Verslag plenaire vergadering
Verslag
Bespreking
Dames en heren, aan de orde is het voorstel van resolutie van Koen Daniëls, Brecht Warnez, Sihame El Kaouakibi, Annabel Tavernier, Loes Vandromme en Karolien Grosemans over maatregelen om de gevolgen van de coronacrisis voor de studievoortgang in het hoger onderwijs op te vangen en te monitoren.
De bespreking is geopend.
De heer Daniëls heeft het woord. Hoe onverwacht!
Ik ben blij dat ik u toch nog eens kan laten schrikken, voorzitter.
Laat u gaan.
Ik weet niet of u dat gemeend zegt.
Begin eraan.
Collega’s, wat voorligt, is een resolutie die in de commissie unaniem werd goedgekeurd – ik wil dat toch benadrukken – waarvoor dank aan iedereen die dat mee heeft goedgekeurd. Ik bedank ook iedereen die eraan heeft meegewerkt, vooral de collega’s Warnez, El Kaouakibi, Tavernier, Vandromme en Grosemans, maar ook de mensen van de Vlaamse Vereniging van Studenten (VVS), de Vlaamse Hogescholenraad (VLHORA) en de Vlaamse Interuniversitaire Raad (VLIR), waar we uiteraard nauwe contacten mee hebben gehad.
Collega’s, waarover gaat het? Ik wil vooreerst de studenten die op dit moment aan het blokken zijn succes wensen. De studenten die examens aan het afleggen zijn, wens ik succes met de examens. We willen zorgen dat ze verder blijven blokken en verder examens afleggen. Want dat is uiteindelijk de beste manier om te zorgen dat de studieduur niet wordt verlengd.
Uiteraard ook een woord van dank aan alle instellingen hoger onderwijs die op alle mogelijke creatieve manieren hebben geprobeerd om toch nog lessen en examens te organiseren. Helaas hebben we ook vastgesteld dat studenten soms creatief omgaan met de examens, wat dan tot gevolg heeft dat die examens opnieuw moeten worden afgelegd. Maar goed, het gebeurt wel en er wordt ook ingegrepen. Dat kunnen we alleen maar toejuichen en er dank voor uitspreken.
Collega's, ons voorstel van resolutie is er uiteraard gekomen omdat het niet evident is wat er vandaag met studenten gebeurt. Ik denk in de eerste plaats aan studenten die in hun eerste jaar universiteit of hogeschool zitten. Plots hebben ze geen lessen meer, ze kunnen niet naar hun medestudenten, er is extra veiligheid, monitoraatssessies vallen weg, het is allemaal niet vanzelfsprekend. Het gaat niet alleen over dit voorstel van resolutie. We hebben ook al een nooddecreet gestemd. We hebben toch een aantal stappen gezet.
Er waren allerlei oproepen om tegemoet te komen aan het welzijn van studenten, maar ook om ingrepen te doen in de gevolgen voor hun examens. Ik zal eerst zeggen wat niet in dit voorstel van resolutie staat. Wat er niet in staat, is om studenten aan te zetten de handdoek in de ring te gooien, zodat ze ermee stoppen. Dat zou je kunnen doen door tegen studenten te zeggen: iedereen krijgt dit jaar op alle vakken 10 op 20. Dan zeg je eigenlijk: stop met studeren, waarom zou je nog voortdoen?
Wat we ook niet doen, is alle studenten gewoon leerkrediet, studiepunten geven, het maakt niet uit wat de inzet is. Dat doen we heel bewust niet omdat we die studenten willen motiveren toch te studeren en deel te nemen aan de examens. Geef toe, collega's, je zou toch niet graag worden geopereerd door de dokter die 10 op 20 heeft behaald door corona op het onderdeel anatomie van waar welke organen liggen. Dat doen we dus niet.
