Verslag plenaire vergadering
Actuele vraag over de opzegging van huurders van een sociale woning met een inkomenscoëfficiënt hoger dan 2
Actuele vraag over de opzegging van huurders van een sociale woning met een inkomenscoëfficiënt hoger dan 2
Verslag
Aan de orde zijn de samengevoegde actuele vragen van mevrouw De Martelaer tot de heer Gabriels, Vlaams minister van Economie, Buitenlands Beleid, Buitenlandse Handel en Huisvesting over de toepassing van het socialehuurbesluit en van de heer Penris en mevrouw Heeren tot de heer Gabriels, Vlaams minister van Economie, Buitenlands Beleid, Buitenlandse Handel en Huisvesting over de opzegging van huurders van een sociale woning met een inkomenscoëfficiënt hoger dan 2.
De ervaring bewijst dat een verhoging van de inkomensgrenzen niet leidt tot een grotere sociale mix bij de huurders van sociale woningen. Het socialehuurbesluit stelt dat na twee opeenvolgende jaren met een inkomenscoëfficiënt hoger dan 2 de huurder in januari 2003 een vooropzeg krijgt. De sector weet niet goed hoe ze dat artikel moet uitvoeren. De minister stelt in een circulaire dat de opzegperiode niet één maar twee jaar moet zijn. Hij wijst erop dat die sociale huurder in staat is een woning te kopen.
Sp·a heeft geen problemen met het sociale huurbesluit. Wij stellen voor om de verhogingen voor elke huurder te berekenen, zodat die met kennis kan zaken kan beslissen. Vaak zijn ze al jarenlang sociale huurder en zorgen zij voor de grotere sociale mix. Waarom brengt de minister geen positieve boodschap door die mensen te laten weten dat ze huurder kunnen blijven?
Rond het standpunt van de minister over de toepassing van het socialehuurbesluit is heel wat commotie geweest. Twee van de drie regeringspartijen veroordelen dat besluit. Ook het sociale middenveld reageert negatief. De sociale huisvestingsmaatschappijen hebben praktische en meer fundamentele bezwaren. De academici menen dat dit niet de goede manier is om de sociale mix te verbeteren of om te zorgen voor een alternatieve financiering. Uiteraard reageren ook de huurders geschokt.
Ook het Vlaams Blok is opstandig. Het zijn namelijk vooral de mensen van het eigen volk, in het bijzonder de ouderen, die het slachtoffer zullen worden van deze maatregel. Met alle mogelijke middelen zullen we ons hiertegen verzetten.
Deze evolutie is volgens ons vergelijkbaar met de gevolgen van het besluit rond sociale woningen met meerdere kamers. De bewoners van dergelijke woningen worden verplicht te verhuizen of meer huur te betalen wanneer hun kinderen het huis uit zijn. Deze mensen worden meestal vervangen door niet-Europeanen.
Tijdens de begrotingsbespreking stelde de minister dat hij de aankoop van sociale woningen op vrijwillige basis wil stimuleren, nu lezen we in de pers dat de minister naar een verplichting wil overstappen. Hoe verklaart hij dat verschil?
Sociale huurders die meer dan 30.000 euro verdienen worden in vooropzeg geplaatst. Ze zijn verplicht hun huurwoning te kopen of meer huur te betalen, wat in de praktijk neerkomt op een verdubbeling van de huurprijs. De minister baseert zich hiervoor op het socialehuurbesluit van deze regering van 20 oktober 2000.
De voorbije twee jaar heb ik meermaals gezegd dat dit besluit niet door de beugel kan. Dit is niet de goede manier om een sociale mix te realiseren. Deze maatregel treft bovendien vooral een relatief oudere groep, mensen die al 30 jaar gehuurd hebben. Hun woning is nu in orde en ze naderen de pensioenleeftijd. Om een financieel gezond beleid te kunnen voeren, zullen de bouwmaatschappijen de huur moeten optrekken en uiteindelijk zullen de armere sociale huurders meer betalen.
Het standpunt van sp·a en Agalev verbaast me. Zij stelden vroeger reeds dat de wachtlijsten moeten weggewerkt worden en dat de miljonairs - dat zijn blijkbaar de mensen die meer dan 30.000 euro verdienen - daarom uit de sector van de sociale huisvesting moeten verdwijnen. Nu fluiten deze partijen minister Gabriels terug, maar indertijd hebben ze het socialehuurbesluit mee goedgekeurd.
