Verslag plenaire vergadering
Actuele vraag over de heropening van de horecasector
Actuele vraag over steunmaatregelen voor de horeca
Verslag
Collega’s, voor de duidelijkheid wil ik even meegeven dat minister-president Jambon momenteel aanwezig is op de vergadering van de Nationale Veiligheidsraad. Ik heb vernomen dat die vergadering nog wel even zal duren. Als de minister-president niet op tijd hier zou zijn om te antwoorden op de andere actuele vragen die aan hem gericht zijn, dan zal een ander lid van de regering antwoorden in naam van de minister-president.
Het antwoord op deze actuele vragen wordt gegeven door minister Crevits.
De heer D'haeseleer heeft het woord.
Voorzitter, minister, vandaag neemt de Nationale Veiligheidsraad een aantal belangrijke beslissingen met betrekking tot de heropstart van de horecasector op 8 juni, waar tienduizenden banen op het spel staan.
Ik wil hier vooreerst stellen dat ik gechoqueerd ben door een tweet van Marc Van Ranst, nota bene een van de experts die via de Groep van Experts belast met de Exitstrategie (GEES) de Nationale Veiligheidsraad van advies voorziet over de heropening van de horecasector. Op een vraag of hij tips had voor horecazaken die failliet dreigden te gaan, antwoordde hij: “Ja, een gouden tip. Zorg dat je meer inkomsten hebt dan uitgaven. Probeer dan nog maar eens failliet te gaan.”
Collega's, ik weet niet of er in die televisiestudio's een bacterie hangt die de normale werking van de hersenen verstoort als je er te frequent aan wordt blootgesteld – of misschien was betrokkene onder invloed –, maar in ieder geval is dit een onaanvaardbare uitlating en een kaakslag voor de hele sector. Hiermee heeft Marc Van Ranst alle geloofwaardigheid en elk moreel gezag verloren en kan hij volgens ons op geen enkele manier nog worden betrokken bij om het even welke adviesraad ook tijdens deze coronacrisis.
Minister, los daarvan lekt intussen al heel wat uit over de manier waarop de horecazaken kunnen openen op maandag 8 juni. Eerlijk gezegd, onder die grotendeels onuitvoerbare regels zal het voor een groot deel van de horecazaken onmogelijk worden om op een rendabele manier te herstarten en dreigt een faillissement. De voorspellingen op dat vlak zijn ronduit dramatisch. Enerzijds moet men extra personeel voorzien om alle opgelegde richtlijnen na te leven, en anderzijds moet men dat financieren met een fractie van de vroegere omzet. Zoals u weet, is dat financieel onhoudbaar.
Minister, u hebt in de pers verklaard dat de hinderpremie sowieso stopt bij de heropening. Als deze regering niet uit een ander vaatje zal tappen, zal dit leiden tot een regelrecht bloedbad in de sector. Om dit te vermijden, wil ik u dan ook vragen of u bereid bent om enerzijds de hinderpremie, weliswaar in een aangepaste vorm, te laten voortbestaan voor de zaken die om praktische redenen niet kunnen opendoen op een rendabele manier, en of u anderzijds in bijkomende steunmaatregelen voorziet die op een of andere manier het inkomensverlies compenseren van zaken die slechts een fractie van hun omzet kunnen realiseren?
De heer Vanryckeghem heeft het woord.
Voorzitter, minister, collega's, nu duidelijk wordt dat de horeca zal mogen openen vanaf 8 juni, zolang de cijfers gunstig evolueren, komt er eindelijk, na vele weken van onzekerheid, wat perspectief voor de vele horecaondernemers die nu al maanden met gesloten deuren zitten. Het omzetverlies bedraagt nu reeds 3,9 miljard euro. 6 op de 10 ondernemers vrezen dat ze personeel zullen moeten ontslaan. Het gevolg zou kunnen zijn dat, als we nu niets doen, het komende jaar er tussen de 20.000 en 36.000 jobs verloren zullen gaan. Dan zal lekker gaan eten in je favoriete restaurant of met vrienden een frisse pint gaan drinken in je stamkroeg, er misschien helemaal niet meer in zitten.
