Verslag plenaire vergadering
Verslag
De heer Dewinter heeft het woord.
Minister, Antwerpen heeft iets met lijstjes, vooral lijstjes die aantonen dat we de grootste, dikste en langste hebben van allemaal. Dat geldt zeker als het gaat over toerisme, tonnenmaat in de haven en investeringen. Eén lijstje waar we minder fier op zijn is dat van de European Monitoring Centre for Drugs and Drug Addiction. Daaruit blijkt dat Antwerpen de koploper is, en dat al vele jaren, maar zeker dit jaar, voor cocaïnegebruik, namelijk via het residu cocaïne in het rioolwater. Dat bedraagt twee keer zoveel als in Amsterdam. Dat kan tellen.
Een tweede lijstje dat minder spectaculair maar toch ook veelzeggend is, is het lijstje waaruit blijkt dat het cocaïnegebruik sinds 2012 verviervoudigd is. Dat blijkt opnieuw uit het residu in het rioolwater in Antwerpen. Verviervoudigd in tien jaar tijd, en verdubbeld sinds 2018. Dat is niet niks.
Zoals u weet zijn de aanslagen, de terreur en de drugsmaffiaoorlog en -gebruik aan elkaar verbonden, met elkaar verweven. Geen drugsmaffia zonder drugsaanslagen, geen drugsoorlog zonder drugshandel en geen handel zonder drugsgebruik. De drugsgebruikers zijn rechtstreeks en onrechtstreeks verantwoordelijk en medeplichtig aan de aanslagen. Het feit dat Antwerpen koploper is voor cocaïnegebruik in Europa, zo blijkt uit een studie over 120 steden in 21 landen, heeft natuurlijk te maken met de beschikbaarheid van drugs in Antwerpen. Dat is een eerste punt. Het is een havenstad, er is invoer. Maar het heeft ook te maken met de banalisering van drugs. Het nieuwe normaal is het gebruik van cocaïne in het uitgaansleven en zeker bij jongeren. Daar heeft het stadsbestuur en deze regering en zeker u als minister van Welzijn een belangrijke rol in te spelen. Wil nu toch dat de burgemeester van Antwerpen, voorzitter, ...
Ik ben niet de burgemeester van Antwerpen.
Wat niet is, kan nog komen.
De burgemeester van Antwerpen heeft deze week uitdrukkelijk verwezen naar de minister van Welzijn. Hij zei dat u ermee bezig bent, dat er een grote sensibiliseringscampagne komt, dat u die samen gaat uitwerken. Dit kan niet beperkt blijven tot Antwerpen, heel Vlaanderen moet hierbij betrokken zijn.
Mijn vraag is logisch: waar blijft die campagne, en wat komt ervan? (Applaus bij het Vlaams Belang)
Minister Crevits heeft het woord.
Dank u wel, collega. Ik heb uiteraard ook de nieuwe cijfers gezien. Ik wil eerst en vooral melden dat we in Vlaanderen heel wat middelen investeren in de preventieve gezondheid, en dus ook in de strijd tegen drugs en tegen de inname van drugs.
Ik heb onmiddellijk nadat de cijfers bekend werden, samengezeten met de mensen van het Vlaams expertisecentrum Alcohol en andere Drugs (VAD). Zoals u weet, is dat ons kennisinstituut in verband met allerhande verslavingszaken, onder andere ook alcohol en drugs. Ik dacht namelijk aanvankelijk: nu gaan we een grote campagne doen, overal, om in de kijker te zetten hoe slecht drugs zijn, en wat de effecten van drugs zijn. VAD heeft me dat ten stelligste afgeraden. Ze hebben gezegd dat dit het slechtst denkbare is wat je kunt doen. Als je dat doet, dan geef je de indruk dat het overal zit, en dan ga je mensen bijna stigmatiseren, omdat ze denken dat het abnormaal is als ze geen drugs nemen. Ze zeiden: “Doe dat vooral niet. Integendeel, ga heel gericht op zoek waar de grote gebruikers zitten, en maak kennisclips om die gebruikers aan te spreken op de plaatsen waar ze zich bevinden, heel gericht.”
Ik heb daarop een brief gekregen van de burgemeester van Antwerpen, Bart De Wever, die mij dezelfde vraag stelde. Mijn mensen hebben deze week nog – of de week ervoor – samengezeten om elkaars methodieken te bekijken. De burgemeester heeft absoluut niet gelogen: er is afgesproken om samen aan de slag te gaan, maar niet onder het mom van een grootschalige affichecampagne of iets dergelijks. Wel heel gericht en gefocust op de vraag: hoe kun je ontradend werken op die plaatsen en bij die groepen waarvan je weet dat er drugs aanwezig zijn? Hoe kun je dieper ingaan op de plaatsen waar gebruik van drugs zoals cocaïne bijna genormaliseerd is? We laten ons daarbij uiteraard adviseren door VAD, want zij hebben echt ontzettend veel expertise op dat terrein. Daar zijn ook budgetten voor vrijgemaakt, en dat zal nu in de komende periode worden uitgerold.
