Verslag plenaire vergadering
Actuele vraag over de evaluatie van kinderopvanginitiatieven
Actuele vraag over het behandelen van oude meldingen over gevarensituaties in de kinderopvang
Verslag
Er zijn blijkbaar ook een aantal heel erg jonge Vlamingen die vanop de publieke tribune hun interesse tonen voor de volgende actuele vragen.
Mevrouw Groothedde heeft het woord.
Minister, er zijn nog 25 mensen over op de dienst bij Kind en Gezin die alle kinderdagverblijven moeten opvolgen. Zij moeten die niet alleen controleren, maar ook persoonlijke en brede opvolging bieden.
Tijdens de onderzoekscommissie, in juli, vond elke partij het schandalig dat die mensen die opvolging moesten bieden aan 223 kinderdagverblijven per persoon. Maar ondertussen zijn het er nog meer: 252 dossiers per persoon! Wie kan dat?
De Vlaamse Regering heeft na de onderzoekscommissie beloofd dat ze investeringen zou doen, zodat Kind en Gezin en Zorginspectie, en ook de kinderopvang, goed werk kunnen leveren. Maar van het nodige budget krijgt Kind en Gezin nu zo’n 60 procent. Ik houd mijn hart vast, samen met u, denk ik. De kinderopvang zit op zijn tandvlees, maar moet nu van de Vlaamse Regering betere kwaliteit leveren. Het agentschap kan niet meer. Het stroomt leeg, maar moet nu een herevaluatie geven van alle klachten en meldingen die er de afgelopen jaren zijn binnengekomen. Dat is terecht, wij hebben daar ook om gevraagd. Maar dat is een enorme taak om uit te voeren. Dat is onmogelijk met het team dat daar vandaag zit.
Zorginspectie moet op volle toeren inspecteren. Vrijdag staat de uitbreiding van Zorginspectie op de planning van de Vlaamse Regering. Zal dat genoeg zijn? Wie weet het, maar dit voorspelt niet veel goeds.
De kwaliteit in de kinderopvang moet dus stijgen. De kwaliteit bij Kind en Gezin moet stijgen. De kwaliteit bij Zorginspectie moet stijgen. De Vlaamse Regering krabbelt echter terug als het gaat over de investeringen in de kinderopvang. De kinderopvang moet werken met onhoudbare normen, met negen kinderen met persoon. De kinderopvang is goedkoop voor de Vlaamse Regering, maar zeer duur voor ouders, kinderen en kindbegeleiders.
Minister, hoe wilt u de herevaluatie gedaan krijgen met deze zeer lage bezetting? Hoe gaat u vanaf nu de kindbegeleiders werkbaarder werk geven? Ook daar is er immers een leegloop van het beroep, verliezen we heel kostbare mensen. Hoe gaat u verder de leegloop van zowel de administratie als de kinderopvang stoppen? Heel Vlaanderen en heel Brussel wachten op uw initiatieven, zelfs vanop de tribune. (Applaus bij Groen en de PVDA)
De heer Daniëls heeft het woord.
Minister, collega’s, gisteren hebben we tot diep in de avond een heel uitgebreid debat gehad over dit belangrijke thema. Ik stel ook vast dat jonge kinderen zelfs in stilte kunnen volgen, omdat dit thema dermate interessant is. Dat had ik nooit gedacht.
Dit komt vandaag opnieuw aan bod. Minister, het is goed dat we dit vandaag ook nog eens in de plenaire vergadering kunnen brengen. Ik heb gisteren tijdens de gesprekken ook genoteerd dat er 119 mensen extra worden aangeworven. Ik heb ook genoteerd dat er 115 miljoen euro bij komt, in de trappen, maar ook voor het uitbreidingsbeleid. Dat zijn extra plaatsen in de kinderopvang die we nodig hebben opdat mensen zouden kunnen gaan werken en hun kinderen in de opvang zouden kunnen zetten. Minister, ik heb gisteren ook geleerd uit uw antwoord dat de ouders sterk worden meegenomen. Als de opvang wordt gesloten, stuurt men hun niet langer een brief, maar krijgen ze ook toelichting op een vergadering. Dat was ook een expliciete vraag uit onze fractie. Ik heb gisteren ook geleerd dat er overleg met de sector is om ervoor te zorgen dat men die verslagen, die informatie openbaar maakt. Ook dat was een vraag uit onze fractie die tegen 19 december wordt omgezet.
Dat zijn toch allemaal stappen. Mevrouw Groothedde, u kunt toch niet zeggen dat er niets is qua budgetten of personeel, want dat is gewoon niet juist.
