Verslag plenaire vergadering
Verslag
Mevrouw Vandecasteele heeft het woord.
Collega's, ik wil het hebben over wat er in de huizen gebeurt tijdens een coronacrisis. De maatregelen tegen corona zorgen ook voor een toename van huiselijk geweld, van geweld tegen vrouwen, van geweld tegen mannen, van geweld tegen kinderen binnen het gezin. Ik denk dat we allemaal hartverscheurende verhalen hebben gehoord van geweld, van femicide – vrouwen die vermoord werden door hun partner of ex-partner. Het meest recente voorbeeld was een vrouw in Brussel die door haar ex-partner werd vermoord. Ze had nochtans al meerdere keren klacht ingediend voor geweld.
Ik houd m'n hart vast, want vandaag staat het huis opnieuw in brand. Mensen hebben opnieuw meer stress. Mensen moeten opnieuw meer thuiswerken. Schoolvakanties worden verlengd en er is een volledige lockdown van ons sociaal leven, van onze uitlaatkleppen van sport en ontspanning.
Iedereen weet en iedereen voelt dat het gaat zorgen voor een nieuwe toename aan huiselijk geweld. Bij de eerste coronagolf was er een mooie lentezon, maar vandaag zijn de dagen korter, somberder en donkerder. De mensen op het terrein houden hun hart vast.
Minister, ik vraag om kort op de bal te spelen en om vandaag meer aandacht te hebben voor de hulplijn 1712, een professioneel hulpverleningsaanbod dat laagdrempelig is en gratis toegankelijk voor mensen die in aanraking komen met geweld of die getuigen zijn van geweld.
Minister, mijn concrete vraag is om die hulplijn vandaag al breder bekend te maken via een mediacampagne, via een boodschap van algemeen nut, maar ook om de capaciteit van de hulplijn uit te breiden omdat die sinds maart al veel meer wordt bevraagd. Femicide, vrouwenmoord, is niet het begin maar het eindpunt van een jarenlange escalatie van sluipend geweld en intimidatie, en die hulplijn is een manier om vrouwen snel hulp te kunnen bieden en uit de spiraal van geweld te geraken.
Minister Beke heeft het woord.
Collega, dank u wel. We hebben daarstraks een heel uitgebreid debat gehad over corona, over de maatregelen die we hebben genomen. Zijn ze wel streng genoeg? Wat is de impact daarvan, de economische impact, de impact op ons zorgsysteem, maar ook de impact op ons welzijn? Er was onder andere de vraag om telewerken te verplichten. We moeten mensen aansporen, dat maximaal mogelijk maken, werkgevers maximaal responsabiliseren om dat te doen, maar als het gaat over iedereen dat koste wat kost opleggen, dan vind ik dat we daar wel over moeten nadenken. Ik geef dat maar als voorbeeld. Immers, zoals ik daarstraks heb gezegd, niet iedereen heeft een gelukkig gezin, heeft een gelukkige relatie. Voor veel mensen, mannen én vrouwen, is gaan werken ook een vlucht uit familiale stress, uit familiaal geweld, psychisch geweld of fysiek geweld. In de hele bespreking die we deze namiddag hebben gehad, was het niet alleen dansen op het slappe koord tussen economie en zorg, maar ook op dat tussen welzijn en zorg. Uw bezorgdheid is dus een terechte bezorgdheid, absoluut. Het is een bezorgdheid die we delen.
1712 is geen noodlijn. In nood bel je naar de politie. Daarvoor heb je 112 en 101. 1712 is een hulplijn, via telefoon en via chat. Die is gemaakt door de centra voor algemeen welzijnswerk (CAW’s) en de vertrouwenscentra kindermishandeling. We hebben daar in april met ons plan Zorgen voor Morgen een financiële uitbreiding van 140.000 euro extra aan gegeven, net om bijkomende capaciteit daarin te kunnen onderbrengen. Dat loopt nog tot het voorjaar, dus die extra capaciteit is absoluut nodig. Ik ben ook blij dat we hebben beslist om dat niet tot de zomer te doen, maar dat te laten lopen tot het voorjaar van 2021.
