Verslag plenaire vergadering
Verslag
Mevrouw Van dermeersch heeft het woord.
Voorzitter, minister, ik heb een ‘subway shirt’ aan en mijn haar zit – zoals u ziet – vastgebonden onder de kraag. Dat is hoe vrouwen en meisjes zich tegenwoordig kleden, dat is wat ze boven hun kleding aandoen, als ze door bepaalde wijken moeten stappen of het openbaar vervoer moeten gebruiken. Ik ga dat antiagressie-uniform uittrekken, want het kan toch nooit de bedoeling zijn dat vrouwen schrik moeten hebben om gewoon zomers gekleed zoals ik door de samenleving te komen. (Anke Van dermeersch trekt haar ‘subway shirt’ uit en maakt haar haar los.)
Vrouwen dragen zo’n vestje en bedekken zich om niet lastiggevallen te worden. Als ze dat niet doen in bepaalde wijken en op het openbaar vervoer, riskeren ze slachtoffer te worden van seksuele intimidatie, beledigingen, bedreigingen, soms zelfs fysiek geweld. Perverten zijn er helaas altijd geweest, die zien vrouwen als lustobjecten. Voeg daar nog eens de groeiende groep moslims aan toe die van mening zijn dat vrouwen verantwoordelijk zijn voor de seksuele moraal van de man en zich daarom moeten bedekken van kop tot teen, dan zijn op den duur vrouwen nergens meer veilig in zomerkleding.
Minister, meer camera’s, meer agenten op straat en meer repressie, dat is er nodig. Maar men moet ook beseffen dat de islamisering en multicultuur er steeds meer toe leiden dat vrouwen opgejaagd wild zijn. Dat kan en mag toch niet zijn? U kondigde in uw beleidsnota onlangs nog aan werk te willen maken van het bestrijden van gendergerelateerd geweld en grensoverschrijdend gedrag. Welke initiatieven zult u nemen om onze straten en steden opnieuw veilig te maken voor vrouwen? Hoe zult u ervoor zorgen dat vrouwen niet langer het slachtoffer zijn van geïmporteerde seksuele roofdieren die vrouwen allemaal onder zo’n textielen doodskist willen? (Applaus bij het Vlaams Belang)
Minister Somers heeft het woord.
Dank u wel voor de vraag. Ik heb begrepen dat u uw vraag stelt naar aanleiding van een aantal confronterende filmpjes op sociale media internationaal, die ook in ons land heel veel weerklank hebben gekregen. Het is op zich natuurlijk een heel goede zaak dat er na #MeToo een maatschappelijke evolutie is dat men niet langer aanvaardt dat mensen seksueel worden geïntimideerd, dat er seksueel grensoverschrijdend gedrag is, dat de samenleving dat absoluut een halt wil toeroepen. Ik denk ook dat dat absoluut nodig is.
Vanuit mijn bevoegdheden doe ik een aantal zaken. Eerst en vooral denk ik dat de rol van lokale besturen heel belangrijk is. Ik verwijs naar het Plan Samenleven, waarbij we gemeenten ondersteunen als ze een plan tegen straatintimidatie maken, een aanpak die repressief, maar ook preventief is, met slachtofferhulp en -bejegening. Tot nu toe hebben twaalf lokale besturen daarop ingeschreven. Vaak zijn dat grotere steden.
We hebben de opleiding omstaandersprincipe. Collega Crevits heeft er daarstraks in het vorige debat naar verwezen. Op dit moment worden in Vlaanderen al vijfduizend mensen opgeleid om om te gaan met een situatie waarbij ze een toeschouwer zijn van seksuele intimidatie of grensoverschrijdend gedrag: hoe moeten ze zich daarbij opstellen en handelen? We zijn nu met een tweede oproep bezig, zodat nog meer gemeenten daaraan kunnen meewerken en zich mee kunnen inschrijven.
Daarnaast is er het project ‘Safer Cities’ van Plan International, waarbij we samen met jongeren, met vrouwen die in aanraking komen met grensoverschrijdend gedrag, proberen in beeld te brengen waar dat zich afspeelt, om dat dan coherent aan te pakken, het repressieve hand in hand met het preventieve en met slachtofferhulp. Op dit moment hebben al drie steden zich daarop ingeschreven. We hebben een budget uitgetrokken voor twintig lokale besturen om daaraan mee te werken. Nu zijn dat Hasselt, Genk en Kortrijk. Ook anderen zullen daarin volgen.
Ten slotte heb ik samen met collega Demir een rondetafel georganiseerd voor lokale besturen rond seksueel grensoverschrijdend gedrag in het uitgaansleven. We hebben samen met de Vereniging van Vlaamse Steden en Gemeenten (VVSG) afgesproken dat we tot het einde van het jaar alle goede ideeën, alle best practices samenbrengen, om dan op het einde van het jaar samen met de lokale besturen te bekijken wat we nog extra kunnen doen.
