Verslag plenaire vergadering
Verslag
Algemene bespreking
De heer Kennes, verslaggever, heeft het woord.
Mevrouw de voorzitter, collega's, ik heb met de collega-verslaggever, mevrouw Bruyninckx, afgesproken dat ik als enige het verslag zal voordragen. Gelet op het gevorderde uur zal dat waarschijnlijk wel op instemming kunnen rekenen.
We hebben het ontwerp van decreet tijdens twee commissiezittingen besproken. De Vlaamse minister van Openbare Werken, Energie, Leefmilieu en Natuur schetste in haar toelichting haar opzet om voor de regionale luchthavens Oostende-Brugge en Kortrijk-Wevelgem een organisatiemodel te ontwikkelen dat gebaseerd is op een splitsing in enerzijds een publieke luchthavenontwikkelingsmaatschappij (LOM) en anderzijds een private luchthavenexploitatiemaatschappij (LEM).
De LOM's zullen worden opgericht bij decreet in de vorm van een extern verzelfstandigd agentschap (EVA) en de vorm aannemen van een naamloze vennootschap naar publiek recht. De LOM's zullen instaan voor de instandhouding en het beheer van de bestaande en toekomstige basisinfrastructuur en de terbeschikkingstelling van de basisinfrastructuur aan een te selecteren luchthavenexploitatiemaatschappij.
De LEM is een rechtspersoon van privaat recht, die zich uitsluitend richt op de exploitatie en commercialisering van de luchthaven. De LEM is verantwoordelijk voor het zo goed mogelijk benutten van de mogelijkheden aan aeronautische zijde - het luchtverkeer en vervoer -, en aan non-aeronautische zijde - het vastgoed, de concessies. Daarbij kunnen aan de LEM, in ruil voor een financiële compensatie, verplichtingen worden opgelegd om de veiligheid te waarborgen volgens de normen die worden opgelegd door de bevoegde internationale en nationale autoriteiten.
De LEM neemt de commerciële uitbating voor haar rekening en sluit daarvoor met de LOM een concessieovereenkomst voor diensten af. De LEM betaalt aan de LOM een concessievergoeding voor het gebruik van de basisinfrastructuur. Met deze vergoeding kan de LOM haar taken uitvoeren. De private partner of partners in de LEM zal of zullen worden geselecteerd op grond van een objectieve mededingingsprocedure, conform de Europese regels inzake non-discriminatie, gelijke behandeling en transparantie.
Dankzij de opsplitsing in een LOM en een LEM, kan deze laatste optreden als een markt- en marketinggerichte onderneming, die tegelijk oog heeft voor de ruimere lokale en bovenlokale publieke belangen. De LEM zal voor de terbeschikkingstelling van de basisinfrastructuur een marktconforme vergoeding aan de LOM betalen.
Uit een financieel-economisch haalbaarheidsonderzoek is gebleken dat, mits bepaalde voorwaarden vervuld zijn, een rendabele exploitatie mogelijk is voor de LEM en de LOM. Wat de LOM betreft, gaat het dan om ruimte voor bijkomende investeringen, bekostigd door eigen inkomsten. De LOM neemt de verantwoordelijkheid op zich om de bestaande certificering van de luchthaven in stand te houden. De kosten voor safety and security worden gedragen door het Vlaamse Gewest. Dit ligt helemaal in de lijn van de resultaten van een onderzoek naar het wettelijke en feitelijke kader van de beveiliging en de veiligheid op regionale luchthavens, uitgevoerd door de Vlaamse Luchthavencommissie.
In 2008 werd door het Vlaamse Gewest bijkomend 22,5 miljoen euro uitgetrokken als kapitaalsinjectie in de LOM's, om via de LOM de certificering van de basisinfrastructuur in stand te houden.
Verder ging de minister in op de specifieke kenmerken van de luchthavens in Oostende en Kortrijk-Wevelgem, die vandaag over een andere eigendomsstructuur beschikken.
Een aantal collega's merkten op dat de afgelopen jaren veel werd gestudeerd, nagedacht en geconsulteerd. De overwegende teneur in de commissie was dan ook tevredenheid dat er nu een concrete piste voorligt om de regionale luchthavens van Oostende-Brugge en Kortrijk-Wevelgem een toekomt te bieden. Nagenoeg alle leden die het woord namen, waren of positief over de voorgestelde beheerstructuur, of erkenden dat de beheerstructuur in elk geval kansen biedt.
De nieuwe en onbekende structuren roepen wel vragen op over de werking, de precieze opdracht van de LEM en LOM en de af te sluiten exploitatieovereenkomst. Enkele leden stelden vragen over de leefbaarheid van de beide luchthavens en over hun complementariteit.
Ingrijpende hervormingen zoals de LOM-LEM-structuur hebben ook gevolgen voor het personeel. Hierover werd met de vertegenwoordigers van de werknemers een akkoord bereikt, dat waarborgen biedt voor zowel de statutaire als de contractuele personeelsleden in Oostende.
Tijdens de bespreking van het ontwerp van decreet met de minister zijn nog meer punten aangesneden, zoals de afsluiting van de jaarrekeningen van de luchthaven Oostende door het Rekenhof, de cijfers met betrekking tot de rendabiliteit van de beide luchthavens, het eigen profiel van de beide luchthavens, gegevens over de luchthaventrafiek, het huidige en toekomstige niveau van de dotaties, de verenigbaarheid van de tussenkomst van het Vlaamse Gewest in de veiligheids- en beveiligingskosten met de Europese regels inzake staatssteun, de concrete invulling van het principe 'eenheid van beheer', de beheersovereenkomst, de verenigbaarheid van de participatiemogelijkheid voor bepaalde lokale overheden met het gelijkheidsbeginsel, het tijdsschema voor de implementatie van de nieuwe structuur, de concrete pps-projecten, de nieuwe functies binnen de administratie van het Vlaamse Gewest voor contractuele personeelsleden te Oostende en de problematiek van de woonzone rond de Schoolstraat.
Tijdens diezelfde bespreking heeft minister Crevits toegezegd een aantal documenten ter beschikking te stellen, met name de businessplannen van de luchthavens Oostende en Kortrijk-Wevelgem, de jaarverslagen van beide luchthavens en ten slotte een tabel waarin wordt verduidelijkt op welke wijze gevolg aan de opmerkingen van de Raad van State is gegeven. Deze stukken zijn in de vijf bijlagen bij het verslag terug te vinden.
Tijdens de stemming hebben tien leden voor gestemd en heeft een lid zich onthouden omdat het eerst kennis van alle cijfers over de rendabiliteit van de luchthavens wilde nemen. (Applaus)
De heer Verougstraete heeft het woord.
Mevrouw de voorzitter, ik ben sinds 1995 lid van het Vlaams Parlement. Ik heb het hier al vaak specifiek over de luchthaven van Oostende gehad. Aangezien ik van Oostende afkomstig ben, valt niets anders te verwachten.
Ik ben uitermate blij dat dit ontwerp van decreet hier voorligt. Het biedt een oplossing voor heel wat bestaande problemen. Die problemen stellen zich al langer, omdat er geen structuur is om de luchthavens van Oostende-Brugge en van Wevelgem-Kortrijk op een effectieve wijze economisch te exploiteren.
Mijn fractie is steeds een groot voorstander geweest van de verdere ontwikkeling van deze twee regionale luchthavens. We zijn er ons stellig van bewust dat deze luchthavens en onze havens economische poorten van Vlaanderen zijn. We moeten hier een tamelijk groot belang aan hechten.
Beide luchthavens hebben specifieke doeleinden. De luchthaven van Kortrijk-Wevelgem richt zich specifiek op zakenvluchten. De luchthaven van Oostende-Brugge was vroeger hoofdzakelijk een vrachtluchthaven, maar ontwikkelt zich nu sterk in het kader van het toerisme. Het gaat om een stijging met 23 percent op een jaar tijd. Dat is al tamelijk belangrijk.
De voorgestelde beheersstructuur omvat een LOM, die zich als publiekrechtelijke rechtspersoon specifiek met de infrastructuur bezighoudt en de nodige verplichtingen inzake de beveiliging en de brandweer nakomt. Een LOM vormt een entiteit. Een LEM biedt de privésector de gelegenheid tot de economische exploitatie van de luchthaven over te gaan. Dat is natuurlijk een grote uitdaging. We zeggen al lang dat deze luchthavens enkel kunnen bestaan indien ze economisch leefbaar zijn. De privésector moet nu bewijzen dat dit mogelijk is.
Mijn fractie zal dit ontwerp van decreet goedkeuren. (Applaus bij het Vlaams Belang)
De heer Decaluwe heeft het woord.
Mevrouw de voorzitter, mevrouw de minister, dames en heren, ik dank de verslaggever voor het volledige verslag.
