Verslag plenaire vergadering
Actuele vraag over de maatregelen van de Vlaamse Regering om de klimaatopwarming tegen te gaan
Verslag
De heer Daems heeft het woord.
Mevrouw de voorzitter, leden van de regering, dames en heren, we willen Al Gore, klokkenluider en allicht bezig aan zijn tweede presidentiële campagne - maar dit terzijde -, van harte bedanken dat hij is voorbijgekomen in ons land, hoewel hij in feite hetzelfde zegt als heel wat klimaatdeskundigen al jaren geleden deden. Hij doet het nu alleen met mooiere slides, zoals professor Van Ypersele dit weekend nog heel sarcastisch in De Morgen stelde. Eigenlijk is het probleem al heel wat langer gekend.
Heel wat politici hebben het klimaatprobleem nu bijkomend ontdekt. Het is hoopgevend dat hierdoor een positieve hype wordt gecreëerd onder de mensen om te aanvaarden dat er iets moet gebeuren. Minder positief is het zeer sobere inhoudelijke gehalte van de meeste beleidsmaatregelen als we ze tegen het licht houden. De diepe verontwaardiging van heel wat federale en Vlaamse beleidsmakers is voor mij omgekeerd evenredig met de effectieve beleidsmaatregelen die in de pijplijn zitten.
De voorbije weken heeft de federale regering zijn klimaatboodschap aan de buitenwereld bekendgemaakt. Met een zelden geziene vurigheid nam de premier het op voor Al Gore toen hij zijn botervlootjestaks aan het parlement presenteerde. Maar buiten het dichtrijden van het zoveelste gat in het budget zal deze taks jammer genoeg weinig ecologische zoden aan de dijk zetten. De vraag is of deze taks sowieso het levenslicht zal zien want deze is pas gepland voor volgend jaar en we weten wat ons dan te doen staat.
Mijnheer de minister, gisteren was u aan de beurt om een klimaatboodschap te verkondigen, allicht ook een beetje opgejaagd door datgene wat vandaag in Nairobi staat te gebeuren. U hebt gezegd dat iedereen zelf een ton broeikasgas moet besparen en u vraagt om een bezoekje te brengen aan het cultureel centrum of bibliotheek om er een brochure op te halen met Kyoto- en besparingstips. Mijnheer de minister, het is goed dat hierdoor een aantal sensibiliseringsacties aan bod komen zoals 'www.energiesparen.be' en 'Bereken zelf je ecologische voetafdruk'. Het is goed dat dergelijke zaken een duwtje in de rug krijgen. Ik denk echter niet dat het zal lukken met het verstoppen van de brochure tussen stapeltjes andere infobrochures in een cultureel centrum. We doen alleen een appel op de goede wil van de burger die er ongetwijfeld is, maar dat zal niet volstaan. U weet net zo goed als ik dat we er bijlange nog niet zijn. Er is een positieve trend in een aantal sectoren, maar op het vlak van verwarming van gebouwen, de energievoorziening in zijn geheel, de transportsector en mobiliteit zijn er nog grote problemen.
Vandaag zitten we inzake mobiliteit nog altijd 25 percent boven het streefcijfer van het referentiejaar 1990. Over enkele jaren moeten we een besparing van 7,5 percent realiseren.
Onze conclusie luidt dat het Vlaamse - en trouwens ook het federale - klimaatbeleidsplan niet zal volstaan om het gat dicht te rijden. We weten wat er dan op het einde van de rit zal gebeuren. Men zal uitkijken naar de aankoop van extra vervuilingsrechten in het buitenland. Daarvoor is trouwens vandaag al in een flinke brok geld voorzien. De milieubeweging berekende dat de Vlaamse, Waalse en federale regeringen samen voor 450 miljoen euro zullen opzijleggen om in het buitenland 'gebakken lucht' te kopen.
Er is meer. Het halen van de Kyotodoelstelling is eigenlijk een peulenschil in vergelijking met de inspanningen die in het post-Kyototijdperk nodig zullen zijn. Daar gaat het debat eigenlijk over. De boodschap van Al Gore en van zowat alle klimaatdeskundigen is duidelijk: de broeikasgasemissies moeten tegen 2030 worden gehalveerd. Tegen 2050 moet dat zelfs met 80 percent. Gisteren presenteerden wij een radicaal ecologisch programma voor het post-Kyototijdperk. Ik wil u graag een exemplaar overhandigen. In dat programma zitten zowel stimulerende als structurele maatregelen. Tot de stimulerende maatregelen behoren gratis energieaudits voor kansarme gezinnen en een Kyotopremie voor wie stevig wil renoveren. Tot de structurele behoort de snelle afbouw van energievoorziening met steenkool, want die zorgt voor een grote uitstoot van CO2. Er is behoefte aan ingrijpende maatregelen om het vrachtverkeer over de weg te beperken, en ook aan een radicale verandering van de verkeersbelasting.
