Verslag plenaire vergadering
Verslag
Algemene bespreking
Dames en heren, aan de orde is het ontwerp van decreet houdende machtiging tot oprichting van het privaatrechtelijk vormgegeven extern verzelfstandigd agentschap Vlaams Datanutsbedrijf in de vorm van een naamloze vennootschap.
De algemene bespreking is geopend.
De heer D’Haese heeft het woord.
Bedankt, voorzitter. Ik ga zeer kort in op dit ontwerp van decreet. Het is goed dat er wordt ingezet op digitalisering om administratieve lasten te verlagen, maar we zijn er uiteraard van overtuigd dat de idee om dat Datanutsbedrijf eerst op te richten in de handen van de overheid om het dan later te privatiseren, een slecht idee is. Het is veel beter dat de overheid die taak zelf opneemt, zodat de bevolking een beslissende rol kan opnemen als het gaat over haar eigen gegevens. Zo gooien we die gegevens niet te grabbel aan de willekeur van de vrije markt.
Wij zijn niet de enigen die daar bedenkingen bij hebben; ook de Sociaal-Economische Raad van Vlaanderen (SERV) en de Gegevensbeschermingsautoriteit zijn heel erg bezorgd over de bescherming van de privacy. De Gegevensbeschermingsautoriteit stelt dat het ontwerp van decreet onvoldoende waarborgen biedt op het vlak van gegevensbescherming, en dringt er bij de aanvrager op aan het ontwerp van decreet grondig te herwerken. Wij dringen daar ook op aan, en zullen daarom tegen stemmen.
De heer Gryffroy heeft het woord.
In tegenstelling tot collega D’Haese zal onze fractie volmondig “ja” stemmen op dit ontwerp van decreet. Waarom? Het Vlaams Datanutsbedrijf beschouwen wij als een neutrale derde partner tussen de overheid en de private sector, om op een veilige manier data te kunnen delen. Dat is belangrijk, om zo het vertrouwen van de burgers te vergroten als je data deelt. En dat zal dan gebeuren via persoonlijke datakluizen. Met dit systeem zullen we de veiligheid verhogen, zullen we de privacy kunnen garanderen, is er controle via een overzicht van data, en is er ook toestemming om data te gaan delen.
Het doel is inderdaad om data beter vindbaar, bruikbaar en uitwisselbaar te maken, om vernieuwende initiatieven en economische en maatschappelijke welvaart te stimuleren. Dit vormt trouwens een onderdeel van het relanceplan Vlaamse Veerkracht. Wij steunen dit volmondig.
De heer Vandenhove heeft het woord.
Collega’s, ik kan heel kort zijn. Wij zullen ons onthouden op dit ontwerp van decreet. Het is inderdaad goed dat de Vlaamse Regering deze instantie opricht, maar de redenen om ons te onthouden zijn dubbel. Ten eerste is er het feit dat de opmerkingen komen van zowel de Gegevensbeschermingsautoriteit als van de Vlaamse privacycommissie, wat het privacygedeelte betreft. Ten tweede is er uiteraard het feit dat er nu al aangekondigd wordt dat als de instantie goed werkt, er dan commerciële partners aan bod zullen kunnen komen, en dat de zaak geprivatiseerd zou worden. Daarom onthouden wij ons, want wat punt twee betreft, zijn wij de voorlopers in Europa. Als de overheid iets heeft wat goed werkt, dan moet dat zeker niet geprivatiseerd of gecommercialiseerd worden.
De heer De Roo heeft het woord.
Met de cd&v-fractie zullen wij dit ontwerp van decreet steunen. Onze samenleving digitaliseert zeer snel, en met dit ontwerp van decreet maken wij een strategische keuze om data te laten stromen, om zo onze economie er effectief verder bovenop te helpen, en verder te stimuleren.
Burgers die dat willen – het is een niet-verplicht systeem – zullen via datakluizen en datasluizen hun gegevens of een deel van hun gegevens kunnen delen met bedrijven en verenigingen. Dat is de toekomst en iets waarop we moeten inzetten.
Het is belangrijk dat de overheid er hier voor kiest om een neutrale partner te zijn die ervoor zorgt dat zowel de privacy als de controle en de veiligheid gewaarborgd zijn. Mijn fractie spreekt zich positief uit ten aanzien van een veilige data-uitwisseling met beslissingsrecht bij de burger.
Mevrouw Blancquaert heeft het woord.