Onze fractie waardeert in dit ontwerp vooral dat de Vlaamse Regering het sociaaleconomische belang van de Vlaamse regionale luchthavens erkent. De Vlaamse Regering heeft haar visie in verband met de ontwikkeling van de Vlaamse regionale luchthavens uiteengezet in een strategische nota van 2 juni 2006. Deze strategische visie gaat uit van de erkenning van het belang van de Vlaamse regionale luchthavens, waarbij elke luchthaven zich toelegt op specifieke marktsegmenten en waarbij wordt uitgegaan van het behoud van het huidige ICAO-statuut (International Civil Aviation Organization), binnen de contouren van de thans vigerende milieuvergunning en het bereiken van een level playing field voor de Vlaamse regionale luchthavens. Deze visie is ook ontwikkeld door de Vlaamse luchthavencommissie in haar standpunt van 12 juni 2006.
Zoals de heer Verougstraete stelt, is er in dit parlement al veel gedebatteerd over de regionale luchthavens. Het is voor het eerst dat een regering een strategische visie heeft ontwikkeld. Die visie heeft een politiek draagvlak. In het verleden wilde men de luchthavenexploitatie regelen door middel van contracten. Herinner u nog de heroïsche interpellaties in de vorige legislatuur die uiteindelijk hebben geleid tot het verbreken van de contracten van Deurne en Oostende. Dit was geen succes. Wij zijn er altijd voorstander van geweest dat ook de privésector bij de luchthavenexploitatie zou worden betrokken en verantwoordelijkheid zou opnemen.
Wij verheugen er ons over dat de Vlaamse Regering uitgaat van de gelijke behandeling van de drie luchthavens, rekening houdend met het verschillende eigendomsstatuut. Deze gelijke behandeling impliceert dat de Vlaamse overheid bereid is financieel tussen te komen in de kosten van de instandhouding en modernisering van de basisinfrastructuur en voor het verzekeren van de publieke functies in het kader van de luchthavenbeveiliging en luchtvaartveiligheid. Bij de voorbereiding en uitvoering van de visienota heeft de Vlaamse Regering onderzoek verricht naar het ontwikkelingspotentieel van de luchthavens Oostende-Brugge en Kortrijk-Wevelgem, met onder meer de vraag in welke mate het Vlaamse Gewest de publieke functies zoals brandweer en veiligheid onder zijn verantwoordelijkheid kan nemen en in welke mate tussenkomst vereist is of zal zijn voor de instandhouding en de modernisering van de infrastructuur. Tegelijk is het Vlaamse Gewest op zoek gegaan naar een voor de toekomst aangepaste beheersvorm, die de luchthavens zou kunnen toelaten om in een zeer concurrentiële en sterk evoluerende markt, met meer autonomie en op bedrijfseconomische basis te functioneren, waarbij privé-investeerders en/of lokale overheden extra middelen en impulsen zouden kunnen geven voor een verdere ontwikkeling.
Uit de resultaten van de voorstudies en uit de besprekingen binnen een aantal regionale werkgroepen is gebleken dat voor de luchthavens van Oostende-Brugge en Kortrijk-Wevelgem een organisatiemodel gebaseerd op een splitsing in een publieke luchthavenontwikkelingsmaatschappij enerzijds en een private luchthavenexploitatiemaatschappij anderzijds, de voorkeur wegdraagt. De sterkte van dit ontwerp situeert zich in de duidelijke keuze voor de LOM/LEM-structuur.
De overheid neemt haar verantwoordelijkheid voor het beheer van de basisinfrastructuur. Nu moet de privésector zijn verantwoordelijkheid nemen voor de exploitatie. Met de herstructurering van beide luchthavens gaat een belangrijke personeelsproblematiek gepaard. Het overleg hierover met de werknemersorganisaties is al bij al vrij vlot verlopen. Deze operatie zal dus geen aanleiding geven tot een sociaal bloedbad.
Ik heb in commissie gesteld dat het nu het moment van de waarheid is voor de regionale luchthavens. Dit is een ontwerp van decreet van de laatste kans dat op een duidelijke visie is gebaseerd. Mocht de privésector niet in deze constructie stappen, zullen daaruit de nodige conclusies moeten worden getrokken.
Dit decreet verdient de volle steun van het parlement. We hopen dat het snel in werking treedt en de tender op een succesvolle manier kan verlopen. (Applaus bij CD&V)
De heer Caron heeft het woord.
Mevrouw de voorzitter, mevrouw de minister, collega's, afgezien van de constructie en het interessante beheersmodel dat in het ontwerp staat, moeten we ons een fundamentele vraag stellen: heeft Vlaanderen nood aan drie regionale luchthavens? Is hun uitbouw economisch en ecologisch verantwoord? Het antwoord zal later blijken als het beheersmodel operationeel is. Zijn drie regionale luchthavens nodig, naast Zaventem dat overigens op Vlaams grondgebied ligt? Ik ben een Zuid-West-Vlaming. Wij werken graag grensoverschrijdend. Lille Lesquin ligt op een afstand van 20 tot 25 kilometer. Op dit vlak is de samenwerking blijkbaar niet belangrijk.
Ik concentreer me hier op de luchthaven van Kortrijk-Wevelgem. Ik denk dat dit het meest omstreden dossier is. Kan die luchthaven rendabel zijn? Het komt erop aan voor de LEM een privé-uitbater te vinden die bereid is een behoorlijke concessievergoeding te betalen. Het is een open vraag of dat zal lukken. De LOM is hoofdzakelijk een zaak van de overheden. Het gaat over belangrijke sommen geld. Vandaag gaat al 765.000 euro van het Vlaamse Gewest naar de brandweer. Straks brengt het Vlaamse Gewest 5,5 miljoen euro in in het kapitaal van de luchthaven Kortrijk-Wevelgem. Geef toe: het gaat over veel geld voor een kleine luchthaven. Bedenk daarbij dat in de LOM ook de lokale, intercommunale en provinciale overheden een inbreng zullen doen.
Kan dat een rendabele zaak worden? Om dat na te gaan, heeft de Vlaamse overheid een zogenaamd businessplan opgesteld. Het is gemaakt door het Vlaams Instituut voor de Logistiek. Het is veertien bladzijden lang. Het bevat geen cijfers over de exploitatie, maar wel veel mooie woorden. In de commissie vroeg ik naar cijfers, maar u stelde dat ze vertrouwelijk zijn. Dat is vreemd, want er is vandaag geen privé-uitbater. Van concurrentievervalsing kan dus geen sprake zijn. Hoe kan ik dan als volksvertegenwoordiger de mogelijke rendabiliteit van die luchthaven beoordelen? Ik heb geen cijfers om dat te doen.
Het is een businessplan van dure woorden. Ik lees drie regels voor: "Wanneer de luchthaven zich profileert als één van dé visitekaartjes van de regio rond Kortrijk voor 'Innovation, Design & Creation'. Het is meer dan wenselijk gebleken om de al aanwezige groeidynamiek ter zake ook door te vertalen naar de lucht- en landzijdige ontwikkeling van de luchthaven. De strategische keuze voor een 'Kortrijk Innovation, Design & Creation Airport', oftewel Kortrijk I-DC, ligt derhalve breed open." Het is een businessplan waarvan de financiële analyse welgeteld een halve A4-pagina beslaat. Hoe kan ik dan uit dit document de economische leefbaarheid van het project afleiden?
Namens wie praat u? Namens VlaamsProgressieven? Namens het kartel? Die vraag is belangrijk omdat het kartel in de vorige legislatuur gelukkig de goede beslissing heeft genomen om middelen voor de infrastructuur opzij te zetten. Ik wil dat duidelijk weten.
Ik spreek niet namens mijn fractie. De fractie zal het decreet steunen. Het wil kansen geven om die LEM- of LOM-structuur op te bouwen. Ik spreek namens de VlaamsProgressieven en in eerste instantie als iemand die in het gebied van de luchthaven woont.
Ik vraag het duidelijk omdat minister Anciaux het gesteund heeft in de Vlaamse Regering. De VlaamsProgressieven zijn dus voor. Ik onthoud nu dat de VlaamsProgressieven, bij monde van hun fractieleider, niet akkoord gaan.
Er is een streekpact. Het advies van RESOC werd unaniem aangenomen. U gaat voor een deel de streek desolidariseren. Ik neem daar akte van.
Ik vind de onderbreking van de heer Decaluwe zeer eigenaardig. De heer Caron had het over de leefbaarheid van de luchthaven, wat niets te maken heeft met het standpunt van partijen. Het gaat over een document dat toch meer dan één vraag opwerpt. Het zou interessant zijn dat we daar ook antwoorden op krijgen.
Ik wil even het antwoord van de minister in de commissie citeren. We hebben inderdaad in de regering het principe van dit decreet gesteund. We gaan het niet onmogelijk maken. Ik citeer uit het antwoord van de minister op mijn vraag over de potentiële leefbaarheid van die luchthaven. De minister citeert ook uit het businessplan. Ze zegt: "Uit deze studies is gebleken dat - alhoewel er een smalle bedrijfseconomische basis is - indien men louter rekening houdt met de aeronautische inkomsten, het wel degelijk mogelijk is om beide luchthavens op rendabele wijze te exploiteren, in het bijzonder door in te spelen op de vooralsnog onderbenutte mogelijkheden op het vlak van de niet-aeronautische ontwikkeling." Lees: bedrijven ontwikkelen en wat Kortrijk betreft, kerosine verkopen, want uit het jaarverslag blijkt dat de enige winstgevende activiteit van de luchthaven te zijn.