We vragen daarom aan de minister of hij bereid is om het lopende klimaatplan fors bij te sturen en te zorgen voor maatregelen die op de interne markt ingrijpen, in plaats van stilletjes te hopen op de aankoop van extra vervuilingsrechten. Verder willen we weten of hij bereid is te werken aan een post-Kyotoprogramma dat na een fundamenteel debat moet leiden tot het nemen van echt structurele maatregelen. Inspelend op de actualiteit wil ik er ten slotte nog een vraagje aan toevoegen. In welke mate kan u de maatregelen voor het post-Kyototijdperk verwezenlijken als we vandaag in de krant lezen dat het luchtverkeer van en naar Zaventem tegen 2025 ten minste moet verdubbelen? Vliegtuigen behoren tot de grootste CO2-producenten. Ingrijpende maatregelen voor het luchtverkeer zijn nodig. Vandaag lezen we dat de regering het tegenovergestelde doet.
De opwarming van de aarde is een gegeven dat ons misschien niet goed uitkomt. Laten we er alsjeblief een uitdaging van maken om ze te bestrijden. (Applaus bij Groen!)
De heer Martens heeft het woord.
Mevrouw de voorzitter, mijnheer de minister, beste collega´s, gisteren maakte de minister cijfers bekend over de dalende uitstoot van broeikasgassen in Vlaanderen. Voor het derde jaar op rij daalt de uitstoot van CO2 en andere broeikasgassen in onze regio. Dat is schitterend nieuws, en een politieke opsteker van formaat. Dat toont immers aan dat een economische groei kan samengaan met een vermindering van de uitstoot van broeikasgassen.
We mogen uiteraard niet op onze lauweren rusten. De minister heeft zelf aangegeven dat daarmee het probleem met de klimaatsverandering niet van de baan is. Dat is bijna letterlijk het geval, want vooral de transportsector is verantwoordelijk voor een enorme stijging van de uitstoot van CO2. Die sector duwt eigenlijk de enorme spanningen van andere sectoren, zoals de industrie en de landbouw, in de schaduw. Als we er niet in slagen om de uitstoot van de transportsector te verminderen, dan komt het halen van de Kyotodoelstellingen tegen 2012 in het gedrang en verdwijnt het perspectief van grote verminderingen in de periode nadien.
Nochtans blijkt uit een recente studie van het Planbureau dat we veel verder kunnen gaan in het reduceren van de broeikasgasuitstoot zonder dat het een noemenswaardige impact heeft op onze economie en zelfs met de creatie van duizenden bijkomende banen. In die zin is het spijtig dat het Vlaamse Klimaatbeleidsplan de optie van de aankoop van emissierechten in het buitenland open laat om onze doelstellingen in 2012 te realiseren. We hopen dat die mogelijkheid uiteindelijk niet benut zal moeten worden.
We wijzen er ook op dat in het Vlaamse Klimaatsbeleidsplan - dat goede maatregelen bevat in de strijd tegen de opwarming van de aarde - een aantal rendabele besparingsmaatregelen buiten beschouwing worden gelaten. Enkele collega's en ikzelf hebben daarover een aantal initiatieven genomen in dit parlement zoals over de aanpak van de gebouwenverwarming. Het is zo dat het Energieprestatieregelgevingdecreet er inderdaad zal toe leiden dat de nieuwe gebouwen vanaf 2007 beter geïsoleerd zullen zijn, efficiënter verwarmd zullen worden en dus een lager energieverbruik zullen kennen.
Aan de andere kant is het ook nodig om een voorloperbeleid te voeren en om bijvoorbeeld huizen die gebouwd worden volgens de 'passiefhuisstandaard', de nodige steun te geven zodat die standaard de toekomstige standaard voor alle nieuwe woningen in ons land kan worden. In landen zoals Oostenrijk en Duitsland staan er reeds duizenden passiefhuizen die zo goed geïsoleerd zijn dat ze zelfs geen centrale verwarming meer nodig hebben. We rekenen er dus op dat de Vlaamse Regering verder durft te gaan en het rendabel besparingspotentieel volledig benut wordt.
