Verslag plenaire vergadering
Verslag
Controle werkonwillige werklozen
De voorzitter : Aan de orde is de actuele vraag van mevrouw Hermans tot de heer Landuyt, Vlaams minister van Werkgelegenheid en Toerisme, over de controle op werkonwillige werklozen.
Het OESO-rapport wijst ons land op tekortkomingen bij de controle van werkonwillige werklozen. De RVA bevestigt die conclusie en verwijt de gewestelijke bemiddelingsorganisaties te weinig dossiers door te verwijzen. In hoeverre zal de minister rekening houden met de bevindingen van het rapport? Hoe zal hij samenwerken met zijn federale collega's?
Wij investeren in begeleiding en hebben er belang bij om werkonwilligen te bestraffen. Door een wetswijziging zijn de sancties trouwens meer gevarieerd. Vorig jaar verwezen wij meer dan 7.000 mensen door voor bijkomende controles. In Wallonië waren dat er minder dan 1.000. Dit jaar hebben we al meer dan 5.000 dossiers overgedragen. Als de RVA meer wil controleren, kan hij alle officiële gegevens krijgen. In Vlaanderen zijn er echter niet veel werkonwilligen.
Het is meer dan een jaar geleden dat er overlegd is tussen de verschillende administratieve niveaus. Daarom is het nodig dat er een interministeriële conferentie van de ministers van werkgelegenheid komt. Zo kunnen een aantal misverstanden rechtgezet worden.
De RVA bevestigt de conclusies van de OESO. Wat zal de minister doen?
De Vlaamse regering is het niet eens met een aantal uitgangspunten van het OESO-rapport.
Het incident is gesloten.