Dat is binnen mijn bevoegdheid. Ik ben natuurlijk niet bevoegd voor het justitiebeleid of de politie. Vanuit mijn bevoegdheid met betrekking tot de lokale besturen zijn dat de hefbomen die ik heb. Vroeger gebeurde er op dit terrein heel weinig. Vandaag hebben we een coherente aanpak om dit probleem ernstig aan te pakken.
Mevrouw Van dermeersch heeft het woord.
Minister, dank u wel. Ik ben heel blij dat u het probleem erkent. Er is een groot probleem, en dat is niet alleen internationaal en op sociale media te zien. Dat is gewoon te zien bij mij in Antwerpen waar ik woon. Als ik door de Seefhoek wandel, dan ervaar ik exact hetzelfde als in grootsteden zoals Brussel, Parijs, Londen enzovoort. Er is dus wel degelijk een probleem, en u erkent dat. Daar ben ik blij om.
U zet ook een aantal zaken op poten om te proberen het probleem aan te pakken. Het grote probleem is echter dat u niet inziet dat de islam een probleem is in deze samenleving, dat de manier van omgaan van moslims en hun gebrek aan respect voor vrouwen, de oorzaak van het probleem zijn. U blijft maar de islam en moskeeën subsidiëren. U blijft maar investeren in multicultuur en pamperen. Zolang u dat probleem niet ziet, zal er geen oplossing ten gronde komen. Ondertussen doet u inderdaad wel allerlei dingen, maar als u het echte probleem niet aanpakt, zien we dat dat nog altijd een probleem is. Ik kan nog altijd niet gewoon rondlopen in de Seefhoek, in de Handelstraat in Antwerpen. Ik vertik dat natuurlijk, maar jonge meisjes zijn bang, doen hun haar vast en lopen inderdaad in zo’n subway shirt. (Applaus bij het Vlaams Belang)
Mevrouw Groothedde heeft het woord.
Minister, klopt het dat Plan International erop heeft gehamerd dat het niet zozeer bepaalde buurten of wijken zijn, maar dat straatintimidatie geconcentreerd is rond uitgaansbuurten, dat dáár de intimidatie plaatsvindt? Voor de zoveelste keer wordt hier dan een vraag gesteld op de kap van vrouwen, feitenvrij, terwijl grensoverschrijdend gedrag bij iedereen, ten aanzien van iedereen, door alle soorten mensen voorkomt. De eerste keer dat ik zelf werd lastiggevallen in Brussel, waren het twee vrouwen met een hoofddoek die die man hebben weggejaagd, met de woorden dat vrouwen met rust moeten worden gelaten en hun eigen ding moeten kunnen doen. Dat zijn de feiten in de praktijk, dat is hoe er wordt samengeleefd.
In de praktijk worden vrouwen van Anzegem tot Zichen-Zussen-Bolder lastiggevallen. Als u zich daarop zou concentreren, kunt u misschien eindelijk iets goeds doen voor mensen, in plaats van aan stemmingmakerij te doen. (Applaus bij Groen)
De heer De Gucht heeft het woord.
Ik denk dat we niet kunnen ontkennen dat als je kijkt naar bepaalde religies, de positie van de vrouw niet noodzakelijkerwijs gelijkwaardig is. Eigenlijk kun je dat over alle monotheïstische godsdiensten zeggen. Je moet daar eens goed naar kijken, maar ook binnen het christendom of jodendom is er een merkwaardige visie op de gelijkheid tussen man en vrouw. De vraag is – en ik denk dat u daar werk van maakt, minister – op welke manier we ervoor kunnen zorgen dat er acties ondernomen worden aangaande het algemene luik?
Aan de andere kant, hoe kunnen we ervoor zorgen dat jongeren die misschien niet van thuis uit de juiste waarden en normen te zien krijgen, wel de juiste waarden en normen, waar we als maatschappij voor staan, aangeleerd worden – ook in het onderwijs, minister Weyts. We moeten alles op alles zetten om, zoals collega Van dermeersch zegt, ervoor te zorgen dat we iedereen binnen de islam niet over dezelfde kam scheren, maar dat we de uitwassen eruit halen en ervoor zorgen dat die Europese islam vorm kan krijgen en niet gesteund wordt vanuit landen die enigszins op een verkeerde manier staan ten opzichte van de vrouw.
Mevrouw Goeman heeft het woord.