Minister, ik heb wel nog een vraag, ook naar aanleiding van de dossiers waarover we ook vandaag in de krant lezen. U zei gisteren dat u dat moest nagaan. Misschien is er ondertussen al meer info over. Dat gaat over dossiers waarvan we vandaag vaststellen dat er een probleem is en waarvan we ons afvroegen of de andere vestigingsplaatsen automatisch worden meegenomen. Worden de vroegere locaties van dezelfde uitbaatster of uitbater ook automatisch opnieuw bekeken om te zien of er daar al meldingen waren, zodat we een volledig overzicht hebben, en niet alleen van de plaats waarover er vandaag een klacht is?
De heer Anaf heeft het woord.
Collega’s, minister, de kinderopvang is in een diepe crisis. Dat is niet nieuw. De schrijnende verhalen uit de kinderopvang blijven maar komen, ook vorige week nog. We hebben met zijn allen kunnen vaststellen dat deze Vlaamse Regering en cours de route de controle ter zake compleet is kwijtgeraakt. Hoe vaak hebben we nu met zijn allen gevraagd om die paar opvanginitiatieven waar het echt fout liep aan een grondige herinspectie te onderwerpen? We hebben dat gedaan in 2020. Het gebeurde niet. In 2021 verschillende keren. Het gebeurde niet. Zelfs tijdens de onderzoekscommissie gebeurde het niet. Vorige week merkten we dat het zelfs na de onderzoekscommissie blijkbaar nog maanden moest duren voor zulke initiatieven uiteindelijk werden gesloten.
Eind vorige week heeft, na Wouter Beke, dan ook de topambtenaar van Kind en Gezin ontslag genomen. Ik denk dat dat onvermijdelijk was. Kind en Gezin had zeker veel meer moeten doen, ze hadden veel sneller aan de alarmbel moeten trekken. Maar laten we ook eerlijk zijn: als er eerst jarenlang wordt bespaard op een administratie, dan moet men achteraf natuurlijk ook niet verrast zijn als ze dat niet goed kan opvolgen, als ze te weinig mensen heeft om die dossiers op te volgen, als er te weinig inspecteurs zijn. Dat hebben we ook samen vastgesteld in de onderzoekscommissie. Meer doen met minder, dat is natuurlijk gemakkelijk, maar dat stopt ergens. Dat stellen we vast in de kinderopvang. Dat hebben we ook vastgesteld wat PFOS (perfluoroctaansulfonaat) betreft. Op een bepaald moment kom je op een punt dat zelfs je meest belangrijke kerntaak, het beschermen van je meest kwetsbare inwoners, onze kinderen, in het gedrang komt.
En het gaat natuurlijk ook veel breder. Het beleid faalt. Het beleid in de kinderopvang is in diepe crisis. Ouders zijn terecht ongerust. Ze zijn hier niet voor niks, en inderdaad met kinderen die ongelooflijk flink hier heel die zitting kunnen volgen. Dat zouden die van mij niet kunnen.
En ook de mensen in de sector zelf hebben er genoeg van. Ze klagen al jaren aan dat het gewoon onmogelijk is om kwaliteit te bieden en om voor zoveel kindjes tegelijk te zorgen. Ook in deze begroting staat er eigenlijk heel weinig om daar iets aan te veranderen. Er is eigenlijk geen perspectief. Die werkdruk gaat even hoog blijven, terwijl er heel dringend moet worden ingegrepen, omdat er anders nog veel meer mensen de sector gaan verlaten, omdat anders nog veel meer kinderopvanginitiatieven de deuren gaan sluiten. Als je dat niet inziet, moet je stekeblind zijn. Wij maken ons daar enorm veel zorgen over. Ouders maken zich daar zorgen over, kinderen maken zich daar zorgen over, de mensen uit de sector maken zich daar zorgen over.
De cruciale vraag is: wat gaat u doen om die crisis in de kinderopvang op te lossen? En wat gaat u doen om minstens die kerntaak, het beschermen van onze kinderen, te garanderen? (Applaus bij Vooruit, Groen en de PVDA)
Minister Crevits heeft het woord.
Dank u wel, collega’s, voor de vragen.
