Verslag plenaire vergadering
Verslag
Voorstel tot aanvulling van de agenda
Dames en heren, vanmiddag heeft mevrouw Hannelore Goeman bij motie van orde een voorstel gedaan tot aanvulling van de agenda met de motie van Hannes Anaf, Hannelore Goeman en Freya Van den Bossche tot uitoefening van het recht van onderzoek naar de wantoestanden in de kinderopvang.
De heer Anaf heeft het woord.
De verhalen die we de voorbije weken gehoord hebben over de kinderopvang en ook al vaak besproken hebben in dit parlement, roepen heel ernstige vragen op. Waarom werd er niet eerder ingegrepen? Hoe is dit kunnen gebeuren? Eigenlijk ondergraaft dat op dit moment heel erg het vertrouwen dat ouders hebben in de sector. Het zijn heel ernstige feiten. Het is belangrijk dat we het vertrouwen zo snel mogelijk herstellen door met antwoorden te komen. We hebben gisteren opnieuw een bespreking gehad in de commissie Welzijn waar die antwoorden niet kwamen en waar ook de minister zelf niet leek te weten hoe het kwam dat er niet opgetreden is de voorbije maanden en de voorbije jaren. Daarom denk ik dat het belangrijk is dat we ons daar heel snel over uitspreken en snel met een onderzoekscommissie starten. (Applaus bij Vooruit)
Mevrouw Vandecasteele heeft het woord.
Ik wil de vraag van collega Anaf zeker ondersteunen. De problemen slepen al veel langer aan. Er waren eind 2020 al heel wat signalen dat ernstige klachten over kindermishandeling niet ernstig genomen werden, niet ernstig behandeld werden. De minister is toen verschillende keren over die problemen geïnterpelleerd. Hij heeft toen een aantal oplossingen aangereikt. Tussentijds is de alarmbel bij verschillende organisaties afgegaan. Ook de kinderrechtencommissaris heeft in het jaarverslag duidelijk gezegd dat er grote problemen zijn in de kinderopvang, problemen en klachten die niet goed behandeld werden, ouders die van het kastje naar de muur werden gestuurd.
Dit moet gaan over waarom u vandaag per se de aanvulling van de agenda wilt, ja of nee.
Oké, omdat de problemen al heel lang aanslepen, omdat er verschillende signalen zijn, omdat de minister de zaken die hij ging ondernemen meer dan een jaar geleden duidelijk niet voldoende heeft aangepakt, omdat er een serieuze vertrouwensbreuk is met de minister, omdat we nu opnieuw een debat hebben gehad in de plenaire vergadering twee weken geleden, waarna er opnieuw problemen zijn duidelijk geworden. De problemen daarbij worden niet grondig aangepakt door de minister. Ik denk dat het heel erg belangrijk is in het kader van de veiligheid van onze kinderen dat er een deftig onderzoek gebeurt en dat de dingen die vandaag fout lopen, aangepakt worden.
Mevrouw Schryvers heeft het woord.
Met betrekking tot het voorstel tot aanvulling van de agenda kan ik zeggen dat we akkoord gaan. Ik zal straks nog een tussenkomst houden met betrekking tot de inhoud.
Ja, want collega’s, voor alle duidelijkheid: wat hier gevraagd wordt via motie door collega Goeman is een recht van onderzoek. Die stemming kan pas ten vroegste 48 uur na de indiening plaatsvinden. Vandaag gaat er sowieso niet over gestemd worden. We kunnen bekijken of we de bespreking aanvatten of niet.
Mevrouw Malfroot heeft het woord.
Collega’s, de minister is inderdaad al meermaals bevraagd over de problemen in de kinderopvang. Hij slaagt er zelf niet in om antwoorden te geven, dus gaan we zeker deze motie steunen, zodat we nu de antwoorden kunnen krijgen van de andere betrokkenen bij het proces.
De heer Daniëls heeft het woord.
Collega’s, het traject start inderdaad in februari 2020, waarin we over dit thema al gesproken hebben in de commissie. Er was een actuadebat afgelopen dinsdag met interpellaties, actuele interpellaties en vragen om uitleg, waarbij de minister zelf aangaf dat hij nog vragen had. We gaan dan ook akkoord met de aanvulling van de agenda.
Mevrouw Saeys heeft het woord.
Ook wij zijn akkoord met de aanvulling van de agenda. Gezien wat er zich de afgelopen weken en al veel langer heeft afgespeeld in de kinderopvang, de schrijnende verhalen die we de laatste weken weer horen, ben ik akkoord met de behandeling van dit punt.