Collega’s, wij vinden het uiteraard een goede zaak dat de Vlaamse overheid dergelijke initiatieven neemt want steeds meer Vlamingen maken zich terecht zorgen over data die in handen komen van private techbedrijven, en dan voornamelijk buiten Europa, en over het eventuele misbruik daarvan. Wij, als toch wel vrijheidminnende partij, vinden het ook positief dat de finale beslissing inzake het opslaan en ontsluiten van de data steeds bij de burger zelf blijft liggen. Baas over eigen data: dat is voor ons essentieel.
Toch zullen wij ons onthouden op dit ontwerp van decreet want ook na de commissiebesprekingen blijven er te veel fundamentele vragen onbeantwoord. De fundamenteelste bedenking is dat het Datanutsbedrijf op een enorme berg data zal zitten. Dat schept niet alleen kansen maar het creëert ook enorm veel gevaren. Dan hoor ik minister-president Jambon in de commissie letterlijk zeggen dat hij – ik citeer – “niet 100 procent kan garanderen dat de data niet in verkeerde handen geraken”. Als de overheid alle data van burgers wil verzamelen op één plaats, lijkt het ons essentieel dat diezelfde overheid en dat Datanutsbedrijf kunnen garanderen dat die data niet in verkeerde handen vallen.
Een tweede fundamentele vraag waarop we opnieuw geen antwoorden hebben gekregen, is die over de privésector. De minister-president is blijkbaar van mening dat het Datanutsbedrijf initieel het best in overheidshanden blijft, maar dat het – en ik citeer opnieuw – “door de privésector moet worden verdergezet”. Ik weet dat onze vrienden van de N-VA liefhebbers zijn van privatiseringen, maar het lijkt mij toch verre van een gezonde situatie dat private tech- of andere bedrijven een voet binnen zouden hebben in een datanutsbedrijf dat alle data beheert. Dat lijkt ons de kat bij de melk zetten. Een dergelijk ambitieus project, dat de intentie heeft om alle gegevens van de burgers te verzamelen hoort, wat ons betreft, in publieke handen te blijven. De minister-president maakte in zijn toelichting van dit ontwerp van decreet herhaaldelijk de vergelijking tussen energie en data. Welnu, minister-president, laat ons dan die vergelijking doortrekken: ook op het vlak van energie hadden we misschien toch beter een en ander in publieke handen gehouden.
Voorzitter, als laatste punt en daarbij aansluitend: om dezelfde redenen achten wij het zeer aangewezen dat over het beheer van het Datanutsbedrijf op regelmatige basis verslag wordt uitgebracht aan het Vlaams Parlement. Artikel 3 van het ontwerp van decreet voorziet weliswaar dat elke statuutwijziging moet worden meegedeeld aan het parlement, maar ik ben van oordeel dat het toezicht van de democratische volksvertegenwoordiging niet daartoe beperkt mag blijven.
Om die redenen zullen wij ons dan ook onthouden. (Applaus bij het Vlaams Belang)
De heer Rzoska heeft het woord.
Collega’s en minister, ik wil toelichten en onderbouwen waarom wij ons zullen onthouden. Wij hebben ons ook onthouden in de commissie. Ik heb daar de redenen uiteengezet.
Langs de ene kant vinden we het belangrijk dat data van mensen op een goede manier worden beheerd en zien we in dat Datanutsbedrijf wel een aantal opportuniteiten die toch wel van belang zijn. De maatschappij evolueert razendsnel op dat vlak.
Wij hadden ook wel wat vragen bij het beheer. Wat ons noopt tot die onthouding, heeft vooral te maken met het feit dat Digitaal Vlaanderen volgens ons daar een ideale partner in is en eventueel zelfs degene is die dit op zich zou kunnen nemen. We zijn niet zo gewonnen om nog eens een extra poot op te bouwen naast Digitaal Vlaanderen. Er is al heel veel versnippering, ook binnen de Vlaamse administratie. Extra versnippering lijkt ons vandaag niet de juiste weg. Vandaar de onthouding.
Vraagt nog iemand het woord? (Neen)
De algemene bespreking is gesloten.
Artikelsgewijze bespreking
Dames en heren, aan de orde is de artikelsgewijze bespreking.
De door de commissie aangenomen tekst wordt als basis voor de bespreking genomen. (Zie Parl.St. Vl.Parl. 2022-23, nr. 1424/3)
– Artikel 1 tot en met 39 worden zonder opmerkingen aangenomen.
De artikelsgewijze bespreking is gesloten.
We zullen straks de hoofdelijke stemming over het ontwerp van decreet houden.