Sta mij toe om, vooraleer ik mijn antwoord start – dat hier deze namiddag in een notendop gegeven mag worden –, mijn oprechte dank uit te spreken voor de collega’s die gisteren tussen 14 uur en 21 uur de moeite gedaan hebben om dit debat in het parlement te voeren. (Applaus)
En ja, collega Groothedde, uw vraag is gisteravond zowel door mij als door de heer Vanobbergen beantwoord. (Applaus bij de meerderheid en het Vlaams Belang)
Maar ik wil het heel graag nog eens overdoen. Want ik heb sinds deze ochtend – en alle mensen die spreken over een crisis in de kinderopvang moeten daar toch eens goed over nadenken – zaken zien verschijnen op sociale media zoals “Crevits bespaart de helft op de administratie” of “De administratie wordt gehalveerd”. Collega’s, dit is volstrekt onjuist. Ik ga vrijdag naar de Vlaamse Regering met een dossier om 119 extra mensen aan te werven, zowel bij het agentschap Opgroeien als bij de inspectie. 119 mensen. (Applaus bij de meerderheid)
En daarenboven, collega’s – dat wil ik er ook wel bij zeggen, omdat ik wat verbaasd was over bepaalde uitlatingen als zou de administratie zelf niet gelukkig zijn met deze investering –, als mijn mensen natuurlijk niet gelukkig zijn met wat we willen doen, dan ga ik niet naar de regering. Dat is simpel voor mij. Dus ik heb zowel aan de voormalige grote baas van Opgroeien als aan de huidige grote baas nog eens gevraagd of dat voor hen oké is. Ik heb zelfs een bedankingsmail gekregen van de vorige leidinggevend ambtenaar. Ik heb vanmorgen ook nog eens de expliciete steun en het oprechte engagement van Bruno Vanobbergen gekregen, die zegt dat het voor hen wezenlijke zuurstof is waarmee ze absoluut bakens willen en zullen verzetten. Het personeelsplan is door henzelf opgemaakt, dus ik steun hen ook absoluut om datgene wat ze gekozen hebben, uit te voeren, collega’s. Laat daar geen discussie over zijn.
Zou het kunnen dat er nog extra’s nodig zijn? Daarop, collega Groothedde, wil ik zeker positief antwoorden. Ik heb dat gisteren ook in het parlement gezegd. Als er zorgen zijn of als ik de komende maanden zou horen dat er een overrompeling is aan kandidaten die bij ons willen komen werken en die willen komen helpen, en dat er eigenlijk nog extra mensen nodig zijn, zal ik de regering zeker opnieuw vatten om die extra personeelsleden te vragen, zelfs te eisen. Want u hebt een punt, collega’s, er is een crisis, ook in onze administratie. De mensen moeten nu, zoals collega Anaf terecht zegt, een herevaluatie doen en er ondertussen voor zorgen dat het schip blijft varen. Ze mogen dus, wat mij betreft, nu al, of gisteren al, die aanwervingen starten, en ze weten dat ook. Dus, volle steun om vanuit een crisis naar een goede situatie te stappen.
En collega’s, het is inderdaad een heel grote uitdaging. Ik heb mij vorige week naar aanleiding van het actualiteitsdebat, hier in dit parlement, geëxcuseerd bij twee groepen mensen. Ten eerste bij alle ouders, omdat we als overheid verkeerde informatie verschaft hebben. Gisteren is ook uitleg gegeven over wat daaraan verbeterd zal worden, en ik reken erop dat dat ook gebeurt. Maar ten tweede ook bij alle mensen in de kinderopvang die fantastisch werk leveren, zoals de opvangmama van mijn kleindochter en mijn kleinzoon. Dat moeten we ook blijven zeggen. (Applaus bij de meerderheid)
Maar collega’s, en in het bijzonder de collega’s van de parlementaire onderzoekscommissie, ik was ook zeer ontgoocheld. Ik was ontgoocheld omdat jullie terecht een aantal dossiers – ik kijk ook naar collega Saeys, die hier vandaag niet vooraan staat om nog eens de vraag te stellen – overgemaakt hebben aan het parlement. Ik heb ook moeten vaststellen dat ik er geen spoor van terugvond dat die met bijzondere urgentie aangepakt zijn. Dat is zo. Ik ben er ook open in geweest. Dat is aangepakt.
Collega Anaf, ik heb u gisteren ook gezegd dat de lijst waarover we het hebben, drie zaken betreft: de dossiers waarin men zich burgerlijke partij gesteld heeft, de dossiers die jullie aangebracht hebben en de dossiers die op een of andere wijze in een handhavingstraject zitten. Dat wil niet zeggen dossiers die geschorst of gesloten zijn, maar waar veel klachten zijn, waar we voelen dat er een probleemsituatie is. Dat vormt nu de bewegende lijst. Ik maak ook afspraken met de parlementsvoorzitter dat er een manier gevonden kan worden om de parlementsleden daarover inzage te geven.
Maar dat betekent – en collega Daniëls heeft dat niet gezegd – dat vanaf nu en ook sinds enige tijd het voorzorgsprincipe ook consequent toegepast wordt. Dat betekent dat, als de veiligheid van kinderen in gevaar is, er opgetreden wordt. Dat vraagt een cultuuromslag. Maar dat vraagt naast een cultuuromslag, beste collega’s, vooral ook een veel betere communicatie met de ouders. De heer Bruno Vanobbergen heeft gisteren gezegd dat, als er nu bepaalde initiatieven geschorst of gesloten worden, men in dialoog wil gaan met de ouders en men daar veel meer in wil investeren. Dat vraagt ook menskracht om dat te doen, maar het lijkt me elementair en respectvol ten opzichte van de ouders.
