Verslag plenaire vergadering
Actuele vraag over extra coronamaatregelen om de veiligheid in scholen te garanderen
Verslag
Mevrouw Beckers heeft het woord.
Voorzitter, minister, collega's, in december hebben wij unaniem in dit parlement een resolutie goedgekeurd. Het tweede punt luidt: “2° blijf inzetten op maximaal contactonderwijs. Vermijd maximaal (voltijds) afstandsonderwijs om de psychosociale gevolgen van de coronacrisis voor leerlingen, cursisten en studenten binnen de perken te houden en om de leerachterstand zo veel mogelijk te beperken”.
We hebben dit unaniem goedgekeurd, maar alle partijen, met uitzondering van de PVDA hebben dit nu geschonden. De scholen gaan volgende week dicht, hoewel wij beloofd hadden dat niet meer te doen. Dat is precies een verhaal van verbroken beloftes. De scholen zouden niet meer dichtgaan zonder dat het Vlaams Parlement zich daarover zou uitspreken. De scholen zouden als allerlaatste dichtgaan in onze maatschappij. “Vraag niet wat het onderwijs voor u kan doen, vraag wat u voor het onderwijs kan doen.” Ik zie het: het onderwijs gaat toch dicht. Dat vind ik ronduit schandalig.
Minister, mijn gsm is ontploft. Ik heb heel veel concrete vragen vanuit het onderwijsveld. Daar moet men opnieuw schakelen. Eerst waren er bijkomende maatregelen en nu krijgen ze opnieuw allerlei dingen op hun bord. Minister, hoe zit het met de opvang? Moeten de kinderen van ouders met een essentieel beroep worden opgevangen? Hoe zit het met onze kwetsbare leerlingen? Hoe zit het met de leerlingen van het bijzonder onderwijs? Er zijn heel veel vragen.
Minister, mijn belangrijkste vraag is: hoe is dit kunnen gebeuren, ondanks uw beloftes?
Mevrouw Meuleman heeft het woord.
Minister, ik denk dat u de voorbije dagen en weken heel erg duidelijk hebt gemaakt dat u er absoluut voorstander van bent om de scholen open te houden. Wij delen die bezorgdheid en die doelstelling van u. We hebben dat hier met z'n allen goedgekeurd: scholen moeten maximaal openblijven. Maar als het virologisch niet meer kan, als we zien dat de cijfers zo enorm stijgen, zowel wat de besmettingen bij leerkrachten als wat de besmettingen bij kinderen en jongeren betreft, dan moeten er toch wel extra maatregelen worden genomen.
Ik denk dat we rekening moeten houden met de bezorgdheden die er toch wel waren, zowel bij de virologen als natuurlijk ook bij de leerkrachten, die zich nu al meer dan een jaar dag in dag uit heel hard inzetten in moeilijke omstandigheden en die zich toch de vraag stelden of ze wel au sérieux genomen werden, of er wel voldoende rekening gehouden werd met de omstandigheden waarin ze moeten werken en met de veiligheid met het oog op de gezondheid.
Ik was van plan u te vragen welke extra maatregelen u zou nemen, want ik zag zelf nog een aantal maatregelen die genomen hadden kunnen worden zonder de scholen te sluiten. Op dit moment horen we dat de virologen, de experts en de regeringen – het Overlegcomité – daar anders over beslist hebben en dat er toch een sluiting komt.
Minister, het is mij – en heel veel mensen op het veld – niet duidelijk hoe die sluiting er precies uitziet. Betekent dat afstandsonderwijs voor het lager onderwijs, of betekent dat een week vakantie? Wat betekent dat voor het secundair onderwijs? Hoe zal de opvang geregeld worden? Minister, als het afstandsonderwijs inhoudt voor het lager onderwijs, is er dan voldoende materiaal aanwezig? Zijn er voldoende computers? Hoe zal die komende week eruitzien? Dat is absoluut nog niet duidelijk. Kunt u daar meer toelichting bij geven?
Minister Weyts heeft het woord.
