Verslag plenaire vergadering
Actuele vraag over de wachtlijst voor sociale woningen
Verslag
De heer Veys heeft het woord.
Collega's, het gaat slecht met betaalbaar wonen in Vlaanderen, maar is natuurlijk geen nieuws meer. Wonen in Vlaanderen, of het nu over huren of kopen gaat, is nog nooit zo duur geweest, zo onbetaalbaar voor steeds meer mensen. Dat is het verdict na negen jaar de N-VA op Wonen.
Minister, u doet graag alsof het de goede kant opgaat. U zei dat we met de nieuwe cijfers over de wachtlijst voor sociale huurwoningen de eerste tekenen van het positief effect van uw hervormingen zien.
Nu, dat u die cijfers wat verdraait, dat stoort me wel. Ze worden een beetje opgesmukt, dat is een administratieve procedure, maar ze verhullen niet dat er structureel weinig is veranderd. Integendeel, het is net het omgekeerde: we staan stil, want nog nooit werden er zo weinig nieuwe sociale huurwoningen opgeleverd. Nog nooit werden er zo weinig nieuwe woningen gegund. De woningen voor de toekomst komen er ook niet aan. Nog nooit moest men zo lang wachten op een sociale woning, gemiddeld meer dan vier jaar.
Wat zegt u? Dat dit lichtpuntjes zijn, de eerste tekenen van een positief effect van onze hervormingen, terwijl het over een administratieve procedure op de wachtlijst gaat. 176.000 gezinnen staan nog op de wachtlijst.
Ik vraag mij af, de Vooruitfractie vraagt zich af, of zij moeten wachten tot u eindelijk sociale woningen zult bouwen of moeten zij wachten totdat zij ook van die lijst worden geschrapt, want dan is het probleem blijkbaar opgelost.
En keer op keer doet u dat. U communiceert heel fors, maar u bereikt eigenlijk niets. Dat is mensen afleiden, en dat is de lijn van heel de partij. We zagen dit weekend op tv nog de schepen van Wonen in Antwerpen, waar 32.000 gezinnen op de wachtlijst staan. We weten dat daar dubbele tellingen in zitten, maar hij zei vooral dat hij niet meer zou bouwen. Keer op keer komen wij met alternatieven voor uw beleid. Keer op keer zegt u dat we moeten afwachten, dat de hervorming wel zal lonen. Wanneer komen er eindelijk die duizenden en duizenden woningen die u al jaren belooft maar niet kunt bouwen?
Mevrouw Smeyers heeft het woord.
Voorzitter, minister, de oppositie, bij monde van de heer Veys, heeft een conclusie gemaakt van de cijfers die worden vastgesteld na de tweejaarlijkse actualisatie, en die cijfers zijn eigenlijk goed, maar de conclusie moet dan anders zijn. De cijfers zijn op zich voorzichtig positief. Het aantal wachtende kandidaat-socialehuurders is naar beneden gegaan, wat niet wegneemt – daar moeten we realistisch in zijn – dat er nog altijd 176.000 gezinnen op die wachtlijsten staan. Het aantal jaren dat ze moeten wachten – daar gaan we ook eerlijk in zijn – is nog altijd een goede vier jaar. Dat is lang. Die conclusie delen wij.
Waar ik het niet mee eens ben, is dat u niets gedaan hebt of doet om op middellange termijn te werken aan het wegwerken van die achterstand of wachtlijsten. Eindelijk kunnen we zeggen ‘reculer pour mieux sauter’. Met de hervorming van de woonmaatschappijen is eindelijk het punt gekomen om die sprong te maken. De hervormingen zijn rond. Nagenoeg alle woonmaatschappijen hebben hun erkenning gekregen. Ik ben er rotsvast van overtuigd – dat zie ik omdat ik aan de hervorming heb meegewerkt – dat het investeringsritme en de wil daartoe aanwezig zijn. Dat zal een stroomversnelling creëren.
De hervorming is één. Ook uw fraudebestrijding zorgt ervoor dat er sociale woningen vrijkomen en gaan naar mensen op de wachtlijst, die de sociale woning echt nodig hebben. U zorgt ervoor dat er een draagvlak is, heel belangrijk. Het beleid is één, het draagvlak is iets anders, waardoor het aanbod kan stijgen. Het investeringsritme stijgt. Wat zult u doen om in het laatste jaar van deze legislatuur de beschikbare middelen in te zetten en dat aanbod nog te vergroten?