Weet u, mevrouw Van dermeersch, wat volgens onderzoek de belangrijkste oorzaak is van ongewenst gedrag ten opzichte van vrouwen? Dat is alcohol. En weet u welke bevolkingsgroep net heel weinig alcohol drinkt? (Opmerkingen bij het Vlaams Belang)
Inderdaad. Laat me heel duidelijk zijn: elke man die een vrouw lastigvalt is er een te veel, en er zijn er veel te veel, dus stop met het leed te misbruiken voor stigmatiserende praat en kom met oplossingen. Dat is wat ik van u verwacht als politica. Dus sorry, vrouwen verdienen beter dan dit. (Applaus bij Vooruit)
Mevrouw Schryvers heeft het woord.
Collega's, seksuele intimidatie en grensoverschrijdend gedrag is onaanvaardbaar. Dat is altijd en overal zo en dat is nooit de schuld van het slachtoffer. Als mensen slachtoffer zijn dan moeten we er als overheid voor zorgen dat we hen helpen. Een van de elementen daarin zijn de meldpunten, minister. Eerder is beslist om het ene externe meldpunt onder te brengen onder het Vlaams Mensenrechteninstituut (VRMI). Op 11 mei zei minister Weyts dat u, minister Somers, het samen aan voorbereiden was met minister Demir. Gisteren zei u in de commissie dat het VRMI operationeel is sedert half maart, en dat het meldpunt dus ook operationeel is. Maar als ik op de website kijk, is er geen enkele verwijzing naar grensoverschrijdend gedrag te vinden. Het is niet omdat u zegt dat het meldpunt operationeel is, dat slachtoffers er ook hun weg naartoe vinden. Als collega-parlementsleden het al niet weten, als ministers het al niet weten, als er nergens enige verwijzing is, hoe kunnen we dan in godsnaam verwachten dat slachtoffers hun weg vinden?
Mijn vraag, minister, is hoe u als minister voor Gelijke Kansen, ervoor zult zorgen dat slachtoffers gemakkelijk over drempels geraken om een melding te doen? (Applaus van Martine Fournier)
Minister Somers heeft het woord.
Dank u wel voor de vele interessante tussenkomsten. Laat me beginnen met een heel belangrijke vaststelling. Er worden in onze samenleving verschrikkelijk veel vrouwen, maar ook mannen, geconfronteerd met seksuele intimidatie en grensoverschrijdend gedrag, ongeacht hun seksuele oriëntatie. Ook holebi’s worden ermee geconfronteerd, vrouwen en meisjes worden daarmee geconfronteerd, maar uit onderzoek blijkt dat ook mannen daar soms het slachtoffer van zijn. Dat is iets dat we moeten bestrijden, dat is een gebrek van een cultuur aan respect voor onze samenleving. Dat is iets waar heel de samenleving moet aan werken.
Ik dank u, mevrouw Van dermeersch, dat u erkent dat ik ter zake initiatieven neem om samen met de lokale besturen dat klimaat proberen te veranderen. Ik denk dat een geïntegreerde aanpak die hardnekkig en duurzaam is en met een politioneel en repressief sluitstuk, dé methode is om daar iets aan te verhelpen.
We moeten opletten dat we dit probleem niet opnieuw instrumentaliseren met andere doelstellingen. Het laatste onderzoek dat we gedaan hebben, en dat we in de commissie Binnenlandse Zaken uitvoerig hebben besproken, was het grensoverschrijdend gedrag ten opzichte van holebi’s. Uit het onderzoek bleek dat het idee dat we het kunnen herleiden tot één bepaalde bevolkingsgroep, niet klopt. Dat probleem van grensoverschrijdend gedrag zit bij iedereen, bij alle bevolkingsgroepen.
En vaak gebeurt het ook nog eens met mensen die men kent, van ver of van dichtbij. Dit dus herleiden tot een probleem van één bepaalde groep in de samenleving zou de grootste stommiteit zijn ten aanzien van de slachtoffers. Want we moeten de slachtoffers helpen en dan moeten we dat niet ideologisch aanpakken, maar dan moeten we daar ideologisch blind naar kijken. We moeten kijken waar het probleem zit en hoe we dat aanpakken.
Ik denk ook dat we meer moeten doen naar de daders toe. Ik heb zelf een initiatief genomen rond EquiSchools naar potentiële daders toe, naar jongens toe, naar jonge mannen toe, om hen ervan bewust te maken dat bepaalde vormen van gedrag een enorme impact kunnen hebben op vrouwen, dat men daarover meer moet nadenken en dat men ter zake ook een verantwoordelijkheid heeft. Als wij omstaanderstrainingen doen, dan is dat ook om bepaalde mensen te motiveren en te mobiliseren om in de publieke ruimte recht te staan. Er is het project Nachtraven bijvoorbeeld, dat ik heel goed ken, waarbij men zegt dat men mensen de kans gaat geven om via een app contact op te nemen met andere mensen die bereid zijn hen te komen helpen. Het zijn zulke initiatieven die we absoluut verder moeten ontwikkelen.
