Verslag plenaire vergadering
Verslag
Mevrouw Taeldeman heeft het woord.
Minister, het is hier al vaak gezegd, Vlaanderen is koploper in Europa als het om sorteren en recycleren gaat. Tal van middenveldorganisaties willen nog een stap verder gaan: ze hebben deze week de Statiegeld Alliantie opgericht. Dat is een heel breed platform dat ijvert voor de invoering van statiegeld op blikjes en plastic flessen. Onder andere Test Aankoop, KVLV, Limburg.net en tal van andere organisaties willen ons duidelijk maken dat zwerfvuil een doorn in het oog is van heel veel Vlamingen en dat de kostprijs om elke dag zwerfvuil te ruimen gigantisch is.
Studies tonen aan dat blikjes en plastic flessen massaal voorkomen in het zwerfvuil langs onze straten, pleinen, autowegen, weiden, in de waterwegen en de zee. Conform het regeerakkoord heeft de Openbare Afvalstoffenmaatschappij (OVAM) een impactanalyse gemaakt. Afgelopen week keurde de Senaat een resolutie goed met een warm pleidooi voor de invoering van statiegeld op blikjes en plastic flessen.
Minister, wat is uw reactie op deze Statiegeld Alliantie?
Minister Schauvliege heeft het woord.
Deze Vlaamse Regering wil alle zwerfvuil, en niet alleen blikjes en flessen, aanpakken. Dat staat heel prominent in het regeerakkoord. Op basis daarvan hebben we twee initiatieven genomen. We hebben een grondige studie laten uitvoeren naar het effect van het invoeren van statiegeld. We hebben beslist dat we in 2018 de knoop zullen doorhakken of we al dan niet statiegeld zullen invoeren. Intussen voeren we twee jaar lang een stevige campagne met acties op het terrein, zoals die van de Mooimakers. Eén van die initiatieven bestaat erin verenigingen te stimuleren, die acties tegen blikjes, plastic flessen en zwerfvuil opzetten, door ze incentives en financiële tegemoetkomingen te geven. Dat is maar één van de voorbeelden, maar het gaat ook om handhaving en alles wat daarbij komt kijken.
Volgend jaar zullen we die bijkomende inspanningen evalueren en kijken wat het resultaat daarvan is op het terrein. Als het resultaat onvoldoende is, zal de Vlaamse Regering beslissen wat de volgende stap is. Dat kan een producentenverantwoordelijkheid zijn, waardoor producenten van blikjes en plastic flessen meer moeten opdraaien voor het opruimen van zwerfvuil dan vandaag het geval is, maar dat zou ook het statiegeld kunnen zijn. We zijn volop bezig dat uit te rollen zodat wanneer de regering in 2018 die beslissing neemt, alles klaar en duidelijk op de tafel ligt.
Dat een aantal organisaties zich verenigen tegen zwerfvuil, daar kan ik enkel tevreden over zijn. Hoe meer Vlamingen ervan overtuigd zijn dat dit absoluut niet thuishoort in de natuur, hoe beter dat is.
Persoonlijk ben ik voorstander van statiegeld. Laten we op basis van de afspraken die we hebben gemaakt binnen de Vlaamse Regering ook definitief die knoop doorhakken.
2018 wordt dus een cruciaal jaar. We verwachten de analyse rond de proefprojecten pmd die op dit moment onder meer in Aalter en in Mechelen worden uitgerold.
We verwachten van het Vlaams Parlement ook een heel sterk plan van aanpak voor de bedrijfswereld. En we verwachten de resultaten van nieuwe metingen van zwerfvuil in Vlaanderen. Deze plannen en analyses zijn allemaal onlosmakelijk met elkaar verbonden, wat nodig is om tot een beslissing over het statiegeld te komen.
Minister, de grote impactanalyse van OVAM pleitte voor een uitrol van het statiegeld over het hele land, over het hele grondgebied. Zijn er al gesprekken gevoerd met de andere gewestregeringen?
De heer Tobback heeft het woord.
Minister, ik wil een belangrijke bron citeren die gisterenavond liet weten dat er een enorm draagvlak blijkt te zijn voor statiegeld. Liefst 88 procent van de bevraagde Belgen schijnt vóór te zijn. De invoering van statiegeld zou leiden tot 40 procent minder zwerfvuil. Minister, dat was uw boodschap op Facebook. Als we weten dat naar uw mening 88 procent van de Vlamingen ervoor is, en we weten tegelijkertijd dat zwerfvuil ettelijke miljoenen euro per jaar kost en tot een vervuiling in ons milieu leidt die gedurende jaren – als het met plastic niet over decennia en nog langer gaat – aanwezig en hinderlijk zal blijven, dan is de vraag eigenlijk waarom u nog wilt wachten op het misschien overtuigen van die laatste 12 procent. Waarom doet u het niet gewoon nu? Als het draagvlak volgens uw eigen standpunt zo groot en stevig is, waarom blijven we dan nog al te lange tijd het probleem in stand houden in plaats van het aan te pakken?
