Verslag plenaire vergadering
Verslag
De heer Daniëls heeft het woord.
Minister, u sprak in verband met de havencapaciteitsuitbreiding voor containers over de ‘kwadratuur van de cirkel’. Ik heb geleerd dat uitdrukkingen, ook voor studenten in het hoger onderwijs, niet zo eenvoudig zijn. De kwadratuur van de cirkel wil eigenlijk zeggen dat u er toch in geslaagd bent om een probleem dat onoplosbaar werd geacht, op te lossen, meer bepaald het verzoenen van de omgeving, Doel en de noodzaak aan uitbreiding van de capaciteit voor containers om te vermijden dat de economische capaciteit zou verdwijnen naar Le Havre en Rotterdam. Er wordt ook gezorgd voor gepaste mobiliteit.
Er zijn eigenlijk twee spelers in het verhaal. Als enerzijds de goederen daar niet geraken of niet weg geraken en als anderzijds het Waasland en de Antwerpse regio volledig worden verstikt omdat er geen beweging meer is, dan is dat voor niemand goed.
Minister, ik ben blij dat al deze evenwichten in het ontwerp van voorkeursbesluit zitten: én de haven, Waaslandhaven en de Antwerpse haven, én de mobiliteit, én de volledige instandhoudingsdoelstellingen, én het behoud van Doel. Alvast proficiat daarvoor.
In het Waasland zitten we momenteel al met een aantal verzadigde wegen, zoals de N450, N403, N451 en de expresweg E34. Een van de zaken daarin is de westelijke havenontsluiting die er nog niet is. Die zou ervoor zorgen dat het havenvervoer niet door de dorpen rijdt, maar rechtstreeks op de E34 wordt gezet, zodat het zo goed als onmogelijk wordt om toch te kiezen voor de N403, N451 en N450 door de dorpen. Eigenlijk had die weg er al moeten liggen bij de ontwikkeling van het Deurganckdok. Nu staat dit erin, en daar ben ik blij om.
Minister, hoe komt het dat die weg er nog niet ligt, terwijl iedereen ervan overtuigd is dat deze er al zou moeten liggen?
Minister Weyts heeft het woord.
Dit is een complex project in de praktijk. Voor de aanleg van die weg is een ruimtelijk uitvoeringsplan nodig. Er is ook de facto een koppeling aan de problematiek van de E34. Het eerste luik, namelijk het ruimtelijk uitvoeringsplan, is gekoppeld aan het verhaal van extra containercapaciteit in Antwerpen. Alles met betrekking tot de E34 maakt deel uit van het haventracé, en is dus gelinkt aan het Toekomstverbond en aan de Oosterweelwerken.
Men heeft in het verleden gepoogd om in het kader van extra containercapaciteit voor Antwerpen een ruimtelijk uitvoeringsplan in te dienen. Dat is aangevochten en men is er een beetje met de grove borstel doorgegaan. Actiegroepen hebben zich verzet en het gevolg was een vernietiging door de Raad van State van het ruimtelijk uitvoeringsplan. We zijn dus eigenlijk van nul moeten herbeginnen.
Ik heb geprobeerd om het samen met Freddy Aerts, de projectverantwoordelijke, via een complexeprojectendecreet anders aan te pakken en de dialoog te zoeken. Dat heeft bloed, zweet en tranen gekost en heel veel diplomatie, maar we zijn wel geslaagd in de kwadratuur van de cirkel. Het is vanzelfsprekend een broos compromis en we moeten nog verschillende stappen zetten, maar ik ben wel heel blij en fier dat we al zo ver zijn. Het zorgt ook voor de juridische onderbouw. Met dit compromis verschaffen we de uitbreiding van die containercapaciteit in Antwerpen juridische soliditeit, en dat is het belangrijkste in de hele discussie.
Ik hoop dat zo snel mogelijk kan worden gestart met de procedure inzake het ruimtelijk uitvoeringsplan. In het kader van het openbaar onderzoek hebben we met betrekking tot het negende alternatief al het mogelijke gedaan om dit dossier op het goede spoor te zetten. Het Waasland wint hierbij, in die zin dat we verschillende mobiliteitsdossiers die al lang lagen te sudderen, hebben gekoppeld aan deze problematiek. We hebben ze gebruikt om voor de mobiliteit in de Antwerpse regio en het Waasland stappen vooruit te kunnen zetten.
