Verslag plenaire vergadering
Verslag
De heer Gryffroy heeft het woord.
Goedemiddag minister, beste collega’s, in De Tijd luidde een titel onlangs “Vlaamse bedrijven krijgen vlotter toegang tot financiering”. En inderdaad, als je voor je financiering behoefte hebt om daarnaast een zekere kredietwaarborg te krijgen, dan kan dit via de Vlaamse overheid. De vraag is enkel of dat voldoende is en of het voldoende gekend is.
Als we kijken naar hoe die waarborgregeling in elkaar zit, dan zien we twee soorten waarborgregeling. Er is er een tot 1,5 miljoen euro via PMV/z (ParticipatieMaatschappij Vlaanderen voor onze zelfstandige ondernemers) die maximaal is afgedekt voor 75 procent, en er is er een boven 1,5 miljoen euro, die maximaal is afgedekt voor 80 procent, via Gigarant.
Wat zien we nog als belangrijk verschil? Gigarant heeft momenteel ongeveer tachtig verbintenissen en PMV/z heeft voor de kleinere kapitaalbehoeftes ongeveer achtduizend verbintenissen. We zien ook dat het totaal gewaarborgd bedrag bij PMV/z ongeveer dubbel zoveel is als bij Gigarant.
We hebben ook gezien dat het Europees Investeringsfonds de waarborg heeft gegeven in het kader van de coronalening voor de periode 2020-2021, waardoor u de rente in uw coronalening hebt kunnen verlagen van 4,5 procent naar een ruime 2 procent. Dat is ook zeer positief.
Het is dan ook zeer positief dat er nu een samenwerkingsakkoord is tussen enerzijds de Europese Investeringsbank en anderzijds Gigarant waardoor er een ondersteuning van de waarborgcapaciteit van ongeveer 350 miljoen euro komt. Daardoor komen er meer waarborgen vrij voor Gigarant.
Ik heb daarbij een vraag. Ik zie hier het verhaal van PMV/z niet in, meer bepaald de kleinere ondernemingen. Mijn vraag is dus of er met Europa ook een dergelijke oefening bezig is om de waarborgcapaciteiten bij PMV/z te verhogen.
Minister Crevits heeft het woord.
Het is goed dat uw vraag in deze plenaire vergadering over de waarborgen gaat. Ik kan u meteen geruststellen. Wat we eergisteren ondertekend hebben, is heel goed. De Europese Investeringsbank heeft een akkoord met Gigarant waarbij er een tegenwaarborg wordt gegeven voor de waarborgen van Gigarant. Dat is voor de grotere bedrijven. Die waarborg is veel gebruikt. Er waren 56 waarborgen voor 800 miljoen euro in de voorbije periode.
Voor de kleine of middelgrote ondernemingen (kmo’s) hadden we al eenzelfde systeem voor leningen, dat een aantal maanden geleden is ondertekend met het Europees Investeringsfonds. Daar is ook een garantie gesloten voor de kmo-dossiers. Dat heeft automatisch tot gevolg gehad dat de rentes verlaagd zijn. Dat bestond nog niet voor die grote waarborgen. Dat is gisteren gebeurd. Dat betekent dat er een dubbel voordeel is: ten eerste een betere risicospreiding voor Gigarant omdat iemand een tegenwaarborg geeft en ten tweede een lagere waarborgpremie voor alle ondernemers.
De ondernemers moeten niet zelf met Gigarant contact opnemen. Gigarant zal het nodige doen om elk bedrijf individueel te verwittigen over het feit dat de tegenwaarborg getekend is en dat de waarborgpremie automatisch zal worden verlaagd. Dat is dubbel goed nieuws voor Vlaanderen.
De heer Gryffroy heeft het woord.
Ik betwijfel niet dat het inderdaad dubbel goed nieuws is voor de Vlaamse ondernemingen. Ik heb dat ook gezegd in mijn inleiding. Dat is inderdaad goed nieuws. Je spreidt voor een stuk een risico en dat maakt dat de interesten en de premies lager komen te liggen, dat er meer waarborgcapaciteit vrijkomt enzovoort.
