosteloos zijn. Men kan een beperkte bijdrage aan de ouders vragen. Ik sluit niet uit dat die bijdrage in de toekomst herzien kan worden. Dat zullen we dan bekijken in functie van de evaluatie. Toen de maximumfactuur werd ingevoerd, ging er als compensatie 85,23 miljoen euro extra, bovenop de 42 miljoen euro die daarvoor al was toegekend, naar de werkingsmiddelen van de scholen. Wat de scholen doen met die middelen, is hun keuze. Ik heb gisteren nog een schooldirectie ontmoet. Daar zei men dat ze geen enkel probleem hebben met die maximumfactuur. Ik heb er ook andere ontmoet die zeggen dat ze wel problemen hebben. Maar gisterenavond heb ik toch gemerkt dat de communicatie van sommige scholen over de maximumfactuur naar de ouders niet altijd transparant is.
Minister, uw antwoord verbaast me eigenlijk niet. Het ligt in de lijn van wat we voordien ook steeds hebben gehoord. Bij de invoering van de maximumfactuur hebben we gesteld dat we het eens kunnen zijn met de doelstelling om de kosten te drukken. We hebben toen vragen gesteld bij de neveneffecten. Nu blijkt dat die er toch wel zijn. Ik hoop dat die evaluatie dat zeer duidelijk zal maken en dat u daar de nodige conclusies uit zult trekken.
Ik heb nog een kleine bijkomende vraag. U zegt zelf dat het vervoer voor scholen op het platteland een enorm zware kost met zich meebrengt. Dat hebben wij toen ook gezegd. Kan dat nu al uit die maximumfactuur gehaald worden? Ik denk dan vooral aan het vervoer van de kleuters. Voor de lagere school is het probleem min of meer geregeld via de overeenkomst met De Lijn, waardoor de scholen bussen van De Lijn kunnen gebruiken tijdens de daluren. Voor kleuters is dat heel moeilijk. Kan het vervoer van kleuters nu al uit de maximumfactuur worden gehaald, waardoor het argument dat het vervoer van kleuters zeer veel kost, wegvalt?
Minister, ik dank u voor uw antwoord. Het ligt inderdaad in de lijn van de verwachtingen. Ik heb blijkbaar niet heel goed geluisterd. Mijn collega, mevrouw Vanderpoorten, heeft aan u een schriftelijke vraag gesteld om juist te weten wat de timing van de evaluatie is. Ze heeft me gezegd dat het antwoord niet eenduidig was. Dat is ook de reden waarom ik het nuttig vond om het vandaag nog eens te vragen. U mag misschien verwezen hebben naar eind 2010. Dat heb ik dan blijkbaar gemist. Ik dacht aan 2011. Maar u kunt toch niet ontkennen dat een aantal heel belangrijke actoren, zoals de Werkgroep Kleuter, aandringen op een afschaffing. Het klopt dat er ook andere actoren zijn. Dat wijst er wel op dat de belangrijkste actoren in het onderwijsveld vragen naar die evaluatie.
Daarom vindt onze fractie dat we dit niet mogen uitstellen tot eind 2010, maar dat we die evaluatie nu moeten doen, zodat we de aanpassingen kunnen laten ingaan in het volgende schooljaar. En het is precies onze bezorgdheid en dat is heel opbouwend en constructief bedoeld dat we er niet nog een schooljaar moeten laten overgaan om aanpassingen te doen die misschien wel nodig zijn.
Voorzitter, ik heb nog een extra vraagje, als u mij toestaat. Minister, u verwees naar het feit dat scholen daar niet erg goed over communiceren, maar dat ze wel genoeg werkingsmiddelen hebben gekregen. Dat klopt, maar moet er niet eens over worden nagedacht om de middelen die daarvoor bestemd zijn, duidelijker toonbaar te maken aan de scholen? Nu blijven die in een aantal gevallen onderweg hangen en komen ze niet altijd bij de school terecht. Ook dat is een reëel probleem.
Even voor de duidelijkheid, mevrouw De Knop: de repliek duurt 1 minuut en geen 2 minuten. Als iedereen dat doet, zitten we hier tot morgenvroeg.
