Verslag plenaire vergadering
Verslag
De heer Anaf heeft het woord.
Voorzitter, minister-president, collega's, welke impact een coronabesmetting kan hebben, werd deze week weer heel pijnlijk duidelijk. Eén iemand keert terug uit het buitenland, besmet, en 5000 mensen moeten in quarantaine. Culpabiliseren heeft voor alle duidelijkheid geen zin, want het lijkt er intussen zelfs op dat die persoon zich aan alle regels heeft gehouden. Mensen worden scheef bekeken, terwijl ze zich aan de regels houden. Dan kan je toch niet anders dan concluderen dat dit zo niet langer kan.
Deze crisis heeft al vaker aangetoond dat we nood hebben aan duidelijke, goed afgelijnde regels. Voor ons is het heel duidelijk: de huidige regels rond niet-essentiële reizen zijn niet eerlijk, niet effectief, maar ook niet langer gepast. Ze zijn niet eerlijk omdat miljoenen mensen zich aan heel strenge regels houden, de afweging maken om toch nog even te wachten met op reis te gaan en anderen wel zien vertrekken. Ook bijvoorbeeld voor al die cafébazen die al maanden hun café moeten dichthouden, terwijl ze wel zien dat Vlamingen op reis, bijvoorbeeld in Dubai, wel nog op café kunnen en een besmetting meebrengen. De regels zijn ook niet effectief want er zitten grote mazen in het net. Zelfs als je je aan de quarantaine houdt, kan het nog mis gaan. Dat is precies wat we nu zagen in Edegem en in Kontich. De regels zijn ook niet langer gepast, want laat ons eerlijk zijn, we kunnen de risico's niet langer lopen, niet met die buitenlandse varianten die veel besmettelijker zijn. Dat is echt een gamechanger.
Collega's, met de start van de vaccinatiecampagne is er nu eindelijk licht aan het einde van de tunnel te zien. Laat ons dit nu alstublieft niet in gevaar brengen, laat ons het zorgstelsel niet nogmaals tot het uiterste dwingen, want meer besmettingen leiden onvermijdelijk opnieuw tot meer ziekenhuisopnames en uiteindelijk tot meer overlijdens.
Ons standpunt is in elk geval helder: niet-essentiële buitenlandse reizen kunnen niet, niet terwijl iedereen hier zo zijn best doet, niet terwijl wij haast het onmogelijke vragen en niet terwijl de Britse variant dergelijke risico's met zich meebrengt. Dat is niet leuk, maar het is wel nodig. Minister-president, uw collega-minister Beke was er gisteren in de commissie Welzijn duidelijk over: volgens hem moest die inderdaad worden stopgezet. Ik vraag me af of dat effectief een regeringsstandpunt is. Vrijdag is er een Overlegcomité. Is dat effectief het standpunt dat de Vlaamse Regering vrijdag in het Overlegcomité mee met ons zal verdedigen?
Minister-president Jambon heeft het woord.
Mijnheer Anaf, ik zal dadelijk op uw concrete vraag antwoorden, maar ik wil toch eerst dit zeggen. Laten we toch ook de zaken zeggen zoals ze zijn. Ik verwijs naar de communicatie, ik denk dat het gisterenmiddag was, van professor Steven Van Gucht, toch een belangrijke stem Hij zei dat de Britse variant niet fundamenteel gevaarlijker is dan de rest en dat we daarvoor dezelfde maatregelen moeten nemen.
Ten tweede, de cijfers gaan nu al weken aan een stuk in de goede richting, zowel de cijfers van de hospitalisaties als van de sterfgevallen en de verhouding tussen het aantal positieve gevallen en testen. Trump heeft het op een bepaald moment gemakkelijk opgelost, hij heeft gezegd dat men niet meer zou testen en plots waren er nul besmettingen. De ziekenhuizen liepen wel vol en ook de intensive care. Je moet altijd naar de verhouding kijken tussen de positieve gevallen en het aantal testen. Die elementen gaan nu al weken aan een stuk in de goede richting. Dat is toch een element om perspectief te geven aan de mensen die inspanningen doen en om niet in een opbod van drama te komen. We moeten de zaken zeggen zoals ze zijn.
Wat betreft de buitenlandse reizen heeft minister Beke zijn persoonlijk standpunt weergegeven. Ik deel dat persoonlijk standpunt. Vrijdagvoormiddag hebben wij ministerraad en bereiden we het Overlegcomité van 's namiddags voor. Ik weet dat dat daar op tafel ligt. Als minister Beke en ikzelf die mening zijn toegedaan, dan zegt iets in mij dat we de Vlaamse Regering wel mee op dat spoor krijgen. Maar ik kan nu nog niet zeggen dat dit het standpunt is van de Vlaamse Regering. Dat moet vrijdagvoormiddag blijken.
