Verslag plenaire vergadering
Verslag
Hoofdelijke stemming
Dames en heren, aan de orde is de hoofdelijke stemming over de met redenen omklede motie.
De heer Tavernier heeft het woord.
Mevrouw de voorzitter, collega's, ik hoop dat u de motie hebt gelezen, vooral de mensen die op het lokale niveau bepaalde verantwoordelijkheden hebben. Degenen die de discussie hebben meegemaakt in de commissie voor Financiën en de commissie voor Binnenlandse Aangelegenheden, hebben moeten vaststellen dat er blijkbaar nogal wat onduidelijkheid is op dit moment. De minister van Binnenlandse Aangelegenheden zegt tijdelijk iets anders dan de minister van Financiën. Bovendien zegt de minister van Binnenlandse Aangelegenheden iets anders dan wat hij schrijft in zijn eigen omzendbrief. De omzendbrief over het lokaal pact is heel duidelijk: afschaffing van de forfaitaire huisvuilbelasting en na het ondertekenen van het lokaal pact, geen vervanging van de ene forfaitaire huisvuilbelasting door de andere.
Wat zegt de minister van Binnenlandse Aangelegenheden? De afschaffing van de forfaitaire huisvuilbelasting moet je niet zo letterlijk nemen, er mag een forfaitaire sokkel blijven bestaan. Ik vraag me af op welke basis.
Al die gemeenten die, zoals Riemst, dachten slim en vlug te zijn, en al in maart, vooraleer ze het lokaal pact onderschrijven, de ene forfaitaire belasting vervangen door een andere, zullen volgens de minister van Binnenlandse Aangelegenheden worden teruggefloten. Ik weet niet op basis waarvan. In elk geval stel ik vast dat er tussen nagenoeg elke gemeente en het Agentschap voor Binnenlands Bestuur zal mogen worden onderhandeld, of de kwijtschelding of de overname van de schulden al dan niet een feit zal zijn.
Ik wens iedereen veel geluk, maar dit heeft niets te maken met duidelijke afspraken en een duidelijke regelgeving zoals we die in het Vlaams Parlement in het kader van goed bestuur zouden moeten nastreven.
Begin van de stemming
Stemming nr. 3
Ziehier het resultaat:
106 leden hebben aan de stemming deelgenomen; 7 leden hebben ja geantwoord; 72 leden hebben neen geantwoord; 27 leden hebben zich onthouden.
Dientengevolge neemt het Vlaams Parlement de met redenen omklede motie niet aan.