Verslag plenaire vergadering
Actuele vraag over de nieuwe sociale huurprijsberekening
Actuele vraag over de aanpassingen aan de nieuwe huurprijsberekening
Actuele vraag over de bijsturing en armoedetoets van de nieuwe berekeningswijze voor sociale huurprijzen
Verslag
De heer De Meester heeft het woord.
Minister Diependaele, wat heb ik u hier vorige week gezegd? (Rumoer)
Drie op de vier sociale huurders betalen sinds 1 januari meer door uw beleid. U lacht daar blijkbaar mee, maar het is door uw beleid dat sociale huurders meer betalen. Wat hebt u toen gezegd? ‘We gaan toch geen “studie” van de PVDA vertrouwen?’ ‘Bestaat die studie wel?’ ‘Ik ga me niet laten opjagen door de PVDA, ik wacht op de volledige cijfers.’ We hebben hier nu de volledige cijfers, collega’s. Raad eens wat er in die volledige cijfers staat. Raad eens? Dat drie op de vier sociale huurders meer betalen sinds 1 januari door het beleid van minister Diependaele. De feiten geven de PVDA gelijk.
Dat is niet de eerste keer en het zal zeker niet de laatste keer zijn dat dat gebeurt. U hebt ook een oplossing, minister Diependaele. U gaat een uitzondering voorzien voor 3000 gezinnen met inwonende kinderen met een handicap. Zij betalen nu 150 euro meer, en dat gaat u schrappen, minister Diependaele. Eindelijk, zou ik zeggen, want de oppositie vraagt dat al 4 maanden. Wij vragen dat al 4 maanden en nu ziet u het licht, omdat er zoveel protest is in de samenleving.
Alleen, minister Diependaele: dat volstaat niet. Want uit die ‘studie’ begrijp ik dat er in totaal 15.000 gezinnen zijn die meer dan 100 euro per maand meer betalen. Wat gaat u daaraan doen?
De heer Veys heeft het woord.
Collega’s, deze ochtend hoorden we op de radio dat het inkomen van meerderjarige kinderen met een handicap niet meer meegerekend wordt voor de sociale huurprijsberekening. Een bewijs dat de regering eindelijk het licht ziet en luistert naar de oppositie. Een opsteker voor ons.
Mensen en gezinnen die hun best doen en zorg dragen voor hun gezinslid met een handicap, worden een beetje ontzien. Dat kan enkel maar positief zijn. Volgens ons wordt hiermee een grote fout rechtgezet, een grote fout die wel kon worden vermeden.
Minister, ik herinner u er immers aan dat wij al in november een onderzoek vroegen naar de impact van die nieuwe sociale huurprijs, naar een simulatie, om te zien of die asociale gevolgen kon hebben, om te zien welke gevolgen daaruit zouden kunnen volgen voor kwetsbare mensen, die hun best doen. U wou toen echter niet luisteren. Dat was allemaal niet nodig.
U hebt die stijging voor mensen met een handicap toch laten plaatsvinden. U hebt blind op een knop geduwd en gezegd ‘we zullen wel zien wat dat geeft en we zullen achteraf bijsturen’. Na één maand moet u al bijsturen. Achteraf is de schade opgemeten, maar die was volledig te vermijden. Die schade is groot.
Ik heb goed geluisterd naar het interview deze ochtend. U doet nu alsof het opgelost is. U zet iets recht dat eigenlijk nooit had mogen gebeuren, maar we zien dat die huurprijs voor driekwart van die huurders nu wel degelijk is gestegen. De vraag is: is dat nu nog betaalbaar voor hen? Voor wie wel, voor wie niet? Daarvoor hebben we cijfers nodig.
We hebben inderdaad daarnet, om kwart voor drie, cijfers gekregen, cijfers die slaan op 76 procent van de sociale huisvestingsmaatschappijen (SHM’s), op 68 procent van de woningen. Geen volledige cijfers. Daarom mijn vraag: wanneer krijgen we nu die volledige cijfers? Wanneer gaat men die volledige, grondige analyse doen die u aankondigde deze ochtend? Enkele maanden, zei u. Wanneer kunnen we met de commissie, met de stakeholders, met de huurders bekijken hoe we dit kunnen verbeteren? (Applaus bij sp.a)
Mevrouw Smeyers heeft het woord.