Wat staat er in dit voorstel van resolutie? We zetten studenten aan om toch nog deel te nemen aan de examens. We roepen eerst en vooral de Vlaamse Regering op om ervoor te zorgen, als om een of andere reden hun examen niet kan doorgaan, dat dat leerkrediet automatisch wordt teruggegeven. Het klinkt vanzelfsprekend, en normaal gezien zouden er examenkansen moeten worden gecreëerd, maar goed, we kunnen ons inbeelden dat het misschien voor bepaalde opleidingsonderdelen niet lukt dat studenten dat automatisch terugkrijgen.
We roepen ook op om in overleg met de hogeronderwijsinstellingen en ook met studenten een regeling uit te werken voor studenten die zich een tweede keer inschrijven voor opleidingsonderdelen zoals bepaalde stages, die ze hebben moeten stopzetten wegens corona.
Ik spring naar het vierde voorstel. We roepen op om te monitoren wat er gebeurt bij de Raad voor betwistingen inzake studievoortgangsbeslissingen. Als daar plots enorm veel toekomt, moeten de nodige stappen kunnen worden gezet.
Het belangrijkste waar veel mensen, ook studenten, naar kijken, is het derde onderdeel van ons voorstel van resolutie, waarop ook een amendement is ingediend. Dat is om ervoor te zorgen dat voor de opleidingsonderdelen die werden gedoceerd tijdens de corona-uitbraak of examens die werden ingericht tijdens of na de corona-uitbraak, de mogelijkheid bestaat om overmacht in te roepen voor die studenten.
Collega's, wat is de oproep die we in dit voorstel van resolutie doen? We willen er eigenlijk voor zorgen dat we wie het nodig heeft – dus niet collectief, alleen wie het nodig heeft –, proportioneel behandelen. Dat wil zeggen: afhankelijk van de student zelf, want er zijn studenten in het tweede semester die twee vakken hebben gedaan en tien studiepunten hebben opgenomen, en andere studenten die misschien vijf of zes of zeven vakken hebben gedaan en dertig studiepunten hebben opgenomen.
Als het misgaat, krijgen ze zekerheid en krijgen ze leerkrediet terug op een eenvoudige manier. Niet dat ze naar een advocaat moeten stappen die een procedure start met toelichtingen en pleidooien waartegen de instelling voor hoger onderwijs dan een advocaat moet inzetten. Dat niet. Eigenlijk gaat het op een vrij eenvoudige manier zonder planlast voor studenten en zonder planlast voor de instelling, om ervoor te zorgen dat die studenten hun leerkrediet kunnen terugkrijgen. Dat is wat hierin staat.
Waarom staat er bij: na de tweede examenperiode? Dat is omdat we willen aanmoedigen dat studenten gebruikmaken van alle kansen die ze krijgen. Ik weet dat dit gezelschap uiteraard de Codex Hoger Onderwijs, onderdeel 2, artikel 223, perfect van buiten kent, waarin staat dat studenten twee examenkansen krijgen en dus dat we willen dat ze die allebei benutten.
Daarmee wil ik ineens reageren op het amendement van sp.a, dat bepaalt dat ‘tweede examenperiode’ moet veranderen in ‘derde examenperiode’. Dat is een leeg voorstel, want er zijn maar twee examenkansen; er bestaat geen derde examenkans. Je hebt een eerste zit en een tweede zit. De eerste zit kan in de paasvakantie, december, januari of juni vallen, de tweede meestal in augustus en september. Wat wij met ons voorstel doen, is in die eerste en tweede examenkans voorzien. Wat die derde examenkans dan precies is, is me heel onduidelijk, want die bestaat niet. Dat is dus heel bizar. In elk geval is dit voorstel van resolutie er een van de meerderheid en is ze in de commissie unaniem goedgekeurd, zodat studenten effectief een tweede zittijd kunnen doen. Collega’s, tot daar mijn warme omroep om de unanimiteit in de commissie ook in dit halfrond te bevestigen.
De heer Veys heeft het woord.
