Verslag plenaire vergadering
Verslag
Algemene bespreking
Dames en heren, de algemene bespreking is geopend.
De heer Sannen heeft het woord.
Mevrouw de voorzitter, geachte leden, ik wil hier slechts de spreekbuis zijn van alle leden die dit voorstel hebben ingediend en het mee steunen. Eigenlijk is mijn verdienste dan ook enkel en alleen dat ik de inleiding kom brengen, die noodzakelijk is, daar het gaat over een rechtstreekse behandeling van dit voorstel van decreet in de plenaire vergadering.
De belangrijkste wedstrijd voor het buksschieten is zonder twijfel het jaarlijkse Oud Limburgs Schuttersfeest, dat steeds plaatsvindt op de eerste zondag van juli. Dit jaar vindt het plaats op 6 juli, in Opoeteren. Vanuit de beide Limburgen nemen ongeveer 160 schutterijen deel, en het evenement lokt grensoverschrijdend een massa volk, tot 40.000 toeschouwers. Om dit volksfeest te kunnen laten plaatsvinden, was het dan ook noodzakelijk dit voorstel van decreet rechtstreeks plenair in te dienen.
Het buksschieten maakt deel uit van een lange en rijke traditie van schutterijen en schuttersgilden en wordt vooral in de beide Limburgen nog intensief beoefend. Het buksschieten is uiteraard een schietcompetitie, maar vormt slechts een onderdeel van een veel groter traditioneel volksgebeuren, met daarnaast ook optochten, muziekkorpsen, vendelzwaaien en traditionele kostuums. Dat is minstens even belangrijk als het schieten zelf. Het schieten gebeurt in ploegen van zes schutters. Er wordt geschoten op topjes die gemonteerd zijn op een schietboom, op 16 meter van de grond. De buks zelf is een zwaar, ongeveer 2 meter lang wapen. Om er stabiel mee te kunnen schieten, wordt daarom een speciale aanlegpaal gebruikt. Er wordt ook geschoten met speciaal gegoten loden kogels. Het wapen is meestal handgemaakt en duur, en daarom ook vaak eigendom van de schutterij of de schuttersgilde zelf.
Het was steeds de bedoeling om de buks, die moeilijk kan worden beschouwd als een normaal vuurwapen, vrij te stellen van elke vergunnings- of licentieplicht. Bij het opstellen van het Sportschuttersdecreet van 11 mei 2007 gingen de opstellers ervan uit dat de buks in het kader van de federale Wapenwet van 2006 nominatief zou worden aangeduid als een vrij verkrijgbaar wapen. Dat is dan een wapen waarvoor geen vergunning moet worden aangevraagd voor bezit of gebruik, op voorwaarde dat het enkel wordt gebruikt in het kader van een historische, folkloristische of traditionele manifestatie. Het chronologisch daarop volgende federale koninklijk besluit van 9 juli 2007 stelde de buks echter niet nominatief vrij, maar koos voor een algemene vrijstelling, waarbij alle wapens die eigendom zijn van en worden bewaard door historische, folkloristische of traditionele verenigingen, en ook enkel onder toezicht worden gebruikt tijdens historische, folkloristische of traditionele activiteiten, worden gekwalificeerd als vrij verkrijgbare wapens.
De bedoeling van dit koninklijk besluit was duidelijk. Ik citeer uit de motivering ervan: "Overwegende dat diverse folkloristische verenigingen overal in het land tijdens het zomerseizoen schietingen organiseren, waarvoor geen passend wettelijk kader bestaat, waardoor deze traditionele schietingen bedreigd worden in hun bestaan en alleen in de illegaliteit kunnen plaatsvinden; dat een gedoogbeleid van de lokale overheden geen rechtszekerheid met zich meebrengt en dat deze gebeurtenissen een gunstig uitzonderingsregime verdienen; dat bijgevolg dringend een wettelijk kader dient te worden geschapen." Kortom, zowel de Vlaamse als de federale overheid wil de evenementen zoals het Oud Limburgs Schuttersfeest vrijstellen van elke administratieve last. (Opmerkingen)
Mijnheer Van Hauthem, het gaat om een volkssport. Deze mensen moeten kansen krijgen.
Het koninklijk besluit van 9 juli 2007 maakt echter een uitzondering voor wapens die gebruikt worden voor het sportschieten zoals dit gedefinieerd wordt in de toepasselijke gemeenschapsdecreten. De wapens die daarvoor gebruikt worden, zijn niet vrij verkrijgbaar, maar blijven vergunningsplichtig, ook al zijn ze eigendom van historische, folkloristische of traditionele verenigingen. Dat betekent dus dat men in principe over een wapenvergunning moet beschikken om dergelijke wapens voorhanden te hebben. Wel voorziet de federale Wapenwet dat houders van een sportschutterslicentie die verleend worden door daartoe gemachtigde schietsportfederaties, toch vuurwapens ontworpen voor het sportschieten voorhanden mogen hebben zonder dat zij daarvoor, naast hun sportschutterslicentie, nog een wapenvergunning moeten hebben. Dit echter enkel op voorwaarde dat het gaat om wapens die op een lijst staan die opgesteld wordt door de federale minister van Justitie en dat de betrokkenen voldoen aan een aantal voorwaarden.