Mevrouw Groothedde heeft het woord.
Voorzitter, ook wij zijn akkoord met de aanvulling van de agenda. Wij stellen al twee jaar vragen over de crisis in de kinderopvang en de problemen met de handhaving. Hoewel er logischerwijs andere parlementaire instrumenten aan de orde zijn, rechtvaardigt de onbereidheid van de minister om antwoorden – duidelijke antwoorden – te geven op onze vragen de aanvulling van de agenda.
Collega’s, normaal gezien zou ik u vragen om te stemmen bij zitten en opstaan, maar ik hoor dat alle fracties de agenda willen aanvullen, dus doen we dat. Bij dezen is de agenda aangevuld en bespreken we de motie onmiddellijk.
De stemming kan vandaag nog niet, dat is ten vroegste 48 uur na de indiening.
Bespreking
Dames en heren, aan de orde is de motie van Hannes Anaf, Hannelore Goeman en Freya Van den Bossche tot uitoefening van het recht van onderzoek naar de wantoestanden in de kinderopvang.
De bespreking is geopend.
De heer Anaf heeft het woord.
Voorzitter, collega’s, dank aan alle fracties om dit vandaag te bespreken. Ik ben me ervan bewust dat we ten vroegste over 48 uur over de oprichting van een onderzoekscommissie kunnen stemmen.
Waarom is het zo belangrijk dat die onderzoekscommissie er komt? Ik zal het kort houden. Het is de kerntaak van de Vlaamse overheid om de bescherming op zich te nemen van wie dat zelf niet kan, de meest kwetsbaren, van de ouderen, maar zeker ook van kinderen. Dat zou het in elk geval moeten zijn. We hebben de voorbije weken samen verschillende keren vastgesteld dat die bescherming momenteel niet gegarandeerd is. Er zijn, ook gisteren nog in de commissie, heel veel vragen gesteld over hoe het mogelijk is dat er een drama met dodelijke afloop kan gebeuren in een crèche die al langer op de lijst stond van crèches met wantoestanden.
We kregen recent nog het verhaal van Schoten waarbij we allemaal achterovervielen. Iemand die veroordeeld is voor kindermishandeling kon toch nog een crèche uitbaten. Daar zijn verschillende vragen over gesteld. Verschillende collega’s haalden aan dat het niet de eerste keer was dat er vragen werden gesteld. We hebben daar in februari 2020 al uitgebreid over gediscussieerd en de minister aangespoord om actie te ondernemen om ervoor te zorgen dat zulke toestanden uit de kinderopvang verdwijnen. In december 2020 gebeurde hetzelfde naar aanleiding van een schrijnende artikelenreeks in Het Laatste Nieuws. Dat was een ernstige bespreking. We drongen opnieuw aan op een aanpak.
Nogmaals, het gaat over uitzonderingen. We hebben dat allemaal, met alle fracties, al heel vaak gezegd. Heel wat mensen zetten zich met hart en ziel in voor de kinderopvang, om voor onze kinderen te zorgen, ook in moeilijke tijden, ook in corona. Maar haal die wantoestanden die er de kantjes aflopen eruit, de crèches die niet op een goede manier voor onze kinderen zorgen. Dat zijn wel degenen die het vertrouwen in heel de sector verbrodden, die het vertrouwen van ouders om hun kinderen ’s ochtends bij de kinderopvang af te zetten, verbrodden. Het vertrouwen is op een aantal vlakken weg. We moeten snel ingrijpen om dat vertrouwen weer te brengen.
Gisteren waren er opnieuw heel veel vragen. Opnieuw kon de minister niet uitleggen wat er misgelopen was. Hij begreep het zelf niet. Hij heeft zelf gezegd dat hij niet snapt waarom er niet vroeger is opgetreden. Als die antwoorden er niet komen, moet het parlement zelf zijn verantwoordelijkheid nemen en het heft in handen nemen. We moeten proberen om die antwoorden vinden. Een parlementaire onderzoekscommissie is het instrument om dat te kunnen doen. We vragen al langer naar actie. Het is echt tijd dat we het roer in handen nemen en zelf op zoek gaan naar die antwoorden. Ik nodig iedereen in dit parlement uit om onze vraag mee te steunen en ervoor te zorgen dat we die antwoorden heel snel kunnen bieden. (Applaus bij Vooruit, Groen en de PVDA)
De heer Daniëls heeft het woord.