Collega Daniëls, u had het erover: als je één initiatief hebt, quid het andere? Ik ga hier vandaag geen namen noemen. Bij een van de probleemsituaties was het een familie-evenement. Je hebt crèche één, de mama, créche twee, de dochter, en créche drie, de zoon: allemaal aparte natuurlijke personen. Je kunt daar niet zomaar die links leggen want het is best mogelijk dat familieleden los van elkaar initiatieven nemen. Maar wat u voorstelt, is inderdaad de bedoeling, om dat op deze wijze te doen. U weet dat er wat problemen waren rond de toegang tot oude dossiers. Dat wordt softwarematig opgelost.
Tot slot, collega Groothedde, collega Anaf en bij uitbreiding alle collega’s, de parlementaire onderzoekscommissie Kinderopvang heeft aan mij zeer duidelijk de opdracht gegeven om een vergelijkend onderzoek te doen naar de kindratio. Dat zal ook gebeuren. Op 29 november zitten we daarrond samen. Laat me hier ook heel duidelijk in zijn: het is absoluut de bedoeling om na de enorme investering van 115 miljoen euro in 2023 daar een vervolg aan te breien om onze kinderopvang in Vlaanderen weer helemaal gezond te maken. (Applaus bij de meerderheid)
Mevrouw Groothedde heeft het woord.
Minister, wat u zag verschijnen op sociale media, in de media en op onze kanalen, is dat er minder geïnvesteerd wordt dan gevraagd. Dat bevestigt u ook in uw antwoord. (Opmerkingen bij cd&v)
U zegt dat er 119 mensen – dat hebt u gezegd – bij aangeworven worden. Wel, er waren alleen bij de dossierbeheerders 42 mensen gevraagd. Daar komen dan nog mensen bij Kind en Gezin bij. Is het niet zo dat Zorginspectie alleen al had gevraagd om een investering van 140 mensen? Die 119 kunnen dus nooit de noden dekken. Wat er deze vrijdag op de agenda van de regering staat, zal de facto onvoldoende zijn. Het probleem in de administraties en de kinderopvang begint niet met een probleem dat er te weinig mensen zijn. De omstandigheden zijn onleefbaar. Waarom gaan mensen weg op de dienst van Kind en Gezin en in de kinderopvang? Omdat de omstandigheden onleefbaar zijn. De efficiëntiedrang van deze Vlaamse Regering is zo doorgeschoten dat mensen het niet meer houden. Minister, op dit moment: hoe langer men wacht met die grote inhaalbeweging, die toch gaat moeten komen – want onze hele maatschappij heeft kinderopvang nodig –, hoe duurder de noodmaatregelen en de structurele investering gaan worden. (Applaus bij Groen, Vooruit en de PVDA)
De heer Daniëls heeft het woord.
Minister Crevits, ik voel me aangesproken, want ik was hier samen met u en nog een aantal collega’s tot gisteravond heel laat. Het was geen actuele vraag bij mij, maar een vraag om uitleg die meegezogen werd. Dit terzijde.
Die inspectieverslagen, dat is inderdaad goed, maar vandaag kunnen inspectieverslagen opgevraagd worden onder openbaarheid van bestuur. Dat kan vandaag. Iedereen moet dat dan afzonderlijk doen.
We moeten toch eens bekijken hoe we de inspectieverslagen uit het verleden ook ter beschikking kunnen stellen, samen met wat eraan wordt gehangen: de handhavingsplannen en de stappen die een opvang zet. Omdat – en dat is cruciaal, collega’s – vandaag heel, heel, heel veel opvanginitiatieven het fantastisch doen. Zij mogen niet het slachtoffer zijn van een verdachtmaking, als zou er in elke opvang wel iets mis zijn. Dat is niet het geval. Dat is de reden waarom we met de onderzoekscommissie de lijst hebben gevraagd van initiatieven die in de gaten worden gehouden.
Minister, ik heb nog een bijkomende vraag. Zou het niet zinvol zijn om ons in al die situaties waarover we ons zorgen maken, waar er ernstige aanwijzingen zijn maar geen bewijzen, sowieso burgerlijke partij te stellen, omdat het parket dan meer onderzoeksdaden kan stellen dan uw ambtenaren? Ik denk aan telefonieonderzoek, camerabeelden en dergelijke meer.
De heer Anaf heeft het woord.
Minister, dank u wel voor uw antwoord.
Het punt is natuurlijk dat er de voorbije jaren zoveel werd bespaard op Kind en Gezin en op Zorginspectie, waardoor zij er niet meer in slagen om zelfs hun belangrijkste kerntaak, het beschermen van onze kleinste kinderen, nog te kunnen garanderen. Natuurlijk zijn ze blij dat ze er opnieuw wat personeel bij krijgen. Dat was trouwens een van de belangrijkste aanbevelingen van onze onderzoekscommissie.