Minister, collega’s, toch misschien nog even de context schetsen. De samenleving verandert snel. De woningmarkt verandert dus snel, de sociale woningmarkt verandert even snel. Daarom werd er in de vorige legislatuur beslist om de sociale huurprijzen te herzien, te herberekenen op basis van objectieve, rationele, correcte criteria, zoals inkomsten van álle huurders, de gezinstoestand, de aard, de kwaliteit, de ligging van de sociale woning: een correcter, objectiever systeem op basis van drie verschillende criteria. Laten we duidelijk zijn. Ik denk – ik kijk eens rond in het parlement – dat geen enkel rechtgeaard persoon, ook de collega’s achter mij niet, twijfelde aan de noodzaak om die huurprijzen voor sociale woningen te herzien, te corrigeren, in overeenstemming te brengen met het werkelijke inkomen van alle huurders in die sociale woning.
Voor drieduizend gezinnen bleek er echter inderdaad een ongewenst effect te zijn. Minister, u was ook niet te beroerd om dat te zeggen. Voor de zogenaamde bijwoners met een handicap – het is een raar woord – was er een ongewenst effect. De sociale huurder bij wie een meerderjarige persoon met een handicap woont, zag zijn sociale huurprijs plots disproportioneel de hoogte ingaan. U zag, samen met ons, samen met collega’s van meerderheid en oppositie, heel snel in dat een sociale correctie zich opdrong. U beloofde ook al vorige maand iets te zullen doen aan die ongewenste gevolgen, en wij horen nu van u heel graag hoe rechtvaardig uw rechtzetting is.
Mevrouw Moerenhout heeft het woord.
Minister, net voor Kerstmis kregen de sociale huurders slecht nieuws: hun huurprijs zou op een andere manier worden berekend. Dat betekende voor heel veel huurders, drie op de vier, zoals vandaag inderdaad blijkt, een forse verhoging, maar ook een plotse verhoging. Het klopt dat wij u vanuit de oppositie hadden gezegd dat u moest oppassen met zo’n plotse verandering, ondoordacht, zonder de berekeningen op voorhand te kennen. Het heeft echter niet gebaat. U hebt dat ingevoerd. Het is vandaag een maand later, en wat zien we? Week na week, dag na dag komen er nieuwe getuigenissen binnen van heel veel huurders die vandaag in de problemen zitten. Het grote probleem is dat er vandaag heel veel huurders zijn die een rekening in de bus krijgen die ze met de beste wil van de wereld niet kunnen betalen. Met die plotse, ondoordachte beslissing hebt u de sociale huurders in de steek gelaten.
De jongste dagen is echter gebleken dat niet alleen de sociale huurders zich in de steek gelaten voelen, maar ook onze Vlaamse steden en gemeenten. De voorbije dagen regende het kritiek in de media op u van diverse steden en gemeenten: Zwijndrecht, Laakdal, Willebroek enzovoort, noem maar op. Ze zeggen dat u de rekening naar hen doorschuift, aangezien sociale huurders die de rekening niet kunnen betalen, terechtkomen bij het OCMW, bij het centrum algemeen welzijnswerk, bij de verantwoordelijkheid van die lokale besturen, die daar vandaag niet de marge voor hebben.
Minister, mijn oproep is heel duidelijk: stuur die nefaste beslissing bij. Het is goed dat u de IVT al uit de huurprijs wilt halen, maar het moet breder. Er moet voor gezorgd worden dat elke sociale huurder die wil en die kan, zijn rekening kan betalen en dat de rekening niet doorgeschoven wordt naar de lokale besturen. Bent u daartoe bereid?
Minister Diependaele heeft het woord.
Mijnheer De Meester, zeker met u is het een fijn weerzien. Ik ben ook blij dat u onze cijfers blijkbaar goed hebt ontvangen. Vorige week heb ik u verschillende keren gevraagd naar uw ‘studie’. Ik heb u zelfs een mail gestuurd, met de voorzitter in cc, met de vraag naar die studie en zelfs het bewijs dat u die effectief hebt opgevraagd. Ik heb daar nooit antwoord op gekregen. Ik heb nooit iets gehoord. (Applaus bij de meerderheid)
Ik heb een zeer vriendelijk mailtje gestuurd, omdat ik vind dat die waarheid toch bekend mag zijn, maar u hebt er zelfs niet op geantwoord. U zegt daarnet dat uw cijfers juist zijn. In de krant spreekt u uitdrukkelijk over een stijging van gemiddeld 40 euro. Wij komen nu uit op een stijging van gemiddeld 29 euro. Dat is 38 procent meer. Dan komen zeggen dat uw cijfers juist waren: ik denk het niet!
