Verslag plenaire vergadering
Verslag
De heer Tavernier heeft het woord.
Mijnheer de minister, twee maanden geleden heb ik u in de commissie geïnterpelleerd over een informatiecampagne die zou kunnen worden opgezet over de implementatie van het gemeentelijke stemrecht voor niet-EU-onderdanen.
U hebt dat toen een klein beetje van u afgeschoven, met de mededeling dat er ooit wel eens een rondzendbrief zou komen en dat het voor de rest aan de gemeenten is om hun verantwoordelijkheid op te nemen. Ik vat uw antwoord althans zo samen. U kunt me straks corrigeren, mocht ik dit op een te eenzijdige wijze hebben gedaan.
Dat was 2 maanden geleden, toen we nog vol spanning wachtten op grote beslissingen over alles wat te maken heeft met stemverrichtingen voor gemeenten en provincies, die nog voor nieuwjaar moesten worden genomen. Voor dat tijdstip is er echter alleen het ontwerp van decreet afgegaan als een gieter, want u hebt dit ontwerp moeten intrekken. Momenteel bespreken we in de commissie een wat verbeterde, maar wat een aantal aspecten betreft nog steeds onbevredigende versie.
Ondertussen maken een aantal burgemeesters en de VVSG zich toch al zorgen. Dit gebeurde bij monde van burgemeester Jef Gabriels. Hij wees erop dat, nu de federale wet is goedgekeurd, de burgemeesters op richtlijnen wachten. In eerste instantie staan ze immers in voor de registratie van niet-EU-burgers. Ze verwachten dan ook van degenen die dit opleggen informatie te krijgen over hoe dit moet gebeuren. Die informatie komt er echter niet. De heer Gabriels verklaarde de mensen in kwestie persoonlijk te zullen aanschrijven.
Nu twijfel ik niet aan de goede bedoelingen van de heer Gabriels. Men is niet goed bezig als een burgemeester die kandidaat is bij de verkiezingen zich geroepen voelt om mensen persoonlijk te informeren over een wet, omdat dat niet op een meer neutrale of gestructureerde manier gebeurt door de Vlaamse overheid.
Mijnheer de minister, wanneer zult u nu eens eindelijk duidelijkheid scheppen, ten behoeve van de gemeentebesturen en de niet-EU-onderdanen die in aanmerking komen om te stemmen bij de gemeenteraadsverkiezingen, over de manier waarop een aantal dingen moeten worden georganiseerd?
Is het ook niet zo, in een democratie zoals wij ze zien, dat het belangrijk is dat zo veel mogelijk mensen gebruik maken van dat recht? Een voorwaarde daarvoor is dat ze goed worden geïnformeerd. Bent u bereid daar werk van te maken en uw plicht te doen door een informatiecampagne op te starten?
Mijn vraag is dus dubbel. Ik vraag u zowel om informatie aan de betrokken gemeentebesturen als om informatie aan en sensibilisatie van de burgers.
Minister Keulen heeft het woord.
Mijnheer Tavernier, de opmerkingen van de heer Gabriels in zijn hoedanigheid van voorzitter van de VVSG vorige week in de krant hadden geen betrekking op het Vlaamse niveau. Als u dan toch de puntjes op de i wilt zetten, dan moet u ook correct zijn, en niet willekeurig citeren. Ik verzet me ook tegen het beeld dat we de dingen op hun beloop zouden laten of zouden proberen verantwoordelijkheden af te schuiven naar de lokale besturen, want niets is minder waar.
Vlaanderen is voor de eerste keer bevoegd voor de organisatie van de gemeenteraads- en provincieraadsverkiezingen, en we zijn hier al heel lang mee bezig. Als ik overleg met de andere gewestministers van Binnenlandse Aangelegenheden, dan stel ik vast dat Vlaanderen al heel ver staat. Het klinkt altijd wat pro domo, maar ik geloof dat we van de drie gewesten het verst staan.
