Verslag plenaire vergadering
Verslag
Mevrouw De Vreese heeft het woord.
24 februari 2022 staat in ons geheugen gegrift als een enorm zwarte dag. Het is de start van de Russische invasie in Oekraïne. Het is een zeer zware inbreuk tegen de soevereiniteit van de Oekraïense staat, tegen het internationale recht en een echte ramp voor de Oekraïense bevolking. Hier in het Vlaams Parlement hebben we ons al duidelijk uitgesproken tegen deze oorlog.
We zijn vandaag bijna een maand verder en het menselijke leed is onbeschrijfelijk, maar Vlaanderen en de Vlamingen zijn enorm solidair. De steden en gemeenten zijn volop gestart met het zoeken naar opvangplaatsen, onze burgers dienen zich aan als vrijwilligers en werkgevers bieden al vacatures aan bij VDAB. Heel wat sectoren zijn bereid om samen met die Oekraïners aan de slag te gaan.
Toch duiken de eerste signalen van mensenhandel en misbruik op. Er zijn zelfs al getuigenissen van economisch misbruik en seksuele uitbuiting van Oekraïense vluchtelingen. Het is ongelofelijk dat mensen munt proberen te slaan uit de kwetsbare situatie van deze Oekraïners.
Minister, we mogen niet wegkijken van deze incidenten. We moeten voorkomen dat de Oekraïense vluchtelingen in een kwetsbare situatie terechtkomen en worden misbruikt, onder andere doordat ze de taal en regelgeving niet kennen. Het is belangrijk dat deze vluchtelingen onze arbeidsvoorwaarden en arbeidsregelgeving leren kennen.
Minister, wat zult u doen om vluchtelingen hierin te ondersteunen, om ze te sensibiliseren en om de strijd tegen deze uitbuiting aan te gaan?
Minister Crevits heeft het woord.
Nu zegt u eigenlijk wat ik vorige week donderdag, naar aanleiding van een aantal vragen, ook al heb gezegd in het parlement. Ik ben gedegouteerd door de eerste berichten die binnenkomen over mensen die het blijkbaar niet zo erg vinden om het niet nauw te nemen met de sociale rechten van mensen die hier aankomen uit een oorlogssituatie.
VDAB is ook in volle actie. Ik geef u 4 punten mee. Ten eerste, u weet dat sinds vorige week op de website van VDAB de pagina ‘Werkplek vrij?’ beschikbaar is. Ik kan u melden dat er in 1 week tijd 1500 aanmeldingen zijn van werkgevers via de formele en correcte weg om mensen aan een job te helpen. Dat is een zeer zeer goed cijfer in 1 week.
Twee, sinds vandaag is er een instructiefilmpje en een pagina voor Oekraïners zelf. We hebben een filmpje gemaakt in het Oekraïens waarin uitgelegd wordt hoe je op een goede manier aan de slag kunt als je wilt werken, en over de service die zal worden verleend bij VDAB in samenwerking met het Agentschap Integratie en Inburgering. Het is erop gericht dat mensen begrijpen wat van hen verwacht wordt. Dat is een zeer zeer goede zaak.
Drie, het overleg is ook van belang. Ik heb volgende week maandag een rondetafelgesprek met de werkgevers en werknemers plus een aantal grote sectoren waar veel plekken vrij zijn. Het is van belang dat de sector de bedrijven informeert over de aanpak van mensen die uit een oorlogssituatie komen. Niet iedereen is in staat om te werken. Het zijn veelal vrouwen met kinderen. Men wil op de gevaren en de bijzondere zorgpunten wijzen. Dat is ook van belang.
Vier, er zijn nog geen aanmeldingen bij VDAB omdat de mensen eerst naar het OCMW gaan. Daar worden ze gescreend en het OCMW volgt een drietrapsaanpak. Heb je een trauma? Dan krijg je traumabegeleiding. Is er taalbegeleiding nodig? Dan wordt die gegeven. Ben je toch capabel om te werken? Dan wordt er gematcht via VDAB. Die cascade loopt goed, het is dezelfde als mensen die inburgeren bij ons. Men heeft al wat ervaring.