Ik zal wat toelichting geven bij de cijfers. We hebben inderdaad nog niet alle cijfers binnen. Daar zijn twee redenen voor. Eerst en vooral moeten we die geanonimiseerd krijgen. Het kan niet dat wij zouden weten welke individuele huurder wat betaalt. Ten tweede moeten die ook verwerkt worden. Er zijn drie verschillende softwareleveranciers waar sociale huisvestingsmaatschappij meewerken. De heer Veys weet dat wel. Bij een daarvan is er blijkbaar een probleem. Er moeten dus nog heel wat berekeningen gebeuren om dat te laten draaien.
We hebben vrijdag de meeste cijfers binnengekregen. Gisteren hebben we op basis van 54 op 79 cijfers de beslissing genomen omdat op dat moment duidelijk was en het effectief onderpind was dat er zich een probleem voordeed. Ik heb u vorige week ook gezegd dat wij niet achterlijk zijn en dat we ter voorbereiding al heel wat opties hadden overlopen. Uiteindelijk blijkt een van die opties uit die cijfers.
Beste mensen, ik heb niet de luxe om op basis van mijn natte vinger beleid te voeren. We moeten dit kunnen onderpinnen met cijfers. De cijfers onderpinnen nu ook de keuzes die wij maken.
We zijn hier ook zeer snel gegaan. Vorige week was het voor u allemaal heel belangrijk om snel te gaan. Vrijdag hebben we die cijfers binnengekregen en gisteren hebben we de beslissing genomen. Ik ben trouwens mijn collega's van de Vlaamse Regering dankbaar dat ze dat met een elektronische procedure zo snel hebben laten gaan. Om u de vergelijking te geven: elk jaar moeten de sociale huisvestingsmaatschappijen hun cijfers binnenbrengen tegen eind januari. Normaal gezien gebeurt die verwerking tegen april. Nu hebben we het op een weekend en twee dagen gedaan. U kunt ons dus niet verwijten dat we traag zijn gegaan.
De beslissing die wij gisteren hebben genomen, gebeurde dus op basis van 54 op de 79 cijfers. De cijfers die u vandaag hebt gekregen, zijn 60 van de 79. We blijven dus constant bijwerken om up-to-date te zijn. De gemiddelde huur is gestegen van 311 euro naar 340 euro. Dat is 29 euro meer of 9 procent erbij. Voor alle duidelijkheid: dat is op een gemiddelde markthuurwaarde van de woning van 644 euro. Ik geef de onderverdeling: bij 27 procent is er een daling, bij 52 procent is er een stijging tussen 0 en 50 euro, bij 11 procent tussen 50 en 100 euro en bij 10 procent is het meer dan 100 euro. In de cijfers kunnen we nu ook zien dat de grootste stijgingen voornamelijk komen door de inkomens. (Opmerkingen van Tom De Meester)
Dat is nog niet aan u bezorgd omdat we dat moeten anonimiseren.
Ik heb u vorige week ook beloofd dat we met een grondige evaluatie zouden komen, maar die duurt een paar maanden. We weten nu – ik geef toe onder voorbehoud – dat het voornamelijk ligt aan het inkomen en voor een deel aan de stijging van de marktwaarde van de woning.
De logica die ik hier heb uitgelegd op basis van de drie criteria, meer bepaald de energiecorrectie, de marktwaarde van de woning en de inkomens die meetellen, blijft voor mij overduidelijk overeind. Iedereen is het er ook over eens dat die principes goed zitten. Op een bepaald moment heb ik hier ook uitdrukkelijk gezegd dat daar geen kritiek op was. Die kritiek is pas later gekomen. Pas later in het debat bent u kritiek op de criteria beginnen te geven.
Wat we hebben gezien, is dat er zich een probleem voordoet bij inwoners met een handicap. Wat hebben we gezien in de cijfers? Daar is een disproportionele stijging. Hoe groot was die? Dat ging zonder de bijsturing – dus het systeem dat in 2019 was uitgetekend – van 340 euro naar 495 euro. Dat is 155 euro meer of 46 procent.