Collega’s, het gaat over de veiligheid in de kinderopvang en vooral over de plaats met het bordje aan de deur ‘erkend door Kind en Gezin’. Dat zou het kwaliteits- en veiligheidslabel moeten zijn voor ouders als ze hun kind daar afzetten en ook de zekerheid voor de medewerkers dat ze werken in een kwalitatieve opvang. We hebben inderdaad in het parlement, zowel in de plenaire vergadering als in de commissie, met heel wat partijen over meerderheid en oppositie heen, vragen gesteld hoe het kon dat bepaalde kinderopvanginitiatieven opnieuw konden starten ondanks het feit dat de uitbaters veroordeeld waren, zoals het geval was in Aalst, en hoe het kon dat Kind en Gezin geen schorsingsmaatregelen heeft uitgesproken voor opvanginitiatieven waarover fundamentele klachten waren en waarbij Zorginspectie een aantal keer is langs geweest. ’t Sloeberhuisje – dat is hier twee weken geleden ruim aan bod geweest – stond niet op een lijst van kinderopvanginitiatieven. De minister vroeg zich zelf af hoe het kon dat ’t Sloeberhuisje niet op de lijsten stond die hij heeft gekregen. We hebben ook de vraag gesteld of Kind en Gezin zeker is dat iedereen die werkt in alle erkende opvanginitiatieven een bewijs van goed gedrag en zeden heeft en ook daar had de minister vragen bij. Hij kon dat op dat moment niet garanderen.
We hebben in de commissie voor Welzijn, Volksgezondheid en Gezin ondertussen al afgesproken, collega’s, dat we hoorzittingen zouden organiseren met Kind en Gezin en met Zorginspectie. Deze motie om een onderzoekscommissie op te starten om dat verder diepgravend uit te klaren, is belangrijk. De procedures zijn gevolgd, maar blijkbaar waren ze niet in orde en niet sterk genoeg om die wantoestanden naar voren te schuiven en direct aan te pakken. De laatste week is er wel opgetreden. Er zijn zes beslissingen genomen over opvanginitiatieven op die lijst.
Het is nodig dat we een onderzoekscommissie opstarten gezien het traject, de vragen die er zijn en die ook de minister heeft gesteld naar aanleiding van de procedures die hem niet de nodige duidelijkheid hebben gegeven. Er zijn twee belangrijke redenen, collega’s: ten eerste opdat de ouders die hun kostbaarste geschenk, dat zelf niet kan zeggen of het al dan niet goed is, afgeven in een kinderopvanginitiatief zeker zijn dat het letterlijk en figuurlijk in goede handen is en ten tweede voor de vrijwaring van al die opvanginitiatieven en al die kinderbegeleiders die wel goed werken. Soms wordt er plots aan getwijfeld of alles wel op een goede manier gebeurt, terwijl dat wel degelijk het geval is. Ik hoop dat we dat kunnen verduidelijken en de procedures kunnen aanscherpen, zowel van Kind en Gezin voor de erkenning als van Zorginspectie, om het voorzorgsprincipe naar voren te schuiven in het belang van de veiligheid van de kinderen.
Mevrouw Malfroot heeft het woord.
Collega’s, de problemen bij de kinderopvang zijn al een tijdje bekend en we hebben die ook al een tijdje aangeklaagd. We blijven dat bijna wekelijks doen in de commissie en sinds kort ook heel veel in de plenaire vergadering, en zelfs via een actualiteitsdebat. Nu is er twee weken geleden een kindje overleden, naar aanleiding van mishandeling. De vader van de uitbaatster wordt daarvan verdacht. De minister was op de hoogte van die feiten, want hij had zelfs klachten ontvangen over dat kinderdagverblijf, en Zorginspectie is daar sinds 2013 zelfs twaalf keer langs geweest. De minister zat er zoals steeds bij, en hij keek ernaar, maar hij deed niets. Hij blijft zich wegsteken achter excuses. Hij kan vragen niet beantwoorden. Hij kan zelfs niet zeggen wat er fout loopt op zijn administratie.