U hebt in een aantal commissievergaderingen terug ook gemeld om de Gigarant- en PMV/z-waarborgen eventueel ook te gebruiken voor de Oekraïnecrisis. U moest dat nog aankaarten bij Europa. Ik was recent nog bij een paar bedrijven. Als ik vraag wat het grootste probleem is dat ze al ondervonden hebben, de corona- of de Oekraïnecrisis, dan zeggen ze eenduidig dat de Oekraïnecrisis voor hen veel zwaarder weegt dan de coronacrisis: de inflatie stijgt, de kosten stijgen enzovoort. Mijn bijkomende vraag is hoever u staat met de aanvraag om dergelijke waarborgen ook voor de Oekraïnecrisis te gebruiken.
De heer Vande Reyde heeft het woord.
Collega’s, we mogen heel blij zijn met wat ondernemers doen in Vlaanderen, namelijk risico nemen. Dat leidt uiteindelijk tot jobs en tot welvaart voor ons allemaal. We mogen ook blij zijn dat ze daarmee winst maken. Collega’s van Vooruit, ik hoop dat ze dat in de toekomst nog mogen doen zonder daarop ‘doodbelast’ te worden.
Met Gigarant neemt de overheid een stukje van dat risico op zich. Dat is niet zonder risico voor de overheid en voor de begroting. Minister, momenteel staat er al voor 1,4 miljard euro aan waarborgrisico open. Ik heb daarover in de commissie al een paar keer gesproken. Dat zijn geen zorgwekkende cijfers, maar we moeten voorzichtig zijn dat het geen sneeuwbal wordt die almaar groter wordt.
Mijn vraag is heel concreet, ook met de overname voor een stuk door Europa: hebt u zicht op hoeveel probleemdossiers er momenteel zijn en hoe die risico-opvolging in de toekomst verder zal gebeuren?
Mevrouw Gennez heeft het woord.
Ik dank collega Gryffroy voor de vraag. Uiteraard is extra waarborgcapaciteit voor de ondernemingen sowieso een goede zaak. Vooruit is dan ook blij met dit akkoord met de Europese Investeringsbank. De vraag is natuurlijk om wát te doen. Moeten we vastgoedspelers andere immokantoren laten overnemen of is de Vlaamse Regering vooral vragende partij dat ondernemers mee de digitale transitie en die duurzame transformatie van de economie realiseren?
Vandaar heel concreet onze vraag aan u: hoe gaat u die focus garanderen en monitoren? En vooral: hoe gaan wij als parlement samen met alle Vlaamse ondernemers zicht krijgen op de waarborgen die via Gigarant worden afgesloten?
De heer Bothuyne heeft het woord.
Dit is een belangrijke vraag van collega Gryffroy over een belangrijk akkoord dat de Vlaamse Regering heeft gesloten met de Europese Investeringsbank. Nu, het onderwerp is niet nieuw. We hebben in de tijd van de coronacrisis hier in het parlement gediscussieerd over het belang van investeringen, zowel vanuit de overheid als vanuit de private sector, en hoe we die moeten ondersteunen. Daar is eigenlijk een hele resem aan aangepaste instrumenten uit voortgevloeid, minister. De Winwinlening is hervormd, er is het Vriendenaandeel gekomen, het Welvaartsfonds, de waarborgen zijn opgetrokken. Dat zijn allemaal instrumenten om investeringen, vooral van onze kmo’s, te ondersteunen en blijvend mogelijk te maken. De vraag is heel eenvoudig, minister: op welke manier kunnen we die instrumenten die zijn aangepast naar aanleiding van de coronacrisis nu nog beter inzetten in functie van de gevolgen van de Oekraïnecrisis? Is het ook geen tijd voor een nieuwe communicatiecampagne daarover naar onze Vlaamse ondernemingen?
Minister Crevits heeft het woord.