Minister, ik hoor hier toch nog mensen pleiten voor de afschaffing van de maximumfactuur. Ik ben al heel blij dat u antwoordt dat u zult evalueren, zoals het in de beleidsnota staat, en dat u zult kijken welke oplossingen er moeten worden geboden. Ik wil nogmaals met nadruk vragen om die maximumfactuur niet af te schaffen. We moeten gaan voor de gelijkheid van kinderen, en dat komt niet in orde als we de school een hoger prijskaartje geven voor de ouders.
Minister, ik dank u voor het antwoord. U stelt opnieuw duidelijk dat u de evaluatie wilt afwachten en dat u niet vooraf een aantal beslissingen zult nemen. U zegt ook wel dat u op basis van uw ronde vaststelt dat er wel situaties zijn waarin er problemen voorkomen met de maximumfactuur die nu van toepassing is. U verwijst dan heel concreet naar het voorbeeld van het leerlingenvervoer. Wij worden er ook van op de hoogte gebracht dat scholen die met zware infrastructuurwerken zitten, ook problemen hebben. Die signalen komen vooral vanuit het katholieke onderwijs, omdat zij alles uit de werkingsmiddelen moeten putten om die investeringen te financieren. Ook zij hebben het moeilijk om de maximumfactuur na te leven.
Daarom vragen we dat scholen niet in problemen worden gebracht en dat we tijdig een bijsturing doen van de maximumfactuur indien blijkt dat dat nodig is.
U zegt ook heel duidelijk dat het belangrijk is om een aantal elementen van de evaluatie af te wachten. Worden daar ook de initiatieven in meegenomen die de oudercomités nemen en wat die als gevolgen hebben voor de financiële mogelijkheden van scholen? Dat is nu immers het element dat ertoe heeft geleid dat deze vraag hier wordt gesteld.
Ik stel als ouder zelf vast dat het Rekenhof met een onderzoek bezig is met betrekking tot de middelen die van ouders gevraagd worden. Past dat ook in die evaluatie of staat dat daar volledig los van?
Mevrouw Celis heeft het woord.
Minister, de vraagstellers hebben de problematiek van de maximumfactuur zeer goed gekaderd. Of het nu gaat om het afschaffen, bijsturen of herbekijken van de maximumfactuur, het is zeer belangrijk dat er een grondige kosten-batenanalyse van het hele verhaal wordt gemaakt. Daarom was ik heel tevreden met uw uitspraak om die evaluatie grondig te doen en in functie daarvan bij te sturen waar nodig.
Ik heb heel veel sympathie voor oudercomités die omwille van de eenheid van de school en de klassen en om hun kinderen bezig te zien, schoolfeesten en eetfestijnen organiseren. En dat mag een extra centje voor de school opbrengen, maar het mag natuurlijk niet de bedoeling zijn dat dat moet dienen om de scholen en de uitstapjes van die scholen overeind te houden.
Ik wil nog heel even stilstaan bij de maximumfactuur van 20 euro voor kleuterscholen. Ik ben gisteren met mijn zoontje even naar de kermis geweest, en 20 euro is toch wel bijzonder weinig. Misschien moeten we dat toch zeer grondig evalueren.
Mevrouw De Waele heeft het woord.
Voorzitter, er is hier heel wat gezegd over de maximumfactuur. Die is misschien wel met de beste bedoelingen in het leven geroepen, maar we moeten toch stellen dat ze haar doel mist. Wij vinden alvast dat de maximumfactuur, zoals wij haar vandaag kennen, veel te betuttelend is. Het feit dat ouders en oudercomités haar vandaag proberen te omzeilen, wijst er toch op dat ze zelf de zaken in handen willen nemen om in een eigentijdse opvoeding voor hun kinderen te voorzien. Ontwijkingstechnieken zullen er altijd bestaan, maar wij pleiten ervoor om de schoolbesturen en de ouders zelf te laten kiezen voor de verlevendiging die ze willen nastreven. We moeten ze uiteraard mogelijkheden bieden om misbruiken aan te kaarten.
