Verslag plenaire vergadering
Verslag
Mevrouw Verheyen heeft het woord.
Ook vandaag wil ik het opnieuw hebben over de verontrustende effecten van de lockdown, en vandaag in het bijzonder over het effect op het alcohol- en middelenmisbruik. Vorige week trokken onder meer de Druglijn en het Antwerps Adviespunt aan de alarmbel. Zij gaven aan dat er een duidelijke stijging te zien was in het aantal oproepen en de vragen tot hulp.
De Druglijn kreeg nog nooit zoveel oproepen, en het Adviespunt gaf ook aan dat de helft van die oproepen alcoholgerelateerd was, terwijl het voor corona nog over 30 procent ging. De oorzaak die ze hiervoor geven is heel duidelijk: de lockdown en de maatregelen, die het problematisch alcohol- en middelengebruik toch in de hand lijken te werken. Ook mensen die met verslavingen kampten, lijken tijdens de lockdown gemakkelijker te hervallen omdat de sociale controle voor de meesten bijna is weggevallen en omdat de dagelijkse structuur is weggevallen. Dat werkt het probleem in de hand.
Minister, collega’s, ik ben hier niet om de plezierpolitie te spelen en een aantal dingen te verbieden, helemaal niet. Ik denk zelfs dat mijn vraag niet gaat over de bourgondiër die af en toe een glaasje drinkt ter ontspanning. Het gaat mij hier wel om de sensibilisering van die kwalijke effecten van alcohol- en middelenmisbruik. Ik denk dat er vooral in deze tijd ook vaker naar de fles gegrepen wordt, om het cru te stellen, en dat kan helemaal niet de bedoeling zijn.
Minister, wat gaat u ondernemen om het bewustzijn rond alcohol- en middelenmisbruik te verhogen en de drempel naar de gepaste hulpverlening te verlagen?
Minister Beke heeft het woord.
Bedankt voor de vraag, want het geeft mij de kans om heel wat dingen die we in de pijplijn hebben, met u te delen.
Op twee minuten tijd, weliswaar.
Op twee minuten tijd, maak u niet ongerust. Ik weet dat u streng maar rechtvaardig bent.
De problematiek die u aanhaalt, is een bijzonder belangrijke problematiek ,die iedereen onder ons wel zal erkennen. Daarom hebben wij in het verleden de Druglijn al versterkt met een bijkomende subsidie, zodat ook de chatservice en de zelfhulptool DASH verder kan worden versterkt. Maar daar willen we het niet bij laten. Om de problematiek verder onder de aandacht te brengen, hebben we verschillende instrumenten klaarliggen.
Ten eerste is er het versterken van de campagnes over de hulplijnen, dus ook de Druglijn in Vlaanderen. Ten tweede weet u dat we in februari, de kortste maand, een Tournée Minérale doen. We zijn op dit ogenblik aan het nadenken om Tournée Minérale ook heel specifiek te richten op de coronasituatie.
Ten derde hebben we ook voor studenten een campagne klaar die helemaal is toegespitst op de coronamaatregelen. Student zijn is heel veel dingen maar het is ook verantwoord drinken. Zeker in deze omstandigheden is dat wel belangrijk, omdat er ook een stuk sociale controle is weggevallen. Ten vierde hebben we een visuele folder klaar rond alcoholverbruik voor actieve ouderen, die zal worden gelanceerd. En ten vijfde, wat middelengebruik betreft, zal het Vlaams expertisecentrum Alcohol en andere Drugs (VAD) de werking van Safe ’n Sound heroriënteren naar een volledig online aanbod.
Dat zijn vijf elementen die we op dit ogenblik heel concreet klaar hebben of in de pijplijn hebben om aan deze verzuchtingen tegemoet te komen, de problematiek effectief bespreekbaar te maken en er ook het nodige aan te doen.
Mevrouw Verheyen heeft het woord.