De heer Danen heeft het woord.
Er zijn over dit thema al heel wat debatten gevoerd. Daarover is ondertussen alles al gezegd. Alle studies zijn gevoerd.
Waarom komt u dan nog tussen? (Gelach)
Daar komt nog eens bij dat het momentum rijp is om er werk van te maken. Er is inderdaad een draagvlak. Die laatste 12 procent zult u toch niet kunnen overtuigen. Minister, waar wacht u nog op?
De heer Vandaele heeft het woord.
Allereerst charmeert het mij dat organisaties uit Nederland en Vlaanderen hier blijkbaar samen tot een standpunt komen. Ik ben altijd blij wanneer die twee elkaar vinden.
Minister, er bestaat nog altijd een federale verpakkingsheffing. Ik dacht dat dat 300 miljoen euro oplevert. Als wij nu aan Vlaamse kant dat statiegeld invoeren, komen wij dan op gespannen voet met die federale regeling, of moet er eerst worden afgestemd?
Mijnheer Tobback, ik vind het hartverwarmend dat u vriend bent van mij op Facebook en dat u dat allemaal zo nauwgezet opvolgt. Waarvoor dank. Dat is toch wel iets wat mijn dag helemaal opfleurt, dat u fan bent van mij op Facebook. (Gelach)
Collega’s, alle gekheid op een stokje. We hebben een impactanalyse gemaakt. We hebben die heel grondig bestudeerd en ook besproken in de commissie. Mijnheer Tobback, u weet maar al te goed dat een van de conclusies van die impactanalyse was dat als je vandaag beslist om het statiegeld in te voeren, het nog twee jaar zal duren vooraleer het effectief kan. Daarom heeft de Vlaamse Regering beslist om het volledig uit te rollen en om alles klaar te zetten. Er zijn stemmen die zeggen dat we een beter alternatief hebben en dat we veel betere resultaten zullen hebben op het terrein als we op een andere manier te werk gaan en al het andere zwerfvuil daar ook in meenemen. Daarom hebben we die twee gecombineerd. We bereiden de uitrol al voor, maar ondertussen bekijken we ook, gedurende die twee jaar, het alternatief. Laat dat in werking treden, en laat ons zien of het effectief leidt tot minder zwerfvuil. Dan kunnen we in 2018 zien wie er gelijk heeft en wat het beste systeem is. Dan kunnen we de keuze maken. De Vlaamse Regering heeft heel terecht deze optie genomen. Wij staan daar allemaal achter en ze wordt nu verder op die manier uitgevoerd.
Er moet inderdaad ook overleg gepleegd worden met de andere gewesten. Het meest gemakkelijke systeem is natuurlijk eenzelfde systeem in heel België, zowel Brussel, Wallonië als Vlaanderen. Dat gebeurt volop. Dat gebeurt op ambtelijk niveau, waar ook de verschillende teksten worden uitgewisseld. Dat is niet altijd even gemakkelijk, omdat er ook wel een aantal verschillende visies zijn, maar in ieder geval wordt dat op die manier ook verder ingevoerd.
Collega Vandaele, ook het federale niveau is in dezen van belang. Dat bleek ook uit die impactanalyse. Ook daar zijn er gesprekken. In de loop van volgend jaar zal er ook een nieuwe overeenkomst moeten worden afgesloten met Fost Plus. Ik denk dat gezamenlijk zal moeten worden bekeken hoe we dat aanpakken. Eén geïsoleerde maatregel, zo is alvast mijn overtuiging, kun je niet geïsoleerd zien. Je moet dat in zijn geheel zien, om voldoende effect te hebben op het terrein. Want daar gaat het natuurlijk om. We kunnen allerlei discussies hebben over wat nu het beste systeem is. Voor mij is het beste systeem wat op het terrein het meeste resultaat geeft, waardoor we minder zwerfvuil hebben. Daar gaat het om. Dat is ook waar het om draait in deze Vlaamse Regering. In 2018 zullen we ook de juiste keuzes maken, zodanig dat er minder zwerfvuil is in Vlaanderen. Dat staat in het regeerakkoord. Dat staat ook in mijn beleidsnota. Dat staat ook in de beleidsbrief. En in die zin zullen we dat ook verder uitvoeren.
Bedankt voor uw bijkomende antwoorden, minister. Collega’s, we stellen vast dat het maatschappelijke draagvlak voor het invoeren van statiegeld op blikjes en plastic flessen elke dag groter wordt. Collega Tobback verwijst daarvoor zelfs naar de Facebookpagina van de minister. Het is onze taak dat iedereen, van consument tot producent, zijn of haar verantwoordelijkheid opneemt en dat we een kordaat antwoord bieden op de zwerfvuilproblematiek in Vlaanderen. Het moet onze ambitie blijven om de lat hoog te leggen, zodat we Europees koploper blijven op het vlak van afvalbeleid.
De actuele vraag is afgehandeld.