Het is ook absoluut belangrijk om dat breder bekend te maken. Daartoe hebben we ook al heel wat initiatieven genomen. Ik kan u die opsommen, als u dat wilt. Hoe meer mensen dat kennen, hoe belangrijker het is.
We zullen ook bijkomende initiatieven nemen daaromtrent. Ik zal daaromtrent vrijdag een heel concreet voorstel voorleggen aan de regering.
Mevrouw Vandecasteele heeft het woord.
Dat er nu opnieuw maatregelen moeten worden genomen die ons sociaal leven, maar ook ons leven op het werk moeten inperken, komt ook wel omdat we het virus tot nu toe niet hebben kleingekregen. Er zijn landen geweest die veel meer hebben ingezet op testen, opsporen en isoleren en die er vandaag in slagen om geen maatregelen van lockdown of sociale lockdown te moeten nemen. In die zin is het dus een gemiste kans dat we dat systeem niet hebben uitgebouwd in België, en dat we er niet in zijn geslaagd om het virus neer te slaan. We blijven eigenlijk dansen met dat virus.
Minister, de maatregelen die vandaag al worden genomen, met het stopzetten van sport, cultuur en ontspanning, het stimuleren van thuiswerk, het verlengen van de vakantie, zullen ook al zorgen voor een toename van geweld. Dat zal ook zorgen voor meer stress in het huishouden, voor een escalatie van reeds sluimerend geweld. Ik ben dus zeer blij dat u een initiatief zult nemen om die hulplijn nog breder bekend te maken. Ik ben benieuwd welk dat is. Ik zal dat vrijdag vernemen. Daarnaast is het goed dat er een capaciteitsuitbreiding is geweest, maar er zijn veel meer oproepen geweest. Zij hebben 50 tot 60 procent meer oproepen gekregen. Zij hebben vandaag een probleem van capaciteit, dus zullen er vandaag ook meer middelen moeten worden ingezet om die capaciteit de komende weken nog uit te breiden, want die volstaat vandaag niet. Ik vraag dus niet enkel meer bekendmaking, maar ook dat er meer zou worden geïnvesteerd in die hulplijn.
Mevrouw Blancquaert heeft het woord.
Minister, collega’s, intrafamiliaal geweld is een thema dat ook onze fractie nauwgezet opvolgt. Ik denk dat het promoten van een hulplijn, zodat slachtoffers sneller de stap durven te zetten om hun verhaal te doen, uiteraard aangewezen is, zoals collega Vandecasteele ook aanhaalde. Ik denk echter dat het daarnaast ook broodnodig is om te voorzien in de nodige opvang voor slachtoffers van huiselijk geweld, want als ze thuis niet meer veilig zijn, dan moeten ze wel een veilige plaats hebben waar ze terechtkunnen.
Minister, in een antwoord op mijn schriftelijke vraag over het vluchthotel Veilige Haven voor slachtoffers van huiselijk geweld, gaf u aan dat u de nood aan opvang en begeleiding van slachtoffers van huiselijk geweld zou blijven monitoren, zodat er nieuwe initiatieven zouden kunnen worden opgezet, indien nodig. Vandaar dus ook mijn bijkomende vraag: wat is de stand van zaken met betrekking tot het monitoren van het huidige aanbod voor slachtoffers van huiselijk geweld? Is er momenteel ook al nood aan bijkomende initiatieven?
De heer Parys heeft het woord.
Mevrouw Vandecasteele, ik dank u voor de terechte vraag.
Minister, ik wil het hebben – u weet ongetwijfeld al wat ik zal zeggen – over de openingsuren van 1712. Vandaag kun je bellen tussen 9 uur en 18 uur, van maandag tot vrijdag, en kun je chatten tussen 13 uur en 20 uur, van maandag tot donderdag. Maar wat zien we? In zo’n coronacrisis zijn mensen vaker thuis en hebben ze meer nood aan nummers als 1712. U hebt, op vraag van heel velen, ervoor gezorgd dat die openingsuren tijdens de eerste golf verruimd zijn. Ik heb u op 6 oktober gevraagd of dat structureel zou worden ingebed, en u ging dat bekijken. Ik herhaal mijn vraag dus.