Ook in de transportsector moet er een voorloperbeleid gevoerd worden door de belasting op de inverkeerstelling te differentiëren. Sinds het Lambermontakkoord is de belasting op inverkeerstelling een gewestelijke materie geworden. Het is dus mogelijk om de fiscale pk's als belastinggrond voor de belasting op inverkeerstelling te ruilen voor de milieu-impact van de wagens. Dat kan door de belasting te differentiëren op basis van de CO2-uitstoot of door de ecoscore als heffingsgrondslag te nemen.
Ten slotte zou het nuttig zijn om de energiebesparingspremies die de netbeheerders toekennen aan Vlamingen die op eigen houtje hun huizen beter isoleren en efficiënter verwarmen, op te trekken tot zolang die besparingspremies de CO2-reductie realiseren aan een lagere kostprijs dan de aankoop van emissierechten in het buitenland.
Ik denk dat de klimaatconferentie die momenteel bezig is in Nairobi en het recente wetenschappelijke rapport van de heer Stern over de economische impact van de klimaatopwarming, een soort 'sense of urgency' doet ontstaan. We moeten er ons van bewust zijn dat die klimaatopwarming niet 'een' issue is waarmee we ons moeten bezighouden, maar misschien wel een van de belangrijkste maatschappelijke problemen is van de komende jaren en decennia. Als welvarende regio moeten we onze verantwoordelijkheid nemen.
Bent u bereid om naast de maatregelen die aangekondigd zijn in het Klimaatbeleidsplan, bijkomende maatregelen te nemen om verdergaande reducties te realiseren tegen 2012, zodat we onze klimaatdoelstelling in eigen regio kunnen waarmaken, en om verdere reducties te realiseren in de periode nadien?
Hoe staat u tegenover maatregelen die de voorlopers in de woningbouw - mensen die hun huis bouwen volgens de 'passiefhuisstandaard' - een extra ondersteuning geven door bijvoorbeeld de onroerende voorheffing te verlagen? De heer Sannen en ik hebben daarover een voorstel van decreet gedaan.
Mijnheer de minister, steunt u het idee om de energiebesparingspremies van de netbeheerders systematisch op te trekken, zolang daarmee CO2-reducties worden gerealiseerd die goedkoper zijn dan de aankoop van emissierechten in het buitenland?
Welke maatregelen plant u om de onrustwekkende stijging van de uitstoot in de transportsector te keren?
Minister Peeters heeft het woord.
Mevrouw de voorzitter, collega´s, ik heb in ieder geval niet gewacht op de film van Al Gore om iets te doen aan de problematiek van de opwarming van de aarde. (Applaus bij CD&V)
Collega´s, als u straks na deze vergadering naar uw postvakje gaat, zult u daarin de brochure over het Vlaams Klimaatplan vinden. Mijnheer Daems, ik hoop dat u die ook leest en niet tussen de andere brochures steekt. Ook de publieksbrochure, die zeer bevattelijk een aantal elementen weergeeft, werd verspreid. We hebben dus niet de film van Al Gore gebruikt om een en ander te lanceren. Het is gemakkelijk om gebakken lucht te verkopen, maar het zijn de concrete maatregelen die de Kyoto-doelstellingen in Vlaanderen zullen realiseren.
Mevrouw de voorzitter, ik heb begrepen dat we later nog een debat zullen voeren over het plan dat bijvoorbeeld de collega´s van Groen! hebben gelanceerd. We hebben dat plan intussen al bekeken. Er moet nog heel wat worden becijferd en u hebt gevraagd aan het Planbureau om dat te doen. Ik denk dat dat een uitstekend idee is, maar daarover kunnen we op een ander moment van gedachten wisselen.
Toen ik startte als minister van Leefmilieu, was er heel wat kritiek op het beleidsplan 2002-2005 en was het onvoldoende uitgewerkt. Maar het is nu aan ons om te realiseren wat gerealiseerd moet worden.
Mijnheer Martens, u onderstreept terecht dat we positieve evoluties kunnen vaststellen. Niet mijn kabinet, maar de VMM heeft die cijfers op objectieve wijze vastgesteld. Mevrouw Vogels, dat zijn definitieve cijfers. Het gaat dus niet om een gegoochel met cijfers, wat u, zoals ik ergens heb gelezen, blijkbaar denkt.
De VMM heeft vastgesteld dat in 2003 de uitstoot van broeikasgassen en CO2 4,1 percent hoger lag dan in het basisjaar 1990. In 2005 ging het om een stijging van 1,9 percent. Dat betekent dat er een positieve evolutie is, maar niet dat de weg al volledig is afgelegd, want we moeten naar een daling van 5,2 percent.