Minister, dankzij u kunnen onze horecazaken al van bij het begin van de lockdown rekenen op de hinderpremie. De gevolgen zouden nog zwaarder zijn geweest. We zijn dan ook blij te horen dat extra steun voor deze sector nog op tafel ligt bij de Vlaamse Regering.
Uiteraard was er vanuit de sector de voorbije weken intensief overleg over een veilige heropstart. Samen met verschillende overheden hebben ze uiteindelijk een akkoord gevonden over de maatregelen die moeten worden gevolgd om opnieuw te kunnen openen: tafels op 1,5 meter afstand, verplichte registratie, sluiten om middernacht enzovoort.
Horeca Vlaanderen is ondertussen ook gestart met een website: heropstarthoreca.be, waarop alle maatregelen per subsector duidelijk vermeld staan. En dat is ook heel belangrijk, want duidelijkheid is net iets wat onze horecaondernemers de laatste weken moesten missen. Mijn zeer eenvoudige vraag aan u is welk concreet perspectief u aan onze horecasector kunt bieden.
De heer D’Haese heeft het woord.
Ik denk dat iedereen uitkijkt naar de beslissing dat de cafés en restaurants opnieuw open kunnen gaan. Ik denk dat heel veel mensen daar lang naar hebben uitgekeken, zeker met het weer van de laatste dagen. En let op, je zult zien dat het gaat regenen net als de terrassen opnieuw opengaan. Ik ben er zeker van.
Na maanden van sluiting mogen die dus opnieuw open. En dan zijn er natuurlijk serieuze maatregelen die ze moeten naleven: anderhalve meter afstand houden, ook tussen alle verschillende groepjes van klanten, niet aan de toog hangen, extra personeel om rond te gaan, glazen wassen op 60 graden, en ga zo maar door.
De mensen in die restaurants en cafés willen dat natuurlijk allemaal wel graag doen, maar ze gaan op die manier niet het hoofd boven water kunnen houden. Zij houden het hoofd niet boven water als ze daar niet verder in worden ondersteund. En toch schaft u die hinderpremie af. Dan was er eens een maatregel waar wij mee achter stonden, en u draait die meteen terug. Een op de vijf van de cafés en restaurants riskeert failliet te gaan. In een stad als Gent gaat het om een op de twee. Kunt u zich dat voorstellen? De helft van alle cafés en restaurants in een stad die zouden verdwijnen. 30.000 jobs zijn in gevaar. En iedereen kent de restaurantjes en cafés waar je gewoon nergens anderhalve meter kunt houden. Die hebben ook geen budget of plaats voor zo’n dure afwasmachine.
De groten gaan het wel redden. De McDonald’s en de Starbucks trekken zich er wel door. Het gaat over de kleine lokale restaurantjes, de bars, de cafés en theehuizen die jarenlang met veel passie en ondernemerschap keihard hebben gewerkt. Die hebben hun opbrengsten niet naar de Kaaimaneilanden verhuisd en betalen veel belastingen. Die vrezen op dit moment dat ze ertussenuit gaan.
Ik denk dat we echt moeten opletten dat we binnen een paar maanden onze pintjes niet via Deliveroo gaan moeten bestellen. Ik vraag mij dus af welke maatregelen u gaat nemen? Gaat u alles op alles zetten om de horeca te helpen het hoofd boven water te houden, en te zorgen dat die hun rol kunnen blijven spelen binnen het weefsel in onze steden en gemeenten?
Minister Crevits heeft het woord.
Het is vandaag inderdaad prachtig weer. Ik ben van mijn kabinet naar hier gewandeld voor de plenaire vergadering begon. Ik heb ongelooflijk veel jongere en oudere mensen gezien in de parken, en ik zag ook terrasuitbaters die zich langzaam maar zeker opnieuw klaar aan het maken zijn om gebruik te laten maken van de terrassen, ook al mag het nog niet.