Dat staat tegenover die 9 procent die normaal van toepassing is. Ik denk dat we het er allemaal over eens zijn dat daar een disproportionele stijging in zit. Nu, met de aanpassing die ik heb gedaan, en die ik straks ook zal toelichten – ze wordt ook verkeerd gekaderd, mevrouw Moerenhout – gaan we naar een stijging van 340 naar 364 euro. Dat is een stijging van 24 euro of 7 procent. Dus de gevallen waarbij er bijwoners zijn met een handicap stijgen maar 7 procent, de andere stijgen globaal met 9 procent.
Nu, welke twee aanpassingen hebben we gedaan? Het spijt mij, collega Veys, maar voor u moet dat pijn doen. U hebt zelf een voorstel van decreet ingediend in de commissie, en dat ging inderdaad enkel over die inkomensvervangende tegemoetkoming (IVT) die er zou worden uitgehaald, zoals mevrouw Moerenhout ook aanhaalde. Maar ik heb hier al gezegd dat je dat niet mag doen. Waarom niet? Omdat je daarmee een soort werkloosheidsval creëert. Je gaat daardoor mensen ontraden om te gaan werken. Ook mensen met een beperking kunnen een job gebruiken om aansluiting te vinden bij de samenleving. En u zou dat ontraden, door enkel en alleen die IVT eruit te halen.
Wat heb ik gedaan? Ik heb gezegd dat het volledige inkomen van bijwoners met een handicap er zou worden uitgehaald, natuurlijk ten belope van maximum die IVT. En dat is een veel ruimere maatregel die we nemen; daarmee gaan we veel verder. En nogmaals: ik wil er niet voor zorgen dat we mensen, ook mensen met een beperking, gaan ontraden om een job op te nemen. Dat doe ik niet. Ik heb u daarvoor verwittigd, maar jullie hebben toch dat voorstel ingediend. Wel, wij doen het wel. Wij gaan verder dan wat jullie hadden ingediend.
Een tweede maatregel die we nemen – die opmerking heb ik toen ook gemaakt – is het feit dat de referentiehuurder in het nieuwe systeem van 2019 niet werd aangepast. De berekening die voor de referentiehuurder gold bleef overeind. Maar wat had je wel? Een referentiehuurder die zorg draagt voor een bijwoner, een gezinslid met een handicap, doet eigenlijk aan een vorm van mantelzorg. Wat gaan we nu doen? De gezinskorting die de referentiehuurder krijgt voor een bijwoner gaan we verdubbelen als het gaat om een bijwoner met een handicap.
We doen dus een extra inspanning voor de referentiehuurders die aan mantelzorg doen. Ik denk dat dat twee maatregelen zijn die wel degelijk mogen worden gezien, en die de disproportionele stijging eruit halen. De rest van die aanpassing blijft overeind, en daar is ook geen speld tussen te krijgen. De logica achter die drie zaken die we aanpassen is beenhard.
Eerst en vooral is er de energiecorrectie. Mensen die een woning krijgen toegewezen met slechte energieprestaties betalen meer energiekosten. Dat is niet eerlijk tegenover mensen die in een energiezuinige woning zitten, en die dus minder energiekosten moeten betalen. Daarom voeren we een correctie in, en dat is maar logisch ook.
Als je ten tweede een woning hebt die van veel betere kwaliteit is, die veel beter gelegen is en eigenlijk gewoon een hogere marktwaarde heeft, dan moet dat ook worden meegerekend in die huurprijs. Dat is de logica zelve.
Ten derde: ik vind het wel degelijk logisch dat als mensen of jongeren – het gaat voornamelijk om mensen jonger dan 25 – een job en dus een eigen inkomen hebben, we dat wel degelijk meenemen in de berekening van die sociale huurprijs. Stel dat je een referentiehuurder hebt met een inkomen van bijvoorbeeld 1000 euro, en daarnaast heb je een referentiehuurder die ook 1000 euro verdient, maar die twee kinderen heeft met elk een job die 2000 euro netto opbrengt – 5000 euro in totaal –, dan kan je het niet maken om die hetzelfde te laten betalen. Je moet het inkomen van die jongeren die een job hebben dus ook in rekening nemen. Dat lijkt mij meer dan logisch. Dat zal trouwens ook op de private huurmarkt nodig zijn: mensen die van die woning gebruik maken, zullen in vele gevallen ook iets moeten bijdragen. Daar lijkt die redenering mij volledig overeind te blijven.