Als we de verschillende sectoren bekijken, zien we dat er twee sectoren zijn waaraan de positieve evolutie kan worden toegeschreven. De industrie realiseerde een daling van 15 percent ten opzichte van 1990 en in de landbouw gaat het om een daling van 15,1 percent.
Mevrouw Dua, als het positief is, zijn er veel die de pluimen op hun hoed willen steken. (Opmerkingen van Groen! en CD&V)
Ik wil nogmaals onderstrepen dat er twee positieve sectoren zijn. Mijnheer Martens, u hebt er terecht naar verwezen dat de transport- en de energiesector achterblijven. Voor de energiesector ga ik ervan uit dat de positieve cijfers zich de volgende maanden en jaren zullen manifesteren, aangezien we maatregelen hebben genomen. Ik denk daarbij aan de warmtekrachtkoppeling en de certificaten, die voor een positieve ontwikkeling zullen zorgen. Er blijven nog belangrijke discussies over steenkoolcentrales en dergelijke.
Ook de sector van de gebouwen blijft wat achter. Ook daar verwacht ik de volgende maanden en jaren positieve evoluties, omdat we het energieprestatiedecreet uitvoeren en energiecertificaten hebben ingevoerd voor nieuwe gebouwen.
Mijnheer Martens, het debat is nog niet ten einde, onder meer over de onroerende voorheffing, waarmee we via fiscale instrumenten de energieprestatie verder kunnen aanmoedigen. Ook dat is in de Vlaamse Regering besproken. De afspraak is dat ik samen met de minister van Begroting in de loop van het volgend jaar zeker een beslissing zal voorstellen aan de Vlaamse Regering. Met de onroerende voorheffing zijn niet alleen technische maar ook budgettaire gevolgen verbonden.
Wat betreft de passiefwoningen, moeten we niet alleen voor de nieuwe maar ook voor de bestaande woningen initiatieven nemen, anders realiseren we aberraties en neveneffecten, wat niet de bedoeling is.
De transportsector is een heel gevoelige en belangrijke sector die een belangrijk deel van de CO2-problematiek voor zijn rekening neemt. Daarvoor zetten we een viersporenbeleid uit. Dat betekent dat we nog meer moeten inzetten op de binnenvaart en het spoor. Op Europees niveau hebben we beslissingen genomen in verband met het wagenpark, namelijk over de euro 5- en euro 6-motoren. Ook wat betreft de doorstroming moeten we bijkomende maatregelen nemen die op stapel staan, en omtrent het gebruik van de wagen en het rijgedrag moeten we eveneens bijkomende maatregelen nemen.
Het Vlaams Klimaatbeleidsplan dat voor 80 percent het gat dicht dat we moeten dichten, staat in een bevattelijke brochure die u allen hebt ontvangen. Dan is er de overige 20 percent. U verwijst naar Nairobi. Weet u hoeveel projecten er in Afrika zijn? Zelfs de Europese Gemeenschap heeft in Afrika projecten om de Afrikaanse landen te helpen om het probleem, waar zij heel weinig of zelfs niets toe hebben bijgedragen, op te lossen. Dat betekent dat we maximaal met interne maatregelen de Kyotodoelstelling halen. We zitten nu aan 80 percent. Dat kan verhogen met bijkomende maatregelen waar we verder werk van zullen maken.
Ik denk dat men wat te kwader trouw altijd met gebakken lucht afkomt wanneer het gaat over flexibiliteitsmechanismen voor clean development. Dat geeft ook de mogelijkheid om bijvoorbeeld in Afrika of in andere landen bijdragen te leveren, niet alleen met transfer van knowhow, niet alleen met daar concrete projecten te realiseren, maar ook te werken aan de problematiek van de opwarming van de aarde.
Mevrouw de voorzitter, collega's, met de maatregelen die we hebben genomen en de maatregelen die op stapel staan, zijn we zeer goed op weg om onze bijdrage te leveren tot de oplossing van het probleem. We hebben niet gewacht op een of andere Amerikaan om te doen wat we moeten doen. (Applaus bij CD&V, sp.a-spirit en de N-VA)
Mijnheer de minister, ik heb het Klimaatplan al eerder gelezen, de milieubeweging heeft het gelezen, de Minaraad heeft het in het voorjaar gelezen, en ik zal nu misschien volgens u iets te snel door de bocht gaan, maar iedereen heeft het gewogen en iets te licht bevonden. Ik heb het over een aantal terreinen die u net terecht hebt opgesomd, namelijk energievoorziening en mobiliteit. Daarover staan goede maatregelen in, maar ze zijn te weinig structureel. U zegt dat we de vervoersefficiëntie moeten verhogen en iedereen moeten aanmoedigen te gaan naar een modale verschuiving van de weg naar het water en het spoor. Ik vrees echter dat we er met die maatregelen niet zullen komen. We moeten structureel ingrijpen, bijvoorbeeld door te zeggen dat een aantal vrachtwagens op de weg overbodig zijn en ze bijvoorbeeld via een heffing op zwaar transport effectief aanmoedigen of zelfs verplichten om te verschuiven naar spoor en water.