De vraag is dus hoeveel belastinggeld we in deze luchthaven willen investeren. Ondersteunt de huidige trafiek de vraag? Ik beperk me tot de zakelijke luchtvaart, want dat is het profiel dat men wil ontwikkelen. Er zijn in 2007 18.343 passagiers geweest voor 5489 vliegbewegingen. Als je de jaarlijkse investering van de overheden naast elke passagier legt, dan kom je uit op meer dan 200 euro per passagier. Het is een keuze die Vlaanderen moet maken. Ik vind dat die keuze niet wordt gemaakt. In tegenstelling tot de heer Decaluwe vind ik niet dat er een visieontwikkeling is. Ik heb de indruk dat we aan een soort van wafelijzerpolitiek bezig zijn.
Mijnheer Caron, u zegt nu dat uw kartelpartner in de vorige legislatuur investeringen heeft gedaan zonder visie, zonder de minste cijfers te kennen. Ofwel bent u voor, ofwel bent u tegen, maar er is zwaar geïnvesteerd door de vorige Vlaamse Regering. Ik onderhoud dat dit alles zonder enige kennis is gebeurd.
Mevrouw de voorzitter, ik ben de minister waar de heer Decaluwe over spreekt. Ik heb dus recht van spreken.
Ik heb in die tijd naar rendabiliteitsstudies gevraagd. Ik heb die nooit gezien. Ik doe 38 jaar aan politiek en al 38 jaar hoor ik hetzelfde verhaal. Alle kansen zijn gegeven. Tot op vandaag is er nog geen enkele ernstige rendabiliteitsstudie, die naam waardig, gepresenteerd.
Ik sluit me volledig aan bij de heer Caron. Wanneer men zegt dat er geen strategische visie was in het verleden, is men verkeerd. De Vlaamse Regering heeft altijd als strategische visie gehad dat, voor wat de regionale luchthavens betrof, men de ontwikkeling van die luchthavens zou ondersteunen, van het ogenblik dat er vanuit de privésector, een euro voor een euro zou worden gegeven.
Dat is gedurende decennia het standpunt geweest van de Vlaamse Regering. Ik betreur dat men daarvan afstapt.
Men heeft in het verleden altijd gewezen naar Wallonië. Ik stel vast dat we in Vlaanderen niet in staat zijn om over een thema als luchthavens rationele standpunten in te nemen en een debat te voeren over de werkelijke grond van de zaak, en dus de rentabiliteit van de luchthavens en het belang en de betekenis ervan op een normale manier te bespreken.
Ik volg dat dossier al heel lang. Ik moet betreuren dat we nu ook in Vlaanderen op dat vlak bezig zijn met een wafelijzerpolitiek. Ik herinner me dat een paar weken geleden de heer Penris hier op de tribune zei dat hij blij was, omdat hij, nu we de luchthaven van Oostende en de luchthaven van Wevelgem steunen - excuseer me, ik gebruik de oude benamingen -, hoopt dat hij op de steun kan rekenen voor de luchthaven van Deurne. Dat is hier woordelijk gezegd. Dat is de houding die men nu blijkbaar aanneemt in heel dat debat. Het is bijna zoals op een tapijtenmarkt: voor wat, hoort wat.
Ik ben voor één zaak blij. Dat is de reden waarom ik niet ga tegenstemmen, maar me ga onthouden bij de stemming. Op deze manier krijgen de gemeenten de kans om, waar ze in het verleden verplicht waren om financieel bij te dragen, deze verplichting van zich af te zetten.
Ik hoop dat in de toekomst de Vlaamse Regering, zowel voor haar havenpolitiek als voor haar luchthavenpolitiek, op een bepaald moment de moed zal hebben om dat op een rationele manier te benaderen.
We hebben een les gekregen van een gewezen minister, maar een gewezen minister die geld gegeven heeft aan de luchthaven, zonder dat hij cijfers heeft gezien. Il faut le faire. Een gewezen minister zet de huidige regering op zijn nummer. Er is voor de eerste keer een strategische visie ontwikkeld door de luchthavencommissie en een gewezen minister zegt dat men geld geeft en dat er geen visie is. Maar diezelfde minister heeft de vorige legislatuur 1,5 miljoen euro gegeven, blijkbaar in de tapijtenbranche. Op dat vlak kon de toenmalige minister van Openbare Werken er ook wat van, want men heeft toen de middelen voor de tunnel van Harelbeke verhuisd naar Menen. Zo kan men nog voorbeelden geven.
Het is de eerste keer dat men een goede visie heeft. Ik denk dat we nu alle kansen moeten geven aan die tender. Als de private sector effectief investeert in de exploitatie, lukt het hopelijk. Als het niet lukt, moet de regering conclusies trekken.
De heer Peumans heeft het woord.
Mevrouw de voorzitter, het is de gewoonte dat een persoonlijk feit voorrang krijgt. Een persoonlijk feit dient om iets recht te zetten en dat volgt op de tussenkomst.
U krijgt het woord, maar straks, mijnheer Bossuyt. Het woord is eerst aan de heer Peumans. Alstublieft, respecteer die volgorde.
Mevrouw de voorzitter, normaal ga ik me niet bemoeien in een West-Vlaamse discussie. Mijnheer Bossuyt, als u een goede strategische visie wilt zien op regionale luchthavens: de vorige regering heeft die ook op papier gezet. Daar bestaat een hele dikke bundel van. Ik herinner me dat, toen ik pas in het parlement kwam, u de goedkeuring hebt gegeven om anderhalf miljoen euro aan dat verhaal toe te kennen.
Men moet eens de taalgrens oversteken naar Wallonië, want daar heeft men een heel goede visie ontwikkeld. U hoeft het er niet mee eens te zijn, maar als u ziet hoe Charleroi en Bierset worden aangepakt, de ene voor cargo en de andere voor reizigersvervoer, doet men dat zeer goed.
Mijnheer Bossuyt, er is toen door u gezegd, kijk de stukken maar na, dat anderhalf miljoen euro wordt gegeven en daarmee is de zaak van Kortrijk-Wevelgem gered. Dan heb ik andere stukken gelezen.
We hebben het er in de commissie uitgebreid over gehad. Ik stel nu vast dat er nu wel een visie wordt ontwikkeld. Ik hoop dat deze visie kan slagen, maar ik blijf het heel merkwaardig vinden dat u anderhalf miljoen euro hebt gegeven aan een luchthaven, zonder eigenlijk te weten wat men ermee gaat doen.
De heer Tavernier heeft het woord.
Mevrouw de voorzitter, als toeschouwer op deze West-Vlaamse tapijtenmarkt versta ik wel een beetje de verwarring bij de heer Decaluwe. Hij spreekt over cijfers, businessplannen en jaarrekeningen.
We hadden die discussie eigenlijk in commissie moeten voeren. Mevrouw de voorzitter, u weet misschien dat we de visienota, de businessplannen en de jaarrekeningen gekregen hebben nadat het decreet was gestemd.
Ik vind dat geen normale manier van werken. Dat moeten we eerst krijgen. Dan kunnen de leden van de meerderheid en de oppositie op basis van cijfers en documenten een beslissing nemen. Hadden we dat gedaan, dan zou de heer Decaluwe weten dat bijvoorbeeld op pagina 60 staat dat de ebita zonder subsidies merkwaardig negatief is. Met subsidies, niet van de Vlaamse overheid maar van overal in West-Vlaanderen, gemeenten, intercommunales en provincie, is er een licht positieve ebita. We hadden dat kunnen bespreken, maar we hebben er de gelegenheid niet voor gehad. Daarnaast zijn er de engagementen van de Vlaamse Regering. Ik kan me best voorstellen dat de heer Bossuyt ooit, bijna wanhopig als burgemeester van Menen, heeft gezegd dat het nu de laatste keer was dat de Vlaamse overheid hier een investering goedkeurde. Men had gezegd dat men het nog één keer nodig had, en dat men dan rendabel zou zijn. Maar de geschiedenis herhaalt zich, en het is weer de laatste keer. Het is weer een West-Vlaamse minister die weer voor de laatste keer een investeringssubsidie gaat geven, naast een structurele subsidie, maar daar zal ik het straks over hebben.
De heer Bossuyt heeft het woord voor al die persoonlijke feiten.
Eén persoonlijk feit, mevrouw de voorzitter. Het is beter dat men onmiddellijk kan antwoorden op een persoonlijk feit.
Mijnheer Bossuyt, ik regel nog altijd de werkzaamheden.
Ik ben al blij dat ik het woord krijg op den duur.
