Verslag plenaire vergadering
Verslag
De heer Parys heeft het woord.
Minister, er is erg veel bezorgdheid over de geestelijke gezondheid van ons allemaal. Ik heb in de plenaire vergadering van 28 oktober al de suggestie gedaan dat we allemaal wat meer aan elkaar zouden vragen hoe het is. We doen dat duidelijk veel te weinig. Als je kijkt naar de signalen die vandaag opduiken, zie je dat er een aantal open brieven zijn, vooral van jonge mensen die aangeven dat ze er echt door zitten. Als je naar de sociale media kijkt, zie je daar berichten van stress, en ook verdriet, van jongeren die het heel erg moeilijk hebben.
We hebben ouderen die vandaag wat in isolement dreigen te komen. Wij hebben mensen die in de gezondheidszorg werken die het heel erg moeilijk hebben omdat zij onder druk staan. Wij hebben ouders die thuiszitten en die hun tijd moeten verdelen tussen hun kinderen en hun werk, terwijl alle andere activiteiten wegvallen.
Je ziet tegelijkertijd, minister, een vreemd fenomeen. Er zijn getuigenissen van bijvoorbeeld medische diensthoofden van twee ziekenhuizen in Limburg die vaststellen dat een derde van de 87 bedden op hun psychiatrische afdeling, waarvoor normaal een wachtlijst is, nu leeg staan. Er is veel psychisch lijden, maar er zijn weinig patiënten. De vraag is of u ook ziet dat de mentale zorg in de eerste, tweede en derde lijn wordt uitgesteld. Wat kunt en zult u daaraan doen?
Minister Beke heeft het woord.
Collega Parys, hoe is ’t? (Gelach)
U zegt: redelijk. Ik was vanmorgen op bezoek bij een artsenpraktijk. Ook daar is wat u vraagt, aan bod gekomen. Mensen mogen de zorg niet uitstellen. Of zij nu naar de huisarts, naar de psycholoog, de psychiater, de GGZ, een ziekenhuis, een psychiatrisch ziekenhuis, of een algemeen ziekenhuis moeten gaan: als de zorg nodig is, moeten zij daarnaartoe gaan. Laat mij van de gelegenheid gebruikmaken om die oproep hier toch nog eens te doen. Het is van ontzettend groot belang en een van de lessen die wij hebben geleerd uit de eerste golf. Toen zijn er een aantal dingen stopgezet en vertraagd weer gestart; dat moet vermeden worden. Mensen die zorg nodig hebben, fysieke zorg of mentale zorg, moeten de stap zetten om van die zorg te kunnen genieten. Dat is absoluut noodzakelijk.
Ik heb niet de concrete cijfers die u vraagt en of het een veralgemeend verschijnsel is. Ik weet wel dat in de psychiatrische ziekenhuizen rond de 93 procent draait op dit ogenblik. Dat zit goed. Maar ik herhaal mijn oproep: de mensen die het nodig hebben moeten absoluut terechtkunnen.
De heer Parys heeft het woord.
Ik ben blij met de oproep van de minister om zorg niet uit te stellen, ook als het om geestelijke gezondheidszorg gaat. Wij zagen immers dat bij het begin van de eerste lockdown de cijfers van de hulpverlening echt achteruitgingen. Naarmate de crisis langer duurde, steeg de intensiteit van de nodige hulp. Zo zijn er 4 procent meer gedwongen opnames geweest in de psychiatrie. Dat willen wij nu vermijden. Het gekke is dat de hulpverlening nu, in tegenstelling tot de eerste lockdown, niet is gestopt. Ga alstublieft hulp zoeken, zij is er vandaag. Dat is ook onze oproep.
Als wij willen dat onze geestelijke gezondheidszorg op peil blijft, dan moeten wij ook positieve elementen benadrukken. Ik vind het daarom bijzonder belangrijk dat er een website is zoals www.checkjezelf.be, waar nu ook meer ruimte is voor positieve verhalen en positieve elementen. Zo kunnen mensen zien aan welke kleine dingen ze zich in deze moeilijke dagen kunnen optrekken.
De heer Vaneeckhout heeft het woord.
Minister, gisteravond was ik uitgenodigd op een meer dan twee uur lang durende digitale meeting van een dertigtal jongeren die zich spontaan hadden georganiseerd om elkaar de vraag ‘hoe is ’t?’ te stellen. Het was de bedoeling een gesprek aan te knopen over hoe zij de coronaperiode doormaken. Die bijeenkomst is zeer hoopvol afgesloten. Ik denk dat jongere generaties misschien gemakkelijker die weg durven in te slaan en die stap durven te zetten, en dat corona misschien een momentum kan zijn om op dat gebied de taboes te doorbreken. Misschien kunnen wij ook in dit halfrond meer kwetsbaarheid en bespreekbaarheid aan de dag leggen.