Het is natuurlijk van belang, als hij niet weet wat er fout loopt op zijn administratie, dat wij als parlement de kans krijgen om na te gaan welke stappen daar niet worden gezet, en wat daar eigenlijk verkeerd gaat. Het gaat niet alleen over de klachten die er geweest zijn, maar ook over de tergend trage opvolging van die klachten. De minister, of zijn kabinet, of zijn administratie, slaagt er niet in om te zorgen voor een snelle klachtenopvolging. Er gaan zelfs tot 300 dagen tussen het indienen van een klacht en het effectief sturen van inspectie. Dat zijn zaken die uiteraard niet kunnen. Bovendien is het ons ook duidelijk geworden, naar aanleiding van de feiten die vorige week aan het licht zijn gekomen over de uitbaatster die veroordeeld was voor kindermishandeling en die toch haar crèche mocht openhouden, dat het personeel van Kind en Gezin blijkbaar ook niet kan inschatten wat nu eigenlijk een onrustwekkende situatie is. Dat heeft zich ook geuit toen de klachten werden bekendgemaakt bij Kind en Gezin, naar aanleiding van de feiten in ‘t Sloeberhuisje. Want voordat dat kindje daar gestorven is, had Kind en Gezin al 31 telefoontjes gekregen. Blijkbaar slaagt men er daar toch niet in om het verschil te maken tussen een zeer onrustwekkend feit en een banaal feit, want men is met al die telefoontjes niet aan de slag gegaan. Ernstige zaken zijn helemaal niet onderzocht. Ik denk dat het nu hoog tijd is om na te gaan wat er is fout gegaan bij Kind en Gezin, bij Zorginspectie, en bij het kabinet van de minister.
Het is zelfs zover gekomen dat de minister er ook niet in slaagt om ons mee te delen welke feiten er eigenlijk gepleegd moeten worden om op die zwarte lijst te komen. Het is dus wel duidelijk dat de minister hier in gebreke is. Hij stelt nu voor om een audit te doen, maar hij kan daar zelfs niet de details over geven die ons in de mogelijkheid moeten stellen om daarover de bevoegde administraties aan de tand te voelen.
Wij gaan dus zeker en vast dit voorstel steunen. (Applaus bij het Vlaams Belang)
Mevrouw Schryvers heeft het woord.
In heel veel kinderopvanginitiatieven werken mensen elke dag weer met hart en ziel. Er worden baby’s en peuters opgevangen, elke dag weer, in een warme omgeving en met de best mogelijke zorgen. De organisatoren en de vele kinderbegeleiders die daarin werkzaam zijn, verdienen allemaal heel veel appreciatie.
Spijtig genoeg zijn er ook een aantal kinderopvanginitiatieven waar het niet zo nauw genomen wordt met die goede zorg, en waar men die goede zorg niet elke dag verzekert. Daar moet vanzelfsprekend tegen opgetreden worden. Enkele weken geleden overleed er in Mariakerke een baby aan hersentrauma, opgelopen in een kinderopvanginitiatief. Dat is ontzettend tragisch. Ten aanzien van het initiatief bleken er in het verleden al meerdere klachten te zijn geuit. Vorige week kwam naar boven dat in een ander kinderopvanginitiatief een uitbaatster werkzaam kon blijven hoewel ze was veroordeeld voor feiten van kindermishandeling. Dat roept allemaal veel vragen op over hoe de inspecties verlopen, hoe de controles verlopen, hoe de handhaving verloopt. De vraag is, ten eerste, of de procedures die er bestaan gevolgd zijn, en ten tweede of het niet nodig is om die procedures bij te stellen. Want we zijn het er allemaal over eens dat die feiten niet zouden mogen en kunnen gebeuren.
De minister heeft hier twee weken geleden tijdens de plenaire vergadering en ook gisteren in de commissie nog gesteld dat hij ter zake een audit gevraagd heeft. Dat is natuurlijk het middel dat hij ter beschikking heeft. Vanuit dit parlement kunnen we andere middelen aanwenden. Een van die middelen is een onderzoekscommissie.
Collega’s, kinderopvang is enorm belangrijk. Alle ouders moeten erop kunnen vertrouwen dat hun kindjes in een veilige omgeving worden opgevangen, waar ze goede zorgen krijgen. Elke aantasting van fysieke integriteit of het niet bieden van goede zorg is echt onaanvaardbaar. Net gelet op het belang van de kinderopvang en op het feit dat ouders daarop moeten kunnen vertrouwen, is het nodig dat we antwoorden krijgen op die vele vragen die er zijn. Daar moet duidelijkheid over komen, omdat we van daaruit ook moeten kunnen afleiden wat er gebeurd is, hoe het gebeurd is, maar ook hoe we eventueel procedures moeten bijstellen zodat in de toekomst de inspectie, de controle en de handhaving op een betere manier kunnen verlopen. Daarom steunen wij de onderzoekscommissie.
