Verslag plenaire vergadering
Verslag
Dames en heren, zoals u weet, is het exact vijftig jaar en één dag geleden, namelijk op 7 december 1971, dat de Cultuurraad voor de Nederlandse Cultuurgemeenschap, de voorloper van het Vlaams Parlement, boven het doopvont werd gehouden. Ik zie hier nu collega Van Dijck en collega Keulen, die er toen al bij waren – nog niet in 1971 natuurlijk, maar wel bij de rechtstreekse verkiezing.
Collega’s, we zijn het erover eens dat vijftig jaar een uniek moment is en een gouden jubileum, dat we deze avond normaal gezien met een academische zitting hadden willen herdenken. Maar door corona hebben we momenteel uiteraard andere katten te geselen. Zodra de coronapandemie eindelijk achter de rug is, zullen we deze vijftigste verjaardag alsnog op de gepaste wijze in de kijker plaatsen.
Naar aanleiding van dit gouden jubileum heeft Martine Goossens, secretaris-generaal van dit Vlaams Parlement, een boek geschreven. Vanuit deze functie en haar opleiding als doctor in de geschiedenis beschrijft Martine Goossens op een heldere en zeer overzichtelijke wijze de groei en realisaties van dit Vlaams Parlement sinds zijn ontstaan.
De parlementsleden die hier aanwezig zijn, vinden alvast een exemplaar van het boek op hun banken. Vanaf morgen zal het boek ook verkrijgbaar zijn in de boekhandel. Heeft bij dezen iedereen het boek gezien en gekregen? Goed.
Martine, een dikke proficiat. (Applaus)
Ik hoop dat we met z’n allen kunnen hopen dat de coronapandemie heel snel achter de rug is en dat we ons opnieuw in het normale leven kunnen begeven, en dat we dan ook unieke momenten zoals deze op een gepaste wijze kunnen herdenken.