Ik dank u voor uw antwoord. Ik ben ook blij om te horen dat er actie ondernomen wordt, want het is echt wel nodig, zeker vandaag de dag.
Verschillende expertisecentra, waaronder ook het Adviespunt Verslaving, geven aan dat het alcoholgebruik vooral bij hoger opgeleiden problematisch aan het stijgen is. Zelf denk ik dat die conclusie misschien iets te voorbarig is, ook omdat studies van Sciensano van een paar jaar geleden aantonen dat dit verschil niet significant is tussen hoger en lager opgeleiden.
Minister, hebt u er zicht op of die stelling klopt, en of dat probleem van stijgend alcoholgebruik zich vooral voordoet bij hoger opgeleiden? Of is het eerder zo dat lager opgeleiden de weg naar gepaste hulpverlening misschien minder vinden?
Mevrouw Wouters heeft het woord.
Minister, de lockdown heeft niet alleen een problematisch effect op het alcohol- en druggebruik. Daarom wil ik ook wel even de aandacht vestigen op andere verslavingsproblematieken, zoals eetstoornissen. Ook deze mensen hebben het in deze periode heel moeilijk. Het wegvallen van structuur in hun dagelijks leven kan een enorme uitdaging vormen voor personen met een eetstoornis. Op 30 juli stelde ik hier reeds een schriftelijke vraag over. Minister, u gaf toen in uw antwoord aan dat Eetexpert bezig is met de ontwikkeling van nieuwe draaiboeken voor specifieke beroepsgroepen zoals huisartsen, de brede eerste lijn en diëtisten. Dit jaar zouden deze draaiboeken nog worden afgerond. Minister, wat is de huidige stand van zaken met betrekking tot deze draaiboeken?
Mevrouw De Rudder heeft het woord.
Minister, het is uiteraard heel goed dat er wordt ingezet op sensibilisering. Zowel naar studenten als naar oudere doelgroepen blijft dat cruciaal. Ook de bijkomende inspanningen voor de bereikbaarheid van De Druglijn zijn uiteraard een zeer goede zaak. Een laagdrempelige hulplijn is zeer belangrijk en vandaag meer dan nodig.
Wat we goed moeten blijven opvolgen, is de vraag naar professionele hulp. Tijdens de eerste golf zagen we dat de zorgtrajecten binnen de geestelijke gezondheidszorg voor mensen met een verslavingsproblematiek soms werden stopgezet, onderbroken of aangepast, of dat nieuwe opnames voor ontwenning niet konden doorgaan wegens corona. Dat is bijzonder risicovol. Vandaar mijn bijkomende vraag of we een zicht hebben op de impact van de tweede golf op de professionele hulp aan mensen die lijden aan een ernstig alcohol- of middelenmisbruik.
De heer Vaneeckhout heeft het woord.
Minister, hier wordt een zeer terechte vraag gesteld, die extra prangend is in dit tijdperk. Het is uiteraard superbelangrijk dat de toegankelijkheid van de eerstelijnszorg en hulplijnen beschikbaar blijven. Ik wil van de gelegenheid gebruik maken om een vraag te stellen over wat daar eventueel na komt. Een jaar geleden kwam nogal in beeld dat de wachtlijsten voor ambulante en residentiële hulp op dit gebied enorm waren opgelopen. Men sprak van vier tot vijf weken voor mensen die residentiële hulp nodig hadden. Ik hoop dat we een jaar later er een zicht op hebben of we stappen hebben gezet. Vandaar mijn zeer concrete vraag: zijn de wachtlijsten de afgelopen twaalf maanden afgenomen of toegenomen op dit gebied?
Mevrouw Goeman heeft het woord.