Mevrouw Saeys heeft het woord.
Onze kinderen zijn ons dierbaarste bezit. Als overheid heb je een essentiële taak: de meest kwetsbaren in onze samenleving, onder meer onze kinderen, maximaal te beschermen. In 2020 zijn er heel wat verhalen naar boven gekomen waarbij de veiligheid van kinderen zwaar geschonden is. De minister heeft hier toen ook aangekondigd: ‘Als er zich zeer ernstige feiten voordoen, wordt er heel snel en accuraat op gehandeld.’
Een aantal weken geleden is er in ’t Sloeberhuisje een baby’tje van vijf maanden overleden. Blijkbaar waren er in het verleden al heel wat meldingen over geweld: slagen en kinderen in bed gooien. Het is niet dat daar geen signalen geweest zijn. Zorginspectie is daar op zes jaar tijd twaalf keer langs geweest. De verslagen waren er dus. De bewijzen lagen op tafel. Daar is toen blijkbaar niets mee gebeurd. Vorige week hoorden we dat er in Schoten blijkbaar een dame was die, ondanks het feit dat ze veroordeeld was voor kindermishandeling, toch opnieuw een kinderopvanginitiatief kon uitbaten.
We hebben gisteren in de commissie inderdaad een zeer lange discussie gehad. Daar waren eigenlijk meer vragen dan antwoorden. De minister kon op heel wat vragen zelf geen antwoord bieden. Hij wist zelf niet waarom bijvoorbeeld ’t Sloeberhuisje niet op die problematische lijst stond. Ook is er het feit dat wanneer iemand veroordeeld is, dat dat blijkbaar niet doorgegeven wordt, dat men zich daar toen eigenlijk een beetje achter verscholen heeft. Hoewel er een decreet is en de vergunningsvoorwaarden geschonden werden, is men daar niet op ingegaan. Er zijn dus heel wat vragen. Ook onze fractie wenst daar heel graag antwoorden op. Daarom steunen wij ook de vraag naar een onderzoekscommissie. (Applaus bij Open Vld)
Mevrouw Groothedde heeft het woord.
Voorzitter, u weet dat kinderopvang mij inderdaad heel nauw aan het hart ligt. Wij stellen daar al twee jaar vragen over, zowel over de crisis, maar inderdaad ook al in februari 2020 over de handhaving. Toen hebben we al aan de minister gezegd dat er tekenen zijn dat kinderdagverblijven niet snel genoeg gesloten worden. Het kan absoluut niet dat er problemen zijn met de veiligheid. Dan moet een kinderdagverblijf dicht. Toen al heeft de minister gezegd: ‘Ik zou nooit als minister toestaan dat er kinderen in gevaar gebracht worden.’ Sindsdien zijn er nog verschillende keren schandalen geweest. Er was inderdaad onder andere de grote schandalenreeks over de kinderopvang die in Het Laatste Nieuws werd aangebracht, vorig jaar nog. Elke keer is er beterschap beloofd. Er is een expertengroep beloofd. Er is een ethische commissie beloofd. Nu lijkt er enige actie te zijn. De expertengroep die vorig jaar beloofd was, zou er nu eindelijk komen. De ethische commissie zou er al zitten, maar dat blijkt nu een interne commissie, enzovoort.
En toch komen er nog altijd niet genoeg antwoorden. De eerste vraag die ik twee weken geleden tijdens het actualiteitsdebat aan de minister heb gesteld was of er ouders zijn aan wie Kind een Gezin heeft afgeraden om klacht in te dienen bij Kind en Gezin. De minister kon geen antwoord geven maar binnen de week hebben we het antwoord gekregen via de pers. Dat is niet hoe het hoort te gaan in een parlement.
Er zijn ook inderdaad andere schandalen naar boven gekomen, zoals een veroordeelde mishandelaarster die een crèche kon blijven uitbaten, en het feit dat er een inspectie is geweest in ’t Sloeberhuisje, twee weken voor dat kindje is overleden. Daar is toen een heel ernstige overtreding vastgesteld. Ik heb gisteren in de commissie nog gevraagd of die crèche op dat moment niet onmiddellijk kon worden geschorst. Volgens de regels lijkt dat toch absoluut te kunnen maar dat is niet gebeurd. En nu is er een kindje gestorven en sindsdien hou ik elke avond mijn hart vast voor wat er nog kan gebeuren in de kinderopvang, want er zijn tientallen crèches die nu nog op de zwarte lijsten staan, lijsten want er zijn er blijkbaar verschillende.
