Verslag plenaire vergadering
Verslag
De heer Gryffroy heeft het woord.
Collega’s, minister, dat de elektriciteitsfactuur niet enkel uit de kostprijs voor elektriciteit bestaat, is al veel langer bekend. Test Aankoop heeft dan ook op basis van een eigen onderzoek niet alleen geconcludeerd dat de facturen transparanter moeten, maar ze streven ook naar lagere facturen, want de regionale verschillen in de distributiekosten begrijpen ze niet goed.
Ik heb dat dan even onderzocht. Er zijn inderdaad regionale verschillen, maar die zijn ook historisch gegroeid. Het eerste gaat over de vrijmaking van de energiemarkt. Voor de vrijmaking was het voor iedereen, over heel België, hetzelfde tarief. Daarna was het in functie van hoeveel men binnen een bepaalde intercommunale geïnvesteerd of niet geïnvesteerd heeft. Dit werd verrekend in het tarief. Er was ook de kostprijs voor ‘exclusief nacht’, die verschillend was per distributienetbeheerder (DNB). We hadden ook een verschil in sociaal beleid: in iedere DNB, in iedere intercommunale, kon dit perfect verschillend zijn omdat er bijvoorbeeld meer vraag was voor iets rond de sociale doelstelling dan in een andere intercommunale. Er waren ook verschillen in het groenbeleid: in sommige intercommunales werden er, zeker in de beginperiode, veel meer PV-panelen geplaatst, wat nogal zwaar doorgerekend werd. Men heeft dan in de loop der jaren uiteraard geprobeerd om daar oplossingen voor te zoeken door bijvoorbeeld de historische saldi tot 2015 nog te behouden binnen de intercommunale en daarna te solidariseren, buiten het historisch contract van 2006 en 2009 dan. We zien wel dat de tarieven geleidelijk aan geëgaliseerd worden als het gaat over het groenbeleid.
Dus nu zomaar concluderen – wat Test Aankoop doet – dat men dat moet wegwerken: heel veel is eigenlijk bepaald door wat de intercommunales indertijd zelf beslist hebben, historisch gegroeid. Vandaar ook mijn vraag aan u, minister: hoe reageert u op dit onderzoek van Test Aankoop in het algemeen en in het bijzonder rond de kosten van de DNB’s?
Minister Demir heeft het woord.
Ik denk dat we met zijn allen het stuk gelezen hebben en dezelfde bezorgdheid delen wat betreft de betaalbaarheid van de energiefactuur. Nu, wat de rechtstreekse impact betreft van het Vlaams beleid zijn we heel duidelijk overeengekomen met de meerderheidspartijen in het regeerakkoord dat we alles op alles gaan zetten om in de energiefactuur de Vlaamse componenten niet te doen stijgen. Het afgelopen jaar heb ik verschillende initiatieven daartoe genomen. Kijk naar de verdere afbouw van de oversubsidiëring van hernieuwbare energie, weliswaar zonder de goede en grote projecten in gevaar te brengen.
De zonnepanelenpremie die wordt ingevoerd vanaf januari 2021 zal niet in de energiefactuur komen. We blijven dat wel ondersteunen. De gezinnen die zonnepanelen willen zetten, zullen een financiële ondersteuning krijgen. Misbruik pakken we ook aan.
Voor het overige – daar zijn we op dit moment mee bezig – gaan we de kosten die gepaard gaan met het onderhoud van de openbare verlichting uit de factuur halen.
Dat zijn de Vlaamse componenten.
U hebt verwezen naar de verschillen tussen de regio’s. Dat heeft natuurlijk te maken met de intercommunales. Ik zie daar ook een beweging richting fusie. Kijk naar Eandis en Infrax richting Fluvius. Dat zijn goede stappen, ook voor de energiefactuur. We hebben natuurlijk nog intercommunales in andere regio’s. Ze zullen in mij een bondgenoot vinden om verder efficiëntiewinsten en de organisatieaanpak te bekijken. Lokale besturen hebben daartoe de sleutel in handen. Zij zitten in de intercommunales. Ze kunnen beslissen om daar verdere stappen in te zetten. Wij zullen hen daar natuurlijk in ondersteunen.
De heer Gryffroy heeft het woord.
Uiteraard, minister, in het regeerakkoord staan een aantal heel duidelijke principes. U hebt ook al een aantal maatregelen genomen om inderdaad het Vlaamse gedeelte van de factuur niet te laten stijgen. Ik moet toegeven, ook in de vorige legislatuur werden zulke zaken ondernomen.
Maar wat is dan wel de oorzaak? Het is echt historisch, van vóór 2015. In de ene regio werd bijvoorbeeld beduidend veel meer geïnvesteerd dan in de andere. Dat is historisch en kan men niet zomaar in een-twee-drie wegwerken.