Ten tweede, minister, weet u dat, na een televisieprogramma waarin die problematiek aan bod komt, vaak heel veel extra mensen bellen, omdat dat nummer wordt geafficheerd. Maar net op dat ogenblik, na 20 uur, kun je de hotline niet meer bereiken. Het lijkt me dus heel belangrijk dat we die openingsuren structureel verruimen.
Ten slotte wil ik afsluiten met een quote van Bert Van Puyenbroeck, die gezegd heeft: “Bel als je vermoedt dat het niet goed zit in jouw of een ander gezin. Spreken is zilver, zwijgen is fout.”
De heer Rzoska heeft het woord.
Voorzitter, collega's, minister, ik sluit me aan bij alle vraagstellers die voor mij hebben gesproken. Ik denk dat er een kamerbrede meerderheid is om 1712 nog meer in de verf te zetten. En goed, u kondigt aan – en ik waardeer dat ook – dat jullie vrijdag op de Vlaamse Regering daarrond initiatief zullen nemen. Maar ik vind de vraag van collega Parys eigenlijk heel relevant – het was ook mijn vraag. Als je weet dat we nu naar toch wel wat donkere dagen gaan – en ik heb het dan niet enkel over corona, maar ook over de samenleving die toch wat donkerder kleurt – dan denk ik dat 1712 als hulplijn echt wel een essentieel instrument is voor mensen, zelfs al komen ze 's avonds terug thuis van hun werk, om in crisissituaties te kunnen bellen. Mijn vraag is dus net dezelfde als die van collega Parys: zult u initiatieven nemen om bijkomende middelen te voorzien, zodat die openingsuren, die bereikbare uren, kunnen worden uitgebreid, zeker met de weken en de dagen die voor ons staan?
Mevrouw Schryvers heeft het woord.
1712 kunnen we als hulplijn niet genoeg bekendmaken, collega's. Want mensen die melding willen doen of die hulp zoeken na geweld of misbruik, moeten we heel gemakkelijk de weg wijzen.
Sinds 1712 actief is, zijn er al heel wat bijsturingen geweest, heel wat initiatieven om de hulplijn meer bekend, meer toegankelijk, kindvriendelijk en bereikbaar te maken. Bij onze aanbevelingen die vanmiddag in de coronacommissie werden goedgekeurd, was er ook een met betrekking tot de zichtbaarheid van onder meer 1712 en afspraken met mediakanalen. En dat is waarover mijn vraag gaat, minister. Ook in verschillende eerdere resoluties, bijvoorbeeld na de commissie historisch misbruik of na de #MeToo-commissie, hebben we gesteld dat het goed zou zijn om afspraken te maken met de media over de vermelding van 1712, wanneer er berichtgeving wordt gedaan over geweld, misbruik of programma’s.
En uw punt is?
Minister, welk initiatief neemt u ter zake om daarover afspraken te maken met de media? Dat kan naar analogie met 1813, wilde ik daar nog graag aan toevoegen.
De heer Anaf heeft het woord.
Collega's, familiaal geweld is een probleem in Vlaanderen, en dat is alleen maar groter geworden tijdens corona. Ik deel de bezorgdheid van heel wat collega's dat dat de volgende weken een nog groter probleem zal worden, omdat we inderdaad naar donkere weken en maanden gaan.
Ik volg dus helemaal dat we 1712 nog meer bekend moeten maken. Ik volg de oproep om dat nog breder toegankelijk te maken.
Maar wat natuurlijk essentieel is, is dat elke melding over familiaal geweld – of ze nu via 1712 binnenkomt of via een ander kanaal – een antwoord krijgt, dat er een geïntegreerd onthaal komt, dat er opvolging wordt gegeven aan meldingen en dat de slachtoffers worden geholpen.