Maar als u verwacht dat er een heel grote affichecampagne of zoiets komt, dat zal het niet zijn. Dat is ook doorgesproken met de experten, en ook met de mensen van het Antwerpse stadsbestuur.
Tot slot, collega Dewinter, u ziet hier misschien een rare vlek op mijn arm. Dat is geen huidaandoening, maar wel ‘Zoek Gezond’. Dat is een nieuwe app die vandaag gelanceerd wordt om mensen correct te informeren over allerhande aandoeningen die je kunt hebben. Als u daarin de woorden ‘drugs’ of ‘verslavingsmiddelen’ gaat intikken, dan zult u daar heel correcte informatie over vinden. Het wil eigenlijk vermijden dat mensen op ‘doctor Google’ allerlei soorten uitleg gaan zoeken voor allerhande problemen die ze hebben. Ik zou u, en iedereen die hier is, dus aanraden om die app ter harte te nemen. Het zal u misschien verlossen van allerhande ingebeelde kwalen. (Applaus van Brecht Warnez)
De heer Dewinter heeft het woord.
Minister, ik geef u uiteraard het voordeel van de twijfel; we zullen wel zien wat die campagne zal opleveren. Maar ik durf toch vraagtekens te plaatsen bij het feit dat men zo terughoudend is wanneer het gaat over het gebruik van drugs. Zeker bij jongeren is het zo wijdverspreid dat het niet meer gaat over kleine groepen of doelgroepen en dergelijke. Het is in feite het nieuwe normaal geworden bij heel wat jongeren, zeker in de horeca en het uitgaansleven. Het is die normalisering, die banalisering van drugs, die we moeten tegengaan.
Ik vind het een beetje raar dat u zegt: het gaat niet lukken, we moeten het anders aanpakken, het gaat de indruk wekken dat … Neen. Wat dan met de campagnes die we succesvol gevoerd hebben ten aanzien van nicotine, het roken in cafés, in de horeca? Er was ook veel protest, maar het is uiteindelijk allemaal succesvol geweest, met een enorme daling van het aantal rokers tot gevolg. Dat is een goede zaak voor de volksgezondheid.
Als ik zie hoeveel campagnes er gevoerd worden over discriminatie en racisme. Iedere week een nieuwe. Grote affiches, advertenties, het kan niet op. Maar met drugs zijn we voorzichtig, daar moeten we opletten dat we niemand choqueren, dat we de juiste groep bereiken, en dergelijke meer. Zou het kunnen dat politieke partijen voor een stuk schrik hebben van hun achterban, en dat druggebruik nu eenmaal zo wijdverbreid is dat men niemand meer voor het hoofd durft of wil stoten. Ik wil daar toch voor waarschuwen. (Applaus bij het Vlaams Belang)
De heer Annouri heeft het woord.
De vraagsteller heeft gezegd dat Antwerpen iets heeft met lijstjes. Ik vrees dat Antwerpen ook een probleem heeft met lijntjes. Dat blijkt ook uit die residucijfers. Minister, een eerste bedenking: ik heb ooit al eens een vraag gesteld over die residucijfers en er is me toen verteld dat je niet een-op-een het verband mag leggen met gebruik. Is dat nu wel of niet het geval? Want daar zou ik meer informatie over willen hebben. Dat neemt hoe dan ook niet weg dat cocaïnegebruik in onze stad en in Vlaanderen een heel groot probleem is. Mijnheer Dewinter, u verwees ook in de gemeenteraad naar tabak en roken. Het probleem is dat tabak en roken legaal was en dat daar een campagne een andere impact heeft. Dit gaat over een illegale substantie die niet mag en die u wilt proberen te verbannen. Dat is natuurlijk een andere aanpak die nodig is.
Maar bij mij blijft de vraag wel voor een stuk overeind: minister, zal die campagne, die nodig is – en goed dat u daarvoor met VAD gaat samenwerken – wel voldoende zijn, als het gebruik zo gepenetreerd is in de horeca, het uitgaansleven, de politiek en overal? Uw partijvoorzitter heeft zelf aangehaald dat hij niet naar een feest kon gaan of er was iemand aan het slikken of snuiven. Is zo’n campagne dan voldoende? Ik denk het niet. Welke andere stappen kunnen we vanuit Vlaanderen zetten om ervoor te zorgen dat dat gebruik voor een stuk wordt tegengegaan? Want ik vrees dat een campagne alleen een tikkeltje naïef is en onvoldoende resultaat zal hebben.