Dank u wel. Het is geen fijne dag. We hebben de afgelopen weken en maanden met het onderwijsveld zij aan zij gezweet en gezwoegd, altijd maar met één doelstelling: de scholen openhouden, omdat we vonden en vinden dat de samenleving prioriteit moet geven aan kinderen en jongeren, en dus aan de scholen. We zijn daaraan blijven vasthouden, in woord en daad. Neen, kinderen en scholen zijn niet de motor van het virus. Niet! Ik ben fier op het feit dat de Vlaamse Regering aan deze positie is blijven vasthouden, ook vandaag, maar spijtig genoeg als enige. Kinderen treffen om winkels open te houden, dat begrijp ik niet. IKEA open en de scholen toe: dat is niet mijn visie op de samenleving. Ik vrees ook dat deze beslissing dreigt het onderwijsveld te verdelen. Er is dus een ontgoocheling na het werk van de voorbije maanden, maar dit zal ons niet tegenhouden om te blijven vechten voor het belang van scholen, kinderen en jongeren, en dus de rug te rechten en opnieuw aan de slag te gaan. Dat wil heel concreet zeggen dat ik, opnieuw, het onderwijsveld heb samengeroepen om te bekijken hoe we deze beslissingen – volgens wat maximaal menselijk mogelijk is – kunnen uitvoeren, hoe we het georganiseerd kunnen blijven krijgen.
Er worden concrete vragen gesteld over hoe het een en ander dan georganiseerd zal worden. Quid met het afstandsonderwijs? Quid met het buitengewoon onderwijs? Quid met de meest kwetsbaren in het lager onderwijs en het secundair onderwijs, in alle opleidingsvormen? Dat zal ik opnemen, niet over de hoofden van de mensen in het onderwijsveld heen. Dat zal ik vanavond opnieuw met hen opnemen. We zullen dan bekijken hoe we dat zo goed mogelijk, in het belang van onze leerkrachten, scholen en kinderen, georganiseerd krijgen.
Mevrouw Beckers heeft het woord.
Dank u wel, minister. Al uw inspanningen hebben dus niet mogen helpen, want we zitten met een nieuwe schoolsluiting. Zoals u zegt: men mag wel naar IKEA. Kinderen mogen blijkbaar ook naar de scouts gaan, maar niet naar school. Ik vind dat geen goede situatie. We moeten eerlijk zijn: de besmettingen in het onderwijs waren aan het toenemen. Er was een probleem. Daarom wil ik nog eens aandringen, minister, om werk te maken van sneltesten en zelftesten. Als de scholen weer opengaan, hopelijk na de paasvakantie, – en ik reken er echt wel op, collega’s, dat dat dan gebeurt – kunnen we inzetten op die sneltesten en zelftesten.
Minister, ik wil u ook vragen om niet te luisteren naar dat federale niveau, maar het gewoon te doen. Als zij die toestemming niet geven om die zelftesten zelf af te nemen, doe het gewoon! Want u ziet het: het federale niveau is geen betrouwbare partner. Het is echt wel tijd om ons lot in eigen handen te nemen in het belang van onze kinderen. (Applaus bij het Vlaams Belang)
Mevrouw Meuleman heeft het woord.
Minister, ik hoop echt van harte dat we niet opnieuw politieke spelletjes gaan spelen, dat we niet zeggen dat het federale niveau zijn best niet doet en dat we dringend de beslissingen op Vlaams niveau moeten kunnen nemen.
Ik denk dat het heel erg belangrijk is dat we aan één zeel trekken, want het Overlegcomité, de persconferentie en de woorden van de premier zijn nog niet koud. (Rumoer. Opmerkingen bij het Vlaams Belang)
Minister-president Jambon was toch ook namens uw partij en uw Vlaamse Regering op dat Overlegcomité aanwezig? Dus ik zou toch willen voorstellen om eensgezinde beslissingen uit te dragen, of we het nu graag hebben of niet. Dat zal het beste zijn voor het onderwijs.
Oké, er is één week afkoeling, en ik denk dat dat goed is. Als de experten denken dat we daarmee de cijfers naar beneden krijgen, dan is dat zo. Dan moet het zo. Als dat inderdaad in functie is van het kunnen openen van de scholen na de paasvakantie, laat ons dat dan verdedigen, minister Weyts en minister-president Jambon.
Minister, ook na de paasvakantie zullen we moeten kunnen garanderen dat er veilige schoolomgevingen zijn. Welke extra maatregelen zult u nemen? Kunt u er bijvoorbeeld voor zorgen dat er een CO2-meter aanwezig is in elke klas? Kunt u ervoor zorgen dat de centra voor leerlingenbegeleiding (CLB’s) versterkt worden?
De heer Daniëls heeft het woord.