Ik heb gisteren een aantal concrete vragen gesteld aan de minister, onder andere hoe het kan dat een handhavingsmaatregel in Schoten niet is opgevolgd. Gebeurt dat dan puur vrijwillig, dat de mensen van goede wil het niet opvolgen en de mensen van kwade wil er omweggetjes rond kunnen bouwen? Daar kwam geen antwoord op. En de minister zegt wel dat hij nu verder gaat met het voorzorgsprincipe, maar in de praktijk zien we dat de minister dat expertiseteam nog altijd niet heeft opgebouwd, dat er nog altijd zaken worden gezegd zoals dat er gehandeld is naar de veroordeling enzovoort. Maar er wordt dus nog altijd geen voorzorgsprincipe gevolgd.
We moeten ook eerlijk toegeven dat Kind en Gezin de klachten minimaliseert die nu naar buiten komen. Als men zegt dat er 30 keer is gebeld naar Kind en Gezin, maakt Kind en Gezin daarvan dat er 17 unieke meldingen waren. En ja, er waren 17 ouderparen die hebben gebeld maar er waren wel meer dan 30 meldingen. Dat komt niet naar buiten. Ik krijg geen antwoorden. En ik hoor van de minister inderdaad dat er een audit is die tegen de zomer afgelopen zal zijn.
Ik heb de afgelopen dagen een aantal documenten opgevraagd bij het kabinet en ik heb zelfs geen antwoord gekregen, behalve een automatisch antwoord. Ik vind het de logische volgende stap bij een normale gang van zaken dat we nu beginnen met documenten op te vragen bij het kabinet maar tegelijkertijd vind ik het, als we niet parlementair denken hoe deze minister en deze administratie geen antwoorden geven, inderdaad logisch dat we nu overstappen naar een onderzoekscommissie. Dus ook wij steunen deze vraag ook al is ze een beetje onorthodox.
Mevrouw Vandecasteele heeft het woord.
Ik wil toch ook beginnen met mijn grote respect te tonen voor alle kinderverzorgsters. Ik vind het bijzonder jammer voor al die kinderverzorgsters die vandaag het beste van zichzelf geven en die bovendien zeer hard werken. We hebben in België de hoogste kindnorm van Europa, acht kindjes per verzorgster. Het is dan ook heel jammer dat die enkele kinderdagverblijven waar het grondig misloopt ervoor zorgen dat het vertrouwen van heel veel ouders in die opvang nu is geschonden. Dat is des te meer jammer omdat de minister het niet ernstig lijkt te nemen. De problemen slepen al een hele tijd aan en het is jammer dat net die crèches waar het grondig misloopt, niet worden gedetecteerd door de minister en door het agentschap, maar dat ze ook niet adequaat worden aangepakt ondanks meerdere ernstige klachten, vaak over eenzelfde crèche. Gelijkaardige gevallen worden niet aan elkaar gelinkt, er wordt geen deftig onderzoek ingesteld en er wordt vooral helemaal niet ingegrepen.
We hebben het daar gisteren in de commissie inderdaad drie uur lang over gehad en er kwamen eigenlijk meer vragen naar boven dan er antwoorden waren van de minister. Hij blijft de oplossingen die hij anderhalf jaar geleden naar voren had geschoven naar aanleiding van de eerste reeks getuigenissen die ons heel erg ongerust maakten, herhalen en hij lijkt de sense of urgency niet te beseffen om nu effectief over te gaan tot een grondige aanpak. In die zin is het heel erg belangrijk dat we goed kijken welke problemen er zijn en hoe ze precies worden aangepakt, want jammer genoeg schiet de minister daarin vandaag te kort.
De heer Anaf heeft het woord.
Ik zou alle collega’s willen danken voor de steun voor onze vraag om een onderzoekscommissie. Ik denk dat dat een belangrijk signaal is en dat we snel voor antwoorden moeten zorgen om al die mensen die zich ongerust maken, weer gerust te kunnen stellen, en ook voor al die mensen die in de kinderopvang werken en die het zeer goed met onze kinderen voor hebben.
Vraagt nog iemand het woord? (Neen)
De bespreking is gesloten.
Volgende week wordt de bespreking dus niet overgedaan. We zullen de hoofdelijke stemming over de motie houden op woensdag 16 maart 2022. Dat is dus volgende week woensdag.