Minister Crevits heeft het woord.
Bedankt voor de aanvullende vragen, collega’s. Eerst en vooral: collega Annouri, het is goed dat u de vraag stelt. Die cijfers in het water zijn inderdaad niet alleszeggend. Uit de laatste leerlingenbevraging in schooljaar 2020-2021, krijg je minder dan 1 procent gebruik van illegale drugs. Als we kijken naar de algemene drugsgebruikscijfers, dan moeten we toch wel nuanceren dat dat het nieuwe normaal zou geworden zijn. Als je ook de verhouding met alcohol bekijkt, dan is dat enorm. Ook het verschil met roken is nog altijd enorm groot. Maar ik ontken niet dat er een probleem is, absoluut niet. Ik ben de laatste om dat te ontkennen.
Mijn eerste, intuïtieve actie toen ik die cijfers zag – want dat stijgt toch wel lichtjes – was: komaan, we gaan erin vliegen en we gaan overal agressief campagne voeren. Ik lees letterlijk wat VAD zegt, en je kunt die niet gaan beschuldigen dat ze braaf zijn. Die mensen zijn heel verstandig, weten waar ze mee bezig zijn. En zij zeggen dat een brede, algemene campagne over cocaïne zonder meer, cocaïne nog verder zou normaliseren. Mensen die geen cocaïne gebruiken en dat in hun omgeving ook niet zien doen, gaan zich stilaan een uitzondering voelen. En we weten dat, als mensen het idee hebben dat een groot deel van de bevolking een product gebruikt, de drempel voor hen lager wordt. Die socialenormeffecten zijn zeer bepalend voor preventie. VAD zegt dus dat als je dat doet, je een tegengesteld resultaat krijgt en het nog meer genormaliseerd zou worden. Wie ben ik om hen tegen te spreken? Dat nemen we nu dus ook met de mensen van de stad Antwerpen door, want dat is contra-intuïtief aan mijn eerste aanvoelen om er een lap op te geven. Ik denk ook dat het logisch dat je denkt dat we dat moeten tonen.
Maar het tweede punt is ook om mensen te confronteren met de effecten. Vandaar dat men op twee sporen werkt: als eerste heb je de kennisclips, die tonen welk effect het heeft en hoe je mensen kunt helpen om ervan af te raken. Want het is ook een gewoonte die je creëert. En twee: een breder cocaïneproject waarbij samen met de sectoren horeca, uitgaansleven, hoger onderwijs en werk, cocaïne veel explicieter opgenomen wordt in het algemene alcohol- en drugsbeleid. Tot nu bleef het – collega Dewinter gaf het ook een beetje aan – verborgen. Men had het over alcohol en over drugs, maar cocaïne zelf werd minder benoemd, en dat willen we nu veel meer gaan doen, om zo tot die nieuwe preventiemethodiek te komen. VAD heeft ook echt wel geadviseerd om op een andere manier te gaan werken, om cocaïne veel meer in die focuscampagnes mee te pakken, maar ze blijven zeggen om niet heel breed te gaan, omdat dat het omgekeerde effect zou hebben.
De heer Dewinter heeft het woord.
Er zijn gezaghebbende organen wereldwijd die dat gebrek aan nut van dergelijke campagnes toch wel tegenspreken. Ik denk aan United Nations Office on Drugs and Crime (UNODC) en The Office of National Drug Control Policy (ONDCP), die grootschalige campagnes voeren die vooral gericht zijn naar die doelgroepen die gevoelig zijn, bijvoorbeeld in het uitgaansleven of jongeren, om zo de normalisering van drugs, die de nieuwe alcohol en nicotine zijn geworden, tegen te gaan. Het gedoogbeleid dat op dit moment gevoerd wordt ten aanzien van horecazaken die drugs tegen beter weten in tolereren omdat ze anders een deel van hun cliënteel verliezen, mogen we niet onderschatten en onder de mat vegen.
Ik ken nogal wat jongeren, waaronder mijn eigen kinderen, die mij zeggen: “Papa, in Antwerpen uitgaan op een lijn coke is goedkoper dan een hele avond cocktails, witte wijn of bier of wat dan ook bestellen. Voor vijftig euro zijn we gesteld.”
Dat is de realiteit, minister. Dat is de realiteit van vandaag in een grootstad zoals Antwerpen. En welke horecazaak kan daaraan weerstaan, wil ze nog overleven? Om duidelijk te maken dat ze dat niet tolereren? Ook die horecazaken zouden we actief moeten ondersteunen in het nee zeggen tegen drugs. Ook dat gebeurt niet, of althans veel te weinig. (Applaus bij het Vlaams Belang)
De actuele vraag is afgehandeld.