De basislogica is dat we die hele hervorming in gang hebben gezet omdat we vooral middelen willen hebben om de mensen te helpen die dat het meest nodig hebben. Dat blijft de basislogica van die hele aanpassing. Ik blijf daar ook volledig achter staan. (Applaus bij de meerderheid)
Minister Diependaele, u zegt dat de bijsturing van uw beleid onderstreept wordt door uw cijfers. Maar dat klopt natuurlijk helemaal niet, want u hebt nu een oplossing voor 3000 gezinnen, terwijl in uw rapport staat dat er voor 15.000 gezinnen een groot probleem is. Zij moeten immers meer dan 100 euro per maand bijbetalen.
Ik heb u gevraagd wat uw oplossing is, en u antwoordt daar niet op. Dat is natuurlijk een beetje typisch: u levert half werk. Dat is de zesjescultuur waar minister Weyts altijd over spreekt. Minister Weyts zal het erover eens zijn met mij dat we op het vlak van sociaal woonbeleid geen half werk kunnen aanvaarden, minister Diependaele.
Ten tweede is de marktwaarde wel degelijk een groot probleem. Vanmorgen stelde u in de krant dat u die gestegen marktwaarde vasthangt aan de correcte waarde van de woning. Dat is niet waar, en ter illustratie zal ik u het verhaal vertellen van Yvonneke. (Rumoer)
Ja, lach maar, lach maar, lach maar. Die mensen maken het wel mee hé, collega’s. Die moeten die gestegen huurprijs wel elke maand op tafel leggen, hé.
Ik zou beginnen over Yvonneke, want u hebt nog maar vijf seconden.
Ik kan haar verhaal zeer kort vertellen. Yvonneke woont in het Kiel in een woning die al tien jaar niet meer gerenoveerd is, maar de marktwaarde is wel met 135 euro gestegen. Er is niets aan die woning veranderd, maar de marktwaarde is wel 135 euro gestegen, waardoor Yvonneke 40 euro per maand meer betaalt. En ik heb de foto’s bij, minister Diependaele, voor mocht u het niet geloven. (Opmerkingen)
Dit is de keuken waar die mevrouw in kookt. Dit is kapotte elektriciteit. Dit is een kapotte boiler. (Tom De Meester toont de foto’s)
Mijnheer De Meester, u hebt straks ook nog uw slotrepliek.
Ik ga mijn slotrepliek daar niet aan wijden.
Minister Diependaele, hiermee zou u rekening moeten houden. Die mensen wonen in oude en kapotte sociale woningen, en daar doet u niets aan. U rekent die mensen bijkomende huur aan. (Applaus bij de PVDA)
Nu de rust is wedergekeerd, krijgt de heer Veys het woord.
Minister, u verwijst naar ons voorstel en vraagt ons of dat pijn gedaan heeft. Neen, dat heeft absoluut geen pijn gedaan. Integendeel, ik denk dat het vooral voor de meerderheid pijnlijk was, omdat u heel de zitting bij een volledige parlementaire bespreking aanwezig moest zijn, minister, en we drie keer hebben moeten schorsen. (Opmerkingen van minister Matthias Diependaele)
Ik denk niet dat wij het zijn die pijn ervaren.
Maar eigenlijk zegt u het verkeerd en zou u moeten zeggen: ‘Gelukkig hebben jullie een voorstel gedaan, mijnheer Veys.’ Wij willen namelijk de druk op de ketel houden, en kijk, we zijn nog geen twee weken verder en de aanpassing is er al. Ik zou zeggen: ‘Sterk werk van de oppositie.’ (Applaus bij sp.a, Groen en de PVDA)
Als wij het bovendien niet vermeld hadden, dan had u nooit vermeld dat u bezorgd was over personen met een handicap en sociaal wonen. Tot de oppositie erover begon en het er hier in het halfrond over begon te gaan, had u dat nog nooit gezegd, dus vergis u niet.
U doet nu alsof onze fractie akkoord gaat met de hervorming van de sociale huurprijzen. Ik zal u van die gedachte bevrijden: als het aan ons lag, dan zouden wij het geld niet zoeken bij de sociale huurders. Als het aan ons lag, dan hadden we dat niet zo ondoordacht ingevoerd. Als het aan ons lag, dan zouden wij er vooral voor zorgen dat sociaal wonen betaalbaar en sociaal blijft, want daar gaat het om: iets goeds doen voor mensen met een laag inkomen.