Het probleem dat wij vandaag proberen op te lossen, is ontstaan door dat Sportschuttersdecreet. Dat decreet dateert van enkele weken voor het federale koninklijk besluit van 9 juli 2007, had het sportschieten reeds ruim gedefinieerd en dit in de veronderstelling dat de buks die men gebruikt voor het buksschieten sowieso in het kader van de federale Wapenwet gekwalificeerd zou worden als een vrij verkrijgbaar wapen. Men ging er toen dan ook van uit dat de wijze waarop men het sportschieten definieerde ter zake niet relevant was. Zo stelt het Sportschuttersdecreet nu onder meer dat alle schietdisciplines met vergunningsplichtige wapens die aangeboden worden door een schietsportfederatie zonder onderscheid beschouwd worden als sportschieten. En omdat alle door deze federaties aangeboden schietdisciplines volgens de definitie van het voorstel van decreet gekwalificeerd worden als sportschieten, zijn en blijven de ervoor gebruikte wapens ook vergunningsplichtig. Vermits echter ook het buksschieten als schietdiscipline aangeboden wordt door enkele schietsportfederaties, heeft dit tot gevolg dat ook het buksschieten volgens het Sportschuttersdecreet beschouwd moet worden als een vorm van sportschieten.
Daardoor is ook de buks nu principieel vergunningsplichtig. Bovendien moet men volgens het Sportschuttersdecreet ook nog beschikken over een sportschutterslicentie om het sportschieten en dus ook het buksschieten te mogen beoefenen met een vergunningsplichtig wapen. De buks valt echter wel onder een van de categorieën van vergunningsplichtige wapens die op de lijst staan van de federale minister van Justitie en die men toch voorhanden mag hebben zonder wapenvergunning als men wel over een sportschutterslicentie beschikt. Een buksschieter moet op dit ogenblik dus enkel beschikken over een sportschutterslicentie en niet over een wapenvergunning.
Maar het was, zoals gezegd, nooit de bedoeling om de buks gebruikt voor het buksschieten vergunnings- of licentieplichtig te maken. Dat is, gelet op het soort wapen en het traditionele, folkloristische gebruik ervan, ook op geen enkele wijze te verantwoorden. Bovendien heeft het feit dat een buksschieter nu toch over een sportschutterslicentie moet beschikken, ook tot gevolg dat genodigden of belangstellenden zonder licentie zelfs niet occasioneel mogen schieten. Dat dit reële problemen doet rijzen, mag blijken uit het feit dat recent een lokale schuttersvereniging in Hamont-Achel een demonstratie buksschieten tijdens het dorpsfeest geannuleerd heeft omdat bezoekers wettelijk zelf niet eens mochten proberen. Het spreekt voor zich dat dat niet helpt om deze traditie levend te houden.
Eerder bleek uit het debat in de plenaire vergadering van 28 mei, dat men kamerbreed vond dat deze slechte afstemming tussen Vlaamse en federale regelgeving zo snel mogelijk opgelost moest worden en dat het traditionele buksschieten vrijgesteld moest worden van elke administratieve verplichting. De indieners van dit voorstel willen dit bereiken door in het Sportschuttersdecreet het buksschieten uitdrukkelijk uit te sluiten uit de definitie van het sportschieten. Omdat het buksschieten hierdoor geen sportschieten meer is zoals bedoeld in het Sportschuttersdecreet, valt de buks toch onder het toepassingsgebied van het koninklijk besluit van 9 juli 2007 en kan het wapen onder de voorwaarden gesteld in dat KB, gekwalificeerd worden als een vrij verkrijgbaar wapen zoals bedoeld in de federale Wapenwet. Er zal dus geen wapenvergunning, noch sportschutterslicentie meer vereist zijn om een buks voorhanden te mogen hebben en om het buksschieten te beoefenen als het gaat om wapens die eigendom zijn van de traditionele, folkloristische schutterijen of schuttersgilden en die onder toezicht gebruikt worden tijdens evenementen zoals het Oud Limburgs Schuttersfeest of gelijkaardige activiteiten van deze verenigingen.
Omdat er in deze vergadering enige discussie was over de bevoegdheid en de correctheid van de juridische redenering, werd veiligheidshalve het advies van de Raad van State gevraagd. De raad bevestigde in zijn spoedadvies dat het voorstel van decreet inderdaad binnen de bevoegdheid van de Vlaamse Gemeenschap viel en dat de gevolgde juridische redenering ook klopte.
