Verslag plenaire vergadering
Verslag
Mevrouw Van dermeersch heeft het woord.
Minister, de voorbije dagen was er heel wat commotie over de voordrachten van de salafistische prediker Ali Houri. Hij pleit er onder meer voor dat moslims plaatsen zouden vermijden waar muziek wordt gespeeld en waar alcohol wordt geconsumeerd. Dat zijn in onze Vlaamse samenleving heel wat plaatsen, als u het mij vraagt.
Bovendien raakte ook bekend dat diezelfde prediker geld inzamelt voor terreurverdachten. Via de media vernam ik dat die voordrachten, of toch enkele ervan, zouden worden georganiseerd door de Vereniging voor Ontwikkeling & Emancipatie van Moslims (V.O.E.M.). Dat is merkwaardig, omdat die vereniging door de Vlaamse overheid onder uw departement, minister, wordt betoelaagd op basis van het decreet op de sociaal-culturele volwassenwerking. Eigenlijk werken we daardoor mee aan de verspreiding van extreme islamitische boodschappen. Het heeft er dus alle schijn van dat hier belastinggeld wordt misbruikt voor de verspreiding van islam-fundamentalistische boodschappen.
Minister, hoe zit dat met die betoelaging van V.O.E.M.? Welke initiatieven zult u hier nemen?
Minister Gatz heeft het woord.
Dank u voor de vraag. Vooraleer ik er concreet op antwoord, wil ik toch aangeven dat de vrijheid van meningsuiting in het algemeen in onze liberale democratie een te koesteren goed is. Het onderscheidt ons van andere samenlevingen. Het vraagt van ons een zeker vermogen om om te gaan met meningen die afwijken van de gangbare normen. Dat doe ik soms met uw meningen, mevrouw Van dermeersch, en u met de mijne. Dat wou ik toch even als kompas stellen.
Ik antwoord concreet op uw vraag. Ik wil ten stelligste afstand nemen van de inhoud en de organisatiewijze van de voordrachten waarover u het heeft. Er is daar een segregatie van mannen en vrouwen. En dan is er de stelling dat muziek duivels zou zijn. Ik kan als minister van Cultuur alleen maar zeggen dat muziek veeleer hemels is.
Wat ga ik concreet doen? Ik zal de vereniging onder wier organisatorische verantwoordelijkheid de lezingen hebben plaatsgevonden een onderzoek aansmeren. Het was tot dusver een goede organisatie. Zij bestaat al enkele decennia. Zij is gegroeid uit islamleerkrachten die enerzijds moslims wegwijs willen maken in onze Vlaamse en Europese samenleving, en anderzijds informatie willen bieden aan niet-moslims over de islam in de zeer brede zin van het woord, breder dus dan enkel het godsdienstige element.
Wat nu is gebeurd, roept inderdaad vragen op. Het is inderdaad zo dat het huidige decreet inzake het sociaal-cultureel werk, waaronder zij gesubsidieerd worden, gegrondvest is op het Europese Verdrag van de Rechten van de Mens. Zo staat het in dat decreet, en we hebben het trouwens nog geëxpliciteerd in het nieuwe decreet. Er is ook de door dit parlement kamerbreed aangenomen resolutie in het kader van het radicaliseringsdebat. Er staan daar dus een aantal dingen op gespannen voet.
Mevrouw Van dermeersch, het enige wat ik tot nu toe weet, is dat de koepel zegt dat de voordrachten niet met zijn medeweten waren georganiseerd. Daar ga ik mij nu in detail van vergewissen. Er komt dus een onderzoek. Ik zal dan uiteraard in tweede orde de subsidiëring toetsen aan de gevolgen van het onderzoek.
Minister, dank u voor uw antwoord.
Ik wil eerst wel duidelijk stellen dat er een duidelijk verschil is met mijn partij, het Vlaams Belang: wij respecteren alle democratische principes en rechtsregels. Wij roepen niet op tot haat. Wij schenden geen regelgeving. Wij roepen niet op tot mensenrechtenschendingen, in het bijzonder de schending van vrouwenrechten, waarop ikzelf binnen het Vlaams Belang specifiek toezie. Uw sneer is wat dat betreft compleet ongepast.