Minister en collegas, een recente studie van de Vereniging Vlaamse Cultuur- en gemeenschapscentra en LOCUS heeft alarmerende cijfers bekendgemaakt over de gevoelige daling van culturele activiteiten die worden aangeboden aan het kleuter- en basisonderwijs als gevolg van de invoering van de maximumfactuur. In het kleuteronderwijs is er een daling van 21 percent, in het basisonderwijs is er een daling van 8,4 percent.
Voorzitter, minister, namens mijn fractie doe ik een suggestie. Minister Schauvliege van Cultuur, die er nu jammer genoeg niet is, heeft een schitterend voorstel om cultuur bij de jongsten binnen te brengen. Minister, kunt u niet overleggen met uw collega en onderzoeken hoe de zaken het best op elkaar kunnen worden afgestemd zodat u met één budget het nodige kunt doen?
Mevrouw Meuleman heeft het woord.
Minister, ik ben het eens met de analyse van mevrouw Deckx. De situatie waarbij je kansrijke scholen hebt met kansrijke ouders, die veel uitstappen kunnen doen, en kansarme scholen met kansarme kinderen en ouders, die dat niet kunnen doen, is onaanvaardbaar. Ik ben het echter niet met u eens dat u een gelijkheid denkt te bereiken met uw sociaaldemocratische maatregel die niet differentieert of cibleert, en die ervoor zorgt dat het niveau van die kansrijke scholen naar beneden wordt afgerond terwijl er geen evidentie is dat het niveau van de kansarme scholen is opgetild door de maximumfactuur.
Minister, indien u die 85,23 miljoen euro waarover u daarnet sprak, gericht zou hebben ingezet in die scholen met kinderen die niet naar de sportclubs kunnen gaan, die niet naar de muziekles worden gebracht door hun ouders, die niet naar de academie worden gebracht, dan had u het niveau van de kansarme kinderen in de kansarme scholen opgetild zonder het niveau van de andere scholen te verlagen. Dat is volgens mij een goede maatregel. U moet de maximumfactuur herzien want ze schiet haar doel voorbij.
De heer De Meyer heeft het woord.
Voorzitter, minister, collegas, wie contacten heeft met het onderwijsveld, weet dat er zorgen zijn in verband met de maximumfactuur. Als wij het principe en de bedragen in stand willen houden, minister, mogen wij ook de spelregels niet wijzigen. Door de werkingsmiddelen niet verder te indexeren, hebben wij onrechtstreeks een van de spelregels aangepast. Daarom pleit ik ervoor dat wij voor volgend schooljaar evalueren en mogelijk bijsturen. Wij hebben daarvoor een kans bij Onderwijsdecreet XX.
Mevrouw Moerman heeft het woord.
Minister, u hebt gezegd dat het onaanvaardbaar is dat oudercomités de ouders zouden verplichten om bijdragen te geven. Ik vraag mij af hoe oudercomités dat zouden kunnen indien de school er niet op de een of andere manier bij betrokken is. Wat dat betreft is er een uitspraak van de Commissie Zorgvuldig Bestuur, die duidelijk heeft gesteld dat bijdragen aan een oudervereniging vrijwillig moeten zijn en dat in de communicatie naar de ouders duidelijk het onderscheid moet worden gemaakt tussen wat de communicatie van de school is en wat de communicatie van de oudervereniging is, zodat er geen indirecte dwang kan ontstaan.
Ik dring, net als mevrouw De Knop, aan op een zo spoedig mogelijke evaluatie. Aangezien die er pas op het einde van het jaar zal komen, lijkt het me geen slecht idee de scholen nog even aan deze rechtspraak te herinneren. Hier zijn mogelijke sancties aan verbonden. Een van die sancties bestaat uit een gedeeltelijke intrekking van de werkingsmiddelen.
Ik stel vast dat mevrouw Meuleman alle kindjes niet meer gelijk wil behandelen. Voor ons zijn alle kindjes, rijk of arm, eigenlijk gelijk. Ze moeten allemaal naar het basisonderwijs kunnen gaan.