Collega’s, het bezoek aan cafés en restaurants zit echt ingebakken in ons DNA. Ik denk dat iedereen hier aanwezig dat graag doet. Dat is ook de reden waarom we als Vlaamse Regering vanaf het begin van de coronacrisis drastische maatregelen hebben genomen. Elk café en elk restaurant in Vlaanderen heeft onmiddellijk recht gekregen op een hinderpremie ten belope van 4000 euro, plus vanaf begin april 160 euro per dag. Als je dat allemaal optelt, zijn er tot op vandaag zo’n 25.000 cafés en restaurants die gemiddeld al een premie van 12.500 euro ontvangen hebben – belastingvrij. De hele kleintjes en de hele grote: we hebben ze allemaal gelijk behandeld. Waarom hebben we dat gedaan? Om ervoor te zorgen dat we heel snel zouden kunnen uitbetalen.
Maar de essentie van een sluitingspremie is natuurlijk dat je ze alleen maar kunt uitbetalen als er een verplichte sluiting is. Alle cafés en restaurants zullen, zolang ze gesloten blijven, recht blijven hebben op de premie. Zodra de Veiligheidsraad beslist dat de cafés en restaurants opnieuw open kunnen, komt er een nieuwe situatie. En het eerste wat ik wens, is dat de Veiligheidsraad realistische beslissingen neemt: beslissingen die ervoor zorgen dat onze restaurants en cafés op een haalbare wijze opnieuw aan de slag kunnen.
Ik weet dat er vanochtend ook discussies zijn geweest over wat er verplicht is en wat er facultatief is. Wat is een aanbeveling en wat is absoluut noodzakelijk? Ik denk dat er over de afstandsregels weinig discussie is. Als aan ons gevraagd wordt om anderhalve meter afstand te houden, kun je moeilijk zeggen dat je in de cafés dicht op elkaar mag zitten. Het is een gezondheidscrisis: als we te laks worden in de voorwaarden die we naleven, zou het wel eens kunnen dat we later moeten teruggrijpen naar meer drastische recepten.
Maar ik ben het eens met hen die vragen om realistische verplichtingen op te leggen. En daarom ben ik blij dat de sector zelf aan de slag is gegaan en – collega Vanryckeghem zei het al – zelf al een aantal zaken publiek heeft gemaakt: ‘We zijn het eens met die, die en die voorwaarden. We willen opstarten onder die, die en die omstandigheden.’
Voor mij is het nu wachten op de beslissing van de Veiligheidsraad. Ik zie dat sommige journalisten in de Veiligheidsraad zitten, want elk uur zie ik nieuwe regels verschijnen. Ik zal mij onthouden van commentaren, omdat ik het niet oké vind om aan te kondigen. Het is soms al verwarrend genoeg. Maar ik vind wel, collega's, om in te gaan op uw vragen, dat we vrijdag met de Vlaamse Regering moeten evalueren wat de maatregelen precies impliceren. En we moeten inderdaad zeer goed bekijken wat er eventueel nodig is aan aanvullende steun. Dat hoeft niet alleen geld te zijn. Dat kunnen ook versoepelingen zijn van bepaalde normen of, zoals de lokale besturen nu doen, bekijken welke publieke ruimte beschikbaar kan worden gesteld om de terrascapaciteit een stukje uit te breiden en er zo voor te zorgen dat je, wat je binnen verliest, buiten misschien kunt compenseren.
Zal dat iedereen kunnen helpen? Wellicht niet. Dit is maatwerk. Maar, collega's, vraag niet dat ik vandaag een grote aankondiging doe over wat we nu extra zullen doen, want dat kan ervoor zorgen dat er misschien nog stringenter voorwaarden komen.
De eerste stap is nu: ervoor zorgen dat de cafés en restaurants terug open kunnen gaan, tegen realistische voorwaarden. Vrijdag zitten we samen met de Vlaamse Regering om te bekijken of en, zo ja, onder welke voorwaarden, we een extra pakket steun kunnen geven.
Kunnen we alleen steun voorzien voor de cafés en restaurants? Dat lijkt me betwijfelbaar, collega's. Ik heb hier, op het ogenblik dat de winkels mochten opengaan, een paar mensen, maar niet iedereen, horen spreken over de zorgen in die sector. In de toeristische steden zijn er toeristische shops die nul mensen hebben gezien sinds het moment dat ze open mochten. Er zijn chocolatiers, bijvoorbeeld in Brugge, die heel weinig volk zien passeren, ook al moesten ze nooit sluiten. Er is dus overal heel grote schade. Ervan uitgaan dat de Vlaamse Regering alle schade kan vergoeden, dat is absoluut onmogelijk.
