Verslag plenaire vergadering
Verslag
Aan de orde is de actuele vraag van de heer De Cock tot de heer Landuyt, Vlaams minister van Werkgelegenheid en Toerisme, over de tewerkstellingsgraad in Vlaanderen. Minister Stevaert zal deze vraag beantwoorden.
Volgens de Europese doelstelling moet de werkgelegenheidsgraad in Vlaanderen tegen 2010 gestegen zijn tot zeventig percent. Na allerhande simulaties blijkt dat we Vlaanderen maximaal 67 percent kan halen op voorwaarde dan nog dat elke werkzoekende ook aan werk geraakt.
Welke maatregelen neemt minister Landuyt tegen de uitstroom van ouderen, om hoogopgeleide afgestudeerden snel aan werk te helpen en om een einde te stellen aan de discriminatie van vrouwen? Met andere woorden : hoe zal Vlaanderen de 70-percentnorm halen?
De EU-doelstelling blijft een belangrijke doelstelling voor Vlaanderen. In 2001 bedroeg de werkzaamheidsgraad in Vlaanderen 63,3 percent. Vlaanderen zit op schema voor de tussentijdse doelstelling van 65 percent in 2005.
Er zijn inderdaad enkele knelpunten die zouden kunnen beletten dat we de einddoelstelling halen. De werkzaamheidsgraad bij de groep tussen 55 en 64 jaar bedraagt momenteel inderdaad maar 24,5 percent als gevolg van allerhande formules ter bevordering van de vroegtijdige uitstroom. Dat blijft een verantwoord recht, maar zij die de arbeismarkt niet vroegtijdig wensen te verlaten dienen eveneens gesteund te worden. In overleg met de sociale partners heeft minister Landuyt het Vlaamse premiestelsel herzien. Voorts is hij gestart met enkele proefprojecten inzake leeftijdsbewust management en heeft hij de landingsbanen uitgewerkt.
Vijfenvijftigplussers mogen niet verplicht worden op de arbeidsmarkt te blijven, maar minister Landuyt is ervan overtuigd dat ze zullen blijven als de arbeidsmarkt aangepast is aan hun behoeften. Het tijdskrediet is daartoe een goed instrument. Minister Landuyt heeft de VDAB ten slotte de opdracht gegeven een begeleidingsplan uit te werken voor werkloze 50-plussers.
Het Vlaams Actieplan Werkgelegenheid toont aan dat de VDAB schoolverlaters snel en efficiënt naar de arbeidsmarkt begeleidt. Voor de zesde maand worden schoolverlaters opgenomen in de trajectwerking. De aandacht gaat vooral uit naar laaggeschoolde werkzoekenden. Voor zelfredzame jongeren, vaak de hogergeschoolden, heeft de VDAB enkele ICT-ontwikkelingen gecreëerd. Het Vlaams actieplan Start van een loopbaan, de IBO-regelgeving, de peterschapsformule en de financiering van sociale uitzendkantoren voor jongeren uit kansengroepen hebben intussen al hun succes bewezen.
De genderkloof in de werkzaamheidsgraad blijft inderdaad aanzienlijk. Deze kloof neemt echter wel verder af. Een belangrijke randvoorwaarde voor de arbeidsmarktdeelname van mannen en van vrouwen is de beschikbaarheid van goede opvang voor kinderen en andere zorgbehoevenden.
Van in het begin van zijn mandaat heeft minister Landuyt ook gepleit voor het principe van evenredige arbeidsparticipatie. Dit betekent dat de werknemers in de bedrijven een weerspiegeling moeten zijn van de maatschappij. Momenteel is er nog steeds een groot onevenwicht in de verhouding tussen het aantal allochtonen, gehandicapten, ouderen en vrouwen en hun aanwezigheid op de arbeidsmarkt. Ook op dit vlak probeert minister Landuyt de balans weer in evenwicht te krijgen.
Voor 2005 zitten we dus op schema maar voor 2010 krijgen we het moeilijk.
Het incident is gesloten.