Minister Diependaele heeft het woord.
Dank u voor de vragen. Het is soms moeilijk om positief nieuws verkocht te krijgen aan de media. Ik weet dat ik altijd op u kan rekenen om het wat extra aandacht te geven. Dank u wel, daarvoor.
Zoals elk jaar komen we rond deze periode met de cijfers van de wachtlijsten. Die worden dan gepubliceerd samen met nog wat andere cijfers. Voor alle duidelijkheid, mijnheer Veys: ik ben op geen enkel moment euforisch geweest en ik heb geen hoeracommunicatie gevoerd. Ik heb altijd een slag om de arm gehouden. Ik ben ook niet bepaald een euforisch type, om het zo uit te drukken. U kunt dat getuigen.
De cijfers zijn wat ze zijn. Eind 2022 zitten we aan 176.000 wachtenden. Dat zijn er 6410 minder dan in 2021. Dat is 3,5 procent minder dan vorig jaar. Dat is wel degelijk de sterkste daling sinds 2011. Inderdaad, er is een actualisatie geweest. Eerst en vooral, mijnheer Veys, vorig jaar is die er niet geweest. U zei dat de wachtlijst gigantisch was gestegen. Ik reageerde dat er geen actualisatie was geweest, dat u daar voorzichtig moest mee zijn. U vond dat dat er niet toe deed. Nu zegt u dat de wachtlijst gedaald is door de actualisatie. Van twee dingen één. U moet daar correct in zijn.
Het aantal toewijzingen – en dat was voor ons een geruststelling – is relatief hoog gebleven. We denken, alle voorzichtigheid in acht genomen, dat er redenen zijn om positief maar voorzichtig te communiceren.
Nu, er is nog een reden. Zelfs maandag, toen we gecommuniceerd hebben, wisten we nog niet dat het de orde had die het vandaag wel heeft. We hebben maandag gezegd dat we ook het investeringsritme – weet u wel, dat geld dat we zogezegd niet uitgegeven krijgen? – van maand tot maand in de gaten houden. Vorige maand, juni, is een absolute recordmaand geweest: 110 miljoen euro. Die hebben we er nu bijgeteld. Dat betekent dat we in de eerste twee kwartalen, het eerste half jaar van 2022, in vergelijk met het eerste half jaar van 2021, 107 miljoen euro meer hebben kunnen besteden. In juni was dat in een maand 110 miljoen euro. Vorig jaar, in 2022, was dat 39 miljoen euro, in 2021 50 miljoen euro, om u de relativiteit duidelijk te maken.
Dan nog is het moeilijk om te bepalen waar precies de reden ligt voor die cijfers. Wij zijn ervan overtuigd dat onze hervorming daar op zijn minst een positieve bijdrage aan geleverd heeft, maar sowieso vind ik het belangrijk om dat positief signaal te geven, in de eerste plaats aan die mensen op de wachtlijst, om die hoop te geven, maar evengoed aan de sector zelf, want die sector begint nu meer en meer te smaken wat de positieve gevolgen zijn van die hervorming. U moet er maar een keer mee praten, ook in uw regio trouwens: men erkent wel degelijk dat dat gezorgd heeft voor meer opportuniteiten om professioneler te gaan werken. Dat alleen al, die vaststelling alleen, overtuigt mij van de mening dat we effectief gaan kunnen zorgen voor een hoger bouwritme.
Daarmee is niet gezegd dat er geen andere uitdagingen meer zijn. Die zijn er zeker. Dat is ook de reden waarom ik heel voorzichtig in die communicatie een slag om de arm houd, maar de hervorming op zich begint wel stilletjesaan haar vruchten af te werpen. Dan vind ik ook dat we daarover een positief signaal mogen geven richting die sector.
De heer Veys heeft het woord.
Minister, u noemt dat ‘positief nieuws’, ik noem dat ‘er een draai aan geven’. Ik heb hier drie indicatoren die absoluut het slechtst ooit zijn in de afgelopen tien jaar, ongeveer de periode dat uw partij verantwoordelijk is voor Wonen. Wat zegt u? “Mijnheer Veys, u hoeft het zo niet in twijfel te trekken.” Aantal gunningen? Nog nooit zo laag. Aantal nieuwe woningen? Nog nooit zo laag. Wachttijd? Nog nooit zo hoog. Wat heb ik daarnet nu gezegd? Ook waren er nog nooit zoveel gemeenten die er hun broek aan vegen.