Tot slot, u vraagt naar controles. Ik heb aan de regering om tien extra inspecteurs gevraagd, ik hoop dat zij daarop ingaat. Federaal zal men dat ook doen. Ik heb een brief geschreven aan minister Dermagne en hem maandag op de interministeriële conferentie (IMC) gevraagd om de handen in elkaar te slaan. Ik heb beperkte bevoegdheden wat controles betreft, maar er mag geen dag verloren gaan om misbruiken snel aan te pakken en voorbeeldstellend te werken.
Mevrouw De Vreese heeft het woord.
Minister, we moeten inderdaad alles uit de kast halen om fel op te treden tegen dit soort misbruiken. Ik weet natuurlijk ook dat de bevoegdheden zeer versnipperd liggen. Dat betekent niet dat we onze verantwoordelijkheid niet moeten nemen vanuit Vlaanderen.
De krachten moeten inderdaad gebundeld worden. Dat kan via gecoördineerde acties, controles van alle inspectiediensten, sensibilisering en informatie naar de Oekraïners zelf, maar ook naar alle burgers, Vlamingen, naar uw diensten, naar de inspectiediensten en naar VDAB, want zij komen in contact met de vluchtelingen.
Op mijn vraag werd door minister Somers ook een meldpunt opgericht waar vluchtelingen, Oekraïners en Vlamingen terechtkunnen met bepaalde klachten. Het is natuurlijk belangrijk dat de informatie doorstroomt en dat de klachten serieus worden genomen, en dat ze ook doorstromen naar uw diensten, de arbeidsinspectie enzovoort. Minister, gaat u daarover in overleg met minister Somers zodat deze klachten zeker en vast goed worden opgevolgd?
De heer Vanryckeghem heeft het woord.
Voorzitter, minister, u hebt in uw communicatie altijd benadrukt dat de vluchtelingen uit Oekraïne hier eerst even op adem kunnen komen. Het zijn mensen die niet naar hier komen wegens de arbeidsopportuniteiten, maar omdat ze hun thuis noodgedwongen moesten ontvluchten. Nu duiken inderdaad de eerste berichten over uitbuiting op. Ik wil eerst duidelijk stellen dat het uiterst verwerpelijk is dat er van de personen in deze kwetsbare situatie misbruik gemaakt wordt. U bent daarover zeer terecht gedegouteerd.
U hebt ook een landingspagina ontwikkeld waar werkgevers vacatures kunnen plaatsen die Oekraïners kunnen invullen. Zijn er plannen om werkgevers en werknemers tijdens de eerste fase van tewerkstelling te ondersteunen?
De heer Ongena heeft het woord.
Voorzitter, minister, uiteraard sluit ik me helemaal aan bij de woorden van afschuw die we alleen maar kunnen hebben voor mensen die misbruik maken van de schrijnende situatie waarin heel veel van die vluchtelingen vandaag verkeren. We kunnen dat op geen enkele manier tolereren. We kunnen die mensen alleen maar streng bestraffen.
Maar om ze bestraffen, moet je het natuurlijk ontdekken, en daarvoor heb je inspectie nodig. Het is daarom een goede zaak dat de federale en regionale regeringen de handen in elkaar slaan en hebben aangegeven dat ze de inspectiediensten gaan versterken en ook gaan aanmanen om meer inspecties uit te voeren.
Daarover heb ik wel nog een specifieke vraag, minister. We weten dat de Vlaamse sociale inspectie vaak gerichte controles uitvoert. De vraag is of er al een richtlijn is uitgevaardigd over zulke gerichte controles met betrekking tot deze problematiek. Meer bepaald, zijn er bepaalde sectoren die prioritair zijn aangeduid als zijnde ‘daar moet je waakzaam zijn’?
Mevrouw Gennez heeft het woord.
Misbruik maken van mensen op de vlucht is ongeveer het laagste wat je kunt doen. Daarom is het goed dat alle overheden samenwerken om misbruik te voorkomen en, indien het toch gebeurt, streng te bestraffen. Op het federale niveau heeft Vooruit gepleit voor een tasforce Mensenhandel, om heel kort op de bal te kunnen spelen. We hopen dat uw collega-minister van Binnenlands Beleid daarop kan ingaan.
Op het Vlaamse niveau moeten we inderdaad proactief inspecteren, meer dan vandaag het geval is. We waren er hier met zijn allen heel erg verbolgen over toen we vernamen dat mensen in de pakjesindustrie en de platformeconomie onder onze neus werden uitgebuit. U gaf toen aan, minister, dat u de Vlaamse sociale inspectie zou versterken. Hoe is dat ondertussen gelopen? Hoeveel versterking hebt u ondertussen al kunnen realiseren? (Applaus bij Vooruit)
Minister Crevits heeft het woord.