Toen de maximumfactuur is ingevoerd, is onderzocht wat een kleuterschool en een lagere school aan de extramurale activiteiten besteden. Indien ik me niet vergis, ging het toen om 20 euro voor een kleuterklas en om 30 euro voor een klas in het lager onderwijs. Mijn voorganger, toenmalig minister Vandenbroucke, heeft de scholen die bedragen overgemaakt. Die maakten deel uit van de enveloppe van 85 miljoen euro. In essentie werden de scholen op deze manier gecompenseerd. Aangezien ze het niet meer aan de ouders zouden vragen, zouden hun inkomsten immers dalen. Dit was een neutrale operatie.
Heel wat scholen voeren dit correct uit. Er zijn daar geen problemen. De kinderen kunnen nog gaan zwemmen en op uitstap gaan. Andere scholen gebruiken die werkingsmiddelen op een andere manier. Dit behoort tot de autonomie van de scholen. Sommige scholen zouden de ouders vertellen dat ze moeten betalen omdat dit ten gevolge van de invoering van die maatregel niet anders kan. Dat is niet correct. Ik heb dit weekend verklaard dat scholen geen constructie met oudercomités kunnen opzetten om de ouders te verplichten een bijdrage te leveren. Volgens de journalist en sommige anderen zou dit gebeuren. Dit is onaanvaardbaar. Ik ben voor vrijwillige bijdragen en de vrijwillige organisatie van activiteiten. Dit verhoogt de betrokkenheid van de ouders bij de school.
Ik zal de timing van de evaluatie niet wijzigen. Ik heb in het begin geleerd dat bepaalde zaken tijd vergen. We moeten de genomen maatregelen op het terrein laten uitvoeren. Dit is een uitdrukkelijke vraag van heel wat onderwijsverstrekkers geweest. We moeten voldoende tijd uittrekken om de hervormingen uit te voeren. We mogen die maatregelen niet holderdebolder evalueren. We moeten hiervoor de nodige tijd nemen. Ik zal de timing aanhouden. Ik wil er trouwens aan herinneren dat eind 2010 niet meer zo ver van ons verwijderd is.
Het Rekenhof is bezig. Ik moet nagaan in welke mate die timing parallel met onze timing loopt. De inspectie zal de controle van de oudercomités op zich moeten nemen. Volgens mij maakt dit geen deel uit van de lopende evaluaties binnen de scholen. Ik zal nog zien of we dit hieraan kunnen toevoegen.
De maximumfactuur zal blijven bestaan. We zullen dit evalueren. We zullen uit die evaluatie eventueel conclusies trekken. Indien nodig, zullen we vervolgens het beleid bijsturen.
In tegenstelling tot de mevrouw van Lijst Dedecker zijn we niet voor een selectief, elitair onderwijs. We vinden niet dat scholen onderling concurrentie kunnen voeren door de ouders om bijkomende bijdragen te vragen. Indien ik het goed heb begrepen, wil ze terug naar een dergelijk systeem. (Opmerkingen van mevrouw Patricia De Waele)
Mevrouw De Waele, u mag niet repliceren. Uw fractie staat er steeds op dat ik het reglement strikt toepas.
Mevrouw Michiels heeft het woord.
Ik ben blij dat de minister tot een evaluatie wil overgaan. Ik houd van evaluaties. Ik ben minder blij dat de minister niet iets sneller wil gaan. In dat geval zouden we bij het begin van het nieuwe schooljaar met een nieuwe regeling van start kunnen gaan. Dit is, zoals de heer De Meyer heeft verklaard, een gemiste kans. De mogelijkheid is er. Ik denk dat we ondertussen een duidelijk beeld van de pijnpunten hebben.
Ik vind het verheugend te horen dat de maximumfactuur in haar huidige vorm niet zaligmakend is en dat zal moeten worden bijgestuurd. Over welke bijsturingen het zal gaan, zal later in de commissie nog aan bod komen.
U blijft stellen dat u de evaluatie volledig wilt doen. Op basis van de maatregel die we zelf hebben toegepast en waarnaar de heer De Meyer heeft verwezen, is een wijziging doorgevoerd die impliceert dat de kleuterschool per leerling 15 euro minder krijgt en de lagere school 22 euro per leerling minder. Dat heeft gevolgen en we vragen u om te overwegen of daaraan niets moet worden gedaan.
Het incident is gesloten.