Ik wil nog eens herhalen dat ik indertijd, in samenspraak binnen de regering en in samenspraak met de provincie, heb beslist om die investering te doen, want anders was de luchthaven onmiddellijk gesloten. Op dat ogenblik werd opnieuw afgesproken om een businessplan te leveren, het zoveelste in de rij. Op dat moment stelde zich ook de situatie van Deurne en daar hadden wij hetzelfde standpunt ingenomen. We hebben gezegd dat we afwachtende partij waren. Op dat ogenblik moesten de businessplannen nog binnenkomen. Als er geen zouden komen, zou dat inderdaad de laatste investering geweest zijn. Als er kwamen, zouden we zien wat de Vlaamse Regering moest doen, namelijk een euro voor een euro. Ik wil dat herhalen omdat men nu voortdurend probeert de geschiedenis te herschrijven. Ik blijf herhalen dat deze houding al decennialang de houding was binnen de Vlaamse Regering, en trouwens ook de houding van CD&V. Ik vind dat een gezonde houding. We zullen zien wat de toekomst brengt. Ik vraag wel dat men dat verder op een rationele manier blijft behandelen in plaats van symbolen in stand te willen houden.
De heer Verstreken heeft het woord.
Mevrouw de voorzitter, ik kan dit debat niet helemaal volgen. Dit is uitstekend besproken. De minister heeft een fantastische uitleg gegeven over de structuur, de toekomst en de visie. We hebben uitgebreid vragen kunnen stellen. Het is nog een tweede keer behandeld in de commissie. Er zijn mensen die hier aan het woord komen die ik toen niet heb gehoord.
Ik kan ook de sp.a helemaal niet volgen. Ik meen mij te herinneren dat een voormalig sp.a-voorzitter en gewezen minister dit project volledig ondersteunde en mede vragende partij was. Ik heb zelf nog mee aan de tafel gezeten. Ik kan dus echt niet volgen.
De heer Sannen heeft het woord.
Mijnheer Verstreken, de sp.a is geen monoliet, en maar goed ook. Er moet een beetje ruimte zijn om wat kritische bemerkingen te geven en de vragen te stellen die leven. Misschien kan dat bij jullie niet, maar bij ons wel.
Mijnheer Decaluwe, veroordeelt u het overbruggingskrediet dat de vorige regering heeft gegeven?
Neen.
Laat het duidelijk zijn dat het overbruggingskrediet de mogelijkheid heeft gegeven om nu met een plan te komen. Blijkbaar veroordeelt u het standpunt van de vorige Vlaamse Regering, die een overbruggingskrediet heeft gegeven. Mocht dat er niet geweest zijn, dan was er geen luchthaven meer.
Over monolieten gesproken: iedereen heeft recht op vrije meningsuiting, maar als men in een streek afspraken maakt en iedereen engageert zich, dan hoop ik dat iedereen zich daaraan houdt. Vanzelfsprekend waren we voor het overbruggingskrediet.
Nu doen de socialisten echter alsof ze van niets weten bij het nemen van deze beslissing. Er moet ook worden gekeken naar de tender. Er is sprake van een businessplan met de privésector. Vanzelfsprekend kunnen we ter zake nog niet over cijfers beschikken, omdat we niet weten welke privéactoren zullen meedoen. Het gebrek aan cijfers wordt als reden voor onthouding gegeven. Dat is geen onthouding. Zeg dan gewoon dat u tegen de luchthaven bent. Dat is een mening die ik respecteer. Nu worden er echter elementen gezocht om zich toch maar te onthouden. Ik vind dat geen moedige beslissing.
Ik vervolg mijn betoog. Ik heb de trafiekcijfers daarnet al even aangehaald. Ik heb een aantal bedenkingen over het potentieel, voor zover dat uit het voorliggende document blijkt. De trafiekcijfers stijgen wel een beetje. Dat is positief, maar ze blijven wel zeer beperkt.
Er is slechts één maatschappij actief op de luchthaven, namelijk abelag, dat van Zaventem komt. Dat is een heel wankele basis. Als die ene maatschappij verhuist, is alle activiteit voorbij.
Ik citeer uit het document dat businessplan wordt genoemd: "Er zijn omvangrijke investeringen nodig in de basisinfrastructuur om te voldoen aan de ICAO 2B-standaarden." De financiële bijdrage waarover we het daarnet hadden, is dus helemaal niet ten einde. Er zullen nog belangrijke investeringen moeten volgen.
Voor de rest wil ik me ten gronde niet uitspreken. Er komt inderdaad een tender, maar ik vind dat ik als Vlaams parlementslid het recht heb te kunnen oordelen aan de hand van gegevens die me toelaten te oordelen. Mocht worden aangetoond dat die luchthaven rendabel kan zijn, dan zou ik dat ontwerp van decreet ook helemaal steunen. Ik weet het echter niet, en ik heb die informatie niet gekregen. Ik kan, om eerlijk te zijn, dus niets anders dan me ter zake te onthouden. (Applaus bij sp.a + VlaamsProgressieven)
VlaamsProgressieven heeft daar een groot patent op. Als het over de VRT en concurrentie gaat, mogen we totaal geen cijfers kennen. Hier vraagt u cijfers die nog niet bestaan. We weten nog niet welke privé-investeerders er zullen deelnemen. Wellicht abelag in Wevelgem, en waarschijnlijk zelfs een tweede en een derde, naar ik verneem. Op basis daarvan zullen we kunnen oordelen of die tender ontvankelijk is. Pas dan zult u de cijfers zien. Mijnheer Caron, u bent nu werkelijk de kar voor het paard aan het spannen, maar dat is niet de eerste maal.
Beste collega's, vindt u het normaal een ontwerp van decreet goed te keuren waarvan u de potentiële economische rendabiliteit op geen enkele wijze in kaart krijgt? Eigenlijk bent u afhankelijk van een tender, van een oproep in de privésector aan potentiële exploitanten. Dat is geen kwestie van de kip en het ei, mijnheer Peumans. Ik wil die weg een kans geven, maar ik raad u echt eens aan dit document te lezen. Als een privébedrijf met een dergelijk document naar een bank stapt, krijgt het geen euro, nergens ter wereld.
De heer Tavernier heeft het woord.
Mevrouw de voorzitter, de collega's hebben een belangrijk ontwerp van decreet goedgekeurd. Op het ogenblik van de stemming nam ik deel aan de bespreking van het ontwerp van decreet over de OCMW's. Ze hebben dat belangrijke ontwerp goedgekeurd nadat de minister had beloofd hun de cijfers, die toch wel belangrijk waren, te bezorgen in bijlage. Ze moesten eerst wel stemmen. Naderhand kan dat voor wat ongemakken zorgen. Dit dossier gaat over structuren, maar ook over geld en cijfers. Wie een dergelijk dossier goedkeurt zonder over die cijfers te beschikken, spreekt eigenlijk voor zijn beurt. Er werd gezegd dat dit moet worden benaderd vanuit een LOM- en een LEM-structuur. Heel theoretisch is er ook voor mij dan geen probleem.
De eigenaar stelt de infrastructuur ter beschikking en vraagt een vergoeding aan een LEM. Dat is de privésector, en die betaalt een marktconforme vergoeding. Op zich lijkt dat een mooie structuur. Maar natuurlijk is de eerste vraag of die structuur wel nodig is. inzake transport moeten we die vraag altijd stellen, in de verschillende domeinen en op de verschillende niveaus. Ik heb ten zeerste mijn bedenkingen bij de noodzaak van twee regionale luchthavens in West-Vlaanderen: één in Oostende en 40 kilometer zuidelijker één in Kortrijk-Wevelgem. Dan is er 30 kilometer over de grens, binnen dezelfde eurometropool, Lesquin. Gaan we een beetje naar het oosten, voor degenen die naar het oosten durven gaan, dan hebben we na 40 kilometer Charleroi. Dat lijkt me wat van het goede te veel. Men wil flexibel zijn. De West-Vlaamse zakenlui willen gemakkelijk de lucht in kunnen. Maar toch, slechts 40 kilometer ver rijden om in een vliegtuig te kunnen stappen zonder dat men naar het Brusselse Gewest moet, lijkt me niet echt van het goede te veel.
Bovendien is op Kortrijk-Wevelgem Internationaal slechts één op zes vluchten een zakenvlucht. Eén zesde! Men moet dus niet gaan beweren dat de luchthaven absoluut nodig is voor de zakenwereld. Het spijt me, dat blijkt niet uit de cijfers, tenzij de cijfers van de minister verkeerd zouden zijn. Het moet duidelijk zijn: wij zijn tegen de instandhouding van Kortrijk-Wevelgem. Men kan de zakenvluchten en de ´snelvracht´ even goed overhevelen naar Oostende-Brugge of naar Lesquin.
In de streek van Kortrijk is de nood aan bedrijventerreinen erg groot zegt men mij altijd. Wees gerust, als wij vragen om Kortrijk-Wevelgem Internationaal te sluiten, dan is het niet om daar een bos te planten. Nee, laat dat een bedrijventerrein worden. Daar is nood aan. Dat zal wellicht zelfs meer tewerkstelling meebrengen. De luchthaven stelt slechts 39 mensen te werk, brandweer inclusief. Als we iets willen doen voor de tewerkstelling in West-Vlaanderen, moeten we niet strijden voor het behoud van de luchthaven. Er moeten andere mogelijkheden zijn.