Dan wat betreft het opvolgen van de probleemdossiers: het vertrouwen zal terug moeten groeien. Ik heb gisteren een hele uitleg gekregen van het agentschap, over hoe ze dat gaan aanpakken. Maar eerlijk gezegd, als ik dan hoor dat ze na onze onderzoekscommissie die dossiers niet eens hebben vastgepakt, dat er daar geen structurele opvolging van was, dan gaat het toch wel even duren vooraleer ik daar echt in geloof. U zult het alle collega’s die in de onderzoekscommissie zaten wel vergeven dat ze daar elke week vragen over zullen blijven stellen, tot ze zeker zijn dat de veiligheid overal gegarandeerd kan zijn.
We weten, tot slot, allemaal dat de kind-begeleiderratio naar beneden moet. We weten allemaal dat je met zo’n hoge werkdruk niet goed kunt zorgen voor negen kindjes. Minister, ik zie voor het volgende jaar geen enkel perspectief om die ratio naar beneden te laten gaan. Bent u van plan om er deze legislatuur nog in te investeren, om die kind-begeleiderratio naar beneden te laten gaan? (Applaus bij Vooruit, Groen en de PVDA)
Mevrouw Malfroot heeft het woord.
Minister, ik was er gisteren weliswaar niet fysiek bij. Ik had gemeenteraad en kon dus niet tot diep in de avond aanwezig zijn, maar ik heb wel digitaal gevolgd. Ik had niet verwacht dat we hier vandaag een begrotingsdebat zouden voeren. Ik zal mijn speeksel bewaren voor het debat tijdens de begrotingsbespreking.
Minister, ik vind dat u deze week goed hebt gehandeld in de zaak van Mippie en Moppie. U hebt gedaan wat wij hadden gevraagd. U hebt de onrust bij de ouders weggenomen door te sluiten omdat er talrijke klachten waren. U hebt ook gedaan wat de onderzoekscommissie had gevraagd: het voorzorgsprincipe hanteren wanneer blijkt dat er effectief sprake is van kindermishandeling, van het aantasten van de fysieke integriteit van de kindjes.
Minister, ik werd ook aangesproken vanuit de sector zelf. Ik weet dat wij uiteraard de mensen op de werkvloer moeten houden. Die mensen zorgen voor de opvang van de kindjes. Die hebben we nodig. Maar we hebben ook mensen nodig bij de agentschappen. Nu is het vooral van belang dat we de mensen op de vloer kunnen houden. Zij vragen mij of er nu niet te snel wordt gesloten. Minister, gaat u bij de herevaluatie van de probleemdossiers ook rekening houden met de voorgaande klachten, en gaat u ook een procentueel aantal klachten in verhouding nemen? Ik bedoel daarmee: een opvang van tachtig plaatsen gaat procentueel gezien meer klachten krijgen dan een opvang van acht plaatsen. Soms is die afweging zeer moeilijk. Vandaar mij vraag: zult u, om ervoor te zorgen dat de plaatsen in de opvang behouden blijven, procentueel rekening houden met het aantal klachten?
Mevrouw Schryvers heeft het woord.
Tijdens de onderzoekscommissie hebben we allemaal vastgesteld dat een versterking van Opgroeien en Zorginspectie nodig was. Allemaal samen, behalve Groen, hebben we daarom bijkomende medewerkers gevraagd. Daarvoor wordt nu niet minder dan 8,5 miljoen euro bijkomend voorzien, voor in totaal meer dan honderd extra medewerkers. (Opmerkingen van Celia Groothedde en Jeremie Vaneeckhout)
Mevrouw Groothedde, ik vind het eigenlijk gewoon schandalig dat u dan letterlijk het woord ‘besparen’ in de mond neemt en laat uitschijnen naar de sector dat er weinig of niets gebeurt. Zulke leugens – want ik kan het niet anders noemen ... (Applaus bij de meerderheid. Opmerkingen van Celia Groothedde)
Mevrouw Schryvers heeft het woord.
Zulke leugens – want ik kan het niet anders noemen dan leugens – zijn nefast voor het vertrouwen van en in de sector.
De echte vraag is nu niet in eerste instantie of het er voldoende zijn, maar hoe we die mensen op korte termijn gaan vinden.
Met betrekking tot de herevaluaties: ik heb ook, collega's, na de gebeurtenissen van vorige week vastgesteld dat er nog grote onzekerheid is met betrekking tot een aantal initiatieven waar zich in het verleden problemen stelden en ik heb daarom ook vorige week een nieuwe screening gevraagd. De herevaluatie gebeurt. Een aantal sluitingen zullen daar in de komende periode nog het gevolg van zijn. Minister, op welke manier zal ervoor worden gezorgd dat die plaatsen in dezelfde gemeenten kunnen blijven, zodat die ouders zeker zijn van opvang voor hun kindje? (Applaus bij cd&v)
Mevrouw Saeys heeft het woord.