Collega’s, de minister zei het al: dit is geen fijne dag. Vanuit de N-VA-fractie wil ik wel van de gelegenheid gebruikmaken om erop te wijzen dat iedereen in het onderwijs de afgelopen maanden, weken en dagen met twee versnellingen – woensdag en zondag – alles uit de kast heeft gehaald. Die mensen zitten op hun tandvlees, en ze krijgen nu eigenlijk het signaal dat het goed was wat ze gedaan hebben, maar dat het niet goed genoeg was. Ik kan dat alleen maar betreuren, en ik kan ook zeggen dat het – het is een vies woord – een klotevirus is. Het is voor niemand aangenaam, maar op dit moment zijn er wel veel ouders, leerkrachten, leerlingen en studenten uit buitengewoon, gewoon en hoger onderwijs, die allemaal met heel veel vragen zitten. Het was ook het enige dat er nog was om elkaar te kunnen zien, en dat is nu weg.
Minister, vanuit onze fractie willen we dan ook vragen dat u op het overleg met het onderwijsveld de ouders, leerkrachten, leerlingen en al ons onderwijspersoneel voor ogen houdt als u samen kijkt naar de uitwerking van wat nu voorligt.
Mevrouw Goeman heeft het woord.
Ik denk dat ongeveer iedereen het vreselijk vindt dat deze moeilijke beslissingen nu moeten worden genomen, maar er is nu tenminste duidelijkheid. Het zijn beslissingen die collegiaal zijn genomen op het Overlegcomité, minister, in aanwezigheid van de Vlaamse Regering. Dus het zou u toch ook sieren om die mee te verdedigen, in plaats van ze opnieuw in twijfel te beginnen trekken, op het moment dat ze nog maar net genomen zijn. Ook ik vind dat nogal ongepast. Ik denk dat wij allemaal één doel hebben, en dat doel is om de scholen maximaal open te houden. Daar staan wij allemaal achter. Dus mag ik er daarom van uitgaan dat de beslissingen die nu genomen moesten worden, genomen zijn met de ambitie om de scholen ten minste voltijds te kunnen openen na de paasvakantie op 19 april?
De heer Schiltz heeft het woord.
Collega’s, minister, ik heb de minister-president daarnet gehoord op de persconferentie, en ik dank u voor de sereniteit van uw tussenkomst daar.
Minister Weyts, er zit niemand in dit halfrond, letterlijk niemand, die niet wil dat het onderwijs maximaal openblijft. We hebben het met collega Rzoska in de ad-hoccommissie uitvoerig over het onderwijs gehad en een rist aan maatregelen voorgesteld om het onderwijs bij een tweede of derde golf of een andere calamiteit zoveel mogelijk te ondersteunen. Er is niemand die het onderwijs dicht wil. Maar als het virus in zijn gemuteerde vorm hard toeslaat en niet alleen het onderwijs maar de hele maatschappij bedreigt, dan denk ik dat het niet onbegrijpelijk is om een week pauze in te lassen.
U hebt gelijk: de onderwijzers hebben hard gestreden, zij aan zij met u, met de koepels – alle handen uit de mouwen, alle hens aan dek, en nog veel meer. Maar als het dan niet lukt, dan is dat niemands fout. Als een soldaat een oorlog in wordt gestuurd, moet die ook af en toe van het front weggehaald worden.
En dan komt u hier vandaag zeggen: ‘kinderen treffen om winkels open te houden’. Minister Weyts, daarvan val ik van mijn stoel. Dat is onbetamelijk. Winkels worden ook getroffen, de hele maatschappij wordt getroffen.
We proberen het alleen zo rechtvaardig mogelijk te doen. We proberen het alleen zo efficiënt mogelijk te doen. Eén week leerkrachten ademruimte geven, om ze ook in te kunnen schakelen bij de opvang, zodat de economie ook kan blijven draaien, zodat niet iedereen ten onder gaat, dat noem ik bezwaarlijk de kinderen hard treffen. Eén week. Dat moet ons in staat stellen om, zoals minister-president Jambon heeft aangekondigd, die vier weken, die laatste sprint tot aan de meet te kunnen volhouden, met zijn allen, met alle Vlamingen, met alle kinderen.
Minister, wanneer dit verder in detail wordt uitgerold, hoop ik dat u ook bijzondere aandacht zult hebben voor het bijzonder onderwijs. Ik denk immers dat, zoals we het er allemaal over eens zijn dat het onderwijs niet toe mag, we er nog zekerder van zijn dat het bijzonder onderwijs ook nu niet toe mag gaan. Waar mogelijk zouden leerkrachten ook daarbij moeten kunnen worden ingeschakeld.
De heer Brouns heeft het woord.
