Verslag plenaire vergadering
Verslag
Hoofdelijke stemming
Dames en heren, aan de orde is de hoofdelijke stemming over de met redenen omklede motie.
Mevrouw Van Linter heeft het woord.
Mevrouw de voorzitter, collega's, deze legislatuur is de wanverhouding tussen de VGC en de Vlaamse overheid zeer duidelijk tot uiting gekomen. De legislatuur werd gekenmerkt door spanningen en ruzies tussen minister Anciaux, als minister van Brussel, en het college van de VGC.
De Vlaamse Gemeenschapscommissie voert het Vlaamse beleid in Brussel niet uit, integendeel. Dat druist in tegen de bedoeling van de grondwetgever. De Vlaamse Gemeenschapscommissie richt zich te zeer op een Brusselse samenleving en hanteert een gewestdenken, in tegenstelling met het gemeenschapsdenken van minister Anciaux.
De Vlaamse ministers in de Brusselse regering spreken zonder schroom over de uitbreiding van Brussel en de versoepeling van de taalwetten, en gaan daarmee regelrecht in tegen het Vlaamse regeerakkoord.
Daarom, collega's, is het essentieel dat we teruggaan naar de kern van de institutionele hervorming waarbij de VGC het levenslicht zag. Er moet duidelijk worden gemaakt dat de VGC een ondergeschikt bestuur is van de Vlaamse overheid en dat de VGC als taak heeft het Vlaamse beleid ten overstaan van Brussel nauwgezet en loyaal uit te voeren. Door de manier waarop de VGC nu werkt, heeft ze geen enkele meerwaarde voor het Vlaamse beleid in Brussel.
Na de interpellatie en het antwoord van minister Anciaux stellen we vast dat minister Anciaux dit gemeenschapsdenken vooropstelt en de band tussen Brussel en Vlaanderen wil verstevigen. Onze motie vraagt gewoon aan de Vlaamse Regering om minister Anciaux te steunen in dat streven en meer doortastend op te treden ten aanzien van de Vlaamse Gemeenschapscommissie en desnoods alle middelen te gebruiken die haar algemeen voogdijschap toelaat. (Applaus bij het Vlaams Belang)
Begin van de stemming.
Stemming nr. 11
Ziehier het resultaat:
95 leden hebben aan de stemming deelgenomen; 30 leden hebben ja geantwoord; 65 leden hebben neen geantwoord.
Dientengevolge neemt het Vlaams Parlement de met redenen omklede motie niet aan.