Moeten we bekijken of er extra steun nodig is na de hele periode, die hopelijk wat meer zuurstof zal brengen? Daarop is het antwoord zeker positief.
Tot slot, ook de federale collega's bekijken een aantal extra steunmaatregelen. Een belangrijk element daarbij zijn die cafés die collega D’haeseleer en collega D'Haese allebei noemden, de kleinere cafés, of mensen die alleen zelfstandig zijn, zoals de vrouw vanmorgen op de radio. Als er daar problemen zijn, zal het federaal overbruggingsrecht ook openblijven. Dat is heel belangrijk, omdat dat een vergoeding is die je krijgt omdat je niet kunt exploiteren. Ook de tijdelijke werkloosheid zal nog een tijdje blijven bestaan. Ik hoop dat er ook een aantal extra maatregelen komen, zoals een tijdelijke btw-verlaging, om wat meer marge te bieden in de zaken zelf.
Collega's, samen met u kijk ik uit naar een hopelijk constructieve beslissing door de Veiligheidsraad. Vrijdag gaan we met de Vlaamse Regering naar die beslissing kijken en, als die positief is, zullen we nagaan op welke manier we een pakket extra steun kunnen geven.
De heer D’haeseleer heeft het woord.
Minister, ik dank u voor uw antwoord. Ik erken dat er heel wat maatregelen werden genomen. Maar dit gaat dan ook over een heel bijzondere, kwetsbare en arbeidsintensieve sector. Het is de sector met de kleinste winstmarges, die dikwijls gebukt gaat onder wurgcontracten en waar het aantal faillissementen zelfs buiten coronatijd driemaal zo hoog ligt als in andere sectoren.
Iedereen zegt dat we regelrecht naar een niet te overzien slagveld gaan, indien we geen extra maatregelen nemen en dat we dan nu al de begrafenis organiseren van een sector die momenteel nog een doodsstrijd levert en spartelt om te laten overleven. Want, minister, de vaste kosten blijven lopen. Of er nu een volledige bezetting is of niet, de facturen van handelshuur en de verzekeringen blijven allemaal in de bus vallen. Waarom schorten we bijvoorbeeld de kosten voor Sabam en billijke vergoeding niet op voor de termijn van de lockdown? Nu wordt dat beperkt tot één jaar. Ik wil maar zeggen dat het voor de regering ook wel het moment is om eens met de kam door de talloze belastingen te gaan waaraan deze sector wordt blootgesteld.
Ik onthoud dat er vrijdag een overleg is binnen de Vlaamse Regering over bijkomende maatregelen. We blijven dat uiteraard opvolgen. Maar welk bedrag hebt u hiervoor kunnen verkrijgen bij uw collega's? Ik heb vandaag vernomen dat minister-president Jambon 85 miljoen euro extra heeft voor de cultuursector. Minister, welk bedrag hebt u vrijdag ter beschikking om de sector te helpen?
Verder heb ik nog een heel belangrijke vraag, minister.
Neen, collega D’haeseleer, neen. U bent al twee minuten bezig.
De heer Vanryckeghem heeft het woord.
Minister, dank u wel voor het bemoedigende antwoord. Het is duidelijk dat u de sector een warm hart toedraagt, samen met iedereen die een rol speelt in dit verhaal en die tot een goede start en een goed verder verloop wenst te komen. Ik ben er zeker van dat ook u er na de ontelbare Zoomsessies naar snakt om eens een terrasje te doen met familie en vrienden.
Ik had u graag gevraagd of u samen met de sector, de federale collega's en de lokale besturen de maatregelen die nu reeds zijn afgesproken, grondig zou willen evalueren en verder opvolgen, zodat, wanneer dit medisch en op het vlak van de gezondheid toegelaten wordt, een versoepeling kan plaatsvinden en vooral aan de sector de duidelijkheid kan worden verschaft die hij verdient.