Ten tweede vind ik het goed dat u zegt dat u een onderzoek gaat starten. Ik vraag mij af waarom dat nu pas begint. V.O.E.M. kwam in het verleden al meermaals in opspraak, ook wegens allerlei bedenkelijke initiatieven met Vlaams belastinggeld. Het Vlaams Belang heeft dat al meermaals aangeklaagd. Wij hebben al meermaals gevraagd om dat te laten stoppen in onze samenleving.
Ik geef een voorbeeld: het sponsoren van een vereniging van een communistisch gemeenteraadslid in Antwerpen die oproept om een hoofddoekenverbod, een wettelijk hoofddoekenverbod, te negeren in Antwerpen. De vereniging heeft ook geld afgeleid naar de vrouwenbekeerlingenorganisatie Al Minara. Dat is trouwens blootgelegd in ‘In Godsnaam’ door Annemie Struyf.
Wie wenst aan te sluiten?
Mevrouw Van dermeersch, uw minuut is al lang om.
Neen, nu pas.
Dan moet u hier misschien in mijn plaats komen zitten. Dat is misschien beter.
Graag. Als u het cordon sanitaire zou opheffen, zou dat tenminste kunnen ook.
Ik vraag gewoon om een democratisch principe toe te passen.
Mevrouw Sminate heeft het woord.
Minister, er is inderdaad zoiets als vrijheid van meningsuiting. Ik ben ervan overtuigd dat noch wij, noch de lokale besturen zich hierin moeten mengen, hoe dom of hoe absurd wij de uitspraken die ze verkondigen, ook vinden, tot het moment natuurlijk dat het gaat over het oproepen tot haat of geweld. Dan moet er worden opgetreden. De minister die daarvoor bevoegd is, was daarover gisteren in de commissie ook heel duidelijk.
We stellen vast dat deze organisaties subsidies krijgt. Allemaal goed en wel, maar we merken nu ook dat deze organisatie niet voldoet aan onze waarden en normen. U hebt het gezegd: het decreet wordt aangepast. Ze moeten daaraan voldoen. Ik vind dat u daar niet helemaal duidelijk over bent geweest. Hoe zult u hiermee omgaan in de volgende subsidieronde als het over deze organisatie gaat? (Applaus bij de N-VA)
De heer De Gucht heeft het woord.
Het spreekt voor zich dat de waarden en de normen gerespecteerd moeten worden. We moeten ze ook kunnen toetsen. Ik zou dan ook willen oproepen om tot een veel duidelijker communicatie, ook met de federale overheidsdiensten, inzake radicale stemmen te komen en tot een dialoog te komen.
Het is ook algemeen bekend dat met de doorlichting van dergelijke vzw-structuren een en ander fout loopt. De vzw-structuren worden trouwens herbekeken. Er moet een betere doorlichting komen en we moeten ervoor zorgen dat Vlaams belastinggeld niet wordt gebruikt om radicale stemmen aan het woord te laten. Als we naar een maatschappij willen gaan die multicultureel is en waar de dialoog heerst in plaats van de monoloog, dan moeten we niet vertrekken vanuit een religie maar vanuit de gemeenschappelijke waarden en normen.
Mevrouw Kherbache heeft het woord.
Minister, ik zou u eerst willen bedanken voor uw helder antwoord. Er is vrijheid van meningsuiting, en die moeten we koesteren, hoe verwerpelijk de meningen ook zijn. Daarnaast moeten organisaties die publieke middelen gebruiken of publieke ruimtes gebruiken, grondrechten respecteren. Dat u daar uitleg over vraagt, lijkt me evident.