Er zijn felle voorstanders van de luchthaven, maar ook tegenstanders, ook aan officiële zijde. Er is een intercommunale waarvan de gemeenten verplicht worden de luchthaven jaarlijks te subsidiëren, al jaren lang, en nog zijn er financiële problemen. Bekijk de cijfers in het rapport, mijnheer Decaluwe. In geen enkele gemeente zitten de groenen in de meerderheid. Verstandige mensen, bijvoorbeeld van sp.a en van andere partijen, in Menen en Izegem, durven openlijk zeggen: stop met die zaak, wij willen daar geen geld meer aan besteden. En een heleboel anderen durven het niet zeggen.
Mijnheer Tavernier, ik heb respect voor uw mening, want u neemt een duidelijke stelling in: sluiten. We kunnen voor of tegen die stelling zijn, maar u bent duidelijk.
Maar, de vorige regering, waar Groen! deel van uitmaakte, heeft de 1,5 miljoen toch gesteund?
Ja, voor een laatste keer. Het betrof een overbruggingskrediet in afwachting van een nieuwe structuur.
Mocht u toen de moed hebben gehad om te zeggen dat de luchthaven dicht moest, dan kon u het been stijf houden binnen de Vlaamse Regering en had u uw standpunt kunnen realiseren.
Ik had dezelfde vraag. Groen! zat in de vorige regering en heeft de beslissing over de 1,5 miljoen mee goedgekeurd. Dat geld heeft er volgens de heer Sannen voor gezorgd dat de leefbaarheid van Kortrijk-Wevelgem kon worden gerealiseerd. Leg mij eens uit waarom u dat in de vorige regering mee hebt goedgekeurd.
Het was een overbrugging, want er zou worden overgestapt op een definitieve structuur. Alles zou worden rechtgetrokken en er zou een echt businessplan komen.
U hebt vier jaar tijd gehad om dat de vragen, maar u hebt dat nooit gedaan. (Opmerkingen van de heer Gilbert Bossuyt)
Toch wel, wij hebben dat gevraagd. Onze stelling is in dat verband altijd heel erg duidelijk geweest.
Ook over de toekomst van Kortrijk-Wevelgem ben ik heel duidelijk: de laatste jaren werd voortdurend geld gestopt in de luchthaven. De luchthaven is niet rendabel en zal ook nooit rendabel worden.
Voor Oostende zijn er wellicht wel mogelijkheden. Binnen bepaalde perken kan van Oostende een passagiersluchthaven, een snelle luchthaven en een zakenluchthaven worden gemaakt. Zeker indien een deel van de activiteiten van Kortrijk-Wevelgem naar daar worden overgeheveld, is er een iets grotere kans op rentabiliteit. Binnen bepaalde contouren moet dit mogelijk zijn, maar dan mag niet worden gedacht aan cargo's.
Trouwens, de slechte naam die Oostende heeft gehad en soms nog heeft, komt door een aantal cargoactiviteiten die niet altijd door de beste en de meest koosjere firma's werden uitgevoerd.
Er wordt gezegd dat een LOM en een LEM zullen worden opgericht en dat de luchthaven bedrijfseconomisch gerund zal worden. Het komt erop neer dat de overheid haar handen eraf houdt. Uit engagement, activiteit en management vanuit de privésector zal moeten blijken of de luchthaven rendabel is.
De LOM is de ontwikkelingsmaatschappij die de infrastructuur bezit. Wat doen men? Eerst wordt beslist om toch nog een keer te investeren: 17 miljoen in Oostende en geen anderhalf miljoen, mijnheer Bossuyt, maar 5,5 miljoen in Kortrijk-Wevelgem Internationaal. De investeringen zijn dus nog niet gestopt, er staan er nog op stapel. De LOM zal worden vergoed en eenmaal de investeringen zijn gebeurd, zal de LOM kunnen blijven leven dankzij de vergoeding die wordt betaald door de LEM. Ik zie echter dat in het decreet ook staat dat er naast de investeringen, ook een vergoeding is aan de LOM's. Komt die boven op de investering of is dat de investeringssubsidie? Voor mij is het niet duidelijk, maar in de artikelen van het decreet staat dat er ook voor de LOM's een jaarlijkse tussenkomst is die wordt ingeschreven in de begroting van het Vlaamse Gewest. Ik zou daar toch wat duidelijkheid over willen, want het kan niet dat naast de investeringen, nog tussenkomsten worden gedaan ten voordele van de LOM's.
De LEM's moeten exploiteren. De vraag is natuurlijk of ze rendabel zijn en waarvan die rentabiliteit afhangt. Die hangt natuurlijk af van het bedrag dat ze aan de LOM's moeten betalen voor het gebruik van de infrastructuur, maar daarover is nog niets geweten. In het decreet staat dat het om een 'marktconforme vergoeding' moet gaan, maar dat is een nogal rekbaar begrip. Iedereen weet dat wanneer de vergoeding iets groter wordt, iets meer marktconform, het voor de LEM moeilijker wordt. Wordt de vergoeding vastgelegd op bijna nul, dan is het voor de LEM een stuk gemakkelijker.
De Vlaamse overheid zegt over dit ontwerp van decreet dat het alles inzake brandweer en veiligheid op zich neemt. Ik heb de cijfers eens bekeken en ik heb de indruk dat zelfs het inchecken van de koffers hoort bij veiligheid. In Kortrijk-Wevelgem International houden 17 van de 28 personeelsleden zich bezig met de brandweer. Er zijn er weinig die zich bezighouden met het controleren van de koffers. Twee derde houdt zich bezig met de veiligheid en wordt betaald door de Vlaamse overheid. Ik heb er geen probleem mee dat er veel brandweermensen zijn.
Oostende ziet het wat grootser en heeft 136 mensen in dienst. 84 daarvan houden zich bezig met brandweer en veiligheid. Het is gemakkelijk om te zeggen dat het nu aan de privésector is. Dit is niet meer serieus. Eigenlijk kan dit niet. De constructie mangelt aan alle kanten. Er is in Oostende al jaren een jaarverslag dat naar het Rekenhof gaat. Het Rekenhof zegt al jaren dat de cijfers niet kloppen. De laatste rekening waarvan de definitieve cijfers zijn voorgelegd aan het Rekenhof, is die van 2004. Daarna niets meer.
Over de rekeningen van 2004 heeft het Rekenhof gezegd dat ze onvolledig zijn. Het wordt nu al drie jaar gezegd dat ze onvolledig zijn en wat antwoordt de minister in de commissie? "Je gaat daar toch niet over beginnen. Het Rekenhof zegt dat al zo lang, we gaan nu toch niet meer de waardering doen van de gebouwen en van de inbreng."
Als je zes jaar wacht om te antwoorden op opmerkingen van het Rekenhof en dan zeg je dat het nu niet meer de moeite loont om te antwoorden, dan is dat een zwak argument. Vooral omdat de waardering van de activa niet alleen van belang is voor de balans, maar ook voor het afschrijven van de kostenstructuur van de activa. Afschrijvingen zijn kosten. Hoe meer kosten, hoe meer verlies.
Als de luchthaven van Oostende al jaren durft zeggen dat ze dankzij subsidies een klein beetje winst maakt, dan liegt ze. Het is dankzij subsidies, maar ook omdat ze haar kosten niet inrekent. Als je dat ook nog wilt overhevelen naar de privésector in het kader van de LEM's, dan moet je correcte gegevens verstrekken, ook al is het laat.
Het is niet juist te zeggen dat de luchthaven wel zijn cijfers heeft ingediend. Ik had het wel over definitieve cijfers. Men antwoordt zelfs niet meer op de opmerkingen van het Rekenhof. Het is wel belangrijk, ook voor eventuele kandidaten, om correcte cijfers te hebben.
Sommigen zeggen dat het nu economisch gaat zijn. Sorry, maar het is absoluut niet economisch. Men heeft zelfs niet eens de correcte cijfers. Als je dan toch een aantal cijfers wilt, zal ik ze geven. In 2002 heeft de luchthaven van Oostende een exploitatiedotatie gekregen van 3.800.000 euro, in 2003 was dat 2.500.000 euro, nadien 2.800.000 euro, dan 2.862.000 euro en in 2006 3.008.000. Dan staat daar ongeveer een even grote investeringsdotatie tegenover, om dan in exploitatieresultaten te komen tot een positief resultaat, met de opmerking dat men die afschrijvingen en een aantal zaken gewoon niet heeft meegerekend.