Dank u wel voor de interessante aanvullingen, collega’s. Ik denk dat we het er hier kamerbreed over eens zijn: er is alleen maar afschuw voor het misbruiken van mensen die voor een oorlog op de vlucht zijn en hier aan de slag willen gaan. Als je die mensen dan ook nog eens op incorrecte wijze aanpakt, dan vraagt dat om strenge sancties en een strenge veroordeling.
Collega De Vreese, de bevoegdheden zijn inderdaad versnipperd, ik ben het daarmee eens. U had het over het meldpunt. Uiteraard is daar overleg over met collega Somers en worden alle klachten ernstig genomen. Net daarom is Jeroen Windey aangesteld als coördinator. Hij moet heel snel kunnen dispatchen om te vermijden dat er muren ontstaan tussen administraties. Net om alle risico’s op dat vlak uit te sluiten, wordt er samengewerkt.
Collega Vanryckeghem, maandag heb ik, zoals gezegd, een rondetafelgesprek met werkgevers en werknemers. Op de landingspagina van VDAB wordt nu al verwezen naar taalondersteuning die bedrijven kunnen krijgen als ze iemand uit Oekraïne tewerkstellen. Logistiek is er al heel wat en maandag zullen we met werkgevers en werknemers kijken wat er nog extra nodig kan zijn.
Collega Ongena, de inspectiediensten werken uiteraard zeer nauw met elkaar samen. Dat is mijn expliciete vraag en ook de reden waarom ik collega Dermagne aangeschreven heb. U weet dat er een gecoördineerde inspectieaanpak is binnen de schoot van de Sociale Inlichtingen- en Opsporingsdienst (SIOD). Ik heb ook gevraagd dat Vlaanderen daar deel van zou uitmaken, net om de prioritaire sectoren te kunnen aanduiden. Alleen, nu komen de mensen aan, eerst moeten ze een dak boven hun hoofd krijgen en pas daarna kijken we wat de mogelijkheden op het vlak van werk zijn. Ondertussen worden de inspectieprioriteiten bepaald, maar de afspraak is wel dat we dat samen gaan doen.
Collega Gennez, wat de taskforce Mensenhandel betreft: als die er komt, ga ik ervan uit dat er medewerking zal zijn. Ik vind het trouwens ook op dat vlak nuttig dat Vlaanderen en de federale overheid samenwerken. Deze oorlog verdraagt eigenlijk heel weinig kritiek wederzijds. Aan mijn collega’s in de Vlaamse Regering heb ik gezegd dat ik de inspectiediensten op heel korte termijn met tien personeelsleden wil uitbreiden, ook in het licht van de uitdagingen waar we voor staan, maar ook in de wetenschap – onderschat dat niet – dat mijn bevoegdheden beperkt zijn. U had het over een heel aantal zaken waar ik eigenlijk weinig impact op heb; ik ben bevoegd voor alles wat een Vlaamse bevoegdheid is, maar heel veel zaken liggen op het federale niveau. Dat neemt natuurlijk niet weg dat samenwerken en signalen uitsturen ervoor kunnen zorgen dat er efficiënter geïnspecteerd kan worden.
Mevrouw De Vreese heeft het woord.
Collega’s, de mensen die hier aankomen, zijn gevlucht voor het meest gruwelijke oorlogsgeweld. Ze hebben hun huis, hun vrienden en familie, hun ganse hebben en houden moeten achterlaten.
Het is dan ook ronduit walgelijk, het is afschuwelijk dat er dan mensen klaarstaan om van die situatie misbruik te maken. Solidariteit en betrokkenheid zijn in de eerste plaats onvoorwaardelijk. Daar mag absoluut geen tegenprestatie of zelfverrijking tegenover staan.
Collega’s, we zullen dus moeten samenwerken. We zullen de krachten moeten bundelen. Het is een taak voor ons allen, voor elke Vlaming. Als samenleving zullen we de ogen moeten openhouden, om samen te strijden tegen mensenhandel, tegen elke vorm van misbruik of uitbuiting. (Applaus bij de N-VA)
De actuele vraag is afgehandeld.