Verslag plenaire vergadering
Verslag
Algemene bespreking
Dames en heren, aan de orde is het ontwerp van decreet over vervangende eindtermen en vervangende specifieke eindtermen in de tweede en derde graad van het secundair onderwijs, op initiatief van de Federatie Steinerscholen Vlaanderen vzw.
De algemene bespreking is geopend.
Mevrouw Beckers heeft het woord.
Voorzitter, ik wil mijn betoog beginnen met heel duidelijk te stellen dat wij niks tegen het methodeonderwijs hebben. Er is vrijheid van onderwijs. Iedereen mag onderwijs inrichten. De overheid beslist enkel over wat wordt geleerd, namelijk in de eindtermen. Er bestaat vrijheid in hoe men daartoe komt, in de methode.
Collega’s, eindtermen zijn minimumdoelen. Wij vinden dat de overheid hierop geen afwijkingen mag toestaan. Overleg met de steinerscholen is een heel goede zaak, maar de overheid moet op een bepaald moment wel een lijn in het zand trekken, en voor ons zijn dat die eindtermen, die, zoals gezegd, minimumdoelen zijn.
Minister, recente cijfers die ik heb opgevraagd, maken duidelijk dat leerlingen uit het steineronderwijs niet alleen minder vaak doorstromen naar het hoger onderwijs, maar dat hun studierendement in dat hoger onderwijs ook lager is. In afwachting van de Vlaamse centrale proeven is dat studierendement een van de enige zaken die we kunnen gebruiken om de onderwijskwaliteit te meten. Ik vind die cijfers dus toch wel verontrustend, zeker als we zien dat het aantal leerlingen in het steineronderwijs de voorbije vijf jaar met een vijfde is gestegen. Ik maak me daar toch wel zorgen over. We zijn immers allemaal van mening dat de onderwijskwaliteit omhoog moet. We zijn allemaal van mening dat onze Vlaamse leerlingen meer kansen moeten krijgen. Dan kunnen we ook geen uitzonderingen toestaan. Dan moeten alle scholen mee. Alle scholen moeten de lat hoog genoeg leggen, ook het steineronderwijs. Daarom zullen wij tegen deze aangepaste eindtermen stemmen. (Applaus bij het Vlaams Belang)
De heer Daniëls heeft het woord.
Collega’s, er zijn toch een paar zaken die wel zijn gebeurd in dit dossier, maar die niet worden vermeld. U hebt in de regeringsbeslissingen kunnen zien dat de vervangende specifieke eindtermen die de steinerscholen voor de eerste keer hebben ingediend, niet zijn goedgekeurd. Met andere woorden: het is niet zo dat men maar iets indient en dat dan wordt goedgekeurd. Meer zelfs, er is heel duidelijk gesteld dat die niet vervangend zijn, dat ze met andere woorden kwalitatief niet gelijkwaardig zijn. Beste collega’s, ik vind dat eigenlijk een heel belangrijk signaal. We hebben in dit parlement inderdaad die minimumdoelen, die eindtermen vastgelegd, met een procedure – dat klopt – inzake vervangende eindtermen. Dat is waar. Dat hebben we gedaan omdat we wisten dat het anders de facto onmogelijk zou zijn om dat erdoor te krijgen. Ik verwijs naar vroegere arresten die er daarover zijn geweest. Die vervangende eindtermen waren dus eigenlijk het ventiel om onze minimumdoelen overeind te houden. Ik en mijn fractie stellen vast dat daar heel stringent aan is vastgehouden bij de toets die is gebeurd, en dat men dat dan heeft bijgewerkt.
Ik stel verder vast dat de steinerscholen mee naar het Grondwettelijk Hof zijn gestapt om de eindtermen van de tweede en de derde graad te laten vernietigen. Dat wil ik hier toch wel meegeven. Voor bepaalde specifieke eindtermen dient men nu vervangende eindtermen in, en voor de andere niet. Ik denk dat ik daaruit mag besluiten dat men het dan eens is met de rest. Ik vraag me dus wel luidop af waarom men nog naar het Grondwettelijk Hof stapt, omdat men ook die procedure heeft.
Collega’s, ik wil ook nog het volgende meegeven voor diegenen die nu denken: ‘We gaan allemaal vervangende eindtermen indienen.’ Dat lijkt me niet wijs, ten eerste omdat er inderdaad strikt op wordt toegezien. Ik verwijs naar de vorige die werden ingediend: die zijn niet goedgekeurd. Die moesten wel degelijk worden bijgestuurd. Ten tweede is er al dat werk dat daaraan moet gebeuren. Ik weet niet welk hoger belang dat zou hebben als je bekijkt hoe die eindtermen in elkaar zitten, maar het geeft de vrijheid: wie dat wil, kan het doen.
Minister, om die reden zal onze fractie deze vervangende specifieke eindtermen goedkeuren, net omdat ze niet zomaar zijn gepasseerd, maar de kwaliteitstoets daarop wel degelijk is gebeurd. Als er in de toekomst nog initiatieven van vervangende eindtermen zouden zijn, wil onze fractie u oproepen om er heel stringent op toe te zien dat de kwaliteit wel degelijk overeind blijft.