Daarnaast maakt het voorstel nog van de gelegenheid gebruik om enkele technische aanvullingen in te voeren met betrekking tot de redenen waarom een sportschutterslicentie ingetrokken kan worden en tegelijk wordt de tekst van het Sportschuttersdecreet aangepast aan de recente vervanging van het oude decreet Volkscultuur van 1998, door het nieuwe Cultureel-Erfgoeddecreet.
Ten slotte wil ik nog wijzen op een amendement dat werd ingediend om de datum van inwerkingtreding zo snel mogelijk te laten plaatsvinden. Dit decreet zou vanaf 28 juni ingang moeten kunnen vinden, zodat het grote evenement, namelijk het Oud Limburgs Schuttersfeest, zonder problemen kan plaatsvinden. U bent allemaal uitgenodigd om er eens te komen proeven wat het is om eens met een buks te schieten. (Applaus bij CD&V, sp.a + VlaamsProgressieven en de N-VA)
De heer Pieters heeft het woord.
Mevrouw de voorzitter, collega's, ik wil er even op wijzen dat de bevoegdheden van de federale overheid en van het gewest in een voorstel van decreet zoals dit, in conflict kunnen geraken, en dat een wetgeving die door de federale overheid wordt gemaakt, een gewestdecreet in de problemen kan brengen.
Ik wil even reageren op wat de heer Sannen zegt. Hij had het over het Oud Limburgs Schuttersfeest, maar het is eerder de Euregio die bepalend is, want het gaat ook over schutterijen uit Duitsland, het is een internationaal gebeuren. Het is goed dat het buksschieten uit de licentie is gehaald, want hiermee is het probleem opgelost.
Ik wil toch even aanhalen dat de voornaamste reden waarvoor dit decreet werd opgesteld, het feit is dat de gouverneur van Limburg, Steve Stevaert, het eerste schot moet kunnen lossen. Het is toch raar dat een spoedprocedure bij de Raad van State moet worden gebruikt om de heer Stevaert dat eerste schot te laten lossen.
Ik wil de heer Sannen erop wijzen dat er de voorbije weken verschillende koningsschietingen geweest zijn bij verschillende schutterijen in verschillende gemeenten en blijkbaar was het daar geen probleem. De schietingen vonden gewoon plaats en ook daar waren er genodigden die een schot hebben mogen lossen - ik kan ervan meespreken.
De heer Stassen heeft het woord.
Mevrouw Heeren, u hebt mee getekend. Is ook het probleem met de heer Sauwens opgelost? Zou hij voor stemmen indien hij aanwezig zou zijn?
Alle problemen zijn opgelost.
Mijnheer Pieters, ik weet dat door de lokale overheden oogluikend een en ander werd toegestaan. U verwees trouwens terecht naar het feit dat een federale regelgeving en een Vlaamse regelgeving soms in conflict komen. Ik heb geprobeerd om juridisch duidelijk te maken dat we daarom een decreetswijziging nodig hadden.
Ik denk dat dat het veiligste is, zodat we niet moeten meemaken wat vorige week in Hamont-Achel is gebeurd, waar men het buksschieten heeft geannuleerd, net vanwege het feit dat men juridisch in de fout moest gaan. Als we dit oplossen, is dat niet alleen goed voor de gouverneur. Iedereen die naar het OLS gaat, ook al is hij geen lid van een vereniging of een schietterrein, kan op die manier eens buksschieten.
Mijnheer Sannen, het is net door de heisa rond dat eerste schot van de heer Stevaert dat het in Achel is afgeschaft. De vorige koningsschietingen zijn gewoon doorgegaan.
Ik wil ook nog even wijzen op het advies van de Raad van State. Wij halen de gelijkheid en de niet-discriminatie aan, maar de Raad van State trekt dat in twijfel. We moeten erop letten dat het decreet volledig is, zodat we naderhand niet nog eens problemen krijgen met dit voorstel van decreet.
Eén zaak heb ik nog niet gehoord. Uw fractie gaat dit toch mee goedkeuren?
Wij gaan dit uiteraard goedkeuren, omdat het OLS inderdaad een belangrijke gelegenheid is. Maar wij vinden het veel belangrijker dat al die schutters - de gewone volksmensen - hun schot kunnen lossen dan dat de gouverneur zijn schot kan lossen.
Vraagt nog iemand het woord? (Neen)
De algemene bespreking is gesloten.
Artikelsgewijze bespreking
De voorzitter: Dames en heren, aan de orde is de artikelsgewijze bespreking van het voorstel van decreet. (Zie Parl. St. Vl. Parl. 2007-08, nr. 1686/1).
De artikelen 1 tot en met 5 worden zonder opmerkingen aangenomen.Er is een amendement op artikel 6. (Zie Parl. St. Vl. Parl. 2007/08, nr. 1686/3)
De stemmingen over het amendement en over het artikel worden aangehouden.
De artikelsgewijze bespreking is gesloten.
We zullen straks de hoofdelijke stemming over het voorstel van decreet houden.