Verslag plenaire vergadering
Verslag
Het Agentschap voor Buitenlandse Handel
Hoofdelijke stemmingen
De voorzitter : Aan de orde is de hoofdelijke stemming over de met redenen omklede motie van de heer Van Nieuwenhuysen tot besluit van de op 7 oktober 2003 door de heer Van Nieuwenhuysen in commissie gehouden interpellatie tot mevrouw Ceysens, Vlaams minister van Economie, Buitenlands Beleid en E-government, over de aanstelling van een voorzitter van de raad van bestuur van het Agentschap voor Buitenlandse Handel, de werking ervan en de inbreng van de gewesten.
Dat een volksvertegenwoordiger en voormalig minister wordt benoemd tot voorzitter van de raad van bestuur van het Agentschap voor Buitenlandse Handel is niet echt gebruikelijk. Het voedt onze vrees dat het Agentschap een soort reisbureau zal worden. Bovendien dreigt het Agentschap door de aanstelling van mevrouw Neyts een federaal agentschap te worden in plaats van een agentschap beheerd door de gewesten.
Bovendien staat Vlaanderen in de raad van bestuur tegenover het Waalse en het Brusselse Gewest die samen een blok vormen. Als het Agentschap het Vlaamse bedrijfsleven niets meer te bieden heeft, kunnen we de middelen beter anders besteden. Als de gewesten willen samenwerken, kan dat ook buiten het Agentschap.
In onze motie vragen wij dat de Vlaamse regering zich terugtrekt uit de raad van bestuur. De meerderheid vraagt te blijven onderhandelen over de rol van het Agentschap en de inbreng van de gewesten uit te breiden. Er zijn echter geen onderhandelingen gepland en volgens minister Ceysens is onze inbreng al groot genoeg.
De benoeming van mevrouw Neyts is een politieke benoeming. CD&V is in de eerste plaats bezorgd over de export en vraagt daarom dat de gewesten volledig verantwoordelijk worden voor de exportsteun. Het Agentschap voor Buitenlandse Handel zorgt, mede door zijn samenstelling voor onduidelijkheid. Vlaanderen is er niet vertegenwoordigd in verhouding tot zijn exportvolume. We zullen ons tweemaal onthouden.
Mevrouw Neyts is conform de statuten benoemd en is een valabele kandidate. Dat zijn de twee belangrijkste redenen om onze motie goed te keuren. Wij vragen voorts de inbreng van de gewesten uit te breiden.
De met redenen omklede motie wordt met 20 stemmen tegen 64 bij 26 onthoudingen niet aangenomen.