U spreekt hier graag over de rechten en plichten in het sociaal wonen. Wanneer gaat u eens uw plicht doen en bouwen? Want u verwijst continu naar de vruchten die u plukt van uw fusietraject. ‘Newsflash’: er stonden 150.000 gezinnen op de wachtlijst toen u begon als minister. U hoeft niet in te halen, u moet compenseren. Maar wat hebt u nu gedaan de voorbije vier jaar? Beseft dat ze professioneler moeten worden in de sector? Chapeau! Maar dat u er zo lang over doet om die conclusies te trekken, dat vind ik heel straf.
U ligt niet op koers. 1,3 miljard euro hebt u vorig jaar niet uitgegeven. Dat waren vijfduizend woningen die u daarmee kon bouwen. Dat zijn meer woningen dan dat er nu gezinnen geschrapt zijn van die wachtlijst. Dat is wat ik u aanwrijf. Wanneer gaat u eindelijk zorgen dat er een grote versnelling komt? U spreekt nu over dat budget, maar u hebt nog altijd maar een vijfde uitgegeven na een half jaar. U ligt opnieuw niet op koers, u gaat opnieuw meer dan 1 miljard euro over hebben. Wanneer gaat dat eens beteren? (Applaus bij Vooruit)
Mevrouw Smeyers heeft het woord.
Minister, mijn vraag was inderdaad wat u gaat doen om dat aanbod nog te vergroten. U antwoordde dat de structuren er nu zijn en u de hervorming gedaan hebt. Wij pleiten met onze partij altijd voor de structurele hervorming en niet voor ad-hocmaatregelen. Dat is nu goed. Die sprong voorwaarts zal zich manifesteren in efficiëntie, in professionelere besluitvorming binnen die huisvestingsmaatschappijen en dus hopelijk in een groter en sneller investeringsritme.
Maar vergeet daarbij niet, en dat herhaal ik heel graag, dat er een draagvlak gecreëerd moet worden, niet alleen bij de gehele bevolking, maar ook bij die huidige sociale huurder. Ik hoor de heer Veys altijd zeggen: “Ja, jullie met die fraudebestrijding en met de verplichte inschrijving bij VDAB en met het inzetten op Nederlandse lessen, jullie willen de sociale huurder zwartmaken.” Niets is minder waar. We willen de sociale huurder – die trouwens al in de woning zit, ik sprak over het beleid voor kandidaat-socialehuurders – blij maken, en hem niet alleen. In heel Vlaanderen willen we dat draagvlak creëren, zodanig dat er ook minder protest komt tegen aanvragen om sociale woningen te realiseren, en ook dat zal het investeringsritme verhogen. (Applaus van Kathleen Krekels)
Mevrouw Groothedde heeft het woord.
Minister, dat de wachtlijsten voor sociale woningen aangroeien, dat is natuurlijk wat de statistieken tonen buiten de statistische afwijkingen. U bent ervan overtuigd dat uw beleid werkt. Dat is een overtuiging, maar de feiten zijn dat er onder uw beleid vier dingen groeien. Dat is de wachtlijst in de sociale huursector, het schrik aanjagen van sociale huurders, het potje geld waarop u blijft zitten en dat niet uitgegeven is en de hoeveelheid geld die naar de privé wordt doorgesluisd. Want als we kijken naar cijfers waar er geen statistische afwijking is, zien we dit: de gemiddelde wachtlijst stijgt in 2022 gemiddeld naar 1497 dagen, gemiddeld bijna drie maanden langer dan een jaar voordien. Dat is een historisch hoogtepunt, want de gemiddelde wachttijd is nu meer dan vier jaar.
Er kwamen in dat jaar 833 sociale huurwoningen bij, tussen 2017 en 2018 kwamen er nog 2482 bij, het jaar daarvoor meer dan duizend. Op dit punt in de legislatuur, mevrouw Homans zit daar, was zij erin geslaagd om 2225 sociale huurwoningen meer te realiseren dan u. Dus die vooruitgang en die verandering … Op het domein van sociale huisvesting verwezenlijkt de N-VA op dit moment vooral stilstand. Intussen zitten er mensen in te dure, vaak verkrotte huurwoningen op de privémarkt en die blijven op hun honger zitten, in de miserie.
Mevrouw Jans heeft het woord.