Ik denk dat er ook heel veel spontane initiatieven ontstaan. Het beleid kan het verschil maken door die op te schalen, te ondersteunen, daar een kader voor te creëren om daar op een goede manier mee om te gaan. Minister, ziet u dergelijke initiatieven ook ontstaan in zeer vele domeinen in de maatschappij,
Uw vraag luidt dus?
Minister, op welke manier zult u dergelijke spontane initiatieven structureel ondersteunen in de komende tijd?
Mevrouw Saeys heeft het woord.
Dat er zorg wordt uitgesteld, staat als een paal boven water, jammer genoeg. We hebben dat tijdens de eerste golf gezien en we zien het nu ook. Het gaat niet alleen over mentale problemen. Ik denk dat de bespreekbaarheid daarvan op dit moment vrij goed is. Psychologen en dergelijke proberen door te werken, zowel fysiek als met videocalls. Maar we zien bijvoorbeeld veel minder hartinfarcten, herseninfarcten of appendicitis op de spoeddiensten. En dat klopt ergens niet want er is geen reden waarom er plots veel minder zouden zijn. Dat baart me veel zorgen, net als tijdens de eerste golf. Ik kan dan ook alleen maar de oproep van de minister onderschrijven om zorg alstublieft niet uit te stellen. Het is veilig om naar uw arts te gaan.
De heer Sintobin heeft het woord.
We moeten er inderdaad voor zorgen dat de mensen zorg niet uitstellen, hetzij geestelijk, hetzij fysisch. Ik denk dat we het daar allemaal eens over zijn. Wat echter het aspect betreft dat de heer Parys aanhaalde – het mentale welzijn, de geestelijke gezondheidzorg bij onze bevolking, bij jongeren en bij ouderen, en waar veel mensen vaak niet mee naar buiten durven te komen – hebben wij als individuele burger de taak om bijvoorbeeld in onze buurt te kijken waar er een probleem is of waar iemand met een probleem zit. Ook wij moeten mensen durven aanspreken en vragen hoe het met hen is, of we iets voor hen kunnen doen. Hetzelfde geldt voor de verenigingen. Initiatieven zoals die waarover de heer Vaneeckhout het had, zijn natuurlijk ook oké. Ik neem volgende week zelf ook een dergelijk initiatief en ik zou u ook willen vragen, minister, om in de mate van het mogelijke, de lokale besturen aan te spreken om ervoor te zorgen dat er geen mensen achterblijven.
Mevrouw Jans heeft het woord.
De cijfers van de psychiaters lijken mee te vallen, maar het signaal dat we krijgen uit de algemene ziekenhuizen, is dat de paaz-afdelingen (psychiatrische afdeling van een algemeen ziekenhuis) heel wat lege bedden tellen. Minister, hoe kunnen we ervoor zorgen dat iedereen die daar ontslagen wordt de nodige opvolging krijgt, ook van onze Vlaamse diensten? Hoe kunnen we ervoor zorgen dat de mensen die daarvoor de nodige expertise hebben, deze expertise kunnen blijven inzetten?
Voorzitter, er zijn veel initiatieven genomen, maar ik wil van deze gelegenheid gebruik maken om mijn waardering te uiten voor het absoluut grote belang van de website checkjezelf.be waarop wordt gesproken over veerkracht en mentale weerbaarheid. We zullen het straks nog hebben over het mentale welzijn van studenten en ik zag deze week ook initiatieven in verband met het mentale welzijn van landbouwers. Ik vind het absoluut belangrijk dat ook wij die website breed uitdragen en daar positief over zijn.
De heer Anaf heeft het woord.
Gisteren heeft onze partij met haar ministers en parlementsleden een grote belactie gedaan en daarbij was de eerste vraag: hoe is het? Er waren een aantal heel fijne gesprekken bij, er waren ook een aantal dames bij – laat ons eerlijk zijn – die eigenlijk gewoon graag een babbeltje wilden doen met Conner – die kon ik niet helpen – maar er waren ook een aantal heel heftige gesprekken bij waarbij we echt hebben moeten doorverwijzen naar de hulpverlening.
Het is effectief heel duidelijk dat veel mensen het moeilijk hebben. In tegenstelling tot de eerste golf is het inderdaad zo dat de geestelijke gezondheidszorg en hulpverlening niet zijn stopgezet maar er zijn nog altijd heel wat mensen die zich daar niet bewust van zijn en die inderdaad zorg uitstellen. Het is belangrijk dat we mensen oproepen om de hulpverlening op te zoeken, maar ik denk dat er meer nodig is. Minister, welke concrete acties wilt u ondernemen om ervoor te zorgen dat mensen die broodnodige zorg, die psychische zorg niet uitstellen?