Minister, het is inderdaad de verdienste van dit complex project dat alle verschillende disciplines zijn samengebracht. Er lagen inderdaad heel wat mobiliteitsdossiers te sudderen, zoals de westelijke ontsluiting, de busbanen op de N70 in Beveren, de ANPR-trajectcontroles en het plaatsen van camera's om ervoor te zorgen dat er geen sluipverkeer is.
Het lag allemaal wat te sudderen in dat Waasland. Ik ben blij dat het is toegevoegd. Het staat letterlijk in de nota, op pagina 36 voor degenen die geïnteresseerd zijn. Er is ook een volledige tabel toegevoegd, met de waterbus, een fietsbrug over de E34, de parallelwegen en de westelijke ontsluiting. Minister, het is zeer goed dat het gekoppeld is om het draagvlak maar ook de leefbaarheid van de dorpen en de haalbaarheid van de capaciteit te waarborgen. Het is nu zaak om ervoor te zorgen dat ze ook samen verder ontwikkelen.
Minister, op welke manier kunnen we ervoor zorgen dat ze gestaag samen verder ontwikkelen?
De heer De Meyer heeft het woord.
Voorzitter, minister, ik wil onze collega bedanken om de westelijke havenontsluiting van de E34 onder de aandacht te brengen. Het is een belangrijk punt, minister.
Het mobiliteitsplan van de Wase burgemeesters omvat echter heel wat meer. Het valt mij op hoe tergend traag dit dossier vooruitgaat. Ik wil ook nog eens wijzen op de noodzaak van spoorontsluiting, meer mogelijkheid om scheepvaart te creëren, de mogelijkheden via pijpleidingen.
Voor mij en voor het Waasland – dat is toch wat ik hoor –, is een duurzame oplossing van de mobiliteitsproblemen dringend noodzakelijk voor er een zinvolle verdere economische ontwikkeling van de haven kan gebeuren.
Dit is de vraag die leeft in het Waasland: geen loze beloften, maar effectieve daadkracht.
Een aspect dat ook nog vervat zit in het hele verhaal, is de verbinding van de E34 met de N70. Dat maakt er ook deel van uit en was een vraag die lag te sudderen. We hebben dit ook gekoppeld aan het ECA-dossier (Extra Containercapaciteit Antwerpen). Het samen ontwikkelen, is vanzelfsprekend. Ik heb er zelfs voor gezorgd dat de westelijke ontsluiting van de Waaslandhaven al voorzien is in het investeringsprogramma. De middelen zijn dus voorhanden. Ik hoop dat we op vlak van ruimtelijke procedures een ‘go’ kunnen krijgen en dat we zo snel mogelijk zullen kunnen schakelen. Ik kan enkel maar vaststellen dat veel sudderende vragen uiteindelijk een oplossing zouden kunnen krijgen dankzij het ECA-dossier en dankzij het compromis dat we hebben bereikt.
Minister, ik dank u voor de duidelijkheid die u schept. We moeten samen ontwikkelen. Het kan niet zijn dat er een havencapaciteitsuitbreiding komt zonder dat er verkeer naartoe kan op of dat alle verkeer door de dorpen in het Waasland – Beveren, Sint-Gillis-Waas, Stekene, Nieuwkerken, Vrasene, Sint-Niklaas – blijft rijden. Het is een goede zaak. Het is letterlijk mee opgenomen, dat is een tweede goede zaak.
En een derde punt is dat die dossiers nu niet liggen te sudderen, maar warm worden gemaakt. Ik ben heel blij om te horen dat u de nodige middelen hebt voorzien voor de westelijke ontsluiting, want dat is meestal het probleem: we willen wel iets, maar de middelen zijn er niet. U hebt die middelen voorzien en ik kan er alleen maar dankbaar voor zijn.
Collega's, ik denk dat het een zaak is van het Vlaams Parlement om de gestage ontwikkeling en het samen ontwikkelen van de havenuitbreiding en mobiliteitsoplossingen verder op te volgen. (Applaus bij de N-VA)
De actuele vraag is afgehandeld.