De minister schrijft een brief naar de socialebouwmaatschappijen om te zeggen dat de opzegtermijn met een jaar mag verlengd worden, dus tot 31 december 2004. Dit is na de volgende Vlaamse verkiezingen. De minister beseft blijkbaar niet dat een ministerieel besluit niet kan gewijzigd worden door een brief. Vorig jaar heeft de minister een nieuw socialehuurbesluit aangekondigd. Nu lees ik in de pers dat hij op 6 december naar het parlement komt met het nieuwe besluit. Wij kunnen daar alleen kennis van nemen, we kunnen het niet goedkeuren.
Vindt de minister het verantwoord om sociale huurders met een inkomen van meer dan 30.000 euro een vooropzeg te geven? Welke juridische argumenten heeft hij om het ministerieel besluit met een brief te wijzigen?
De oorsprong van deze problematiek ligt twee jaar geleden. Mijn voorganger, de heer Sauwens, nu een fractiegenoot van mevrouw Heeren, heeft dit voorstel destijds aan de Vlaamse regering voorgelegd. De bewoners met een inkomenscoëfficiënt van meer dan 2,5 procent zouden voor de keuze worden gesteld de woning te kopen, een verhoogde huurprijs te betalen of de woning te verlaten. Deze bepalingen werden opgenomen in het socialehuurbesluit.
De aanleiding van deze brief naar de socialehuurmaatschappijen was de verwarring. Sommige maatschappijen pasten het besluit toe, andere weigerden dat te doen. Uit mijn contacten was ook gebleken dat de termijnen te kort zijn om alles te regelen. Daarom heb ik voorgesteld de periode van vooropzeg met één jaar verlengen.
Met het programmadecreet hebben we de overstap van huurder naar koper vergemakkelijkt. Bovendien dringen alle fracties erop aan dat de inkomensplafonds zouden verhoogd worden om het realiseren van een sociale mix te vergemakkelijken. Wij zijn daarmee bezig en het gewijzigde socialehuurbesluit zal daarmee rekening houden. Wij moeten ervoor zorgen dat alle huisvestingsmaatschappijen dezelfde richtlijnen volgen. Nu dat nodig blijkt, zorgen we voor een langere opzegtermijn.
De raad van bestuur van de VHM heeft gisteren bij unanimiteit mijn voorstel positief geadviseerd. Volgende week zal het worden besproken en ook goedgekeurd door de Vlaamse regering. Nu moeten we voorkomen dat sommige maatschappijen naar maatregelen grijpen die de onrust nog kunnen vergroten.
Deze regering is nooit voor iets verantwoordelijk. Wij menen dat minister Gabriels nu verantwoordelijk is. Hij is terechtgewezen door zijn eigen meerderheid. Lees er de vreklaringen van de heer Tobback in de pers maar op na. (Rumoer)
Mijn standpunt is duidelijk. Ik heb aan de regering laten weten dat men bij de herziening van het socialehuurbesluit twee mogelijkheden moet openlaten : ofwel de woning kopen ofwel een hogere huur betalen. Het is niet efficiënt om mensen uit te drijven.
Ik dring er bij de minister op aan dat er evenveel werk wordt besteed aan het bieden van de mogelijkheid aan huurders om hun woning te blijven huren als aan de planning van de verkoop van socialehuurwoningen. Het is belangrijk dat de Sociale Huisvestingsmaatschappij simulaties maakt zodat de huidige huurders zekerheid hebben.
Het is niet duidelijk in hoeverre het standpunt van de minister dat van de regering is. Het kan niet dat mensen uit hun woning worden verdreven of opgezadeld worden met een koopverplichting. Het verhogen van de huur is eventueel een mogelijkheid. Men moet ervoor zorgen dat de anomalie wordt weggewerkt bij de herziening van het socialehuurbesluit.
CD&V is op het vlak van huisvesting altijd heel consequent geweest. Door het verlengen van de opzegperiode zorgt de minister voor chaos en onzekerheid. Als de minister de opzegperiode met een jaar verlengt en tegelijkertijd de inkomensgrenzen verhoogt, moet er nog voor het einde van dit jaar een nieuw socialehuurbesluit komen. (Applaus bij CD&V)
Ik ben het met de heer Tobback eens. Er zijn twee mogelijkheden : de woning kopen of de huur verhogen. Men kan de mensen niet verplichten om de woning te verlaten. Door het socialehuurbesluit in die zin te wijzigen, zal ik een einde maken aan een asociale maatregel. (Applaus bij de VLD en sp·a)
Het incident is gesloten.