Ik vrees dat corona er inderdaad voor zorgt dat mensen met een zware verslavingsproblematiek nog dieper wegzakken, maar dat we ook een nieuwe groep mensen krijgen die overstag dreigen te gaan, mensen die vóór corona al wel eens een glaasje dronken, of zelfs een glaasje te veel, waarbij de situatie nu compleet dreigt te escaleren, mensen die hun job zijn verloren, mensen die in zwaar weer terechtkomen met hun eigen zaak, mensen die eenzaam zijn en drinken om te vergeten. Ik denk dat we voor de gigantische uitdaging staan om die mensen zo snel mogelijk op de radar te krijgen en er ook voor te zorgen dat we hen zo snel mogelijk bereiken om die concrete problemen aan te pakken voor hun verslaving verder escaleert. Ik denk dat we echt niet mogen wachten tot er klachten komen van bijvoorbeeld buren over huiselijk geweld of geluidsoverlast. Dat zijn verhalen die vandaag tot bij ons komen omdat mensen te veel drinken. Daarom is het heel belangrijk dat alle zorgverleners op dit moment zo 'outreachend' mogelijk gaan werken en zo goed mogelijk samenwerken om al die problemen aan te pakken.
Goed, uw vraag?
Met campagnes alleen zullen we er niet geraken om de meest kwetsbaren te bereiken. Wat gaat u concreet doen om die outreachende aanpak en die samenwerking te realiseren?
Minister Beke heeft het woord.
Collega's, op de vraag of het eerder hoog- dan laaggeschoolden zijn die vandaag een problematisch drankgebruik hebben, kan ik niet eenduidig antwoorden. We zien algemeen dat het drankgebruik niet zozeer verschillend is in de sociaal-economische klassen, dat er zelfs iets meer hooggeschoolden zijn, ook in niet-coronatijden, die een wat hoger drankgebruik hebben, maar dat het problematische drankgebruik eerder bij de laaggeschoolden zit. Of dat specifiek gewijzigd is naar aanleiding van corona, weet ik niet, maar we kunnen die vraag zeker stellen aan VAD, onze partner in dezen.
Er zijn heel wat vragen gesteld over de cijfers inzake de wachtlijsten en andere. Ik wil daar graag op antwoorden maar ik stel voor dat u de vraag schriftelijk stelt zodat ik dit kan laten onderzoeken.
De Eetexpert is onze partnerorganisatie die al verschillende acties heeft ondernomen om ook in coronatijden ondersteuning te bieden. De stand van zaken van de draaiboeken van de Eetexpert moet ik navragen, die heb ik hier niet bij de hand. Het is wel belangrijk te melden dat de hulpverlening open blijft. Mensen die problemen hebben en die dat via de hulp- of infolijnen willen melden of naar de hulpverlening willen gaan, moeten dat kunnen. We hebben heel uitdrukkelijk afgesproken dat de hulpverlening gecontinueerd wordt.
We moeten dat effectief meer onder de aandacht brengen, collega Goeman, en dat zullen we dan ook doen. Ik heb dat al een aantal keren gezegd in het parlement. Er is ook een extra budget uitgetrokken om de Druglijn mee te promoten en te versterken. Het is de bedoeling om mensen die kampen met problematisch druggebruik snel te bereiken.
U verwijst naar de outreachende aanpak maar dat is niet alleen hiervoor. Vaak gaat het ook om een multiproblematiek. Dat is inderdaad onze bedoeling maar ik denk dat ik daar ook in de volgende vraag nog op terugkom.
Mevrouw Verheyen heeft het woord.
Overmatig alcoholgebruik of middelenmisbruik komt inderdaad voor in alle lagen van de bevolking en bij alle leeftijden. Het is echt wel belangrijk om te blijven sensibiliseren over de kwalijke gevolgen van alcohol- en middelenmisbruik. We moeten niet enkel sensibiliseren maar ook, zoals u zelf zegt, minister, de drempel naar hulpverlening verlagen. Er is wel laagdrempelige hulpverlening, er is een hulpaanbod maar niet iedereen geraakt daar. We moeten daar echt op blijven inzetten.
En collega’s, nogmaals, er is niets mis met het drinken van een glaasje, maar dat moeten we altijd met ons verstand doen.
De actuele vraag is afgehandeld.