Voorzitter, wij zijn verdeeld blij met dit voorstel van resolutie. Waarom verdeeld? We zijn ergens blij dat er eindelijk iets ‘bougeert’ voor studenten en de studievoortgang, na weken van druk vanuit de organisatie 'Geef ons een stem', de VVS en de voorstellen van resolutie die mijn collega’s hebben ingediend, om alle studievoortgangsmaatregelen uitzonderlijk te schrappen. We vinden het wel jammer dat de meerderheid niet de moeite heeft genomen om samen met ons rond de tafel te gaan zitten en zo tot een gezamenlijk voorstel te komen. In tijden van crisis zouden de grenzen van meerderheid en oppositie toch ietsje transparanter mogen zijn, denken wij dan. We vinden dat spijtig.
We gaan het voorstel van resolutie evenwel goedkeuren. We hebben een amendement ingediend. Collega Daniëls heeft het al vernoemd en ik ga er zo meteen op in. Maar we gaan het goedkeuren, omdat studenten hiermee eindelijk perspectief krijgen. We blijven er wel bij dat dit veeleer een muis is, niet de olifant waar studenten om vragen en die ze ook nodig hebben.
Ik ga eerst ons amendement toelichten. Wij hebben dit amendement ingediend om te specificeren dat studenten wat ons betreft overmacht kunnen inroepen na de derde examenperiode, inclusief de tweede zittijd in augustus – tweede zittijd, zo u wilt – en niet de tweede examenperiode, zoals het nu in het voorstel staat. Nu lijkt het immers dat studenten al na de examenperiode in juni overmacht kunnen inroepen bij de Raad voor betwistingen inzake studievoortgangsbeslissingen, terwijl dat voor ons pas mag kunnen na herexamens in augustus. Ik denk dat collega Daniëls ons erin zal kunnen volgen dat iedereen ook eerst alle kansen benut. We willen studenten in die zin natuurlijk aanmoedigen om alles op alles te zetten om te slagen, maar we willen hun ook de kans geven om overmacht in te roepen als ze niet geslaagd zijn. Dat is onze visie.
We blijven ons wel vragen stellen bij de manier waarop overmacht door corona omschreven zal worden en hoe studenten die overmacht zullen moeten bewijzen. Dat zal nog moeten volgen.
En dan heb ik nog enkele bijkomende opmerkingen en vragen. Op welke manier wil de meerderheid ervoor zorgen dat alle studenten op de hoogte zijn van de mogelijkheid om overmacht in te roepen? Wat ons betreft – en ik denk voor jullie ook –, mag dit geen maatregel zijn waar enkel goed geïnformeerde studenten een beroep op kunnen doen. De VVS vraagt dan ook dat de procedure om aanvraag te doen bij de raad vereenvoudigd wordt en dat dus ook het standaard verzoekformulier gebruikt kan worden.
Zoals gezegd, zouden wij een andere keuze gemaakt hebben, collega’s. Met sp.a zouden we voor een algemene maatregel zijn gegaan om uitzonderlijk alle studievoortgangsmaatregelen te schrappen. Dat heeft als bijkomend voordeel dat het een hele hoop rompslomp bespaart. Hier is duidelijk gekozen voor een ‘case-by-casebehandeling: er wordt individueel beoordeeld per dossier. Wij vrezen dat dit voor heel veel gedoe zal zorgen voor de raad, met trage procedures tot gevolg, en dat dit dus ook een impact zal hebben voor de hogeronderwijsinstellingen.
Er zullen een pak meer aanvragen zijn in vergelijking met reguliere jaren. Zal de raad daarvoor voorzien worden? Zal de raad meer ondersteuning krijgen? Zullen de scholen meer middelen en personeel krijgen? Als een student immers een beroep doet op die mogelijkheid, dan moet de onderwijsinstelling zelf alle informatie over die student doorgeven aan de raad, wat meer werk betekent voor de onderwijsinstellingen. Wordt daar rekening mee gehouden? Hoe wordt dat opgelost?