Ik wil ook de ouders en hun kindjes welkom heten. Bedankt voor het engagement om hier op woensdagnamiddag naar ons te komen luisteren.
Ik heb hier vorige week ook gepleit om de lijst te krijgen van oude dossiers die moeten worden herbekeken. Daar zijn inbreuken op de psychische en fysieke integriteit gepleegd. Onderwerp die aan het voorzorgsprincipe. Minister Crevits, u hebt bij het agentschap op de tafel geklopt. Ze gaan nu – gelukkig – de dossiers die wij met de onderzoekscommissie hebben aangeboden, onderzoeken. Dank u wel daarvoor.
Ik hoop alvast dat u heel snel met de voorzitter overleg kunt hebben, zodat we de lijst zeer snel kunnen inkijken om te zien wat er juist met die dossiers gebeurt. Dat lijkt me heel belangrijk. De rotte appels moeten er zo snel mogelijk uit. Dat kan er alleen maar voor zorgen dat het vertrouwen in de sector herstelt. (Applaus bij Open Vld en cd&v)
Mevrouw Vandecasteele heeft het woord.
Mensen van de meerderheid, ik zou toch oppassen om het woord ‘leugenaars’ in de mond te nemen. Het is een feit dat er jarenlang bespaard is op Zorg en Gezondheid. Dat kreeg zelfs een naam: kaasschaaf. Jaar na jaar hebben ze moeten inleveren. Daar hebben we de gevolgen van gezien. We hebben de gevolgen gezien tijdens corona. We zien nu opnieuw de gevolgen bij Zorginspectie en bij Kind & Gezin. Dat is de realiteit. Dat is jaar na jaar gebeurd bij het agentschap. (Applaus bij de PVDA, Groen en Vooruit)
Ik wil de ouders en hun kindjes welkom heten. Ze hebben groot gelijk dat ze van zich laten horen. Minister, ze trekken opnieuw aan de alarmbel. Er gaat bijna geen week voorbij zonder actie van de sector en de ouders rond de kinderopvang. De ouders hier schrijven in hun persbericht dat ze zich laten zien totdat ze gehoord worden. Ze hebben het gevoel dat de realiteit niet tot deze Vlaamse Regering doordringt. Ik kan hen geen ongelijk geven.
De crisis is ongelooflijk diep. Nu vraagt zelfs Voka aan de regering om deftig te investeren in de kinderopvang, omdat ze merken dat ouders steeds vaker moeten thuisblijven omdat de kinderen niet naar de kinderopvang kunnen. Maar u vindt, minister, u vindt dat u genoeg doet. Ik kan er echt niet bij. U noemt de 115 miljoen euro een zeer indrukwekkend bedrag. Minister, de mensen gaan dat niet voelen. De sector blijft erbij dat dat veel te weinig is, dat is oplapwerk. Dat volstaat niet na jaren van onderinvestering. Iedereen zegt – buiten de muren van dit parlement – dat er een turbo nodig is om de jarenlange onderinvestering recht te trekken en dat moet er nog komen in deze begroting. (Applaus bij de PVDA, Groen en Vooruit)
Minister Crevits heeft het woord.
Aangezien iedereen het zegt, ook van mij, een hartelijk welkom aan de ouders en veel plezier aan de kindjes. Het is een lange namiddag om hier zo te zitten. We proberen vriendelijk te spreken.
Ik ga hier geen meerderheid-oppositie-taal spreken. De parlementsleden doen dat fantastisch. Ik zou wel willen vragen om de hele sector niet kapot te communiceren.
U moet zich de mensen in mijn administratie – ik ga daarmee beginnen – nu eens voorstellen. Bruno Vanobbergen zoekt nu mensen die ouders willen begeleiden. Hij moet de mensen gemotiveerd houden, want er is een nieuwe leidinggevend ambtenaar. Hij heeft nog eens gezegd dat hij echt met dat personeelsplan door wil gaan, dat hij er voor 100 procent achter staat. Wat voor zin heeft het nu om te zeggen dat ik eigenlijk aan het besparen ben? Neen, collega Groothedde, dat is niet zo. Het principe is altijd dat iemand komt met een personeelsdossier, waar we samen zijn doorgegaan, zowel inspectie als administratie. We hebben gekeken naar wat we met informatica konden oplossen, wat we via mensen konden oplossen. En we zijn samen tot een dossier gekomen waarvan ik hoop dat de regering dat vrijdag zal goedkeuren. Want ik spreek eigenlijk een beetje voor mijn beurt. Geef me eens een voorbeeld van waar we in de Vlaamse overheid in één beweging 119 extra mensen aanwerven. Ik vind echt dat u onze administratie nu totaal niet kapot mag communiceren. Dat is mijn eerste zorg.