Dank u wel, collega’s. Het gras wordt zeer breed afgereden naar aanleiding van uw vraag, collega Gryffroy, maar u weet dat mijn encyclopedische kennis wereldvermaard is. Dus, eerst en vooral, collega Gryffroy: u weet dat wij in het kader van de Oekraïnecrisis heel specifiek de lening die rechtstreeks bij Vlaanderen kan worden gekregen, opgetrokken hebben tot 200 miljoen euro. Die staat nu open en wordt heel intens aangevraagd door ondernemingen. Uiteraard moet altijd bewezen worden wat de link is met de schade die men lijdt ten gevolge van de Oekraïnecrisis. Dat is een.
Twee, er is een taskforce opgericht met de hele Vlaamse Regering rond Oekraïne. Op 13 mei 2022 ga ik samen met minister-president Jambon, met onze banken, de vertegenwoordiger van de financiële sector, Febelfin, en Credimo kijken hoe zwaar de impact is op de bedrijven en wat de heel specifieke noden zijn. Ik ben zeker – ik heb dat in het parlement ook al gezegd – bereid om onze waarborginstrumenten, die trouwens voor werkkapitaal al inzetbaar zijn in het kader van Oekraïne, maximaal te enten op het beperken van de verliezen ten gevolge van een oorlog waar bedrijven niets kunnen aan doen. Ik sta ervoor open maar sta me toe om eerst de vergadering met onze banksector af te wachten vooraleer heel concreet een aantal maatregelen te nemen.
Collega Vande Reyde, het openstaande risico is op dit ogenblik 571 miljoen euro. Dat is beheersbaar op dit moment. U hebt wel een punt dat we voorzichtig moeten zijn. We hebben altijd gezegd dat leningen en waarborgen naar ondernemingen moeten gaan die precorona gezond waren. Hetzelfde geldt voor zaken ingevolge de Oekraïnecrisis. Je moet oppassen dat je niet de zwaksten die toch al over kop zouden gaan steunt en dan als overheid zelf het slachtoffer wordt. Maar dat is vooralsnog niet het geval.
Collega Gennez, u hebt een punt. Ik ben het hele economische instrumentarium op dit ogenblik aan het hervormen richting doorbraken naar digitalisering en absolute verduurzaming. We doen dat natuurlijk geleidelijk. Als je bijvoorbeeld je kmo-groeisubsidie vandaag op manier A geeft en je wilt dat wijzigen naar manier B, dan moet je dat geleidelijk doen, en ervoor zorgen dat er ook rechtszekerheid blijft voor de bedrijven. Daar kunt u het overzicht van zien. We hebben dat ook al besproken in de commissie. En, evident, als het parlement dat vraagt, is Gigarant zeker ook bereid om verslag uit te brengen in het parlement. U kunt de werkzaamheden ook altijd raadplegen. Voor de zaken die confidentieel zijn heeft het parlement zijn eigen procedures, dus ook dat kan, als men uiteraard de nodige privacyregels respecteert.
De heer Gryffroy heeft het woord.
Ik denk dat we ook moeten opletten met een aantal definities die ik hier gehoord heb. Wat is een borg? Je gaat een lening aan bij de bank voor de financiering van een investering of voor werkkapitaal. Die bank vraagt daarvoor een bepaalde borg, maar minstens 20 procent van die borg moet zelf gedekt worden door de eigen bank. Dus om voor een stuk te antwoorden op de opmerkingen van collega Vande Reyde: u zegt dat het over 571 miljoen euro openstaand risico gaat Dat is echter geen reëel risico, dat is het risico op papier. Een borg geven is voor de overheid een vrij gemakkelijk en goedkoop instrument om toch de bedrijven de nodige zuurstof te geven om zo bij de banken het nodige werkkapitaal te kunnen gaan halen. Belangrijk is om van u te horen dat u op 13 mei 2022 een afspraak hebt omtrent Oekraïne. Dat is cruciaal want ik hoor wel degelijk dat de Oekraïnecrisis momenteel economisch veel harder binnenkomt bij de ondernemingen dan de coronacrisis wegens het feit dat de Oekraïnecrisis ook gekoppeld is aan de inflatie, hogere energiekosten en hogere loonkosten. Dit zorgt voor spanning in het businessmodel. (Applaus bij de N-VA)
De actuele vraag is afgehandeld.