Tot slot: een van de beslissingen die de Raad voor betwistingen inzake studievoortgangsbeslissingen kan nemen als hij ingaat op de vraag van de student om de coronaovermacht in te roepen, is het teruggeven van het leerkrediet. Dat heeft natuurlijk ook financiële implicaties voor die hogeronderwijsinstelling, want die heeft wel degelijk geïnvesteerd in dat pedagogisch jaar.
Zij lopen nu het risico om er financieel op achteruit te gaan wanneer een student door corona-overmacht leerkrediet terugkrijgt. Is daar rekening mee gehouden? Zit dat in dit voorstel van resolutie? Wat gaan jullie daarmee doen? Voorzien jullie in financiële compensaties voor de hogeronderwijsinstellingen die als gevolg van deze regeling financiering zouden verliezen?
De heer Warnez heeft het woord.
Collega Feys, er moet mij toch iets van het hart.
Veys. In het Antwerps heeft dat twee betekenissen.
Ik wil het niet weten. (Gelach)
Alles platonisch.
Collega, er moet mij echt iets van het hart. U begint met te zeggen dat er eindelijk eens iets gebeurt voor de studenten. Allez, u moet serieus zijn. Er is al van alles gebeurd voor de studenten. Er is wel al heel veel gebabbeld met de studenten. U vraagt: ‘Kom eerst eens naar ons met uw voorstel over de studievoortgangsbeslissing.’ Het kan ook omgekeerd. Jullie waren het eerst om het voorstel van resolutie in te dienen. Ere wie ere toekomt. Jullie kunnen ook naar ons komen. Ik vind het een beetje een flauw spelleke, als we daarover bezig zijn.
Collega Veys, ik heb wel goed nieuws. Ik heb het over het amendement waarin het begrip ‘tweede examenperiode’ voorkomt en vervangen wordt – wij hebben het over de ‘tweedekansperiode’; jullie hebben het geïnterpreteerd als de ‘tweedesemesterexamenperiode’. Het goede nieuws is dat we gewoon hetzelfde bedoelen. We hebben dat met de toelichting in deze plenaire vergadering kunnen rechtzetten.
Er is nog goed nieuws voor u en vooral voor de studenten. Het is niet de bedoeling om ‘overmacht’ te strikt te definiëren. Ja, we willen ook die procedures zo eenvoudig mogelijk, net als jullie, net als de studenten, net als de instellingen. En ja, wij willen niet dat instellingen hierdoor financieel zullen lijden.
De doelstelling en de basisfilosofie van dit voorstel van resolutie zijn heel duidelijk: geen enkele student mag in zijn studietraject worden tegengehouden door de coronacrisis, en de instellingen mogen daar ook geen planlast en nadelen door ondervinden.
Collega’s, ik wil nog iets aanstippen wat mij uit die gesprekken met de studenten is bijgebleven. Eigenlijk hebben ze vrij letterlijk gezegd: ‘Neen, beste parlementsleden, universiteiten en hogescholen, wij willen niet dat jullie ons gaan pamperen. Wij willen niet dat de lat lager wordt gelegd.’ Dat is de juiste houding, die in dit voorstel van resolutie ook op die manier is weergegeven. We moeten hen ondersteunen, zodat de studieduur niet langer wordt. We moeten de studenten sterker maken, zodat ze het volgende studiejaar kunnen aanvatten en ook succesvol kunnen afronden, zodat ze straks een kwalitatieve job kunnen vinden.
Collega Daniëls heeft prima de verschillende manieren waarop we dat willen doen geschetst, en waarom we dat willen doen. We willen dat doen samen met de instellingen, waarin we heel veel vertrouwen en ten aanzien waarvan we dankbaar zijn. En we willen dat via het leerkrediet doen, door corona als overmacht te erkennen. Ik wil collega Daniëls en ook collega El Kaouakibi uitdrukkelijk bedanken om hier als architect aan mee te werken.
Wij geven in dit parlement een belangrijk signaal. Een ondersteunend signaal, een engagement naar die universiteiten, hogescholen en studenten. Ik hoop dat we dat hier in unanimiteit kunnen doen: dat is het beste signaal dat we kunnen geven.