Dat soort maatregelen kan ik voor elke andere beleidssector aanhalen. De maatregelen schieten dus wat tekort.
Mijnheer de minister, ik zou u ook willen vragen te berekenen wat het effect zal zijn van de verdubbeling van het vliegverkeer voor de CO2-uitstoot in 2025. Dat zal een aanzienlijk negatief effect hebben wat de uitstoot van broeikasgassen betreft. Dat staat nu niet in het Vlaams Klimaatplan.
Mijnheer de minister, ik dank u voor uw antwoord. Ik onthoud vooral dat u niet uitsluit dat er bijkomende maatregelen zullen worden genomen, bovenop deze die al zijn aangekondigd in het klimaatplan. Ik verheug me op het standpunt van de regering over die verlaging van de onroerende voorheffing voor lage-energiewoningen en passiefhuizen. U hebt aangekondigd dat de Vlaamse Regering daar dit jaar een standpunt over zal innemen. Ik hoop dat die maatregel ertoe kan leiden dat we die mensen sparen die ook het milieu sparen. Ik hoop dat de verhuurders van woningen door een dergelijke verlaging kunnen worden aangezet om verdere stappen te zetten, om een energieprestatie te leveren die beter is dan de hen door de wetgeving opgelegde minimumprestatie. Dat is absoluut noodzakelijk. Ik hoop dat dergelijke maatregelen er ook voor kunnen zorgen dat we de resterende 20 percent van onze kloof kunnen dichten.
U verwees ook naar de Europese normen voor nieuwe wagens. Het klopt uiteraard dat Europa ter zake stappen voorwaarts zet, maar die normen slaan enkel op de uitstoot van vervuilende stoffen, zoals fijne stofdeeltjes en verzurende ozonvormen en -stoffen, en niet op de CO2-uitstoot van wagens. Het is dus zorgwekkend dat de autoconstructeurs er binnen Europa blijkbaar niet in slagen om hun vrijwillig afgesloten convenant met Europese Commissie waar te maken. De daling van het verbruik van nieuwe wagens zit niet op koers om de door het convenant opgelegde doelstelling waar te maken. Ik reken er dan ook op dat u tijdens de Europese ministerraden zult aandringen op het uitvaardigen van meer dwingende maatregelen door de Europese Unie om de brandstofefficiëntie van nieuwe wagens te verbeteren en de CO2-uitstoot ervan voort aan banden te leggen.
Mijnheer Martens, de Vlaamse Regering heeft zich ertoe verbonden om uiterlijk tegen september 2007 een standpunt in te nemen over die onroerende voorheffing en er ten laatste in oktober 2007 een beslissing over te nemen.
Mijnheer Daems, wat de mobiliteit betreft, zijn er verdere discussies en is er verder overleg binnen de regering naar aanleiding van de introductie van de ecoscore voor voertuigen. De verkeersbelasting en andere belastingen waarvoor Vlaanderen bevoegd is, kunnen afhankelijk worden gemaakt van de milieuvriendelijkheid van het wagenpark. Concrete maatregelen worden voort door de regering besproken. U gaat iets te licht over de voorstellen die we al hebben geformuleerd en de debatten die volop gaande zijn binnen de Vlaamse Regering.
Mijnheer de minister, ik weet dat die ecoscore waarnaar u verwees, een manier kan zijn om die verkeersbelasting te moduleren. Ik hoop dat dit zeer structureel zal worden doorgevoerd. Ik verwijs naar een analoge federale beslissing om via een soort fiscale premie milieuvriendelijke wagens op de markt aan te moedigen. We hebben de balans hiervan opgemaakt voor vorig jaar: van de bijna 500.000 wagens die op de markt zijn gekomen, is bij 772 wagens daadwerkelijk gebruik gemaakt van die fiscale premie. Als de ecoscore ook leidt tot dergelijke resultaten, dan vrees ik dat we de doelstellingen van het klimaatplan niet zullen halen en dat dit inderdaad slechts een groen sausje is over een lopend economisch programma.
Mijnheer Daems, we zullen het zeker beter doen dan de federale overheid wat de ecoscore betreft, mocht u daaraan twijfelen.
Dat zal ik onthouden.
Het incident is gesloten.