Verslag plenaire vergadering
Verslag
De heer Vandaele heeft het woord.
Voorzitter, collega’s, ik was vanmorgen de eerste spreker, en achttien uur later ben ik wellicht de laatste. Tradities zijn er om te koesteren, en ik laat de kans natuurlijk niet liggen om voor één keer namens het hele parlement te spreken, dus ook namens de oppositie. Namens alle fracties wil ik namelijk de diensten van ons parlement van harte danken voor de goede zorgen, ook in deze moeilijke tijden. Decreetgeving, verslaggeving, de onthaalmedewerkers, iedereen bedankt. Zonder hen zouden wij ons werk niet kunnen doen. Dank daarvoor.
Ook u, voorzitter, was nuttig. (Gelach)
Als dat uit uw mond komt, is dat een compliment.
Tot slot, aan iedereen voor en achter de schermen een goed eindejaar gewenst, en hopelijk een gezond nieuwjaar. Dank u wel. (Algemeen applaus)
Minister Diependaele heeft het woord.
Dank u wel, voorzitter.
Het enige voordeel aan de job van minister van Financiën en Begroting in deze tijden is wellicht dat ik de kerstboodschap mag uitspreken namens de regering. Ik sluit mij dus graag aan bij collega Vandaele.
2020 is een jaar dat we snel achter ons gaan willen laten, maar we hebben ook een aantal dingen leren te waarderen: zorg dragen voor elkaar, onze eigen omgeving meer waarderen. Als we dat meenemen naar 2021, wordt dat ongetwijfeld een veel beter jaar.
Ik wil jullie waarschijnlijk, maar niet met zekerheid, in naam van alle collega’s bedanken voor de boeiende debatten de afgelopen maanden of het afgelopen jaar. Ik kijk ernaar uit om dat ook het volgende jaar te doen. En ik bedank inderdaad ook zeker de leden van het personeel, de bestaffing, van de griffier tot de poetsvrouw. Dat is iets wat ik zelf persoonlijk heel hard mis: de vriendelijke bejegening hier in het parlement. Heel erg bedankt daarvoor.
Ik wens jullie natuurlijk een hele mooie tijd, binnen de veiligheidsmaatregelen, met vrienden en familie tijdens deze kerst, en een heel goede start voor 2021. (Algemeen applaus)
Collega’s, uiteraard wil ik als voorzitter zelf in eerste instantie ook het personeel bedanken voor hun inzet en hun gedrevenheid. Maar ik wens jullie natuurlijk ook allemaal – niet alleen u, minister Diependaele, maar alle parlementsleden die hier aanwezig zijn en die thuis zitten – goede en leuke feestdagen, in de mate van het mogelijke, maar vooral zeer gezonde en veilige feestdagen. (Algemeen applaus)