Mijnheer Vanryckeghem, u hebt nog 25 seconden over.
De heer D’Haese heeft het woord.
Ik neem aan dat ik die dan krijg? Neen neen.
U hebt die al ingenomen.
Ik ga me proper aan mijn minuut proberen te houden.
De maatregelen mogen dan wel lastig zijn, als ze genomen worden, zullen ze uiteraard nodig zijn en moeten ze nageleefd worden. Daar is absoluut geen enkele discussie over. De vraag is alleen welke impact dat heeft op al die mensen die een zaak hebben en het heel moeilijk hebben om het hoofd boven water te houden. Minister, u verwijst naar het overbruggingsrecht, maar daarvoor moeten die zaken een week volledig dicht en dat is een zeer magere uitkering, als de vaste kosten verder blijven lopen.
U zegt dat er een nieuwe situatie is. Dat klopt. Ik denk dat we effectief nood hebben aan nieuwe maatregelen. U zegt dat de hinderpremie een sluitingspremie is, maar de officiële naam is nog steeds hinderpremie denk ik, en die werd ooit in het leven geroepen voor zaken die gehinderd werden door werkzaamheden voor de deur. Kunnen we die hinderpremie niet aanpassen, zodat die beschikbaar blijft voor zaken voor wie het op dit moment geen enkele zin heeft om de deuren opnieuw te openen?
Verder kunnen we ook denken aan een opstartsteun, omdat men heel wat extra kosten zal moeten maken – ik denk aan plexischermen, afwasmachines enzovoort – om op een goede manier weer te kunnen starten.
De heer Vande Reyde heeft het woord.
Collega's, de horeca doet onze steden en dorpen leven, maar het zal voor de vele cafés en restaurants in Vlaanderen de komende maanden helaas vooral een kwestie zijn van overleven. Ik krijg daar ontelbare berichten over. We mogen daar echt niet blind voor zijn. Ik heb hier een voorbeeldje van Gerrit, een caféhouder die maar een kleine ruimte binnen heeft en zich afvraagt waar hij de mensen gaat zetten en hoe hij zijn personeel gaat betalen, als er niemand durft te komen. Een week slecht weer en hij gaat failliet. Hij heeft geen idee hoe hij de voorraden moet berekenen en, als een klant zich misdraagt, hoeveel boetes hij wel niet zal moeten betalen.
Minister, die onzekerheid moeten we wegnemen. Daar is effectief een ondersteuningsplan voor nodig. U hebt gelijk: dat hoeft niet per se in de vorm van extra geld te zijn, we kunnen misschien een aantal belastingen verlichten, zodat de horeca extra zuurstof krijgt. Onze restaurants en cafés zorgen voor het leven in onze steden, onze dorpen, onze magen en af en toe in onze hoofden. Laten we dat de komende jaren absoluut blijven koesteren.
De heer Annouri heeft het woord.
Minister, de collega's hebben al het belang van de horeca aangehaald door te wijzen op de gezelligheid. Dat is belangrijk. Maar er zijn nog andere aspecten waarom die sector zo belangrijk is. Hij stelt heel wat mensen met kwetsbare profielen op onze arbeidsmarkt tewerk en zorgt er zo voor dat zij de sociale ladder kunnen opklimmen. Hij zorgt er ook voor dat heel wat mensen elkaar kunnen ontmoeten; mensen die in eenzaamheid leven, zeker in deze moeilijke periode, kunnen elkaar daar opnieuw ontmoeten en de eenzaamheid tegengaan.
Als je hoort en ziet dat er een ware golf van faillissementen dreigt af te komen, met heel wat ontslagen, is het natuurlijk van cruciaal belang dat de politiek er alles aan doet om die sector te ruggensteunen. We kennen voorbeelden in het buitenland waar al is beslist om de horecazaken weer open te doen en waar sommige zaken op eigen houtje beslist hebben om weer te sluiten, omdat het gewoon onhoudbaar en onwerkbaar was en financieel een doodsopdracht.
