Verslag plenaire vergadering
Verslag
Algemene bespreking
Dames en heren, de algemene bespreking is geopend.
De heer Matthijs, verslaggever, heeft het woord.
Mevrouw de voorzitter, heren ministers, mevrouw de minister, collega's, het voorliggende ontwerp van decreet harmoniseert de bepalingen inzake toezicht, handhavingsinstrumenten en veiligheidsmaatregelen met betrekking tot de milieuhygiënewetgeving. Het is gebaseerd op vier principes: de harmonisatie van de bepalingen inzake het toezicht, de sancties en de veiligheidsmaatregelen voor negen milieuhygiënewetten en -decreten; de coördinatie van het te voeren milieuhandhavingsbeleid; een accentverschuiving van de strafrechtelijke milieuhandhaving naar de bestuurlijke milieuhandhaving en het onderscheid tussen milieu-inbreuken en milieumisdrijven; de vrijwaring van de eenheid van het strafrecht.
In het ontwerp staan vijf punten centraal, te beginnen met de verruiming van het toepassingsgebied van het Milieuhandhavingsdecreet. De handhaving van het Mestdecreet wordt in belangrijke mate op het Milieuhandhavingsdecreet afgestemd. Deze integratie zal evenwel niet volledig zijn, gelet op de specificiteit van bepaalde overtredingen op het Mestdecreet. Er zal in administratieve geldboetes worden voorzien in functie van de omvang van de overtreding. Er stelt zich eveneens het probleem dat bij de behandeling van bepaalde dossiers de boeteberekening twee richtingen kan uitgaan: formulebepaalde geldboetes of vaste boetebedragen. In dergelijke berekening is niet voorzien in het Milieuhandhavingsdecreet dat in 2007 werd goedgekeurd.
Ten tweede wordt ook een hoofdstuk 'Opsporing van milieumisdrijven' toegevoegd. Ten behoeve van de opsporing van milieumisdrijven kan aan personeelsleden van het departement en de agentschappen die behoren tot het beleidsdomein Leefmilieu, Natuur en Energie (LNE), die milieuopsporingsambtenaren genoemd worden, de hoedanigheid van officier van de gerechtelijke politie worden toegekend. Er werd eveneens voor gekozen om de opsomming van de milieuopsporingsrechten uit de tekst van het vervolgdecreet te lichten.
Het derde centrale punt betreft de uitbreiding van specifiek op het milieubeheerrecht en het Mestdecreet geënte bepalingen. Die opname is nodig omdat er een hogere strafmaat voorkomt dan de maximumstrafmaat, vastgelegd in artikel 16.6.1, paragraaf 1, van het decreet houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid. Er zijn in het voorliggende ontwerp van decreet ook twee bepalingen met beduidend lagere bestraffingen voorzien.
Een vierde punt is de regeling van door de rechter opgelegde herstelmaatregelen. De leefmilieudiensten moeten de mogelijkheid krijgen om de rechter, als hij uitspraak doet over een milieuovertreding, te verzoeken om gepaste herstelmaatregelen op te leggen.
Het vijfde punt betreft de wijziging aan diverse wetten en decreten, die mee onder de toepassing van het Milieuhandhavingsdecreet worden gebracht.
De heer Daems stelde dat de fundamentele bedenkingen van zijn fractie bij het Milieuhandhavingsdecreet gehandhaafd blijven. Bij de voorgestelde uitbreiding van het milieuhandhavingsbeleid heeft hij geen fundamentele bedenkingen. Hij vraagt wel of het mogelijk is een synoptische tabel ter beschikking te stellen met de strafbepalingen in het Milieuhandhavingsdecreet en de huidige strafbepalingen in de zeven wetten en decreten die door het vervolgdecreet onder het toepassingsgebied van het Milieuhandhavingsdecreet zullen vallen.
De heer Daems betreurt het ook dat er sinds 2006 niet meer ten volle op een actieve samenwerking met de parketten wordt ingezet.
Minister Crevits stelt dat er snel een gecoördineerde versie beschikbaar kan zijn. Zij laat onderzoeken of een synoptische tabel nuttig kan zijn. Zij merkt eveneens op dat de Hoge Raad voor Milieuhandhaving, die nu operationeel wordt, in de toekomst het overleg met de andere betrokken instanties, zoals de parketten, zal voeren.
De heer Daems heeft het woord.
Mevrouw de voorzitter, ik dank de verslaggever voor zijn correcte en uitgebreide verslag. Hij heeft een vraag opgeworpen die ik in de commissie heb gesteld. Je moet al een jurist en analist van goeden huize zijn om de strafbepalingen van de oude mest- en natuurdecreten te kunnen leggen naast de bepalingen van het nieuwe decreet en ze te begrijpen. Ik vraag dus nog altijd naar die synoptische tabel.
Minister Crevits heeft het woord.
Er werden in de commissie twee vragen gesteld. De heer Lachaert vroeg naar een gecoördineerde versie van het Milieuhandhavingsdecreet en de heer Daems vroeg een synoptische tabel. Ik had mij ertoe geëngageerd om deze documenten tegen de plenaire vergadering te hebben. Ze zijn er. Ik heb die twee documenten bij en ik stel voor dat ze ter beschikking worden gesteld.
Vraagt nog iemand het woord? (Neen)
De algemene bespreking is gesloten.
Artikelsgewijze bespreking
Dames en heren, aan de orde is de artikelsgewijze bespreking van het ontwerp van decreet.
De door de commissie aangenomen tekst wordt als basis voor de bespreking genomen. (Zie Parl. St. Vl. Parl. 2008-09, nr. 2132/3)
De artikelen 1 tot en met 147 worden zonder opmerkingen aangenomen.De artikelsgewijze bespreking is gesloten.
We zullen straks de hoofdelijke stemming over het ontwerp van decreet houden.