Wat ik wel de laatste dagen heb gehoord en gezien, is dat een staatssecretaris, een minister, van mening is of beweert dat er effectief haatpredikers zijn geweest in Genk. Wekenlang. “In Antwerpen waren er wekenlang haatpredikers aan het werk.” Mijn vraag is dan of het niet hoog tijd wordt dat men in plaats van alleen verontwaardiging te uiten, ook effectief de bestaande wetten die er zijn op het federale niveau ten aanzien van haatpredikers, toepast. Ik ben het eigenlijk wel beu om iedere keer opnieuw verontwaardiging te horen, maar geen actie, als het dan effectief zo zou zijn. Bewijs het dan en toon het aan, in plaats van alleen in de media verontwaardiging te tonen. (Applaus bij sp.a)
Mevrouw Van dermeersch, met de hand op het hart wil ik u zeggen dat het geen sneer was die ik toewierp in het begin van mijn betoog. Ik heb gewoon willen aangeven wat de vrijheid van meningsuiting betekent voor een liberale democratie in het algemeen. Ik weet dat wij niet van dezelfde overtuiging zijn, maar deze keer wou ik het als uitgangspunt van mijn antwoord geven.
Wat gaan we nu concreet doen? Dat is wat mevrouw Sminate vroeg. Ik heb duidelijk aangegeven dat er een ad-hoconderzoek komt naar dit incident. Of dat gevolgen zal hebben of niet, daar ga ik nu nog niet op vooruitlopen, want ik wil graag eerst de resultaten van dat onderzoek hebben.
Mijnheer De Gucht, het is wel degelijk zo dat er in elke beleidsperiode twee keer een grondig onderzoek is van elke sociaal-culturele organisatie in Vlaanderen, een visitatie en dan een evaluatie of een beoordeling van de plannen. Ik ga op dit ogenblik het onderzoek niet vermengen met de dossiers die in de toekomst worden ingediend. Dat wil ik nu gewoon heel punctueel bekijken.
Dat kan relatief snel gebeuren, mevrouw Sminate, in een aantal dagen of weken. Ik heb trouwens in het verleden al een etnisch-culturele federatie de subsidies ontnomen wegens autoritair leiderschap, niet in overeenstemming met de letter en de geest van het decreet en ook wegens financiële malversaties. Maar, zoals ze dat in het Brussels zeggen, ‘ik hang daar niet altijd penskes aan’, dat is in alle stilte gebeurd. Als het moet, gaan we het doen, maar ik wil mensen wel een eerlijke kans geven. Van een vereniging die tot nu toe een goede tot relatief goede beoordeling heeft gekregen, wil ik nu haar uitleg horen. Er bestaat ook zoiets als het recht op verdediging. Waarom wist zij niet dat bepaalde van haar afdelingen dergelijke activiteiten organiseren? Dat is de hamvraag.
Dat zal nu gebeuren. Ik denk dat het correct is, zowel algemeen politiek als volledig in overeenstemming met de uitvoering van het decreet.
De lijst die ik opsomde van de dossiers van die vereniging uit het verleden die al in de media gepubliceerd zijn en waar mijn collega's hier al ook over tussengekomen zijn, is bekend. Wat was de reactie op die dossiers? In mei van dit jaar heeft de Vlaamse Regering de subsidies voor etnisch-culturele organisaties verhoogd, waaronder de V.O.E.M. Ze krijgen bijvoorbeeld dit jaar meer dan 40.000 euro extra bovenop wat ze al kregen. Dat zal iets van een 280.000 euro zijn, Vlaams belastinggeld dat misbruikt wordt om moslimfundamentalisten te sponsoren en jihadverheerlijkers te financieren. Dat is geld dat niet gebruikt wordt voor integratie maar tegen ons en tegen onze Vlaamse cultuur. Dat kan niet. Er zijn voorbeelden genoeg uit het verleden.
Dat u nu beslist om een onderzoek in te stellen, verwondert mij, maar het is al een stap in de goede richting. Maar er zijn veel dossiers in het verleden die u al langer hadden moeten wakker schudden. U had al langer maatregelen moeten nemen, want er wordt haat gezaaid tegen ons, met alle gevolgen van dien, zoals terreuraanslagen. Ook de heer Ali Houri heeft onder andere geld ingezameld voor terreurverdachten. Dat zijn allemaal feiten die gekend zijn. De gevolgen in Zaventem en in de metrostations in Brussel zijn ook gekend. Minister, doe iets! (Applaus bij het Vlaams Belang)
De actuele vraag is afgehandeld