Minister, ook namens onze fractie wil ik op de eerste plaats heel nadrukkelijk een heel grote pluim geven aan al die leerkrachten, al die schoolteams, al die directies die er de voorbije weken en maanden alles, maar dan ook echt alles aan hebben gedaan om dat virus buiten de school te houden. Ik dank hen ten zeerste.
Minister, u hebt gelijk: het ontstaat heel vaak niet in de school. Dat zien wij lokaal ook. De school is echter een deel van de samenleving en als het zo fel woedt in de brede samenleving, dan is het onmogelijk om dat buiten de schoolmuren te houden. Dat zien we helaas. De genomen maatregelen zijn op dit ogenblik nog de enige juiste, denk ik, om inderdaad na de paasvakantie opnieuw met perspectief te kunnen opengaan.
Collega’s, er is al naar verwezen. Toen de coronacommissie het over het onderwijs had, was er één rode draad die telkens terugkwam: de meest kwetsbare leerlingen worden het hardst getroffen door al die maatregelen. Zij worden het hardst getroffen door dat coronavirus, en naar hen moet onze bijzondere aandacht nu ook opnieuw gaan.
Minister Weyts heeft het woord.
Bij dat laatste sluit ik me zeker aan. Ik denk dat we alles in het werk hebben gesteld om de scholen open te kunnen houden. Als ze dan worden gesloten, dan moet onze aandacht eerst gaan naar het praktische, het haalbare, het werkbare voor de leerkrachten, en dan moeten we ervoor zorgen dat we aan onze meest kwetsbaren een helpende hand kunnen bieden. Ik ga ervan uit dat we die lijn toch ook minstens zullen kunnen blijven bewaren. Dat hebben wij al een jaar lang gedaan: altijd oog voor de meest kwetsbaren. Daarom ook hebben we altijd gezegd dat we die scholen maximaal open willen houden.
Vandaag gaan we echter opnieuw aan de slag, gaan we ervoor zorgen dat we die doelstelling zo maximaal mogelijk kunnen realiseren. Ik kan u echter nog geen antwoord geven met betrekking tot de operationele vragen, omdat ik daarover mét het onderwijsveld zelf wil beslissen, zoals we dat de afgelopen periode altijd hebben gedaan, wat net altijd onze sterkte is geweest. Dat zal ik ook blijven doen, ook in moeilijke dagen.
Mevrouw Beckers heeft het woord.
Onze partijvoorzitter, Tom Van Grieken, zei gisteren dat het gemakkelijk is voor een minister om maatregelen af te kondigen als men zijn loon blijft doorbetalen. Het is ook gemakkelijk voor virologen om de mensen elke week schrik aan te jagen als ze geen cent inkomensverlies lijden. Het is ook gemakkelijk om de scholen te sluiten als je je kinderen zelf kunt opvangen of dure bijlessen kunt betalen. De scholen openhouden is een sociale maatregel, en ik begrijp niet dat verenigd links zo graag de scholen wil sluiten. Als we deze crisis te boven willen komen, dan moeten we de scholen openhouden. Dat is het allerallerallerbelangrijkste. Daarom roep ik jullie allemaal op, de Vivaldi-partijen en ook de N-VA, om ervoor te zorgen dat de scholen na de paasvakantie opnieuw opengaan. Men heeft het nu immers wel over een tijdelijke sluiting, maar de vorige keer heeft het drieënhalve maand geduurd. Ik hoop dus echt dat we daar niet opnieuw naartoe gaan. (Applaus bij het Vlaams Belang)
Mevrouw Meuleman heeft het woord.
Mevrouw Beckers, het is echt, echt, echt niet het moment voor politieke spelletjes. Echt niet. (Opmerkingen)
Minister, ik begrijp uw teleurstelling. Ik deel zelfs uw teleurstelling. Ook wij hadden de scholen liever open gezien, maar de cijfers zijn slecht. De cijfers bij kinderen zijn slecht en leerkrachten waren bezorgd. Minister, laten we nu alles op alles zetten, laten we geen politieke spelletjes spelen, laten we niet aan afbraakpolitiek doen. Laten we samen proberen ervoor te zorgen dat de scholen na de paasvakantie inderdaad open kunnen, maar open kunnen op een veilige manier.
Dat betekent extra investeringen om de contacttracing optimaal te kunnen laten verlopen, extra investeringen om voldoende mobiele testteams te hebben, zorgen voor CO2-meters en voor voldoende luchtkwaliteit en ventilatie, om na de paasvakantie de leerkrachten met een gerust hart terug naar school te laten gaan. (Applaus bij Groen)
De actuele vragen zijn afgehandeld.