De heer Anaf heeft het woord.
Minister-president, dat is een duidelijk standpunt. U hebt natuurlijk een stukje gelijk. Anderzijds is die Britse variant veel besmettelijker en dat is toch iets dat we in de gaten moeten houden. Inderdaad, de cijfers zijn op een niveau dat oké is, maar het is net nu des te belangrijker dat die cijfers goed blijven en dat we nu niet opnieuw met een heel grote, derde golf te maken krijgen. Dat is een van de redenen waarom we aan al die mensen die al zolang hun uiterste best doen, nu moeten kunnen zeggen dat we deze maatregel nu moeten nemen om ervoor te zorgen dat we effectief naar het einde van deze crisis kunnen gaan.
Ik ben blij dat u dat vrijdag mee zult verdedigen in het Overlegcomité. Het is geen leuke maatregel om te nemen maar wel één die echt nodig is. Het is goed om te horen dat de Vlaamse Regering niet gaat slepen, maar mee aan de kar zal trekken om het nodige te doen.
De heer Keulen heeft het woord.
Minister-president, mijn devies is heel duidelijk: hou de grenzen open en verbied de buitenlandse reizen. Het aandeel van die buitenlandse reizen in het grensverkeer is verwaarloosbaar klein. Dat is zelfs minder dan 1 procent, denk ik. De poespas die die buitenlandse reizen veroorzaken in onze samenleving, is eigenlijk buiten alle verhouding. Er is het toezicht houden aan de grens, en dan moet men die mensen in quarantaine ook nog opvolgen via de OCMW’s en de politie. Dat is gewoon niet redelijk. Zorg ervoor dat het bezoek van naasten, van familie, door mantelzorgers, en alles wat daarbij hoort, het passeren van de grens om te gaan werken, maar ook om te gaan studeren, gewoon kan gebeuren met de bestaande regels die vandaag van kracht zijn voor het grensverkeer. De mensen houden zich aan die regels. Zelfs in Nederland denken ze nu aan een avondklok, het is te zeggen, ze hebben die zelfs ingevoerd. Ze hebben ondertussen ook al drie maanden mondmaskers, dus je hebt daar uniformiteit. Maar reizen, verbied dat. Dat is een perspectief voor vanaf het najaar, als iedereen gevaccineerd is, maar vandaag moeten we de waarheid ook haar rechten gunnen. Alle massale besmettingen met het virus zijn eigenlijk het land binnengekomen via het reizen, een jaar geleden na de krokusvakantie, en nu ook, na de kerstvakantie. Nu dreigt met de krokusvakantie datzelfde probleem zich eigenlijk opnieuw te manifesteren. Dus, ook vanuit een verantwoordelijke houding en positie, en vooral vanuit gezondheidsperspectief: verbied de buitenlandse reizen.
De heer Vaneeckhout heeft het woord.
Ik zou het bijna niet beter kunnen zeggen dan collega Keulen. Ik ben zo bescheiden.
Dat is dan bij dezen in orde. Uw tijd is om.
Ik wil echter wel proberen nog iets anders te belichten. Minister-president, vorige week bespraken we hier in de plenaire vergadering een gelijkaardig thema met collega Beke over de uitzondering voor zakenreizen en de vrijstelling van quarantaine voor minder dan 48 uur. Toen heeft minister Beke gezegd dat hij dat wou aanpakken, dat hij het ermee eens was dat die uitzondering eigenlijk niet correct is in dit tijdperk. Hij zei toen ook dat hij dat zo snel mogelijk in het Overlegcomité wou brengen. Collega’s, wat mij in deze crisis zeer nerveus maakt, is dat wij tien dagen nodig hebben om dat naar het Overlegcomité te krijgen, dat dat eigenlijk gewoon de voorziene timing is. Minister-president, ik vind dat onbegrijpelijk, en dat is dan ook mijn vraag: hoe komt het dat we niet sneller kunnen schakelen? Als er een standpunt is binnen de Vlaamse Regering over die quarantainehandhaving voor kortere reizen naar het buitenland, hoe komt het dan dat we dat tien dagen later nog altijd niet in orde hebben gekregen?
Mevrouw Schryvers heeft het woord.
