Verslag plenaire vergadering
Verslag
Opheldering over de stand van zaken
Mijnheer Janssens, ik kan u alleen maar melden dat betreffende het onderwerp dat u hebt aangesneden, uw ergernis ook de mijne is en wellicht die van ieder van ons. Maar ik wijs erop dat de Nederlandstalige rechtbank van eerste aanleg te Brussel op 27 maart jongstleden een vonnis uitsprak – op tegenspraak overigens – waarbij een voorlopige regeling in de loop van de procedure werd getroffen die op dit moment helaas niet vatbaar is voor hoger beroep. De zaak ten gronde werd voor pleidooien uitgesteld naar de zitting van 13 november 2023 om 14 uur.
Mag ik er trouwens op wijzen dat, indien wij het tussenvonnis niet zouden uitvoeren, het Vlaams Parlement dwangsommen zou moeten betalen van 250 euro per dag, die overigens rechtstreeks ten goede komen aan mevrouw El Kaouakibi. Dat zou een maandelijks bedrag betekenen van ongeveer 7500 euro, te betalen door het Vlaams Parlement aan mevrouw El Kaouakibi.
Wat wel kan – indien het Bureau van het Vlaams Parlement daar in de toekomst over beslist –, is het aantekenen van hoger beroep, wanneer een slotvonnis dat in het verlengde zou liggen van het tussenvonnis – dat is allemaal nog af te wachten – geveld zou worden. Dat is het enige wat we daaromtrent vandaag kunnen besluiten.
Het incident is gesloten.