De heer Slagmulder heeft het woord.
Voorzitter, collega’s, in de commissie Onderwijs hebben wij dit voorstel van resolutie goedgekeurd, in tegenstelling tot het voorstel van resolutie van sp.a, omdat wij geen voorstander zijn van de versoepeling van onder andere de studievoortgangsmaatregelen. Dat lijkt ons geen goede zaak, dat zou uiteindelijk in het nadeel zijn van de studenten zelf.
Moet er in coronatijd rekening worden gehouden met de bezorgdheden van heel wat studenten? Moet er rekening worden gehouden met hun welbevinden? Uiteraard. Maar we moeten studenten ook niet pamperen. We moeten hen vooral ondersteunen en sterker maken want daar zullen ze later in hun carrière de vruchten van plukken. Daarom willen wij de lat niet lager leggen, maar zijn we bijvoorbeeld wel voorstander om extra middelen uit te trekken voor de sociale diensten in het hoger onderwijs, ter ondersteuning van de studenten die daar nood aan hebben.
Wat het voorstel van resolutie van de meerderheid betreft, lijkt het ons maar logisch dat er bij een eventuele betwisting rekening moet worden gehouden met het feit dat een student niet geslaagd is omwille van gezondheids- of familiale redenen doordat hij of zij getroffen werd door de coronacrisis.
Hetzelfde geldt voor de evaluatiemomenten die als gevolg van de coronacrisis niet konden plaatsvinden. Het Vlaams Belang zal dit voorstel van resolutie goedkeuren, omdat het tegemoetkomt aan een aantal bezorgdheden die leven bij heel wat studenten en omdat het grotendeels aansluit bij onze visie hierop.
De heer D’Haese heeft het woord.
Er staan zeker een aantal goede zaken in dit voorstel van resolutie over studievoortgangsbewaking, de erkenning van overmacht enzovoort. Er gebeurt dus wel wat voor studenten, maar om nu te zeggen, mijnheer Warnez, dat er keiveel gebeurt voor studenten, terwijl dat ook pas het geval was nadat de studenten daar zelf de druk voor hebben gezet, en dat er keiveel wordt overlegd met de studenten, terwijl de minister tot op heden nog altijd weigert om samen te zitten met de mensen van ‘Geef ons een stem’ … De heer Daniëls doet op Twitter dan alsof dat een of andere ondergrondse guerrillabeweging is. Ik zou daar toch een klein beetje mee opletten.
Er zitten dus een aantal goede zaken in het voorstel, maar ik mis ook een aantal zaken. Wat ik vooral mis, is een antwoord op de vraag hoe we studenten door deze periode zullen helpen. Niemand wil, zoals de heer Daniëls zegt, een dokter die zijn eindexamen niet heeft moeten doen. Ik denk ook niet dat iemand daarvoor pleit, ik weet niet tegen welke windmolens hier wordt gevochten. Maar wat we vooral niet willen, is minder dokters, minder ingenieurs, minder sociaal werkers enzovoort. En ik vrees dat dit exact is wat er zal gebeuren. Want er vallen lessen weg, studenten zitten thuis geïsoleerd en krijgen hun studies niet rond. Ik vraag me af waar de maatregelen blijven, waar de aansporingen blijven voor hulp, voor bijlessen, voor buddysystemen enzovoort. Het is niet door studenten gewoon gratis punten te geven dat we goede dokters krijgen, het is door studenten een vak te leren. En daar mis ik momenteel de incentives voor. De PVDA zal daar zeker nog initiatieven voor nemen.
De heer Vaneeckhout heeft het woord.
Collega’s, onderwijsinstellingen, medewerkers, studenten, allemaal hebben ze de afgelopen maanden enorme inspanningen geleverd, maar desondanks heeft de coronacrisis een enorme impact op de studiekansen en het welbevinden van vele studenten. En ere wie ere toekomt: het is de verdienste van de Vlaamse Verenging van Studenten maar ook van de individuele studenten die een petitie organiseerden en daarmee 23.000 handtekeningen verzamelden, dat die problemen eindelijk onder de aandacht worden gebracht van de politiek.