Het kost heel veel geld: we trekken 11,5 miljoen euro uit voor de organisatie van die verkiezingen. Ik weet niet in welke orde van grootte u gewend bent te rekenen of wat u uitgeeft, maar dit is een smak geld die evenwel goed besteed is. Een deel van dat geld gaat naar de informatieverstrekking over de verkiezingen, maar dan aan alle burgers. Dat is al verschillende weken bezig.
Wat is er op dit ogenblik beschikbaar voor het brede publiek? Alle burgers die in Vlaanderen verblijven, kunnen zich via de website www.vlaanderenkiest.be informeren over de verkiezingen. Daar zijn de gewone juridische teksten te vinden, voor de liefhebbers - een klein publiek. Daarnaast is er voor het brede publiek een heel gebruiksvriendelijke module. Die werkt enerzijds met vragen en antwoorden en anderzijds met een trefwoordenmodule, en ze biedt de mensen alle informatie over de regelgeving met betrekking tot de verkiezingen. Vragen die nog niet op de website stonden, en die voldoende interessant worden gevonden, worden eraan toegevoegd.
Behalve die website hebben we ook de Vlaamse Infolijn ingeschakeld. Die is gratis te bereiken op 0800/30 201 en iedereen kan zich op dat nummer informeren over de gemeenteraadsverkiezingen. Alles wordt permanent geüpdatet en geactualiseerd, en is niet bestemd voor één doelgroep maar voor alle Vlamingen. Bovendien is de informatie gratis, althans via de Vlaamse Infolijn, die ook nodig is vermits een deel van de mensen nog geen toegang heeft tot het internet.
Over de omzendbrief is er een afspraak gemaakt in de Vlaamse Regering, en we hebben hem ook aangekondigd. Er is genotuleerd dat Marino Keulen - dat ben ik dus - bij de bespreking in het parlement een omzendbrief zal aankondigen waarin de gemeenten zullen worden gewezen op hun informatieplicht inzake de registratie van en de stemprocedure ten aanzien van de stemgerechtigde EU- en niet-EU-burgers. Ik heb dat enkele weken geleden ook gedaan.
Die omzendbrief komt er van zodra het kiesdecreet is goedgekeurd. Dat is binnenkort. We zijn daar trouwens goed op tijd, en zelfs vroeg mee. Er is nooit vroeger een omzendbrief over de organisatie van de verkiezingen aan de gemeenten bezorgd. Die verkiezingen vinden immers plaats op 8 oktober 2006.
In die circulaire zullen de gemeentebesturen gewezen worden op hun plicht om de niet-EU-burgers op hun grondgebied te informeren en duidelijk te maken dat ze zich kunnen registreren als kiezer en waar en hoe ze dat kunnen doen. De gemeente kiest daartoe zelf het instrument, bijvoorbeeld een gepersonaliseerde brief of het infoblad. Werken via de gemeentebesturen vind ik een goede manier en is bovendien het meest 'burgernabij'. De afstand is letterlijk heel klein en de drempel is laag, want mensen zijn al vaker bij de gemeentelijke diensten geweest. Als wij een infocampagne zouden organiseren, zou de afstand veel groter zijn.
Als we het hebben over niet-EU-burgers, dan hebben we het over mensen uit de hele wereld buiten de EU. Het gaat bijgevolg over mensen die vreemde talen spreken: Engels, Russisch, Portugees, Swahili. Alle talen van de wereld zijn mogelijk. Hoe zouden we zo'n infocampagne praktisch moeten organiseren? Wegens de bestuurstaalwetgeving zouden wij de campagne in het Nederlands moeten voeren en dat zou niet functioneel zijn. Nu bewandelen we een weg die maximale resultaten kan opleveren bij het motiveren van mensen om aan de verkiezingen deel te nemen.
Mijnheer Tavernier, soms wordt gesuggereerd dat een aantal mensen wordt uitgesloten en dat zo een verkapte aanslag wordt gepleegd op de lokale democratie. U kent me beter dan dat en u weet dat ik de lokale besturen een warm hart toedraag. Ik wijs daarom even op de cijfers. Vandaag zijn er in Vlaanderen 4.648.000 kiezers. De groep niet-EU-burgers bedraagt 45.719 potentiële kiezers voor het gemeentelijk migrantenstemrecht. Het gaat dus om 0,98 percent.