Ik ben blij dat er blijkbaar consensus bestaat over het nog breder toegankelijk maken van 1712. Maar, minister, bent u ook bereid om werk te maken van een geïntegreerd onthaal bij alle hulplijnen inzake oproepen over familiaal geweld?
Mevrouw Saeys heeft het woord.
Intrafamiliaal geweld zien we inderdaad toenemen. Dat geldt eigenlijk voor alle vormen van geweld, ook kindermishandeling. In de coronacommissie hebben we die aanbevelingen gedaan. Daarbij is heel specifiek ingegaan op dat topic, omdat we weten dat het een groot probleem is. Dat zal nu alleen maar toenemen, daar zijn we allemaal van overtuigd. Ik ben alleszins heel blij dat de regering in maart extra geld heeft uitgetrokken voor alle hulplijnen, dus ook voor Awel, WAT WAT, Tele-Onthaal en de Zelfmoordlijn. Dat zijn allemaal goede zaken. Het zou nog beter zijn indien we die uren uitbreiden, maar ik weet niet of dat wel mogelijk is. Men moet dan natuurlijk ook over voldoende vrijwilligers beschikken.
Minister Beke heeft het woord.
Bedankt voor de vragen en de bekommernis die we allemaal delen.
Het huiselijk geweld wordt gemonitord. Ik heb de cijfers niet bij, maar dat gebeurt door de administratie.
Het uitbreiden van de uren was absoluut noodzakelijk en dat hebben we ook gedaan. Met de bijkomende investeringen in 1712 hebben we de openingsuren met 50 procent uitgebreid. Dat is dus gebeurd. We staan ook in constant overleg met 1712 om de cijfers te monitoren en om de werking te ondersteunen. Wat dat betreft, zeggen ze me vandaag niet dat er een capaciteitsprobleem is. Dat is ook omdat we daar bijkomend op hebben ingezet, maar dat wil niet zeggen dat we geen bijkomende inspanningen meer zullen doen. Ik heb al gezegd dat we daarover vrijdag in de schoot van de regering zullen spreken en ik zal daarrond ook een concreet voorstel doen.
De bekendmaking is een heel belangrijk element. Dat gebeurt via de klassieke media. Ik heb ook al contact gehad met minister Dalle, die bevoegd is voor Media, om de bekendmaking nog beter te integreren binnen de bestaande kanalen. Dat kan dan bijvoorbeeld in programma’s van de VRT.
Ik wil wel nog een bedenking meegeven: 1712 is niet voor crisissituaties bedoeld. Daar zijn andere lijnen voor. Het is belangrijk dat dat ook wel wordt meegegeven, want iemand die plots in een crisissituatie zit en naar een verkeerde lijn belt, wordt daarmee niet geholpen. Daarom is een goede communicatie over wat waarvoor dient toch van ontzettend groot belang.
Mevrouw Vandecasteele heeft het woord.
Bij de eerste coronagolf in april hebben ze bij 1712 een verdubbeling gezien van de oproepen. Het is een zeer groot probleem en het is inderdaad goed dat er versterking is geweest. Het klopt dat het geen crisislijn is, maar het is wel belangrijk dat die lijn steeds te bereiken is. Voor mensen die geweld ondervinden, is het heel moeilijk om erover te spreken. Op het ogenblik dat je de beslissing neemt om die hulplijn te bellen en hulp durft te vragen, is het wel heel belangrijk dat die vraag snel beantwoord wordt en dat er opgenomen wordt. Een verruiming van de openingsuren en een versterking van de capaciteit lijken mij zeker aangewezen. Het is ook belangrijk dat die middelen structureel worden ingezet, niet tot en met maart volgend jaar, maar dat ze verder blijven lopen, net omdat het over professionele hulpverlening gaat die ook voor een warme overdracht naar de centra algemeen welzijnswerk (CAW’s) en de vertrouwenscentra kan zorgen.
De actuele vraag is afgehandeld.