Maar dit probleem op een eenvoudige manier instrumentaliseren tot iets wat de schuld is van één groep in de samenleving met een bepaalde religieuze achtergrond, is volgens mij het probleem onderschatten en het probleem, laat ik zeggen, simplificeren. Het probleem is veel zwaarder, veel moeilijker, veel complexer, veel uitdagender. Ik zeg dat ook als echtgenoot en vader van een dochter die ondertussen volwassen is. Dat is een probleem waar we allemaal een verantwoordelijkheid in hebben. Maar dit probleem, laat ik zeggen, afschuiven op één groep en daardoor blind zijn voor het feit dat er ook binnen die groep heel wat mensen zijn die dat totaal niet aanvaarden, want die zijn ook broer, vader en vriend en dergelijke meer, is volgens mij een foute benadering. Ik vind dus dat wij samen moeten zoeken naar wegen en instrumenten om daartegen op te treden.
Ikzelf vind dat we daar repressiever tegen moeten optreden, dat we daar ook politioneel tegen moeten optreden. Ik heb ooit, vijftien jaar geleden, toen ‘Femme de la rue’ voor de eerste keer verscheen, die dame uitgenodigd in mijn andere hoedanigheid. Wij zijn toen politioneel de eerste stad geweest met GAS-boetes om daartegen op te treden, die we vandaag de dag nog altijd inzetten. Dat is een politioneel sluitstuk dat je nodig hebt, maar daarnaast heb je heel veel opvoeding nodig, educatie, het motiveren van mensen om zelf hun nek uit te steken om dat in de publieke ruimte niet te aanvaarden.
Als je zegt dat vrouwen vandaag de dag soms voor zichzelf beslissen om niet alleen bepaalde kleding aan te doen die meer bedekkend is, maar ook hun gedrag aanpassen, en alleen maar samen met vriendinnen naar huis durven te gaan en bepaalde plekken mijden, dan is dat iets wat we niet mogen aanvaarden in onze samenleving. Dan moeten we daar een vuist tegen maken. Maar dat opnieuw gebruiken om in een samenleving die is wat ze is te zeggen dat dat probleem makkelijk gereduceerd kan worden tot één groep en dat is het, dat is een veel te simpele oplossing. Geen enkel onderzoek bevestigt dat. We hebben samen heel lang gediscussieerd over holebi’s die met grensoverschrijdend gedrag worden geconfronteerd. Wie zijn dat nu? Wie doet dat nu? Heel confronterend: het zit overal. Het zit overal, niet alleen bij mensen die alcohol drinken. Je kunt nog allerlei andere dingen doen in je leven buiten alcohol drinken en ook grensoverschrijdend gedrag vertonen. Dat is iets wat we dus samen moeten aanpakken. Ik ben blij dat ook minister Crevits daar inspanningen voor doet. Ik ben ongetwijfeld ook blij dat minister Demir daar inspanningen voor doet.
Wat het VMRI en het meldpunt betreft, hebben we inderdaad in de schoot van de Vlaamse Regering afgesproken dat het VMRI een instrument is van het Vlaams Parlement en dat het meldpunt daar zit. We hebben gisteren ook heel duidelijk gemaakt dat we een engagement hebben om er de volgende weken en maanden samen met het parlement voor te zorgen dat het meldpunt beter bekend geraakt. We zitten in een opgroeifase, een startfase, we zullen dat nog meer in de verf zetten. Maar we zijn blij dat we één toegangsdeur hebben, anders wordt het voor de mensen veel te complex.
Mevrouw Van dermeersch heeft het woord.
Minister, collega’s, ik zei het: “Helaas, perverten die vrouwen als lustobject beschouwen, zijn er altijd al geweest, en daar moet iets aan gedaan worden.” Maar als men daarbovenop nog eens de derde wereld importeert, dan wordt men natuurlijk de derde wereld. En dan zal er geen sprake meer zijn van vrouwenemancipatie of gelijkwaardigheid tussen man en vrouw. Vergeet die utopie van een Europese islam: dat bestaat niet, dat is een idee-fixe. Er moet gestopt worden met het pamperen en blijven subsidiëren van de islam, die vrouwonvriendelijk is, zelfs een haat heeft tegenover vrouwen. Die haat is er niet alleen in het uitgaansleven, die is er ook op het openbaar vervoer en in de straten van de grootsteden. Dat moet stoppen. Dat breidt zich helaas uit: die islamisering gaat inderdaad van Ieper tot Maasmechelen. Ik wil dat dat nu stopt. Vrouwen zijn gelijkwaardig aan mannen en dat moet door iedereen gerespecteerd worden. (Applaus bij het Vlaams Belang)
De actuele vraag is afgehandeld.