Ik herhaal dat het om mensen uit heel de wereld gaat: Amerikanen, Russen, Australiërs, maar ook mensen uit Afrika, uit Latijns-Amerika en zo meer. In die groep zitten ook Marokkanen en Turken. Ik wijs daar heel bewust op, want soms wordt gesuggereerd dat grote delen van Vlaanderen worden uitgesloten. Hier wonen heel veel mensen van Marokkaanse en Turkse origine, maar de meeste zijn verplicht om te gaan stemmen, want het zijn mensen die hier al sinds jaar en dag verblijven. Velen zijn van de tweede en derde generatie en moeten dus voldoen aan de opkomstplicht. Weliswaar zijn ze van Marokkaanse of Turkse origine, maar ze beschikken al lang over de Belgische nationaliteit. Ze moeten sowieso deelnemen aan de verkiezingen: ze moeten hun stem uitbrengen en kunnen kandidaat zijn.
We zijn dus volop bezig met de organisatie van de verkiezingen. We werken er iedere dag aan. De opmerkingen waarnaar de voorzitter van de VVSG, de heer Jef Gabriels, verwees, sloegen niet op ons, maar op een ander bestuursniveau. Het is mijn opdracht en mijn oprechte bekommernis om zoveel mogelijk mensen bij de verkiezingen te betrekken.
De heer Tavernier heeft het woord.
Mijnheer de voorzitter, mijnheer de minister, dank u voor het antwoord. De andere gewesten zetten wel een specifieke informatiecampagne op. U verwijst naar uw circulaire over de gemeenteraadsverkiezingen. Die verkiezingen vinden inderdaad pas plaats in oktober, maar de registratie moet al veel vroeger gebeuren.
De informatie waarover u het hebt, beschouw ik als passieve informatie: men kan de informatie opzoeken op een website. Op een bepaald moment zal ook een vorm van actieve informatie nodig zijn, onafhankelijk van een individueel initiatief van een burgemeester, hoe goedbedoeld ook. Actief informeren en sensibiliseren van de eerste kiezers is nodig.
Dat kunnen zowel jongeren als groepen zoals de niet-EU-onderdanen zijn, die voor de eerste keer in aanmerking komen om te stemmen. Zij moeten specifiek worden gesensibiliseerd voor de lokale verkiezingen.
Als u een algemeen percentage neemt, is dat aantal natuurlijk verwaarloosbaar. In sommige gemeenten gaat het echter wel om een voldoende belangrijk percentage om iets te doen om die mensen daarbij te betrekken en erover te informeren als een van de elementen van integratie.
Mijnheer Tavernier, wat we nu doen via de infolijn en de website, dat is nog nooit eerder gebeurd. Dat is een primeur. We hebben die verantwoordelijkheid gekregen en genomen. Nog nooit heeft een organiserend bestuur zo massaal en zo lang op voorhand een dergelijke operatie opgezet. Bovendien wordt de informatie permanent geëvalueerd en geactualiseerd.
De lokale besturen hebben de verantwoordelijkheid om de niet-EU-burgers te informeren. Ze hebben de vrije keuze van het instrument dat ze daartoe willen hanteren.
Iedereen is hiermee bezig. U hebt het altijd over theoretische situaties. De politieke partijen zoeken kandidaten, en de kandidaten ronselen stemmen. Ze trachten zich bij de kiezers bekend te maken. Ook zij doen aan sensibilisatie en activeren de belangstelling van de burger voor het lokale bestuur en voor de gemeente. Ze delen mee dat er verkiezingen zijn op 8 oktober en maken de burger duidelijk dat hij mee verantwoordelijkheid draagt omdat hij mee de kleur van het bestuur bepaalt. We kunnen over het geheel gezien wel zeggen dat er nooit voorheen meer is gebeurd voor de gemeenteraadsverkiezingen.
Het incident is gesloten.