Minister Beke heeft het woord.
Collega Anaf, ik heb aan de ambulante voorzieningen gevraagd om de huidige vormen van behandeling, verzorging en begeleiding te continueren. Dat is een heel duidelijke vraag die wij hebben gesteld. We hebben dat onder de aandacht gebracht. In de eerste periode is dat digitaal gebeurd waar dat moest. Er zijn ook alternatieve methoden ontwikkeld, maar ik denk dat het belangrijk is heel duidelijk te stellen dat die gespecialiseerde hulp in ambulante voorzieningen voor geestelijke gezondheid er moet blijven. Zoals daarstraks gezegd, en iedereen heeft ook die oproep gedaan, mensen die hulp nodig hebben, moeten die kunnen krijgen.
We hebben het platform checkjezelf.be een paar weken geleden versterkt. We hebben hier ook het debat gehad over de hulplijnen. Die heeft de Vlaamse Regering ondertussen ook versterkt. Ik kan alleen maar vragen aan iedereen, aan elk parlementslid, om die campagne en die website checkjezelf.be mee te versterken en uit te dragen, voor de mensen zelf, want dit begint natuurlijk ook met zelfzorg. Als je goed zorgt voor jezelf, dan kan je ook goed zorgen voor de anderen.
Wat hebben we daarnaast nog gedaan de voorbije weken, met die opflakkering van die tweede golf? We hebben doelgerichte communicatiecampagnes opgezet. Die gaan we ook nog verder ontrollen. Er is een positieve campagne opgezet voor kinderen en jongeren. De hulplijnen Tele-Onthaal, 1712, en andere worden verder extra gepromoot. Er is aandacht voor de lotgenotenwerking. Dat is bijzonder belangrijk. Ik wil van de gelegenheid gebruikmaken om het volgende te zeggen aan de burgemeesters die aanwezig zijn, maar ook aan de burgemeesters die kijken. Er zijn heel wat lotgenotenverenigingen die op dit ogenblik op zoek zijn naar grotere ruimtes om hun vergaderingen te kunnen organiseren, omdat dat niet kan in een kleine ruimte. Misschien kan er ter zake een uitgestoken hand zijn naar al die mensen, organisaties en verenigingen, kan er worden bekeken hoe dat kan gebeuren.
We hebben verder onder andere ingezet op het versterken van de psychosociale hulp voor mantelzorgers. Dat is ontzettend belangrijk, en ook een les die we uit de eerste coronacrisis hebben geleerd. Er wordt ook in extra mogelijkheden voorzien voor het tegengaan van eenzaamheid en isolement bij personen met een handicap. Collega Vande Reyde, dat zal u wel plezieren. Dat is een heel specifieke kwestie, maar wel ontzettend belangrijk. Dat hebben we ook geleerd uit die eerste golf. We hebben een participatief project uitgerold voor kinderen en jongeren in de residentiële jeugdhulp. Dat is ook een van de lessen die we uit die eerste coronacrisis hebben geleerd. We versterken verder de veerkracht van het mentale welzijn van het personeel in de zorg. Dat is een zeer specifieke uitdaging. Er is ook extra waakzaamheid voor signalen van kindermishandeling en intrafamiliaal geweld. Daar hebben we twee weken geleden ook over gesproken in de plenaire vergadering.
Zo zijn er nog een aantal zaken. Samen met collega Weyts willen we bijvoorbeeld wat de scholen betreft ook inzetten op het mentale welbevinden van leerlingen en leerkrachten, om ervoor te zorgen dat dat maximaal kan zijn. Het mentale welzijn van eenieder is ontzettend belangrijk. We moeten ervoor zorgen dat de veerkracht van de Vlamingen overeind blijft, dat zij weten dat ze er niet alleen voor staan.
De heer Parys heeft het woord.
Minister, die Vlaamse veerkracht is zeker aanwezig in onze samenleving. Het is dus niet allemaal kommer en kwel. We zien ook heel veel mooie en goede voorbeelden.
Ik ben er heel blij mee dat de collega’s allemaal hebben onderstreept dat we allemaal een plicht en een taak hebben, vanuit onze burgerzin, om af en toe eens te vragen hoe het is.
Minister, merkwaardig genoeg zijn er ook een aantal barrières weggevallen wat het vragen van hulpverlening op het vlak van geestelijke gezondheidszorg betreft, omdat dat nu wél online kan en sommige mensen dat wél makkelijker vinden dan naar iemand toegaan en fysiek contact hebben om over een probleem van geestelijke gezondheid te praten. Ik zou u dus willen vragen om dat mee te nemen voor na corona, om ervoor te zorgen dat die barrières om hulp te zoeken op het vlak van mentaal welbevinden ook voor eens en voor altijd worden gesloopt.
De actuele vraag is afgehandeld.