Verslag plenaire vergadering
Verslag
Algemene bespreking
Dames en heren, de algemene bespreking is geopend.
Mevrouw Merckx, verslaggever, verwijst naar het schriftelijke verslag.
Mevrouw Ceysens heeft het woord.
Mijnheer de voorzitter, mijnheer de minister, collega's, wij zijn heel tevreden dat het voorstel van decreet houdende wijziging van het VIPA-decreet en inrichting van een investeringswaarborg voor rusthuizen ter stemming voorligt. Voor het eerst wordt aan commerciële rusthuizen de mogelijkheid gegeven om zo'n investeringswaarborg te bereiken. We hebben dat uitvoerig in de commissie behandeld.
Ik wil vandaag een paar punten met de regering uitklaren. Het is geen geheim dat de behandeling van de investeringswaarborg gelijk liep met het project voor de alternatieve financiering die de minister naar voren heeft geschoven voor de openbare rusthuizen en rusthuizen met een vzw-statuut. In die alternatieve financiering wordt gekozen voor een bepaald systeem, waarbij de minister altijd heeft voorgehouden dat een vijftigtal rusthuizen die op de wachtlijsten van het VIPA staan, daardoor nu spoedig zullen kunnen worden behandeld. Daarom willen we nu bij de behandeling van het VIPA-decreet nog eens even kijken hoe het daarmee staat. Het was immers een zeer voorwaardelijk verhaal, want er moesten nog stappen worden gezet en toelatingen bekomen.
Het is niet door dit voorstel goed te keuren dat de waarborg er al effectief is. Er zullen uitvoeringsbesluiten voor nodig zijn. We hadden van de minister nog eens willen horen hoe er verder wordt gewerkt aan de uitvoeringsbesluiten. Kan ze ons inlichten over de timing? We hebben in de commissie daarover een discussie gevoerd. De heer Dehaene zag het ook zeer voorwaardelijk. De minister zegde formeel dat er met bekwame spoed aan wordt gewerkt.
Deze twee zaken willen we kunnen opvolgen vanuit het parlement, namelijk het deblokkeren van de vijftig dossiers die uit een decreet komen dat we een paar maanden geleden hebben goedgekeurd en hoe de waarborg operationeel wordt.
Na de opening van deze waarborg wil onze fractie dat er van nog iets werk wordt gemaakt. Instellingen met de rechtspersoonlijkheid van een vennootschap zijn vandaag nog altijd in de onmogelijkheid om een dag- en kortverblijf te openen. Dit is een discriminatie net zoals het tot voor kort niet mogelijk was een beroep te doen op de gewestwaarborg en waar we vandaag een einde aan maken. Daar moet vandaag versneld werk van worden gemaakt. Dat kost de Vlaamse overheid niets. Het gaat enkel over het wegnemen van een grendel die nog in de regelgeving zit.
De programmering voor dag- en kortverblijven wordt vandaag nog niet voor de helft ingevuld. Dat die programmering niet wordt ingevuld, is sinds jaren zo. We hebben gelezen dat de minister heeft verklaard te willen dat dit wel zou gebeuren, daar zo de wachtlijsten voor ouderen die daarheen willen, kunnen worden weggewerkt. De minister verklaarde dit prioritair te zullen behandelen binnen de VIPA-middelen en prioritair kansen te zullen geven door te werken met nieuwe subsidiemechanismen. Er is sprake van een bezetting die niet meer moet worden behaald, terwijl er toch subsidies worden verkregen.
Wij hebben een alternatief ter zake. Misschien moeten al die mechanismen niet worden ingezet. Het enige dat moet gebeuren, is de grendel wegnemen. We moeten rusthuizen met een BVBA-vennootschapsvorm of die de vorm van een coöperatieve vennootschap hebben, toelaten een dag- of kortverblijf aan hun rusthuis te hechten. Ik begrijp niet goed dat we die mensen toelaten een rusthuis uit te baten, maar hun verbieden daar een dag- of kortverblijf aan te koppelen. We weten dat een dergelijk verblijf vaak een voorgeborchte is van zo'n rusthuis. We weten dat die kwaliteit wordt bewaakt aan de hand van andere kwaliteitsnormen. Waarom dus nog halsstarrig die grendel op de deur houden voor dergelijke rusthuizen? Ik vind het absurd dat een dergelijk rusthuis dan bijvoorbeeld wel met een kinderdagverblijf mag beginnen. Als er eenmaal een rusthuis is, dan zijn een infrastructuur en een personeelsbezetting ter beschikking, net als een keuken, die vandaag moet beantwoorden aan heel strenge normen. Waarom dan niet de mogelijkheid geven om niet alleen kinderdagverblijfplaatsen te creëren? We zijn blij met dat laatste: de capaciteit ter zake is in Vlaanderen immers nog steeds een groot probleem. Maar waarom zouden we die mensen halsstarrig verbieden om ook aan capaciteitsuitbreiding voor dag- en kortverblijven te doen?
Na de verwezenlijking van vandaag, met de investeringswaarborg, leggen we dit alleszins op de tafel. We zullen er in de toekomst voor blijven vechten. Verder had ik dus graag nog wat meer duidelijkheid over de alternatieve financiering en hoe dit verder gebeurt, en ook over de uitvoering van het decreet en wat we ter zake van de regering mogen verwachten.
De minister is hier echter niet.
Ik heb geen weet van enige beslissing om te dralen met de uitvoering van het decreet en de parallel genomen beslissingen met betrekking tot de gewestwaarborg en dergelijke. Als de minister heeft gezegd dat die met bekwame spoed zal gebeuren, dan is dat ook gemeend. We zullen dat dus zo snel mogelijk doen.
Vraagt nog iemand het woord? (Neen)
De algemene bespreking is gesloten.
Artikelsgewijze bespreking
De voorzitter: Dames en heren, aan de orde is de artikelsgewijze bespreking van het voorstel van decreet. (Zie Parl. St. Vl. Parl. 2005-2006, nr. 742/1).
De artikelen 1 en 2 worden zonder opmerkingen aangenomen.
De artikelsgewijze bespreking is gesloten.
We zullen om 16 uur de hoofdelijke stemming over het voorstel van decreet houden.