Minister, eigenlijk zegt u dat dit parlement te vroeg is met de vragen; vrijdag pas zal er duidelijkheid zijn. Dat kan ik begrijpen. Maar zorg ervoor dat een bepaalde versie van de hinderpremie overeind blijft, dat zaken die er niet voor hebben gekozen om te moeten sluiten en ook niet geholpen worden door verplicht te worden om open te gaan, kunnen overleven tot de situatie genormaliseerd is en dan een ‘fighting chance’ hebben om te overleven, zodat het horecaweefsel in ons land kan blijven bestaan.
De heer Ronse heeft het woord.
Ik vind het hartverwarmend hoe iedereen, van links tot rechts, inzit met de horeca en de sectoren die nu terug mogen opengaan. Ik ben blij met zoveel empathie voor ondernemerschap, iets wat zelden getoond is vanuit het hele halfrond.
Maar we moeten de daad bij het woord voegen. De beste manier om onze horeca te helpen, is door extra marges te geven. De minister gaf het aan: er ligt federaal een voorstel klaar, waar onder meer Sander Loones piloot van was, om 6 procent btw in de horeca in te voeren. Dat zou de marges serieus verbeteren. Ik roep alle partijen hier op om dat voorstel goed te keuren, zodat dat ingaat zodra de horeca terug opengaat.
Daarnaast, minister, vraag ik me af hoe het zit met het pakket rond de handelshuur. Zijn er al eigenaars die daar een beroep op doen? We moeten alle mogelijke slimme manieren benutten om de cashflow van de horecaondernemers en ook andere ondernemers te verstevigen. Hoe zit het daarmee?
Mevrouw Gennez heeft het woord.
Als kleine zelfstandige heb je er nu nood aan om opnieuw op café en op restaurant te kunnen gaan. Vooral als je daar werkt en je hebt een van de 40.000 jobs die op de tocht komen te staan, heb je nood aan zekerheid.
Minister, u gaf eigenlijk onzekerheid aan de sector door te zeggen wat u gaat afschaffen, namelijk de hinderpremie, zonder aan te geven wat u wilt invoeren. Wij vanuit sp.a hebben twee heel concrete suggesties. Zorg dat zaken die extra personeel moeten aanwerven – dat zullen ze moeten doen om de veiligheid te garanderen –, dat kunnen doen tegen gunstige arbeidsvoorwaarden, dat er dus een doelgroepkorting komt voor die kwetsbare werknemers in de horeca. Zorg er ook voor dat het niet te vermijden omzetverlies gecompenseerd blijft. Dat zal zekerheid bieden, vertrouwen herstellen en ons rijke Vlaamse bourgondische leven eindelijk weer op gang brengen.
Minister Crevits heeft het woord.
Collega's, bedankt voor alle aanvullende vragen en suggesties. Het is ontroerend, maar ook heel positief om vast te stellen hoe over alle partijgrenzen heen de steun voor onze horeca in Vlaanderen heel, heel fors is. Ik herhaal dat de Vlaamse Regering grote bedragen investeert.
Collega D'haeseleer, u vroeg daarnet hoeveel we hebben gegeven. We hebben al 300 miljoen euro geïnvesteerd in de steun op basis van de verplichte sluiting van alle cafés en alle restaurants in Vlaanderen. Dat zijn er heel veel, het zijn er meer dan 25.000 die onze steun genieten.
Collega D'Haese, het zou u sieren mocht u ook eens de moeite doen om in de plaats van hier populistisch te orakelen, te lezen wat er in de subsidievoorwaarden staat. De voorwaarde voor die premie is dat je verplicht gesloten bent ten gevolge van de beslissing van de overheid. Als de overheid beslist om de verplichte sluiting op te heffen, dan is het een keuze om al dan niet open te gaan, en dan voldoe je niet aan de subsidievoorwaarden.
Als we in de voorbije weken ten gevolge van beslissingen van de Veiligheidsraad andere zaken hebben zien opengaan, zoals alle mogelijke winkels in de winkelstraten, kledingwinkels, winkels die geen voeding verkochten en die vroeger moesten sluiten, moesten we net dezelfde vragen stellen: zal er volk zijn, zullen die winkels überhaupt iets verkopen, hoe zal het gaan? We hebben talloze e-mails gekregen van mensen die beweerden nog niet de omzet van vorig jaar te draaien. In het begin zal dat voor onze cafés en restaurants ook wat moeilijk zijn.