Mevrouw Vandromme heeft het woord.
Ik zal kort zijn, maar het is heel belangrijk want kwaliteit staat voor onze fractie op de eerste plaats. We hebben de minimumdoelen, maar we hebben ook de gelijkwaardigheidsprocedure en de vervangende eindtermen vervat in het kaderdecreet. Dat is heel belangrijk want op deze manier kunnen we het respect voor de grondwettelijke vrijheid van onderwijs garanderen en waarderen. Het is cruciaal dat pedagogische projecten kunnen en mogen verschillen. Op deze manier kan dat via de gelijkwaardige doelen worden bereikt.
Het is goed dat de onderwijsverstrekkers hun tweede kans hebben gegrepen, zoals collega Daniëls ook al aangaf. Ze zijn aan de slag gegaan met de opmerkingen, want de kwaliteit moet worden gewaarborgd – vandaar ook het voorstel, collega’s. Een sterk parlement biedt de mogelijkheid om andere maar gelijkwaardige benaderingen toe te staan. Vandaar dat onze fractie dit voorstel van ontwerp van decreet zal goedkeuren.
De heer Danen heeft het woord.
De decreetgever heeft voorzien in een procedure tot afwijking. Die afwijking betekent niet minder doen maar hetzelfde doen op een gelijkwaardige manier. Daar is een hele procedure aan voorafgegaan. Ik heb begrepen van de minister – en ik ben wat dit betreft geneigd om hem te geloven – dat de procedures gevolgd zijn en dat er in eerste zit een afkeuring is gevolgd, maar dat het in tweede zit wel voldoende is gebleken. Ik wil nog eens benadrukken dat de eindtermen minimumdoelen naar voren schuiven. De steinerscholen hebben een gelijkwaardig aanbod voorgesteld en de procedure gevolgd, om dezelfde kennis, vaardigheden en attitudes te bereiken.
Als je een procedure voorziet als decreetgever en er wordt vervolgens aan voldaan, wie zijn wij dan om het af te keuren? Dat is de mening van onze fractie. We zullen dit ontwerp van decreet goedkeuren.
Minister Weyts heeft het woord.
We hebben een goed gesprek en debat daarover gehad in de commissie. Het is inderdaad een bestaande decretale procedure. In fine kan je je afvragen of je zo’n ventielprocedure moet voorzien. Hier bewijst die procedure wel zijn nut. Er is een procedure ingeleid bij het Grondwettelijk Hof. Als jullie vanavond op het groene knopje hebben gedrukt, dan wordt die zonder voorwerp.
We gaan bij de ventielprocedure uit van gelijkwaardigheid. Eindtermen zijn de minimumdoelen van wat kinderen en jongeren moeten kennen en kunnen. Wanneer men zich beroept op de evenwaardigheidsprocedure, dan houden we die kritisch tegen het licht. Het gevolg was dat we de eerste set van gelijkwaardige eindtermen niet hebben aanvaard. Een tweede set hebben we wel aanvaard omdat er tegemoet gekomen was aan diverse opmerkingen die waren geformuleerd.
Over de vingerwijzing met betrekking tot de scores in het hoger onderwijs van de steinerscholen kan ik het volgende zeggen. Onze Vlaamse toetsen zullen ook op dat vlak dienstig zijn omdat we zicht zullen krijgen op de algemene onderwijskwaliteit op Vlaams macroniveau, maar ook op microniveau. Scholen zullen zich kunnen vergelijken met vergelijkbare scholen. Het is een beetje oneerlijk om enkel een uitspraak te doen over de scores in het hoger onderwijs zonder dat te relateren aan de leerlingenpopulatie. Scholen verschillen en dat beïnvloedt ongetwijfeld de latere scores. De Vlaamse toetsen zullen het debat objectiveren. Dat is een argument om ze in te voeren.
De heer De Gucht heeft het woord.
Minister, ik ben het volledig met u eens wat het laatste stuk betreft in verband met het hoger onderwijs. Maar dat de procedure bij het Grondwettelijk Hof zonder voorwerp zou zijn, daar ben ik niet zo zeker van. Er is natuurlijk nog altijd het vrij onderwijs dat ook die stap heeft gezet.
Bij dezen, u hebt inderdaad gelijk: ze hebben zich aangepast. Daarom ook dat we vandaag deze stemming kunnen organiseren, omdat ze beantwoorden aan de vragen die we gesteld hebben. Maar de link leggen met dat het zonder voorwerp zou zijn, is mijns inziens niet volledig juist. Ik hoop dat u gelijk hebt, maar ik weet alleen niet of zij het op die manier zien.
Vraagt nog iemand het woord? (Neen)
De algemene bespreking is gesloten.
Artikelsgewijze bespreking
Dames en heren, aan de orde is de artikelsgewijze bespreking. (Zie Parl.St. Vl.Parl. 2021-22, nr. 1208/1)
– Artikel 1 tot en met 4 worden zonder opmerkingen aangenomen.
De artikelsgewijze bespreking is gesloten.
We zullen straks de hoofdelijke stemming over het ontwerp van decreet houden.