Ook al is het logisch dat we gaan werken met een LOM en een LEM, wij kunnen zoiets maar goedkeuren als we achter het project staan. En dat is uiteindelijk een overheidsbeslissing. Je laat de beslissing of je een bepaalde activiteit maatschappelijk vindt, niet aan de privésector over. En áls je ze maatschappelijk verantwoord vindt en je wilt ze aan de privésector geven, dan moet die sector ook ten volle zijn verantwoordelijkheid dragen en moet je niet op een verkapte manier zowel de LOM als de LEM subsidiëren en werken met onvolledige cijfers.
In de streek van Kortrijk hebben ze dat ingezien en hebben ze gedacht dat ze eindelijk van dat dossier af zijn. Uit pure vreugde hebben ze op de laatste raad van bestuur hun zitpenningen verdrievoudigd. (Applaus bij Groen! en van de heer Gilbert Bossuyt)
De heer Loones heeft het woord.
Mevrouw de voorzitter, mevrouw de minister, collega's, omdat het thema van de luchthavens zo uitgediept wordt, kan ik niet anders dan ook mijn emoties kenbaar te maken. Dit zijn van die dossiers die blijven aanslepen. Twintig jaar geleden had ik daar mijn eerste persconferentie over met toenmalig parlementslid Jaak Vandemeulebroucke. We hebben toen gezegd: "De luchthaven moet over tien jaar rendabel zijn, anders loont het niet meer de moeite om dit ruimtebeslag van 400 hectare in Oostende nog te verantwoorden."
Ik heb die 400 hectare met een paar honderd werknemers ooit vergeleken met wat men in Singapore deed met diezelfde 400 hectare. Dat was op onze missie een paar jaar geleden. Daar ging het over 100.000 mensen die tewerkgesteld werden, met een enorme impact. Als je dat rationeel begint te bekijken, kun je inderdaad kritiek hebben.
Je kunt de zaak economisch beoordelen, maar ook het ecologische dossier is een bijzonder element. En voor Oostende is dat eigenlijk het hele dossier geweest. Er is daar een zeer sterk werkende actiegroep, WILOO.
Hoe dan ook moeten wij nu alle kansen geven aan de luchthaven. De tijden zijn geëvolueerd. De modal split en de manier waarop een regio ontsloten kan worden, kunnen we nu niet meer vergelijken met de situatie van twintig jaar geleden. Het zou al te gek zijn om een aantal actoren nu zomaar weg te werken. Dat geldt in het bijzonder voor Oostende, waar men dan nog het samenspel heeft met toerisme en met de haven. Een en ander moet natuurlijk op elkaar kunnen inspelen. Laat de proef dus doorgaan, laat ons zien wat de privé bijkomend inbrengt en laat het ons verder alle kansen geven.
Ik zal me niet moeien met Wevelgem, mijnheer Bossuyt. Ik vind het inderdaad een beetje gek, maar de Kortrijkzanen zijn al helemaal gek, dus laat ze maar doen. Er is een regeerakkoord geweest, en er zal dus wel wat politiek gemarchandeerd zijn. Maar ik zal de laatste zijn om kritiek te hebben op Wevelgem. Ik zou zelfs geen kritiek durven hebben op Deurne.
We maken een evolutie mee. Op een gegeven moment wilde Koekelare een eigen vliegveld, alsook Knokke en Koksijde. Wij hebben echter een militaire luchthaven die verloren dreigt te gaan. We zullen de burgerlijke luchthaven, de WAC, de West Aviation Club die nu al bestaat, verder alle kansen geven. Nu is dat nog een club maar het wordt een echte luchthaven met infrastructuur. Wanneer de wegen dichtslibben, moeten we op zoek gaan naar andere verkeersmodi. We hebben al de beslissing genomen om drie kilometer landingsbaan te redden. Het moeten niet allemaal Vlaamse nationale luchthavens worden. Ze hoeven ook niet allemaal dezelfde beheersstructuur te krijgen.
Mevrouw de minister, die regionale luchthaven kreeg de naam Oostende-Brugge. Dat is beslist tijdens de periode van Ryanair. Brugge had zogezegd meer uitstraling dan Oostende. Ik heb niets tegen Brugge, maar het gaat hier wel degelijk over de luchthaven van Oostende. Ik hoop dat het een toeristische passagiersluchthaven wordt. Dat zal heel wat tijd besparen voor het publiek dat naar de Vlaamse kust komt.
De heer Verstreken heeft het woord.
Mevrouw de minister, er is ontzettend veel potentieel in de luchthaven van Oostende. Wat in Wallonië kan, moet zeker ook in Vlaanderen kunnen. Ik pleit er dan ook voor om bij de uitvoering naar de LEM en de LOM rekening te houden met de duidelijke behoefte aan passagiersvluchten. Die zitten in de lift. Het belang van regionale luchthavens wordt wereldwijd aangetoond. Dat bewijzen alle statistieken en wetenschappers.
De heer Callens heeft het woord.
Ik heb een beetje ervaring met het zoeken naar plaatsen voor de vestiging van plaatselijke bedrijven of van buitenlandse bedrijven die in West-Vlaanderen willen investeren. Bij die zoektocht moeten de bedrijven rekening houden met een aantal elementen zoals de scholing van het personeel, de beschikbaarheid van gronden, de ligging en de eventuele aanwezigheid van een luchthaven voor korte vluchten. Dat laatste kan handig zijn voor klanten, leveranciers en eventuele dochterbedrijven. Ik ben ervan overtuigd dat dit aspect voor alle bedrijven meespeelt bij hun vestiging in West-Vlaanderen. Ik juich dan ook toe dat een aantal mensen positief staan tegenover de uitbating van die twee luchthavens.
Minister Crevits heeft het woord.
Het waren interessante uiteenzettingen. Dat is altijd het geval wanneer het gaat over dossiers die bepaalde regio's beroeren. Ik wil nog enige toelichting geven bij een aantal punten.
Degenen die zouden twijfelen aan de loyauteit bij de coalitiepartners, kan ik geruststellen. Dit ontwerp is niet zomaar uit de lucht komen vallen. Het werd twee keer goedgekeurd door de voltallige ministerraad vooraleer het hier werd voorgelegd. Wat dat betreft, is er dus geen enkel probleem.
Het ontwerp is ook niet uit de lucht komen vallen op de ministerraad.
De heer Stassen heeft het woord.
Mevrouw de minister, worden dan bepaalde zaken ook niet door de voltallige ministerraad goedgekeurd?
Mijnheer Stassen, daarnet waren hier discussies. Als er binnen de ministerraad discussie is, dan worden dossiers eventueel niet goedgekeurd. Als ze worden goedgekeurd, dan - en men zou eraan twijfelen als we bepaalde stemmen uit het parlement horen - gebeurt dat door de voltallige regering en door alle coalitiepartners. Anders zou de zaak nooit zijn goedgekeurd. (Applaus bij CD&V)
Waarom vindt u het dan politiek nodig om te benadrukken dat het door de voltallige ministerraad is goedgekeurd? Als u dat nu zegt, betekent dat er stront aan de knikker is.
Mijnheer Stassen, misschien hebt u niet goed geluisterd. U moet zich niet zo opwinden. Ik kan niet duidelijk genoeg zijn. Ik heb geprobeerd om zeer duidelijk te zeggen hoe het in de regering verlopen is. Voilà. En ik denk dat het nu duidelijk is.
Dat is een tautologie. Een beslissing wordt altijd voltallig genomen.
Dat hebben we dan ook weer geleerd, beste collega's. (Gelach)
Het ontwerp is niet ook niet zomaar uit de lucht gevallen bij de regering. Het is het gevolg van een strategische visie, die werd vastgelegd in een visienota van 2 juni 2006. Een aantal mensen hebben al een deel van de evolutie geschetst. Ik zal die punten niet herhalen. Er is een politieke keuze gemaakt. Een aantal voorgangers hebben daar hun steentje toe bijgedragen. Ik stel dat niet in vraag. We moeten trouwens niet het proces van het verleden maken. Er werd gekozen voor het maximale behoud van het resterende patrimonium van de Vlaamse regionale luchthavens. Die visie is ook door de Vlaamse Luchthavencommissie met zoveel woorden gevolgd. Ik verwijs naar haar standpunt van 12 juli 2006.
Er is tevens geopteerd voor een gelijke behandeling tussen al die luchthavens. Dat heeft een aantal consequenties. Een van die gevolgen is dat de Vlaamse overheid bereid is om financiële steun te verlenen voor de kosten van de instandhouding en de modernisering van de basisinfrastructuur van de luchthaven. Dat is wel duidelijk. Het gaat om de kosten om de basisinfrastructuur, het onroerend patrimonium in stand te houden.
De regering heeft ook beslist om verder in te staan voor het verzekeren van de publieke functies in het kader van de luchthavenbeveiliging en de luchtvaartveiligheid. Daarnet werd een opsomming gemaakt van de taken die daar deel van uitmaken. Het is ook niet zo moeilijk om te weten wat die taken zijn. Dat staat mooi beschreven.