TestAankoop sprak ook nog over transparantie. Dat heb ik al heel vaak aangekaart in deze en vorige legislatuur. De factuur is eigenlijk onleesbaar. In de vorige legislatuur kreeg ik altijd als antwoord dat het federale wetgeving betrof. Minister, aangezien in het federale regeerakkoord vaak gebruikgemaakt wordt van ‘in overleg met de gewesten’, bent u bereid om in overleg te gaan met het federale om deze factuur meer leesbaar te maken?
De heer D’Haese heeft het woord.
Voorzitter, mijnheer Gryffroy, weet u wat er nog beter is dan een eengemaakt distributienettarief? Dat is een lager distributienettarief. Minister, die ambitie om Vlaamse componenten in de energiefactuur niet te laten stijgen, dat is een begin. De vraag is toch: wordt het geen tijd dat die Vlaamse componenten in de energiefactuur gaan dalen? De Vlaamse energiefactuur is een van de duurste van Europa: 874 euro per jaar gemiddeld voor een gezin in Vlaanderen, 541 euro in buurland Nederland. Als de vorige regering, mijnheer Gryffroy, inspanningen heeft gedaan om de factuur niet te doen stijgen, dan was dat niet de vorige regering, maar de PVDA. (Rumoer)
Het was de PVDA die voor het Grondwettelijk Hof de Turteltaks heeft laten vernietigen. Daardoor is die weg. Dat heeft niets met de Vlaamse Regering te maken natuurlijk. (Rumoer)
Minister, waarom zijn onze distributienettarieven zo hoog? Omdat de gewone gezinnen opdraaien voor de groenestroomcertificaten en -kosten. Bent u bereid om die eruit te halen?
De heer Van Rompuy heeft het woord.
Minister, die tien verschillende distributienetbeheerders hebben verschillende tarieven. Dat leidt tot 220 euro of bijna 50 procent verschil op jaarbasis tussen het ene en het andere uiterste. Een zekere solidarisering lijkt ons dus logisch. Er zijn nog wel wat argumenten voor, zowel voor de verschillen als om te komen tot meer harmonisering. In het buitengebied zijn er meer mogelijkheden voor grootschalige hernieuwbare energieproductie, in een stad is er dan weer meer verbruik. In een stad zijn er meer schaalvoordelen, maar in landelijk gebied zijn er vaak kleinere infrastructuuringrepen nodig om vooruitgang te kunnen boeken.
Fluvius heeft aangegeven dat, onder andere door de fusieoperatie en dergelijke meer, de distributienettarieven de komende jaren zullen afnemen. Eigenlijk biedt dat een kans, een opportuniteit, om een harmonisering te doen, zonder verliezers te hebben.
Welke stappen zult u ondernemen om die harmonisering te ondersteunen en op welke termijn?
De heer Tobback heeft het woord.
Als de studie van Test Aankoop uitwijst dat de elektriciteitstarieven voor Vlaamse gezinnen hoog zijn, dan is dat natuurlijk omdat ze voor een groot stuk artificieel hoog zijn, omdat ze voor anderen artificieel laag gehouden moeten worden. Om maar één voorbeeld te nemen: van de investeringen voor hernieuwbare energie wordt 90 procent doorgerekend aan gezinnen en kmo’s, terwijl een groot deel ervan eigenlijk rechtsreeks op middenspanning en bij middenspanningsklanten terechtkomt, met andere woorden bij bedrijven en grote verbruikers. Als Vlaamse gezinnen een relatief veel te hoog tarief betalen voor hun elektriciteit, dan is dat door beslissingen van de Vlaamse Regering en door een bewuste politiek van de Vlaamse Regering om bijzonder energie-intensieve bedrijven artificieel voor lage kosten te laten staan en die rekening door te sturen naar Vlaamse gezinnen. Ik wil u dus namens sp.a oproepen om inderdaad die verdeling, collega Van Rompuy, en die solidarisering wat eerlijker aan te pakken. Het zal in iedereen zijn belang zijn.
De heer Schiltz heeft het woord.
Collega’s, minister, dit is een van de meest complexe elementen in het energiebeleid. Het distributietarief, dat is niet wat we betalen voor elektriciteit en gas, maar wat onze verdeling kost. Daarbij heb je een component die bepaald wordt door de netbeheerder en een component die bepaald wordt door wat het kost om dat geheel uit te voeren of te besturen, en dat is Fluvius. Dat is een operator. Dat is niet de eigenaar.
Een deel van het verschil – en dat is nog niet aan bod gekomen – ligt ook in hoe destijds die netten ontstaan en gefinancierd zijn. Het zijn de gemeenten die die centen op tafel gelegd hebben en daar voor zichzelf een rendement op bedongen hebben. Ondertussen zijn die investeringen natuurlijk al lang afgeschreven, maar voor veel gemeenten is de opbrengst van die nettarieven een deel van hun inkomsten waar ze hun investeringen mee doen. Dus als wij hier zomaar zeggen dat dat nu eens gedaan moet zijn en dat we dat allemaal schoonborstelen en gelijkleggen, dan zijn er veel gemeenten die cruciale inkomsten missen en die niet meer kunnen investeren, terwijl we het vandaag loeihard nodig hebben.