Er is inderdaad weinig om euforisch over te zijn, met een wachtlijst van 176.000 mensen, nog altijd vele tienduizenden meer dan het begin van deze legislatuur. Minister, u hebt een grondige hervorming op poten gezet. Afgelopen zaterdag werd in Limburg de grootste woonmaatschappij van Vlaanderen boven het doopvont gehouden. U was daarbij ook aanwezig en het is een model waar wij echt wel geloof in hebben: slagkrachtige, grote organisaties die sneller en meer kunnen realiseren dan vandaag de dag gebeurt. Ik heb echter de indruk dat er in vele andere regio’s in Vlaanderen nog altijd achterhoedegevechten zijn en dat we gaan eindigen met te kleine woonmaatschappijen. Mijn vraag aan u is hoe u ervoor kunt zorgen dat u zo snel mogelijk al die woonmaatschappijen up and running hebt, zodat we de ingeslagen weg hopelijk kunnen verdergaan en dat we sneller en meer sociale woningen krijgen op ons grondgebied.
Mevrouw Van Volcem heeft het woord.
Minister, er staan inderdaad 176.000 mensen op de wachtlijst, maar eigenlijk hebben 300.000 mensen er recht op. De helft van de mensen die vandaag een woning huren, hebben in principe recht op een sociale woning. Die wachtlijst is eigenlijk zeer onderbelicht; 4,1 jaar wachten op een sociale woning maakt in feite ook dat mensen niet meer gemotiveerd zijn om zich in te schrijven. Als men inschrijft, duurt het nog 4,1 jaar.
Als u bovendien maar 833 woningen realiseert per jaar, betekent dit dat het 211 jaar duurt om uw wachtlijst op vandaag te realiseren. Minister, er zullen nooit sociale woningen genoeg zijn. Mijn vraag aan u is hoe u meer doorstroming zult realiseren in de sociale woningen. Want als u er vandaag 160.000 hebt, de behoeftigen van vandaag zijn niet de behoeftigen van morgen. (Applaus van Maurits Vande Reyde)
De heer Vandewalle heeft het woord.
Mevrouw Smeyers, ik hoor dat graag, ‘reculer pour mieux sauter’. Maar het is al tien jaar wel heel veel achteruitgaan en heel weinig springen. Het beginpunt van waar jullie zaten, is bijna niet meer te zien, van de N-VA. Dat gaat dan toch een hele grote sprong moeten zijn, om nog verder te springen dan waar we vandaan komen. Dat is het probleem, het is tien jaar N-VA-beleid op wonen en er staan zeventigduizend gezinnen méér op de wachtlijst voor een sociale woning. Dat krijgen we niet snel meer rechtgetrokken en zeker niet met dit beleid. Zeker niet met dit beleid gaan we dat rechtgetrokken krijgen. En het komt zelfs vanuit de meerderheid nu, dat ze eigenlijk niet meer akkoord zijn met deze toch redelijk voorzichtig positieve, het-gaat-in-de-goede-richtingcommunicatie, terwijl er maar achthonderd woningen bij komen. Daarmee gaan we het probleem niet oplossen, daarmee gaat het probleem erger worden. Ik denk dat ondertussen bijna alle partijen in dit parlement, behalve de N-VA, het erover eens zijn. Dus mijn vraag opnieuw is wat u zult doen om dat probleem van die wachtlijsten écht op te lossen? (Applaus bij de PVDA)
Minister Diependaele heeft het woord.
Ik ben heel blij met de laatste vraag, want ik weet in elk geval wat je niet moet doen, namelijk de inkomensgrenzen verhogen, zorgen dat meer mensen recht hebben op een sociale woning, zonder dat je ook maar enig flauw idee hebt hoe je die woningen effectief moet gaan bouwen. (Opmerkingen van Maxim Veys)
Nee, mijnheer Veys, uw partij heeft dat gedaan. In 2010 hebben jullie de inkomensgrenzen verhoogd. Meer mensen kregen recht op een sociale woning. Geen hond wist op dat moment hoe dat moest gaan. (Opmerkingen bij Vooruit)
Wilt u nog een cijfer? In 2013 werd er 1,3 miljard euro aan sociale woningen gegeven. Vandaag ligt er 2,5 miljard klaar. Dat is verdubbeld, sinds jullie het deden. Het dubbel, mijnheer Veys! (Applaus bij de meerderheid)
Daar zit het grote verschil.