En vergis u niet: studenten vragen geen vrijgeleide zoals sommige collega’s lijken te schetsen, maar we moeten wel rekening houden met hun moeilijke situatie. Het is een feit dat corona de bestaande ongelijkheid nog groter maakt. De studieomstandigheden zijn niet voor iedereen gelijk en niet iedereen heeft de financiële mogelijkheden om volgend academiejaar gewoon verder te studeren wanneer de resultaten dit jaar zouden tegenvallen. En studenten die in normale omstandigheden hun diploma hoger onderwijs zouden behalen, mogen door de coronacrisis niet uit de boot vallen. Ze moeten een diploma halen van hetzelfde niveau, ze moeten dat kunnen behalen, dat is essentieel voor de individuele toekomst van die mensen en heel belangrijk voor onze samenleving als geheel.
Op 20 mei heeft dit parlement een resolutie goedgekeurd over het welzijn van de studenten. Mijn collega, Stijn Bex, in wiens naam ik hier ook ten dele spreek, zal de minister morgen in de commissie vragen hoever het staat met de uitvoering van die resolutie.
En vandaag, en daar zijn we erkentelijk voor, boeken we vooruitgang inzake de studievoortgangsmaatregelen. Het is absoluut nodig om dubbele bestraffing te vermijden waarbij wie niet slaagt door de coronaomstandigheden, bovendien leerkrediet zou verliezen, zoals de collega’s schetsen, of een gewenst vak niet zou kunnen volgen.
Enkele weken geleden benadrukte minister Weyts nog dat het problematisch zou zijn wanneer studenten door corona niet georiënteerd zouden worden naar een meer gepaste, andere en minder ambitieuze studierichting. Met dit voorstel van resolutie verandert de meerderheid het vizier, en dat is wat onze fractie betreft een heel goede zaak. Mildheid moet nu boven strengheid staan. Het is erger wanneer studenten door corona hun terechte ambities niet kunnen waarmaken dan wanneer een aantal van die mensen volgend jaar onterecht in een bepaalde keuze zouden volharden.
Concrete vraag bij de eerste doelstelling, punt 1 van de resolutie, is natuurlijk of er nood is aan een decretale regeling om die zaken te realiseren en of er al overleg is geweest over de vraag of studenten wier examen niet kan plaatsvinden, opnieuw inschrijvingsgeld moeten betalen. Het zijn twee technische vragen die toch niet onbelangrijk zijn in het kader van deze bespreking.
Daarbij willen wij verder nog vier uitgangspunten vooropstellen. Ten eerste, beste collega’s van de meerderheid en Vlaamse Regering, durf ver genoeg gaan, want dat is nodig om te vermijden dat studenten afhaken, vooral de meest kwetsbare. Voorzie ook in voldoende middelen om de coronaschok op te vangen zodat het behoud van het leerkrediet niet ten koste gaan van onze onderwijsinstellingen.
Ik benadruk het nog eens: er moet overleg zijn met studenten en instellingen om een complexe procedure bij de Raad voor betwistingen inzake studievoortgangsbeslissingen te vermijden. Het is onwerkbaar voor de instellingen en voor de Raad zelf, de complexiteit zou tot een mattheuseffect kunnen leiden en opnieuw ongelijkheid versterken. Lange procedures zouden nog impact kunnen hebben en leiden tot een gemiste start in het volgende academiejaar. Definieer het begrip ‘overmacht’ dus zo spoedig mogelijk. Geef studenten de mogelijkheid om nu al duidelijkheid te krijgen.
Tot slot, geef de universiteiten en de hogescholen de opdracht maar ook de middelen om sterk in te zetten op de begeleiding van de studenten zelf, zodat zij aan boord blijven.