Maar we hebben die cijfers nodig, want die zijn nog niet volledig. Ik wil mijn vraag dan ook nogmaals herhalen. U zegt: ‘verschillende maanden voor de grondige evaluatie’. Wanneer zou die kunnen? Het liefst in de commissie. Ik heb gelezen dat de ombudsman ook nog vijftig dossiers over die markthuurwaarde aan het onderzoeken is. Ik denk dat dat toch ook een belangrijk element is om mee te nemen, dus laat ons die zo snel mogelijk samen bekijken en zien waar we nog meer kunnen bijsturen. (Applaus bij sp.a en de PVDA)
Als het aan mijnheer Veys lag, dan zou niemand nog betalen voor een sociale woning, maar ik kan mij inbeelden dat er dan veel minder sociale woningen zouden zijn. Het is net om aan zoveel mogelijk mensen een sociale woning te kunnen geven dat we moeten en ook mogen differentiëren en dat we sociale woningen toekennen aan wie dat het hardst nodig heeft. Of het nu Juleke, Yvonneke, Rachid, Fatim, Karim of Pieter is, de woningen moeten worden toegekend aan wie ze het hardst nodig hebben.
En ja, er was een ongewenst effect voor die zogenaamde bijwoners met een handicap. U hebt – en ik wil u feliciteren om uw politieke no-nonsenseaanpak – toegegeven dat er een sociale correctie moest gebeuren; u hebt op een maand tijd alle cijfers verzameld en u hebt de aanpassing gedaan, zoals beloofd.
Ik vroeg u om die aanpassing te rechtvaardigen in de letterlijke zin van het woord, en dat hebt u ook gedaan. De inkomens van personen met een handicap, of dat inkomen nu uit een inkomensvervangende tegemoetkoming (IVT) of uit arbeid komt, wordt niet of verminderd in rekening gebracht bij de inkomensgrenzen. Streng, rechtvaardig en onverwijld: zo heeft de N-VA het graag, voorzitter. (Applaus bij de N-VA)
Dat is heel goed, mevrouw Smeyers, maar u moet wel binnen de tijd blijven.
Mevrouw Moerenhout heeft het woord.
Minister, uw logica is allesbehalve beenhard. We hebben inderdaad de anomalie van de gehandicapte bijwoners. We zien ook dat u de energieprijs 2-maal doorrekent. We zien dat de marktwaarde, zoals mijn collega aanhaalt, verschillende keren fout is berekend. Dan komen we tot 15.000 gezinnen die meer dan 100 euro per maand extra moeten betalen.
In uw beleidsnota staat dat voor 1 januari een op de drie sociale huurders het einde van de maand al niet kon halen nadat men de huurprijs had betaald. Als daar nog eens bij komt dat vanaf 1 januari drie op de vier huurders nog meer moeten betalen – 15.000 mensen meer dan 100 euro – dan zegt het gezond verstand dat je op sociale drama's afstevent.
Jullie zeggen altijd dat sociale woningen moeten worden voorbehouden voor de meest kwetsbaren. Als u dat echt meent, dan voert u een armoedetoets uit op die nieuwe sociale huurprijzen. En dan kunt u direct objectiveren welke kwetsbare groepen er geraakt worden en welke niet. Mijn concrete voorstel is dus: voer een armoedetoets uit en zorg ervoor dat sociaal wonen een dam is tegen armoede, en geen reden om in armoede te vallen. (Applaus bij Groen en sp.a)
De heer Brusselmans heeft het woord.
Minister, collega’s, ik denk dat deze aanpassing niet een exclusieve pluim op de hoed van de minister of de regering moet zijn, maar ook niet van de oppositie. Deze aanpassing was broodnodig, en die werd commissiebreed gedragen.
Het uitgangsprincipe van de herberekening van de huurprijs kunnen wij ook alleen maar ondersteunen. Het lijkt mij logisch dat als er een extra inkomen is in het huis, de huurprijs daar ook naar wordt aangepast. Het lijkt mij ook logisch dat de aanpassing nu is gebeurd om die onregelmatigheden weg te werken. Desalniettemin moeten we hier nu geen goednieuwsshow brengen. Er zijn twee kanttekeningen te maken, die voor een stuk ook al gemaakt zijn door de collega's.
Ten eerste is er die 10 procent, de meer dan 100 euro die meer moet worden betaald per maand. We gaan moeten bekijken hoe dat precies komt in die gevallen. Maar ik begrijp dat we nog moeten wachten op concrete cijfers daarover. Dat wil ik ook gerust doen en daar nu geen grote uitspraken over doen.