Ten tweede, we zitten met – ik erken dat ook, ik ben daar misschien te open in –, een aantal initiatieven waarvan ik, als minister, vind dat het voorzorgsprincipe strikter kon worden toegepast. Ik heb dat toegegeven, en ik vind dat belangrijk om te doen. Maar – en nu kijk ik naar collega Malfroot – we moeten goed motiveren. Ik heb dat gisteren ook in de commissie gezegd. Het is gemakkelijk om te zeggen dat de boel dicht moet bij twintig klachten. Dan breng je de ouders in de miserie en soms zeggen die dat het helemaal niet zo is, dat ze het zo niet ervaren. Het feit dat je niet wacht tot je 100 procent zeker bent, zorgt ervoor dat je kwetsbaarder bent in een procedure. Ik heb ook gevraagd om ervoor te zorgen dat de implementatie van dat voorzorgsprincipe helder is, dat het door iedereen op dezelfde manier wordt toegepast, en dat je zo ook op vragen van ouders kunt antwoorden. Het vraagt ook wat tijd om dat bij die duizenden mensen te gaan laten werken opdat iedereen dat op eenzelfde manier doet.
Collega’s, we hebben daar nog niet veel over gezegd, maar de organisatiestructuur binnen de administratie moet ook een stukje veranderen. De reden waarom de persoon van KPMG aangesteld is, is om te kijken hoe daar ook meer transparantie en eenduidigheid kunnen in komen. Ik erken dus dat er moet worden opgetreden. Maar ik vind toch dat ik jullie gisteren op een vrij overtuigende wijze – dat hoop ik toch – aangetoond heb wat de stappen zijn die we zetten. Daar moeten we er dus inderdaad, wat kwaliteit en zeker ook kwantiteit betreft, voor zorgen dat zij die echt niet aan de normen voldoen, eruit gaan.
En dan komen we bij de kwaliteit. Kwaliteit, collega’s, is een zaak met heel veel facetten. Het aantal kinderen dat je kunt bijhouden is er daar een van. Maar er zijn ook nog veel andere facetten. Ik heb u gezegd hoe we met de regering geredeneerd hebben. We maken het budget vrij om de ratio kind-begeleider met één te verlagen. Dat gaat over een budget van iets meer dan 100 miljoen euro. Dat is de investering die we doen. En dan rijst de vraag op welke manier je dat het best kunt doen en het meest kunt laten renderen. Gisteren hebben we er in het parlement een discussie over gehad. Het is moeilijk om te zeggen dat je overal de ratio kind-begeleider met één naar beneden haalt, omdat je met een heel ongelijke financiering zit tussen de verschillende initiatieven. Dus investeren we eerst in het sterker maken van die initiatieven waarvan we weten dat ze te weinig gefinancierd worden. Als je beter gefinancierd bent, kun je werken aan de werkomstandigheden van je mensen, kun je aantrekkelijker worden als werkgever. Dat is stap nummer één van die turbo die jullie vragen.
Tegelijkertijd wordt het onderzoek naar de ratio kind-begeleider gevoerd, net als de benchmark in andere landen. Ik ben ook geïnteresseerd om eens te kijken naar Duitsland. Hoeveel kinderopvangplaatsen voor kleine kinderen zijn er daar? We moeten de situatie in die verschillende landen in perspectief gaan plaatsen. En dan, collega’s, wordt de volgende stap gezet. Als het van mij afhangt, zal dat absoluut nog deze legislatuur gebeuren. Ik ben zeer gedreven om dit dossier sterker te maken maar stap nummer één is 115 miljoen euro om zowel de administratie als onze duizenden kinderopvangplaatsen financieel beter te verlonen en zo kwalitatief ook sterker te maken. Dank u wel. (Applaus bij de meerderheid)
Mevrouw Groothedde heeft het woord.
Ik was wel bij het debat gisteren. Wat ik daar vooral gemerkt heb, is dat begroting staat voor mensen. Cijfers betekenen mensen die zwaarder of doenbaarder werk doen, en op dit moment is het niet zo dat de kinderopvang of de administratie kapot worden gecommuniceerd. Als ik zou zeggen dat de mensen het niet meer houden, en het was niet zo, dan zouden ze mij met tienduizenden – want met zoveel zijn ze in de kinderopvang – regelrecht uitlachen.