Wij zullen – en dat merkt u, collega’s – net zoals in de commissie dit voorstel van resolutie goedkeuren, maar hier stopt het niet. We hopen op een voluntaristische uitvoering door de meerderheid.
De heer Daniëls heeft het woord.
Dank aan alle partijen die dit voorstel van resolutie mee steunen en mee de steun uitspreken om studenten te ondersteunen.
Ik zal nog kort op een aantal zaken ingaan. Collega’s van sp.a, het verschil is dat u initieel voorstelde om alle studievoortgangsmaatregelen stop te zetten, allemaal. Dat zou natuurlijk geen goed effect hebben. Wat we willen tegengaan, is net die doorgeslagen flexibiliteit of flexibilisering, omdat dat de studieduur verlengt. Dat heeft de facto impact op de student, maar ook op de ouders en op de kost voor die ouders en voor de student. Dat doen we niet, want dat is niet onbelangrijk.
Ik vind het jammer dat u zegt dat het een muis gebaard heeft, geen olifant. U sprak zichzelf dan direct tegen, mijnheer Veys. Ik denk dat het juist is. De studenten verwachten ook geen olifant, ze verwachten niet dat alles zomaar wordt vrijgepleit. Als ik daarnet inging op het feit dat sommige organisaties toch voor elk vak een tien op twintig vroegen dit jaar, voelde één partij zich aangesproken om te reageren. Ik neem aan dat die zeer nauwe contacten hebben met elkaar. Dat doen we dus niet en dat vroegen jullie van sp.a ook niet, voor alle duidelijkheid.
Het is nodig dat alle studenten, alle studenten, eenduidig communiceren. Ik denk dat alle instellingen hoger onderwijs een goede communicatie hebben, of toch althans een platform hebben. Langs die weg moeten we de studenten daarvan op de hoogte brengen. we kunnen absoluut vragen om dat te doen.
Een aantal partijen hebben gevraagd of de Raad voor betwistingen inzake studievoortgangsbeslissingen niet overbelast gaat raken. Dat is een terechte vraag en daarom zijn we in de uitwerking aan het bekijken of we dat op een administratieve manier kunnen oplossen. Een administratieve manier wil niet zeggen een grote papier- en planlast. Om heel concreet te zijn: in de commissie ging het over een student die niet kan studeren in de bibliotheek van zijn gemeente. Moet hij dat kunnen bewijzen? Neen, natuurlijk niet. Hij moet bij het gemeentebestuur geen attest gaan halen dat de bibliotheek dicht was en dat er geen studenten binnen mochten. Dat gaan we dus allemaal niet doen, voor alle duidelijkheid.
Waarom hebben we in ons voorstel van resolutie wel nog de Raad voor betwistingen inzake studievoortgangsbeslissingen opgenomen? Zij zijn decretaal degenen die ‘ja’ of ‘neen’ zeggen over het leerkrediet. Moet dat met procedures? Moet dat met pleiten zoals hier werd gezegd? Moet dat met stukken neerleggen? Neen, want dan zou men het verschil kunnen krijgen dat sommige studenten een advocaat kunnen betalen en andere niet. Vandaar dat we verwijzen naar die overmacht. Dat kennen we al bij ziekte, dan is een doktersbriefje voldoende, maar we gaan in dit geval niet werken met zulke briefjes. Daar wil ik u wel op wijzen.
Het is een voorstel van resolutie, het is nog geen voorstel van decreet. Het voorstel van decreet komt nog. Die verdere concrete uitwerking zal daarin staan. Een aantal mensen verwarren een voorstel van resolutie nog met een voorstel van decreet.
De budgettaire impact voor hogescholen en instellingen hoger onderwijs bekijken we. Als we het leerkrediet teruggeven, zal er geen terugbetaling zijn. De inspanningen zijn uiteraard wel gedaan.
Vraagt nog iemand het woord? (Neen)
De bespreking is gesloten.
We zullen straks de hoofdelijke stemmingen over het amendement en over het voorstel van resolutie houden.