Een tweede punt, beste socialistische vrienden: op dat moment was de staat van ons patrimonium van sociale woningen beneden alle peil. Vorig jaar hebben we voor de eerste keer meer budget gegeven aan renovaties dan aan nieuwbouw. Dat is natuurlijk ook een van de redenen. We hebben een erfenis uit het verleden, met 150.000 sociale woningen waarvan nog een groot deel gerenoveerd moet worden. Waarom? Omdat daar vroeger veel te weinig aandacht aan besteed werd. Wij zijn ermee bezig die miserie op te ruimen, mijnheer Veys. Sinds vorig jaar gingen er dus voor de eerste keer meer middelen naar renovaties dan naar nieuwbouw.
U mag de cijfers kennen zo veel als u wilt, maar in 2022 is er 685 miljoen euro naar sociale woningbouw gegaan. Dat is er besteed. Met de FS3-leningen (financieringssysteem 3) zitten we dit jaar – nu al, in het midden van het jaar – aan 390. We zullen zien hoe dat gaat. Ik blijf inderdaad zeer voorzichtig in de communicatie. Ik wil daarover geen euforie, of wat dan ook. U hebt groot gelijk, er zijn nog heel wat andere redenen, andere uitdagingen, die het moeilijk maken. Dat geldt niet alleen voor sociale woningen, ook alle private woningbouw heeft het moeilijk.
Mevrouw Groothedde, een paar concrete dingen: er zijn geen statistische afwijkingen, we werken met absolute cijfers en daar wordt een procent op berekend. Ik weet dus niet goed wat u daarmee bedoelt. Maar goed, ik kan me vergissen. (Opmerkingen van Celia Groothedde)
Mevrouw Jans, inderdaad, Limburg geeft daar het mooie voorbeeld, daar ben ik het helemaal mee eens. 24.000 sociale woningen, 21.000 mensen op de wachtlijst denk ik, maar bij hen is de daling van de wachttijd ook zeer duidelijk. Er is een heel grote daling van de wachttijd. Ik denk dat dat inderdaad een mooi voorbeeld is van het feit dat, als je de professionalisering met twee handen aanpakt en er echt op werkt, je een groot verschil kunt maken op het terrein. Uw vraag ging concreet over de rest van Vlaanderen en hoe we ervoor kunnen zorgen dat die ook uit de startblokken schieten. Dat is een heel diffuus beeld. Ik denk dat er maar in één regio echt een probleem is. Dat is daar waar een paar weken geleden twee directeurs ontslagen zijn. We volgen dat nu heel nauw op, van week tot week, om ervoor te zorgen dat we daar snel uit de startblokken kunnen gaan. In andere regio’s zijn er sommigen die hun praktische hervorming, hun managementhervorming al doorgevoerd hebben, en het juridische voor het einde gehouden hebben. Die kunnen nu eigenlijk uit de startblokken, want alles is rond sinds eind vorige week, sinds 1 juli. Anderen hebben eerst het juridische gedaan, en moeten nu nog de praktische zaken afstemmen, met personeelswissels en dergelijke meer. Het is dus een heel diffuus beeld. We proberen de vinger aan de pols te houden, maar je kunt er geen lijn in trekken.
Mevrouw Van Volcem, in alle eerlijkheid, u gebruikt dezelfde technieken als collega Vandewalle van de PVDA een paar weken geleden. Het is bijzonder populistisch. “Je hebt een aantal mensen op de wachtlijst, je hebt een aantal nieuwbouw per jaar, dat deel je, en dan kom je aan 211 woningen.” Dat is belachelijk, mevrouw Van Volcem, dat is belachelijk. Je moet vandaag de dag gemiddeld vier jaar wachten op een sociale woning. We doen meer dan tienduizend toewijzingen per jaar. En dat is natuurlijk ook omdat er, zoals u vraagt, mensen zijn die zelf een woning vinden op de private markt en die hun sociale woning verlaten. Er zijn ook mensen die overlijden. Daardoor kunnen we meer dan tienduizend woningen per jaar toewijzen.
Uw vraag naar doorstroom is wel zeer terecht. Ere wie ere toekomt, dat is een beslissing die in de vorige legislatuur is genomen. Elk huurcontract van een sociale woning is, sinds 1 januari 2017 een contract van negen jaar. Na negen jaar zal men kijken of de huurder nog voldoet aan de initiële voorwaarden, weliswaar aangepast, want er komt 25 procent bij voor de inkomensgrens, en zo meer. Dat betekent dat we vanaf 1 januari 2026 dergelijke controles zullen hebben. Dat gaat heel traag beginnen, maar ik denk dat dat vanaf 2027 sneller en sneller zal beginnen te lopen en wel degelijk een verschil zal maken.