Die strategische visie moest dan natuurlijk nog geconcretiseerd worden. Daarbij werd gezocht naar een beheersvorm die enerzijds rekening houdt met de twee vooropgestelde principes en die anderzijds de luchthavens ook toelaat om, zoals door diverse sprekers is aangehaald, binnen een concurrentiële en sterk evoluerende markt toch met meer autonomie en op een bedrijfseconomische basis te functioneren, waarbij privé-investeerders en/of lokale overheden extra middelen en impulsen zouden kunnen geven.
Er is vervolgens een studie uitgevoerd, waarbij men de potenties van de beide luchthavens in kaart heeft gebracht. Er werden inderdaad enkele cijfergegevens en financiële modellen onderzocht. Mijnheer Caron, in de commissie zijn we daar ook even op ingegaan. Tijdens de tweede zitting heb ik dat ook gezegd. Een aantal van de zaken die in het financiële model zijn opgenomen, zijn cijfers uit privécontracten. Ik heb me, net zoals mijn voorganger, geïnformeerd. Men kan die niet zomaar publiek maken. Als ik na de eventuele goedkeuring het vervolgtraject voor u schets, dan is het toch wel van belang te weten dat er pas nadat er zekerheid is over de exploitatie de LOM geoperationaliseerd kan worden.
Zonder een goedgekeurd decreet kunnen we geen enkele structuur opstarten. Dit brengt ons in een kip-en-eisituatie. We hebben de juridische structuur nodig om de volgende twee stappen te kunnen zetten. De volgende stappen zijn de oprichting van de LEM en de oprichting van de LOM.
Voor de LEM hebben we een privépartner nodig. Wie dat zal worden, zal blijken uit de tender die zal worden uitgeschreven. Ik heb tijdens de commissiebesprekingen uitdrukkelijk gezegd dat de tender gelijk moet lopen met de oprichting van de LOM. We moeten vooruitgang boeken. Potentiële privépartners moeten voldoende tijd krijgen om een eigen businessplan op te stellen. Deze businessplannen moeten binnen het kader van de vigerende milieuvergunningen worden opgesteld. Ze zullen uiteindelijk de basis voor het verdere verloop van dit dossier vormen.
De heer Tavernier heeft een vraag over de vergoedingen aan de LOM gesteld. De Vlaamse Regering heeft de principiële keuze gemaakt de openbare structuur in stand te houden. Dit betekent dat kapitaal zal worden geïnjecteerd. De cijfers zijn hier al vermeld. De toekomstige investeringen zullen over een periode van acht jaar worden gespreid. De LOM wordt een EVA. De Vlaamse overheid en de LOM zullen een beheersovereenkomst sluiten. Die beheersovereenkomst zal uiteraard, zoals steeds, aan het Vlaams Parlement worden voorgelegd. De wederzijdse rechten en plichten van beide partners zullen in de beheersovereenkomst worden omschreven. Het ontwerp van decreet laat de mogelijkheid open om bepaalde bijkomende taken aan de LOM te geven en om hiervoor al dan niet vergoedingen toe te kennen. De heer Tavernier heeft in dit verband terecht naar een bepaling in het ontwerp van decreet verwezen.
Mevrouw de minister, nu brengt u me in verwarring. Ik dacht dat de LOM de infrastructuur ter beschikking stelt. De Vlaamse overheid zorgt ervoor dat die infrastructuur af is. De LEM gebruikt de infrastructuur en betaalt daarvoor een bepaalde vergoeding. De LEM krijgt voor een aantal specifieke taken een subsidie van de Vlaamse overheid.
Mijnheer Tavernier, bedoelt u veiligheidstaken, zoals de brandweer?
De LEM moet hiervoor instaan.
Ik vraag me evenwel af of de LOM niet zelfbedruipend moet zijn. Ingevolge de kapitaalinjectie door de Vlaamse overheid krijgt de LOM infrastructuur. Eenmaal de LOM over die infrastructuur beschikt, moet ze eigenlijk zelfbedruipend zijn. Indien de overheid blijft geld bijpassen, klopt het eigenlijk niet. Dit zou inhouden dat we de private activiteit voortdurend subsidiëren.
Volgens mij zou het duidelijker zijn de LOM door middel van de investeringen te steunen en de LEM bepaalde subsidies voor specifieke taken toe te kennen. We kunnen er dan nog over discussiëren of we al dan niet twee derde van het personeel moeten subsidiëren. Ik heb in elk geval nog geen antwoord gekregen op de vraag wat de bijkomende opdrachten van de LOM zouden kunnen zijn. Blijkbaar wil de minister die opdrachten subsidiëren. Kan de minister een voorbeeld van een dergelijke opdracht geven?
De heer Tavernier heeft de situatie correct geschetst. De LEM exploiteert de luchthaven volledig en betaalt een concessievergoeding voor het gebruik van de luchthaven aan de LOM. De Vlaamse overheid injecteert kapitaal in de LOM. De LOM en de Vlaamse overheid sluiten een beheersovereenkomst.
Er is nog geen enkele beheersovereenkomst af. Ik zie niet in welke vergoedingen we eventueel zouden moeten betalen. De LOM is belast met het beheer van het onroerend patrimonium, oftewel de infrastructuur, van de luchthaven. Op dit ogenblik zie ik geen concrete voorbeelden. Het ontwerp van decreet zegt hier niets over. Wat de Vlaamse overheid betreft, kan de LOM geen winst maken. De LOM is gewoon de beheerder van de onroerende infrastructuur.
Als u mij nu vraagt of ik nog vergoedingen zie, dan zeg ik neen. Het is echter een beheersovereenkomst zoals er beheersovereenkomsten gesloten zijn met tal van agentschappen, bijvoorbeeld onze waterwegbeheerders. Die beheersovereenkomst moet nog worden uitgewerkt en zal worden voorgelegd aan het parlement.
Ik vraag me af of de commissieleden van de meerderheid dit wel doorhadden.
Natuurlijk, ik heb dat uitdrukkelijk gezegd.
Ik geloof dit niet. U zegt dat u nog niet eens weet waarvoor u een vergoeding zou betalen. Dat is een kat in een zak.
Mijnheer Tavernier, u bent niet correct. Ik heb dit in de commissie nadrukkelijk uitgelegd. Ik weet niet of u er toen was, want u hebt niet de hele uitleg gehoord. U hebt uw vragen gesteld en bent vertrokken. (Opmerkingen van de heer Jef Tavernier)
Goed, u hebt het verslag gelezen. Ik heb in de commissie zeer nadrukkelijk gesteld dat er een beheersovereenkomst wordt gesloten tussen de overheid en de LOM, en dat daar de wederzijdse rechten en plichten in vervat zullen zitten. Ik heb ook gesteld dat er een concessieovereenkomst wordt gesloten tussen de LOM en de LEM. Dit betekent dat de LOM uit twee bronnen middelen krijgt: een eerste bron is de kapitaalinjectie die de overheid zal doen, een tweede bron is de concessievergoeding die wordt betaald door de LEM. Dat zijn de twee bronnen van middelen. Als u me vraagt of er nog vergoedingen zullen moeten worden betaald, dan antwoord ik dat wat mij betreft niet. Het is echter een beheersovereenkomst die wordt gesloten tussen de twee waarin de rechten en plichten voor een hele periode zullen worden uitgewerkt. Ik denk dat ik daar duidelijk in ben.
Mevrouw de voorzitter, de structuur is in de commissie erg duidelijk geschetst. Op pagina 51 van het stuk staat een handig schemaatje. Daar is ook naar verwezen. Die driehoek schetst alles erg helder. Voor de kosten voor safety en security vertrekt het pijltje van het Vlaamse Gewest in de richting van de LEM. Geen enkel lid dat aan de bespreking heeft deelgenomen, heeft dit niet opgemerkt.
U hebt gelijk dat dit op pagina 51 staat van de bijlage van het verslag. De bijlagen zijn na de commissievergadering toegevoegd.
Ik heb het over pagina 51 van het originele stuk 1703 nummer 1.
U hebt gelijk. Daar staat echter niets over welke vergoeding er wordt gegeven. Het is zeer onduidelijk. De minister geeft trouwens zelf toe dat men niet weet wat er op dit moment eventueel in zou zitten.
Vandaag wordt er een kader goedgekeurd om twee structuren in het leven te roepen. Er zijn nog veel zaken onduidelijk. Hoe zal die concessieovereenkomst er precies uitzien? Wat zal er juist gebeuren? Hoeveel zaken zullen er actief worden? Ik kan u dat niet zeggen, en u weet dat goed. We roepen vandaag een structuur in het leven die de toekomst voor de regionale luchthavens vastlegt op een model. Dat model is erg duidelijk. De overheid geeft de garantie dat de publieke structuur in stand wordt gehouden. Er zit een kapitaalinjectie in om hem gecertificeerd te houden. Dit is een politieke keuze die wordt gemaakt. De exploitatie zelf wordt niet langer beschouwd als een taak van de overheid. Die gaat naar de LEM.