Er zijn twee pistes mogelijk. In sommige landen, die veeleer ten zuiden van ons liggen, zie je dat alle mensen terug op de terrassen gaan zitten. Ik heb begrepen dat ook in Frankrijk de terrassen terug open zijn; ik heb een zeer naast familielid dat daar werkt en dat foto's doorstuurt over hoe het daar loopt. In andere landen gaat de horeca open en komt er geen kat. Laat ons dus hopen op mooi weer voor de komende periode, en laat ons hopen dat mensen terug de weg vinden naar onze restaurants en cafés, ook om de horeca te steunen. Het is ontzettend belangrijk dat dat effectief gebeurt.
Daarnaast ben ik niet ongevoelig voor de kritieken die er zijn. Ik ontken niet dat onze cafés en restaurants kwetsbaar zijn. Ook voor de coronacrisis zagen we dat er gemiddeld 3000 nieuwe starters per jaar zijn, maar dat er ook 1000 in faling gaan. Het is dus een sector die heel kwetsbaar is en met kwetsbare mensen werkt, een sector waar we dus heel omzichtig mee om moeten gaan, als we willen dat dat weefsel in Vlaanderen blijft bestaan.
Daarom ga ik er zeker mee akkoord om na te gaan op welke manier we wat extra steun kunnen geven, Vlaams en federaal. Sommige collega's doen hier suggesties voor maatregelen waar we geen impact op hebben. Op andere maatregelen kunnen we wel een impact hebben en dat zal in de komende dagen ook gebeuren, op een moment waarover de Veiligheidsraad nog aan het beslissen is en onder de voorwaarden waaronder dit mag gebeuren. Ik geef een voorbeeld: mag je op restaurant gaan enkel met je bubbel of mag je met veel meer mensen gaan? Voor de restaurants die 's middags lunches aanbieden en waar bijvoorbeeld wordt vergaderd op de middag, kan dat een wereld van verschil zijn om al dan niet rendabel te kunnen draaien. Zolang dat niet haarfijn vaststaat, kan je geen definitieve keuzes maken inzake mogelijke extra steun.
Collega’s, er wordt dus zeer intens overlegd met de sector. Er zijn al veel Zoom- of Teamssessies geweest. Ik hoor de PVDA met veel plezier zeggen dat zelfstandigen te veel belastingen betalen. Het is eerder zeldzaam dat dit gemeld wordt. (Applaus bij de N-VA. Opmerkingen van Jos D’Haese)
Dan hebben we allebei iets te lezen, mijnheer D’Haese. Maar u hebt ook wel wat te lezen, als ik u soms bezig hoor.
In elk geval is het een bijzonder dynamische sector. Dat is ook de reden waarom we heel dynamisch op hun zorgen hebben ingespeeld.
Ik denk dat het collega D’haeseleer was, die nog een vraag stelde over, of een suggestie had voor Sabam. Sabam heeft al beslist om een maand kwijt te schelden, maar we werken aan de verderzetting van een aantal maatregelen. Daarover wordt overlegd.
Tot slot was er nog een vraag over de handelshuur. Daarvoor hebben we het plafond nu opgetrokken tot 35.000 euro, omdat we vastgesteld hebben dat een aantal handelaars zeer hoge huurprijzen moet betalen. Er is een akkoord. Het Agentschap Innoveren en Ondernemen (VLAIO) zal dienen als loket. Die regeling is dus op muziek gezet. Dat betekent, zoals jullie weten, dat, als er een of twee maanden huur kwijtgescholden wordt, Vlaanderen een lening toestaat. Die lening moet pas binnen zes maanden terugbetaald worden – dat is toch wel van belang – en idem voor de intrest daarop.
Daarnaast, collega’s – dat is dan het volgende pakket vragen – zijn er ook een aantal generieke maatregelen rond de waarborgen, achtergestelde leningen enzovoort. Die zijn evengoed op onze cafés en restaurants van toepassing. Die staan niet geïsoleerd. Ook dat steunpakket zal de komende maanden voor deze zeer dynamische sector een rol spelen.
