Verslag plenaire vergadering
Verslag
Aan de orde is de actuele vraag van de heer Holemans tot de heer Van Mechelen, Vlaams minister van Financiën en Begroting, Innovatie, Media en Ruimtelijke Ordening, over de beveiliging in het biotechnologisch onderzoek.
Het is niet mijn bedoeling om onrust te zaaien. Ik wil er echter op wijzen dat reeds jaren geleden rapporten zijn gepubliceerd over het samengaan van biotechnologie en biologische oorlogsvoering.
Hoe zit het met de beveiliging van biologische labs? Wat met het transport van stoffen met genetisch materiaal? In welke mate kunnen labs meewerken aan monitorprogramma's om in te spelen op bepaalde biologische risico's?
Deze zeer actuele vraag valt eigenlijk onder de bevoegdheden van de minister van Leefmilieu. Pathogene en genetisch gewijzigde organismen vallen immers onder Vlarem II, rubriek 51, categorie Biotechnologie waarin wordt bepaald dat alle pathogene en genetisch gewijzigde organismen gemeld moeten worden. Laboratoria moeten ook melden of ze ermee werken en of ze die modificeren, en houden daarover een elektronisch register bij dat verbonden is met dat van de Vlaamse Gemeenschap. Bovendien maken alle laboratoria die werken met gevaarlijke organismen eigen interne veiligheidsafspraken.
Het Vlaams Interuniversitair Instituut voor Biotechnologie werkt bovendien alleen met organismen die onschadelijk zijn. De VUB ten slotte doet aan voorlichting.
Volksgezondheid heeft een waarschuwingsketen georganiseerd, gebaseerd op de meldingsplicht waaraan dokters en geneesheren moeten voldoen.
Ik ben verbaasd over de informatie van het Vlaams Interuniversitair Instituut voor Biotechnologie. Volgens het tijdschrift Science is het steeds moeilijker om het onderscheid te maken tussen ongevaarlijke en pathogene organismen.
Het incident is gesloten.