In het kader van de concessieovereenkomst is afgesproken dat het de LEM is die de verantwoordelijkheid, de controle, de veiligheids- en beveilingsdiensten en de brandweerdienst - of een deel ervan - op de respectieve regionale luchthavens zal verzekeren, zonder uiteraard afbreuk te doen aan de bevoegdheden van het Vlaamse Gewest inzake het toezicht op de uitvoering van deze taken. Voor die taken zal de LEM een toelage ontvangen. Er moet dus nog een overeenkomst worden gesloten, met name die tussen de LEM en het Vlaamse Gewest waarin de wijze van berekening, de parameters, de betalingsmodaliteiten enzovoort zullen worden vastgelegd. Op die manier wordt duidelijk wat de precieze vergoeding zal zijn.
Iets is duidelijk: de vergoeding moet worden gemeld aan Europa, en de enige vergoeding die de overheid aan de LEM mag betalen, is de vergoeding die voor die specifieke taken wordt betaald, en bijvoorbeeld niet voor een cafetaria of zo.
De overeenkomst moet natuurlijk ook worden afgesloten, maar dat kan pas wanneer het decreet is goedgekeurd en de structuren kunnen worden uitgebouwd. Wat de bedragen betreft, verwijs ik naar de verslagen van de commissievergaderingen. Ze zijn voor iedereen beschikbaar. Het klopt dat luchthavenbeveiliging en luchtvaartveiligheid in Oostende een dominante plaats innemen. Ongeveer 106 van de 134 personeelsleden van DAB Oostende houden zich daarmee bezig. De werkingskosten kunnen dus precies worden geraamd.
De huidige investeringsdotatie van de overheid van ongeveer 3 miljoen euro per jaar wordt vervangen door een inbreng van het Vlaamse Gewest in de LOM ten bedrage van 17 miljoen euro ten behoeve van Oostende. Volgens het businessplan gaat het om een investering gespreid over acht jaar. Men heeft berekend dat die inbreng nodig is om de luchthaven door de International Civil Aviation Organization te laten certificeren.
Wat Kortrijk-Wevelgem betreft, is de eigendomsstructuur nog meer versnipperd. Het Vlaamse Gewest zou zich in de LOM inkopen via een participatie van 50 percent plus één aandeel tegen een bedrag van 5,5 miljoen euro, wat het geraamde bedrag is in het businessplan om de luchthaven door de International Civil Aviation Organization te laten certificeren.
Hoe zit het met de gevolgen voor het personeel? In Oostende werken een aantal contractuelen. Na overleg is met de vakorganisaties een akkoord bereikt om de toekomst van die personeelsleden goed aan te pakken.
Het spreekt voor zich dat de Vlaamse Regering ernaar streeft om de structuur zo snel mogelijk te implementeren. Ondertussen heeft de administratie de eerste voorbereidingen getroffen voor de selectie van de privé-partner en de daarmee gepaard gaande gunning van de overeenkomst waarbij de gunning van de luchthaven wordt overgedragen aan een LEM.
Het decreet heeft de bedoeling om ervoor te zorgen dat de effectieve start van de LOM en de bijhorende kapitaalinbreng van het Vlaamse Gewest pas zal gebeuren op het ogenblik dat de LEM-partner is geselecteerd. Op dat ogenblik zal iedereen inzicht krijgen in alle overeenkomsten. Het is dus van belang dat zo spoedig mogelijk een selectiedossier wordt opgemaakt. Na goedkeuring door de voltallige Vlaamse Regering zal dat worden gepubliceerd. We zullen dan zien hoe de markt zal reageren.
Vervolgens moet nog een bestek worden gemaakt voor de concessieovereenkomsten. Na goedkeuring ervan kunnen die worden overgemaakt aan de geselecteerde kandidaten. Het is een zorg van de Vlaamse Regering, zoals het een zorg is van veel collega's hier zoals de heren Decaluwe en Verstreken, dat de concessies en de gunningen van de concessies worden beoordeeld in het licht van de concrete businessplannen die door de kandidaten worden opgesteld. We moeten daarvoor dus tijd uittrekken, maar het welslagen van de operatie zal afhangen van de interesse en van de ingediende businessplannen.
Het zal dus nodig zijn dat er tijd wordt gegeven, maar het welslagen van de operatie zal afhangen van de interesse en van de businessplannen die worden ingediend door de kandidaten in functie van de tender.
Ik denk dat de Vlaamse Regering in 2006 inderdaad de keuze gemaakt heeft om de toekomst van de regionale luchthavens veilig te stellen en een vast kader te bieden voor de toekomst. We staan aan de vooravond van de waarheid, om het zo te zeggen. Er is uiteraard nog een weg te gaan, want als blijkt dat er geen private partner geïnteresseerd is, komen we in gevaarlijk vaarwater.
Het is nu wel het ogenblik om stabiliteit te garanderen. Ik heb ook nog eens de documenten nagelezen. We mogen niet vergeten dat het kader dat nu wordt gemaakt, een stabiel kader is dat ook een gunstig effect kan hebben op potentiële investeerders. Er wordt niet meer 'gewishwasht' met allerlei soorten constructies. Het is één transparante structuur, die het jaar na jaar moet mogelijk maken om de activiteiten van die luchthaven correct op te volgen en jaar na jaar te kijken of de spelregels correct worden gevolgd. Wat dat correct opvolgen betreft, hebt u in elk geval mijn engagement en dat van de voltallige Vlaamse Regering. (Applaus bij de meerderheid)
Mevrouw de voorzitter, alhoewel ik het dossier niet zo goed ken, heb ik toch een aha-erlebnis met het dossier van de luchthaven van Deurne. Dat hangt ook met haken en ogen aan elkaar. Ik zou eerlijk gezegd willen vermijden dat we over enkele jaren Karel Vinck naar West-Vlaanderen moeten sturen om een crisismanagement op te zetten en dat er intussen al heel wat publiek geld van de Vlaamse overheid over de balk is gegooid.
Ik zou het dus niet wijs vinden om vandaag over dit ontwerp van decreet te stemmen. Ik wil namens onze fractie vragen om dit punt te verdagen. Ik heb ook goed geluisterd naar de replieken van de minister. Zij heeft bijvoorbeeld niet geantwoord op de vraag van de heer Tavernier over het Rekenhof. Ik vind dit toch wel vrij belangrijk. Ik zou willen vragen om, tot het rapport van het Rekenhof voor de periode 2004-2007 er is, hierover geen stemming te laten doorgaan.
Ik steun uiteraard de vraag van de heer Daems. Daarnaast heb ik voor de minister nog vragen over de beheersovereenkomsten. Wat is de rol van het parlement in die beheersovereenkomsten? Worden die door het parlement goedgekeurd of worden die aan het parlement voorgelegd? Dat is zeer belangrijk.
Het element niet-aeronautische activiteiten was ik vergeten. Uit verslagen blijkt dat de luchthaven enkel met die activiteiten eventueel geen verlies zou lijden. We moeten daarop ook een zicht hebben.
Ik vind het niet kunnen dat u, naast de investeringen, een vergoeding geeft aan de LOM's in de juridische constructie die u opzet. Je kunt een dotatie geven aan de LEM, maar eens de investering is gedaan in de LOM, moet het engagement daar stoppen.
De heer Daems vraagt dus de verdaging van de stemming over dit ontwerp van decreet.
Ik was het Rekenhof inderdaad uit het oog verloren. De jaarrekeningen zijn ingediend. Er waren opmerkingen van het Rekenhof waarover met mijn administratie is gepraat.
Ik kan u ook garanderen, mijnheer Tavernier - ik heb u dat nog niet gezegd, maar ik had u dat moeten zeggen -, dat het heel belangrijk is dat de jaarrekeningen definitief zijn goedgekeurd door het Rekenhof op het ogenblik dat de tender wordt goedgekeurd. Wat dat betreft, is de afspraak gemaakt dat tegen het najaar alles geregeld zou moeten zijn. De opmerkingen zijn ondertussen doorgenomen, en die waren inderdaad nog onvolledig beantwoord. Dat wordt geregeld.
Ik had ook gevraagd naar de beheersovereenkomsten. Worden die in het parlement besproken of niet?
Dat is een beheersovereenkomst van het type dat ook met Waterwegen en Zeekanaal en nv De Scheepvaart wordt gesloten. Ik weet dat die besproken zijn in het parlement. Het is hetzelfde type, een EVA, dus die komt ook naar het parlement.
Voor de LOM's en de LEM's?
Nee, mijnheer Tavernier, u mag geen verwarring zaaien. Het gaat over de beheersovereenkomst die wordt afgesloten tussen de Vlaamse overheid en de LOM.
Vraagt nog iemand het woord? (Neen)
De algemene bespreking is gesloten.
Artikelsgewijze bespreking
De voorzitter: Dames en heren, aan de orde is de artikelsgewijze bespreking van het ontwerp van decreet. (Zie Parl. St. Vl. Parl. 2007-08, nr. 1703/1).
De artikelen 1 tot en met 70 worden zonder opmerkingen aangenomen.De artikelsgewijze bespreking is gesloten.
We zullen straks, eventueel, de hoofdelijke stemming over het ontwerp van decreet houden.