Maar nu vragen ze wanneer de regering eindelijk de maatregelen zal nemen die nodig zijn. Nu komen ze hier op de tribune zitten omdat ze negen te veel vinden en ze willen dat de kinderopvang het met minder zware normen moet doen. (Applaus bij Groen)
Elke expert eerste leeftijd, internationaal, zegt dat het verlagen naar minder dan negen kinderen per persoon niet alle kwaliteitsproblemen zal oplossen, maar dat het wel een absolute voorwaarde is. En niemand, geen enkele expert noemt negen kinderen per persoon een kwaliteitsvolle norm.
Ik vrees dat, als dit debat van ‘wij doen genoeg, wij stellen hoge eisen, er is wel genoeg geld’ wordt volgehouden, er tegen 2024 in het verkiezingsjaar een paar maatregelen worden genomen, maar dat dat te laat zal zijn, dat de sterke kinderopvang van de Vlaamse Gemeenschap het zal hebben begeven. En dat zal niet zijn door communicatie of door het verdedigen van de kinderopvang of de administraties, of de ouders die de prijs hiervoor moeten betalen, maar door het feit dat er te weinig wordt geïnvesteerd. En dán zal het te laat zijn. (Applaus bij Groen en de PVDA)
De heer Daniëls heeft het woord.
Collega’s, minister, we hebben inderdaad hard gewerkt in de onderzoekscommissie. We hadden gehoopt op een turbo meteen na de onderzoekscommissie en we voelen dat die turbo nu wel aanslaat. Misschien wat te traag, maar hij slaat wel aan. We merken dat in de voorstellen die u doet en de aanpak die u naar voren schuift.
Als voormalig voorzitter van die onderzoekscommissie zal ik inderdaad toch nog eens de vraag stellen aan de parlementsvoorzitter of we die lijst kunnen krijgen, zodat we ook effectief met onze eigen ogen kunnen zien dat het werk dat er door velen is ingestoken, effectief wordt opgenomen. Het is belangrijk dat wij dat dan ook naar buiten kunnen brengen als er wordt gecommuniceerd dat bepaalde knelpuntcrèches worden aangepakt. Dat kan geruststellend zijn.
Ik sluit af. Voor de mensen vandaag in de opvang: als er een probleem is, als er iets is, spreek dan met elkaar, zeg het tegen elkaar. Steek het niet weg, maar ga op zoek naar begeleiding, naar Mentes. En twijfel niet over wat u vandaag al goed doet, wat goed aanvoelt en waar de kinderen gelukkig van worden. Want dat is per slot van rekening wat elke ouder vraagt: dat zijn of haar kind gelukkig en blij is in de opvang. (Applaus bij de N-VA)
We noteren de vraag om die lijst ter beschikking te stellen.
Ik wil toch ook nog even iets opmerken. Er was wat onduidelijkheid over het goedkeuren van deze vragen. Maar na de feiten van de jongste dagen, na het debat van vorige week en dat van gisteren in de commissie, hebben er zich natuurlijk wel wat nieuwe gegevens en feiten afgespeeld. Nochtans hebben we aan de betrokkene gevraagd om het debat van gisteren in de commissie niet te herhalen. Dat men dat toch doet, is de vrijheid van het betrokken parlementslid. Men zegt hier natuurlijk wat men wil. Maar die vraag is wel degelijk gesteld vanwege het voorzitterschap.
Minister, ik denk dat u ondertussen wel weet dat Vooruit altijd probeert om constructief mee voor oplossingen te zorgen. Ik moet echt zeggen dat ik het beu, kotsbeu ben dat elke keer wanneer we hier bepaalde zaken die fout lopen in Welzijn proberen aan te kaarten, we het verwijt krijgen dat we moeten oppassen omdat we de sector kapot aan het communiceren zouden zijn. (Applaus bij Vooruit, Groen en de PVDA)
Ik ben dat beu en ik vind dat compleet ongepast na twintig jaar cd&v op Welzijn.
Als we hier telkens op dezelfde nagel blijven kloppen, dan is dat net omdat de sector door aanhoudende besparingen, door te weinig investeringen in de voorbije legislaturen in een diepe crisis is terechtgekomen. Daarom doen we dat, om te proberen u ervan te overtuigen dat er dringend iets moet gebeuren. Die mensen hebben hier gezegd dat ze zich laten zien totdat ze worden gehoord. Ik denk niet dat we ze morgen en de volgende weken ineens niet meer zullen horen. Want de boodschap komt nog altijd niet aan.
De cruciale vraag is hier toch echt: wanneer gaan jullie nu eens luisteren naar de mensen op de vloer? Wanneer gaan jullie luisteren naar de experten en naar de ouders? En wanneer gaan jullie eindelijk inzien dat negen te veel is, dat er echt iets moet gebeuren in de kinderopvang en dat er dringend moet worden bijgestuurd in ons welzijnsbeleid? Want we zitten in een diepe, diepe crisis. (Applaus bij Vooruit, Groen en de PVDA)
De actuele vragen zijn afgehandeld.