Verslag plenaire vergadering
Verslag
Voorstel tot spoedbehandeling en beroep op het reglement
Dames en heren, met toepassing van artikel 46 van het Reglement van het Vlaams Parlement heeft de heer Watteeuw bij motie van orde het woord gevraagd.
De heer Watteeuw heeft het woord.
Mijnheer de voorzitter, ik zou graag een voorstel van resolutie betreffende een snelle invoering van een slimme kilometerprijs in Vlaanderen ter behandeling voorleggen en met spoed laten behandelen. Het voorstel van resolutie werd u toegestuurd en zou uitgedeeld kunnen worden aan de leden van dit parlement.
Mijnheer de voorzitter, u hebt een actuele vraag van onze fractie afgewezen. Het was een vraag van mevrouw Meuleman inzake duurzaam naar school. De afwijzing verbaast me. U beroept zich daarvoor op artikel 80 van het reglement. Dat artikel stelt dat een aantal vragen niet ingediend kunnen worden, dat een vraag onontvankelijk is als die gaat over een voorstel van resolutie, een beleidsnota, een beleidsbrief of een motie. Ik heb geen communicatie mogen ontvangen dat u de vraag zo zou interpreteren.
Ik heb de voorbije jaren eens bekeken en ik heb een waslijst van actuele vragen gevonden die wel degelijk op de begroting slaan. We hadden toen hetzelfde reglement. De heer Verstrepen heeft een actuele vraag ingediend op 26 november over het nieuwe besparingsplan van de Vlaamse Radio- en Televisieomroep (VRT), de dag voor de beleidsbrief Media en de begroting Media door de commissie zouden worden besproken. De heer Verfaillie stelde een actuele vraag over lokale en regionale besturen en de uitbouw van een tweede pensioenpijler waarbij hij expliciet verwijst naar het begrotingsontwerp 2009. De mooiste die ik vond, is een actuele vraag van de heer De Loor van 26 november 2008 over de financiële ondersteuning van de schuldbemiddelingsdiensten en waarbij de minister in zijn antwoord zei: Gisteren is de begroting van welzijn en volksgezondheid en gezin gedurende meerdere uren aan bod gekomen, waarop de heer De Loor antwoordde dat dat juist was en dat hij zijn vraag heeft ingediend naar aanleiding van de bespreking in de commissie.
Dit betekent dat het de gewoonte in dit parlement was om daarin heel soepel te zijn. U stelt daar nu een einde aan, maar u communiceert daar niet over. Niemand wist hiervan.
Mijnheer de voorzitter, als u uw reglement consequent zou toepassen, dan zouden alle vragen over het rekeningrijden vandaag onontvankelijk verklaard worden, want in de beleidsnota Mobiliteit en Openbare Werken worden het rekeningrijden of de kilometerheffing meerdere malen vermeld. Het komt er dus op neer, mijnheer de voorzitter, dat u ofwel met twee maten en twee gewichten werkt, ofwel dat u niet inziet dat deze vraag wel degelijk actueel en gerechtvaardigd was.
Het resultaat is dat de Fietsersbond een telefoontje krijgt van het kabinet na een persmededeling over dit programma, en dan vroeger en zelfs ongevraagd een antwoord krijgt. Een parlementslid dat een vraag stelt, krijgt dat antwoord niet. Dat is een formalisme dat de werking van het parlement niet ten goede komt.
Mijnheer Watteeuw, u hebt veel aspecten aangebracht. Het uitgangspunt was dat de vraag om uitleg die mevrouw Meuleman had ingediend over het project Duurzaam naar School, een verwijzing inhoudt naar de bespreking van het decreet, die op dit moment loopt en die de begroting behandelt. Artikel 80 zegt: Onontvankelijk zijn onder meer vragen over aangelegenheden waarvoor voordien al in de loop van dezelfde zitting een interpellatie of een actuele vraag is ingediend, of waarover een ontwerp of voorstel van decreet, een voorstel van resolutie, een beleidsnota, een beleidsbrief of een motie is ingediend.
Wat de kilometerheffing betreft, bij mijn weten staat er geen enkel krediet in de begroting 2010 die betrekking heeft op kilometerheffing.
Als het kabinet van minister Crevits of wie dan ook communiceert, daar ben ik als voorzitter in geen enkel geval verantwoordelijk voor.
Ik ben van plan om in overleg met het Bureau en het Uitgebreid Bureau het reglement te herzien. Er mag een upgrading gebeuren.
Mijnheer Watteeuw, ik ben vanmiddag in zeven haasten gaan eten, ik heb met uw fractiesecretaris gesproken en ik heb met u getelefoneerd. Ondertussen heb ik een afvaardiging van de Kosovaren ontvangen en om twee uur heb ik de zitting geopend. Ik ben een mens van vlees en bloed, bijna 59 jaar en de dokter heeft gezegd dat ik me niet te veel moet opjagen.
Daarmee is dit punt gesloten. Mijnheer Watteeuw, u kunt dit debat voeren in het Uitgebreid Bureau.
Mijnheer de voorzitter, u geeft een aantal elementen aan waar ik toch op mag antwoorden. U zegt dat u mij hebt getelefoneerd. Ik kan u ook al mijn telefoongesprekken naar u of mijn pogingen daartoe, vermelden. Ik heb drie minuten na u teruggebeld, u hebt niet meer opgenomen. Ik heb een argument gegeven volgens de gewoonten van het vorige parlement.
Mijnheer Watteeuw, u hebt niet opgenomen. Ik heb in het zelfbedieningsrestaurant de nodige uitleg gegeven aan uw fractiesecretaris.
Ik heb geen uitleg gekregen.
De heer Reekmans heeft het woord.
Mijnheer de voorzitter, in aanvulling van de opmerkingen van de heer Watteeuw wil ik vermelden dat ik gisteren een brief van u heb ontvangen. U stuurt me doodleuk veertig schriftelijke vragen terug met de opmerking erbij dat ik te veel vragen indien en dat ik het parlementaire werk verstoor. Mijn kiezers hebben me gekozen om parlementair werk te doen. Ik heb volgens het huishoudelijk reglement en volgens het Reglement van het Vlaams Parlement mijn vragen correct ingediend.
Mijnheer de voorzitter, ik ga het woord tendentieus niet gebruiken, maar de brief die ik van u terugkreeg met veertig schriftelijke vragen, waar ik en mijn medewerkers hard aan hebben gewerkt, vind ik niet respectvol ten opzichte van een parlementslid. Ik treed de heer Watteeuw bij. U gaat niet altijd even correct om met de oppositie als u graag doet uitschijnen.
Mijnheer Reekmans, het woord tendentieus is voor uw rekening. Tot nu toe zijn er 1200 vragen ingediend, waarvan er 172 door u zijn geproduceerd. Dat is uw goed recht. Maar het is het goed recht van de voorzitter om gemotiveerd te zeggen waarom vragen wel of niet worden aanvaard. Ik stel voor dat we de plenaire vergadering hiermee niet verder belasten. Wilt u daar meer over weten, mijn deur staat open. U mag een afspraak maken met het secretariaat en ik zal u onder vier ogen de nodige toelichting geven waarom ik die vragen heb afgewezen. Ik zeg heel duidelijk: onder vier ogen. Ik hoop dat dit een duidelijke hint is.
Ik wil dit debat net open en bloot aangaan. Dat moet niet in een achterkamertje.
Het incident is gesloten.