Dus ja, absoluut een pleidooi om de tarieven verder te vereenvoudigen en gelijk te schakelen, maar ik wil u oproepen om niet zo snel mee te gaan in een aantal populistische en gemakzuchtige redeneringen. De besparingen van Fluvius worden al doorgerekend door de regulator. Dat geld is al verdeeld voor lagere tarieven.
Welke piste ziet u mogelijk om tot een meer eengemaakt distributienettarief in Vlaanderen te komen?
De heer Claes heeft het woord.
Minister, u had het daarnet over het feit dat u de wirwar aan intercommunales een beetje beter zou ordenen. U hebt daarvoor onze steun. Sterker nog, eigenlijk zouden we die het liefst allemaal afgeschaft zien en zouden we het liefst één groot Vlaams nutsbedrijf zien. Maar beter iets dan niets, natuurlijk. Dus hoe wilt u de herstructurering van de intercommunales concreet realiseren? Zijn er bepaalde acties of campagnes of maatregelen waaraan u had gedacht om dat te doen? Hoe zult u onze lokale besturen zo ver krijgen om in dat verhaal mee te stappen?
Minister Demir heeft het woord.
Dank u voor de verschillende vragen, collega’s. Natuurlijk sleep je een erfenis mee uit het verleden. Zoals jullie weten, zullen tot 2030 de Vlaamse gezinnen samen met de ondernemers jaarlijks 1,2 miljard euro betalen. Dat zijn die subsidies uit het verleden voor hernieuwbare energie. Vanaf 2030 zal er een daling komen in die factuur en zal dat geleidelijk aan beter worden afgebouwd.
We zijn misschien wat voorzichtig geweest in het regeerakkoord door te zeggen dat we ervoor gaan zorgen dat het, wat de Vlaamse componenten betreft, zeker niet stijgt. We zullen daar alles op alles zetten. Ik heb daar al heel wat stappen voor gezet. Het laatste sluitstuk zijn de lasten van openbare dienstverlening – de verlichting dus, beter gezegd.
Wat de intercommunales betreft, zit de lead bij de lokale besturen. Zij zitten in de intercommunales. Zij moeten het initiatief nemen samen met de intercommunales. Zodra er een lokaal bestuur of intercommunale een opportuniteit ziet om te fusioneren, omdat dat kan zorgen voor een daling van de nettarieven, denk aan de fusie van Eandis en Infrax, zal ik dat ook vanuit Vlaanderen mee sturen en ondersteunen.
De transparantie is een vormvereiste, en dat is een federale bevoegdheid. Ook andere organisaties, zoals de Koning Boudewijnstichting, hebben gezegd dat de energiefactuur transparanter moet zijn. Dat is ook zo. Het is heel moeilijk om te weten wat van waar komt, wat in het verbruik zit, wat de nettarieven zijn, wat federaal en wat Vlaams is. Niemand begrijpt dat. In die zin zal ik sowieso het initiatief nemen om met mijn federale collega samen te zitten om te bekijken hoe we dat kunnen doen. Ik heb al een brief aan mijn collega gericht om samen te zitten over andere zaken, die zich vooral op het federale niveau afspelen, bijvoorbeeld rond energiearmoede. Ook dat zal ik mee bekijken. Voor het overige zal ik verder werken om alles op alles te zetten om de energiefactuur, wat de Vlaamse componenten ervan betreft, niet te doen stijgen.
De heer Gryffroy heeft het woord.
Minister, dank u voor het antwoord. Ik ben blij dat u bevestigt dat de factuur verder moet worden vereenvoudigd en transparanter moet zijn. Ik denk dat iedereen daarachter kan staan. Ik denk ook dat iedereen het erover eens is dat de factuur in haar algemeenheid lager moet, zeker voor de Vlaamse component. Zoals het in het regeerakkoord staat, zullen we ervoor zorgen dat dat gebeurt. Maar verschillen wegwerken is natuurlijk een beetje populistisch, vooral als je weet dat het lokale beslissingen zijn geweest om meer of minder te investeren. Dat wordt doorgerekend in het tarief maar ook in het dividend. In dit verhaal ga ik niet zomaar blindelings mee, tenzij men lokaal het initiatief neemt. U moet er rekening mee houden dat, indien men die tarieven wil vereffenen, het voor de een wat goedkoper zal worden en voor de ander duurder. Straks betaalt Gaselwest minder maar Fluvius West meer. Gaat u dat op lokaal vlak uitleggen? Dit is een lokale beslissing.
De actuele vraag is afgehandeld.