De heer D’haeseleer heeft het woord, voor één minuut.
Dank u wel, voorzitter. U begint me al op te jagen nog voor ik begonnen ben.
U kunt dat.
Minister, dank u voor het antwoord.
Inderdaad, ik denk dat we die Sabamtoestanden moeten uitbreiden tot de totale periode van de lockdown. Ik hoop dat daar positief nieuws over komt.
Minister, ik denk dat duidelijkheid heel belangrijk is om te vermijden dat mensen hun opgebouwde reserves opsouperen of dat de bestaande putten nog dieper worden. Ik vraag ook expliciet om die kafkaiaanse toestanden te herbekijken. Want ik heb het draaiboek gezien van Horeca Vlaanderen; dat is eigenlijk ondoenbaar voor de meeste horecazaken. Ik ben blij dat u hebt gezegd dat de horecabeleving tot het DNA van de Vlaming behoort. Ik denk dan ook dat we er alles aan moeten doen om die sector te redden.
Minister, het Vlaams Belang zal in ieder geval nooit aanvaarden dat het infuus waarmee we ook deze sector in leven hebben gehouden, vervangen zal worden door een strop. Want daar ziet het er op dit moment naar uit. Dat zou een onvergeeflijke fout zijn. Deze sector verdient veel beter dan dat. Ik dank u.
Perfect! Ik spreek me niet uit over de inhoud, maar wel over de tijd.
De heer Vanryckeghem heeft het woord.
Dank u, voorzitter. Ik heb daar niet meer zo heel veel aan toe te voegen. Ik ben vooral verheugd dat alle collega’s in dit halfrond, samen met mij, erg verlangen naar de spoedige heropening van de vele horecazaken. Ik ben inderdaad, minister, samen met u, aangenaam verrast te horen dat zelfs de collega’s van de PVDA vinden dat onze Vlaamse ondernemers deze steun hard verdienen. We hebben ooit het omgekeerde gehoord, maar goed, beter laat dan nooit. Ik hoop dan ook dat de Nationale Veiligheidsraad straks, uiteraard prioritair rekening houdende met de gezondheid van onze burgers, een zo soepel mogelijke heropening zal aankondigen.
Dank u, voorzitter.
Minister, ik snap niet waarom u over populisme begint. U hebt de maatregel van de hinderpremie omgevormd om daar een sluitingspremie van te maken voor bedrijven die verplicht gesloten werden als gevolg van de maatregelen van de Nationale Veiligheidsraad. Ik heb een heel simpel en constructief voorstel en dat is om die premie verder aan te passen, om die voorwaarden daarvoor opnieuw te veranderen en om die premie beschikbaar te maken voor zaken die zeggen dat het geen zin heeft om open te gaan op dit moment. Dat heeft niets met populisme te maken, minister, dat is een concreet en constructief voorstel.
Wat de belastingen voor zelfstandigen betreft, collega’s, moeten jullie gewoon beter opletten als wij iets zeggen. Wij kaarten al jaren aan – en heel terecht, denk ik – dat er grote multinationals zijn in dit land die weinig tot geen belastingen betalen. Minister, vorige week stond u nog op de foto met AB InBev, dat vorig jaar 0,0 procent belastingen betaalde. 0,0 procent! (Opmerkingen van Willem-Frederik Schiltz)
Daar is niets populistisch aan, dat zijn de cijfers, mijnheer Schiltz. Voor de zelfstandigen ligt de belastingdruk inderdaad heel hoog. Maar gelukkig, beste collega’s, is er één partij in dit parlement die een Vlaamse belasting afgeschaft heeft gekregen voor de zelfstandigen en dat is de PVDA, die de Turteltaks, die 1300 euro bedroeg voor frituuruitbaters, afgeschaft heeft gekregen, Wij hebben dat afgeschaft. Ik hoop dat jullie ons daar allemaal zeer, zeer dankbaar voor zijn. (Rumoer)
De actuele vragen zijn afgehandeld.