Collega’s, ik denk dat we ons op een cruciaal moment bevinden. De vaccinaties zijn in aantocht, en tegelijkertijd is er een nieuwe, meer besmettelijke variant die circuleert. Het is nu het moment, denk ik, om alle verdere besmettingen te vermijden. We weten dat internationaal verkeer beperken een van de middelen is om dat te doen. Minister-president, het lijkt me ook nodig om in de aanloop naar de krokusvakantie, die er toch binnenkort aankomt, duidelijkheid te geven. We weten dat mensen graag met vakantie gaan, en we weten dat veel mensen zich ook aan de maatregelen houden, maar ook wij hebben het standpunt dat het risico vandaag echt veel te groot is. Daarom vinden wij ook dat een verbod op niet-essentiële reizen is aangewezen, om besmettingen te beperken, maar ook voor al die mensen die nu al maanden in de zorg het beste van zichzelf geven, voor mensen die hun zaak gesloten zien enzovoort.
Minister-president, ik heb nog een bijkomende vraag. Als er een verbod komt op niet-essentiële reizen, dan blijven andere verplaatsingen naar het buitenland, de zogenaamde essentiële reizen nog wel mogelijk. Bereidt u binnen de Vlaamse Regering voor de vergadering van het Overlegcomité van vrijdag ook een bijkomend standpunt voor met betrekking tot het testen en de quarantaine voor mensen die terugkeren van een essentiële reis?
De heer Parys heeft het woord.
Het zal het parlement verbazen dat mijn fractie zich uiteraard aansluit bij het antwoord van de minister-president. Collega, u vroeg daarjuist hoe het komt dat dat zo lang duurt. Hoe komt het misschien ook dat collega Anaf de vraag stelt, terwijl minister Beke daar gisteren eigenlijk al een redelijk duidelijk antwoord op heeft gegeven? Ik denk dat ik daar wel het antwoord op heb. Als ik goed ben ingelicht, wil minister Vandenbroucke wel graag zo’n verbod, maar is de premier niet mee. Wij dienen hier in het Vlaams Parlement dus om wat druk uit te oefenen op de premier van de Federale Regering om ervoor te zorgen dat er daadwerkelijk zo’n verbod komt. Ik denk dat dat het korte antwoord is op uw interessante vraag.
Minister-president Jambon heeft het woord.
U zegt dat het lang duurt, maar ik ben het daar niet mee eens. Morgen komt de Europese Raad ook nog bij elkaar. Natuurlijk is het interessant om dit met heel Europa te doen. Het is ook nog interessant om aan te kondigen dat België in die richting wil evolueren en om de collega's in Europa daarvan op de hoogte te stellen. Als ik de evoluties in de landen rondom ons zie, dan merk ik dat men heel wat van onze aanpak begint te kopiëren. Men stelt vragen aan ons over hoe wij dat aanpakken. Als we dit op Europees vlak kunnen regelen, zou het natuurlijk heel wat praktische problemen oplossen.
Dit is dus de volgorde: morgen komt de Europese Raad onder meer over dit thema bij elkaar, trouwens ook over de aankoopprocedure met Pfizer. Ik begrijp wel dat u mij woorden in de mond wilt leggen. Ik heb duidelijk gezegd dat dit mijn persoonlijk standpunt is en het standpunt van minister Beke dat hij gisteren in de commissie heeft uiteengezet. Ik ga vrijdag dat standpunt ook aan de Vlaamse Regering voorleggen. Op dit moment kan ik dus niet zeggen dat dit al gedelibereerd is binnen de Vlaamse Regering. Ik maak me sterk dat het dit zal zijn, maar formeel moet ik dit zo zeggen.
Op het Overlegcomité van vrijdag komen ook testen en quarantaine. Momenteel wordt dit juridisch onderzocht omdat in dit land niet elk gewest op dezelfde manier hetzelfde wettelijke arsenaal al in stelling heeft gebracht. Men kijkt een beetje naar Vlaanderen omdat wij op dit moment de meest complete set hebben. Er zou nog een probleem zijn – ik spreek met twee woorden – met het samenwerkingsakkoord, dat eventueel nog zou moeten worden aangepast. Iets wat ogenschijnlijk eenvoudig is, is legistiek gezien niet zo eenvoudig. Ook die dingen staan vrijdag op de agenda van het Overlegcomité.
De heer Anaf heeft het woord.
Minister-president, ik dank u voor uw bijkomend antwoord. Ik dank de collega's ook voor de steun. Ik denk dat het echt noodzakelijk is. Ik heb twee fracties niet gehoord, maar de andere fracties zijn allemaal mee. Het zou een goede zaak zijn als er ook op Europees vlak goede afspraken over kunnen worden gemaakt. We leven natuurlijk niet op een eiland en we leven in een Europa. Het is dus een logische beslissing. Collega's, dank u wel voor de steun.
De actuele vraag is afgehandeld.