Ten tweede is het zo dat wie meer betaalt, wel recht moet hebben op goede kwaliteit. En daar is nog heel veel werk aan als het over onze sociale woningen gaat. Maar daarover later zeker meer.
Mevrouw Jans heeft het woord.
Ook wij hebben altijd gepleit voor de bijsturing die gisteren is gebeurd. We waarderen dus zeker ook de snelle aanpassing en de duidelijkheid die u hiermee geschapen hebt, minister.
Verder lijkt het ons belangrijk om er bij eventuele toekomstige hervormingen over te waken dat er geen onbedoelde effecten zijn voor kwetsbare mensen en kwetsbare groepen. En zoals ik vorige week ook zei, kan de armoedetoets daarvoor een heel zinvol middel zijn.
De heer Vande Reyde heeft het woord.
Ik ga beginnen met een korte vraag aan iedereen hier en ook aan de kijkers thuis. (Opmerkingen. Gelach)
In Vlaanderen is het nu zo dat je een sociale woonst kunt huren voor gemiddeld 337 euro per maand. De reële huurprijs bedraagt 640 euro. Dat blijkt uit de nieuwe cijfers. 640 euro reële huurprijs, 337 sociale huurprijs: wie in deze zaal vindt dat onrechtvaardig, koud en kil? Wie vindt dat onrechtvaardig, koud en kil? Niemand. En dat blijkt dus uit deze nieuwe cijfers.
Minister, ik heb twee woorden voor uw handelen in dit dossier: enerzijds ‘rechtvaardig’ en anderzijds ‘een teken van goed bestuur’. In één maand hebt u een evaluatie gemaakt van het systeem op basis van de juiste cijfers – toch heel belangrijk – en hebt u ervoor gezorgd dat een onrechtvaardigheid voor een beperkte groep, die weggewerkt moest worden, weggewerkt is.
En beste leden van de oppositie, of jullie het nu gedaan hebben... ‘I’ve got news for you’: ik heb het ook gezegd, Vera heeft het ook gezegd, Tinne heeft het gezegd, Sihame heeft het gezegd. Alle partijen hebben gezegd dat er een aanpassing moest komen, alle partijen. Dus stop met dat te claimen in een opbod van ‘wij zijn het sociaalst’. Het is gewoon goed dat het gebeurd is. Minister, u hebt daar perfect gehandeld. Een welgemeend applaus van de leden van onze fractie die nog aanwezig zijn voor uw beleid daarover. (Applaus bij de meerderheid)
Dank u wel, mijnheer Vande Reyde. Ik krijg het zowaar warm, en eens niet onder mijn voeten, als ik hier sta.
Mijnheer De Meester, ik ken het geval van Yvonneke natuurlijk niet. Het is ook altijd gevaarlijk om in te gaan op individuele gevallen. Daarom heb ik ook gezegd dat ik ook mails gekregen heb met verhalen die mij wel degelijk aanspraken. Ik had het trouwens ook gezegd, mijnheer Vande Reyde, u bent mij nog vergeten te noemen. Maar die verhalen spraken mij ook wel aan, mijnheer De Meester.
Het punt is dat ik niet de luxe heb om met mijn natte vinger te reageren en beleid te voeren. Wij hadden die onderbouwde cijfers nodig en die hebben we. Ik ben geen statisticus maar zodra je er 54 van de 79 hebt, heb je er voldoende om te handelen. Dat hebben we zo snel als we konden gedaan.
Trouwens, u verwijst naar Yvonneke. Ik begrijp dat allemaal, maar Juleke moet nog gaan huren op de private huurmarkt en die betaalt de volledige 135 euro extra, hoor. De volledige meerwaarde van die woning gaat hij betalen. Nu staan we een stap dichter om hem ook te helpen want dit is er, mijnheer Veys, daarvoor kijk ik naar u, op vraag van de sociale huisvestingsmaatschappijen. De aangepaste berekening is er uitdrukkelijk gekomen op vraag van de sociale huisvestingsmaatschappijen op basis van een nota met als titel ‘Het hellend vlak.’ Zij hadden daarin aangeklaagd dat het financieringsmodel onder druk stond. Deze ingreep was nodig om dat systeem, waar collega Vande Reyde terecht naar verwijst, overeind te houden. Dan lijkt me dat deze aanpassing op basis van die drie principes heel correct en goed uitgewerkt is en dat dat klopt.