Onze befaamde middelentoets zal daar geen deel van uitmaken. We gaan mensen niet ontmoedigen om zelf te gaan sparen. Dat gaan we niet doen. Maar dat zal dus heel traag gaan beginnen, en ik denk dat het geleidelijk aan effect zal beginnen te hebben. Dat is dus inderdaad de doorstroom die al in de vorige legislatuur is ingebouwd, wat ik een goede zaak vind.
Beste mensen, we zijn er ons zeer goed van bewust dat er nog heel wat werk aan de winkel is. Maar nogmaals, ik vind dat dit een positief signaal is naar de sector, die de laatste jaren heel hard heeft gewerkt om die hervorming door te voeren, nu pas de vruchten daarvan begint te plukken, en begint te voelen dat dat wel degelijk een goede zaak is geweest. Met deze cijfers, hoe voorzichtig we daar ook in zijn, kunnen we hen toch wel een hart onder de riem steken. We kunnen hen bedanken voor de hervorming die ze hebben doorgemaakt. Het kan een aansporing zijn om verder te werken. Dat is zo voor hen, net zoals voor mij of voor ons.
De heer Veys heeft het woord.
Het is eigenlijk een beetje triest, maar u verrast mij niet, minister. Veel lawaai maken en fors uit de hoek komen, u doet het telkens opnieuw. U hebt een grote mond, maar een klein beleidsresultaat. Dat is helaas het conto van deze Vlaamse Regering. Volgende week zal het heel plezant zijn, want het is 11 juli, en dan gaan de mensen vragen hoe dat nu zit met het warme, sociale Vlaanderen waar de N-VA voor staat. Nougatbollen. Maar het kan nog erger, want het Vlaams Belang is hier niet eens om voor mensen met een laag inkomen te pleiten voor meer betaalbaar wonen. Dat verbaast mij ook niet.
Vlaanderen heeft er nog nooit zo slecht voor gestaan. Ook voor de toekomst zijn er donderwolken. U hebt geprobeerd om een rem te zetten op die sociale huisvesting, en daar bent u wel in geslaagd. U sprak daarnet over een positief signaal. U hebt net verteld dat u na een half jaar maar een zevende van uw budget hebt opgedaan, in plaats van een vijfde. Ik zou toch wel de voetjes wat op de grond houden, Vlaamse meerderheid.
Mevrouw Jans, ik heb ook communicatie gelezen van de nieuwe voorzitter van de woonmaatschappij in Limburg. Die is lid van de cd&v. Hij wil dat we strenger zijn voor gemeenten die hun taak niet doen. Ik stel voor dat u ook eens goed naar de basis luistert, en dan kunnen we misschien wel het verschil maken voor sociale huisvesting in dit parlement. Maar voorlopig hebben die 176.000 gezinnen meer kans dat ze van de wachtlijst geschrapt worden dan dat ze effectief een woning kunnen huren. Het is triest gesteld. (Applaus bij Vooruit)
Mevrouw Smeyers heeft het woord.
Dank u wel, minister, ik zie dat u twee supporters hebt in de tribune, Marie en Sander. Ik wil op z’n minst voor uw beleid supporteren en het ondersteunen. Ik ben en blijf ervan overtuigd dat we nu alle tools hebben om dat investeringsritme te verhogen, niet alleen in de structurele hervormingen, maar ook in uw beleid. Het is genoegzaam bekend dat de sociale woningen gaan naar wie ze echt nodig hebben. De lokale binding is er. Wie in een periode van tien jaar al vijf jaar op het grondgebied woont, komt sneller in aanmerking voor die sociale woning. De fraude door eigendommen in het buitenland is eruit gefilterd. De geconventioneerde huur, zodanig dat we een sociale mix hebben van sociale woningen en woningen voor de lagere middenklasse in samenspraak met de private aannemers, zal ervoor zorgen dat we op middellange termijn dat aanbod kunnen vergroten. Mijn conclusie blijft dat we voorzichtig positief mogen concluderen dat uw beleid zijn vruchten aan het afwerpen is. (Applaus bij de N-VA)
De actuele vragen zijn afgehandeld.