Mijnheer Veys, de heer De Loor kan het getuigen dat ik uit eigen wil gebleven ben in de commissie omdat ik zelf zonder blozen of blazen de verdediging van ons beleid wel zal opnemen. Ik heb daar geen enkel probleem mee. Daarom ben ik gebleven in de commissie. Ik heb u een paar weken geleden op de radio trouwens zelf horen zeggen toen het ging over de vraag of het niet normaal is dat het inkomen van bijwoners wordt meegeteld, was uw exacte citaat: “Ik kan daar inkomen.” Dat hebt u gezegd. U was daarin mee. U hebt die logica daar bevestigd.
Ik zal afspreken met de heer De Loor wanneer we met die cijfers kunnen komen. Ik hang nog wat af van een volledige bewerking van de VMSW. Zoals gezegd duurt die andere jaren tot april. We hebben nu al een deel van het werk gedaan. Ik hoop dat we dat sneller kunnen doen. Ik kan u daar nu geen datum van geven maar het is zeker geen enkel probleem om die helemaal te doorgronden in de commissie.
De armoedetoets is onrechtstreeks reeds gebeurd in die zin dat er een armoedetoets gebeurd is op de nieuwe definitie van het inkomen. Maar de aanpassing die wij nu doorvoeren, die twee punten, kan in elk geval geen verslechtering zijn. Dat kan alleen maar positief uitdraaien.
Ik heb nog wat tijd over, ik hamer er graag op dat het beleid dat wij voeren wat betreft de sociale huisvesting gericht is op die mensen die het het meeste nodig hebben. Als mensen dan een extra inkomen hebben, een groter inkomen, dan is het maar fair dat we de beperkte middelen die we hebben...
Het gaat trouwens om een half miljard euro per jaar. Een half miljard euro per jaar besteden we aan de kortingen waar de heer Vande Reyde het over heeft, namelijk het verschil tussen die 644 en 300 en zo veel, is een half miljard euro waarmee we de sociale tegemoetkoming doen. Wel die moet terechtkomen bij die mensen die het het meeste nodig hebben. Als er mensen zijn van wie het inkomen plotseling stijgt, of die een duurdere woning hebben, dan moeten we daar maar gaan kijken om te zorgen dat we meer ruimte hebben om Juleke die nog op de wachtlijst staat, te helpen. Dat is de bedoeling van deze aanpassing. Het is absoluut het beleid dat ik met hand en tand zal verdedigen. (Applaus bij de meerderheid)
Minister, als ik u een cijfer zou moeten geven voor uw beleid, dan vrees ik dat ik u toch zal moeten buizen. Maar ik zal u huiswerk meegeven. Ten eerste, misschien een opstel schrijven over de voorspellende waarde van steekproeven in PVDA-studies. Ten tweede, een armoedetoets op het geheel van die prijsverhoging: dat zou echt een goed idee zijn. Als u iets van mij niet wilt aannemen en ook niet van collega Moerenhout, dan kunt u het misschien van CD&V aannemen. U zit toch nog altijd in dezelfde regering. Ik vond een armoedetoets op die prijsverhoging een zeer goed voorstel van CD&V. Ten derde, minister, zorg alstublieft eens voor een deftige financiering voor de sociale huisvestingsmaatschappijen. Dan zouden wij niet 50 miljoen euro per jaar moeten gaan halen bij kwetsbare mensen met een klein inkomen. (Applaus bij de PVDA)
Concluderend, ben ik blij dat u bereid bent om de volledige cijfers te bekijken in de commissie. We zullen dat liefst in de vorm van een gedachtewisseling bekijken. Ik vind het aangenaam met u erbij in de commissie. Dat kan enkel het debat versterken.
Ik ben blij dat u uw fout hebt ingezien en ze wilt rechtzetten onder druk van de oppositie en ook onder druk van een partij van de meerderheid. Maar ik vind toch dat ze niet had mogen gebeuren. Dat blijft mijn centraal punt. De mensen waarop nu bespaard wordt, wanneer krijgen die hun geld terug? Ik hoop dat dat zo snel mogelijk gebeurt. U hebt nog advies nodig van de Raad van State voor het kan worden ingevoerd. Iedere dag dat ze langer moeten wachten op die rechtzetting, is een dag te veel.
Laat één ding duidelijk zijn: we moeten streven naar betaalbaar wonen. Sociaal wonen moet zowel betaalbaar als sociaal zijn voor gezinnen met lage inkomens. (Applaus bij sp.a)