Verslag plenaire vergadering
Verslag
De heer Janssens heeft het woord.
Minister, u hebt ongetwijfeld het nieuws gehoord dat initiatiefnemers in Gent de vergunning op zak hebben voor het bouwen van wat men, naar eigen zeggen, de grootste moskee van Vlaanderen noemt. Die moskee zou worden gebouwd op het terrein van een oud tractiestation in de Gentse wijk Rabot, een tractiestation trouwens dat een beschermd monument is en dat plots omgebouwd zou worden tot een moskee. Het is bovendien een Fatih-moskee en dat is veelzeggend, want Fatih betekent veroveraar. Het verwijst naar een Turkse veroveraar en dat is wat er gebeurt: een oude Vlaamse, Gentse wijk die stilaan veroverd wordt door Turkse allochtonen, door de islam.
Het gaat over een complex van 2500 vierkante meter, met twee minaretten van 23 meter hoog, groene minaretten, en ook dat is alweer symbolisch: groen is de kleur van de islam, en de minaretten staan symbool voor de overheersing door de islam.
Minister, ook verontrustend, is dat het een project is van iets meer dan 6 miljoen euro, dat naar eigen zeggen betaald zou worden met privégiften. We moeten ons geen blaasjes laten wijsmaken: we weten dat het om een Diyanetmoskee gaat, een Turkse staatsmoskee, en dat die dus waarschijnlijk met Turks geld betaald zal worden. Minister, dat moet ons ten zeerste verontrusten, en ook u, want u hebt in eerdere debatten over Diyanetmoskeeën in Vlaanderen gezegd: Diyanet draagt bij aan polarisatie binnen de Turkse gemeenschap en dat mogen we in Vlaanderen niet tolereren. Inderdaad, minister, dat mogen we niet tolereren. Dus wil ik u vragen hoe dit bijdraagt tot de integratie. Hoe gaat u ageren tegen de bouw van een dergelijke megamoskee die alleen maar zal bijdragen aan de islamisering en aan de polarisatie en net de integratie waarvoor u bevoegd bent, zal tegenwerken?
Minister Homans heeft het woord.
Dank u wel, voorzitter, voor deze vraag over een moskee in Gent.
Vanuit mijn bevoegdheid in deze Vlaamse Regering, mijnheer Janssens, kan ik zeggen dat het wat mijn bevoegdheid betreft, enkel gaat over het al dan niet geven van een erkenning. Ik kan u zeggen dat de betreffende lokale geloofsgemeenschap geen erkenning heeft en ook geen erkenning heeft aangevraagd. Zo is mijn antwoord.
Minister, alweer een teleurstellend antwoord. Mocht ik een journalist zijn geweest die u komt interviewen voor een dagblad, dan had u waarschijnlijk zeer stoere uitspraken gedaan. Maar wanneer u hierover in het parlement wordt bevraagd, dan bent u wel minder veelzeggend, of is uw stilte misschien net veelzeggend.
U hebt in het verleden verwezen naar de Diyanetmoskeeën in Vlaanderen, zeggende dat dat waanzin is, dat we dat niet mogen subsidiëren en dergelijke meer. Wel, dan verwacht ik van u toch wel wat meer dan te zeggen dat er geen erkenning is aangevraagd en dus laten we die megamoskee verder maar met rust en laten we de bouw van die megamoskee maar met rust. Als het niet uw bevoegdheid is, minister, heb dan de moed om contact op te nemen met uw federale partijgenoten, met minister Jambon bijvoorbeeld, en met minister Geens en andere federale collega's die wel de bevoegdheid hebben om de bouw van deze moskee tegen te gaan. Dat is wat ik denk dat uw kiezers, dat de Vlamingen van u zouden mogen verwachten. Wanneer Erdogan moskeeën wil bouwen, dan moet hij dat maar doen in Turkije, maar niet hier, niet in Vlaanderen. (Applaus bij het Vlaams Belang)
Minister Homans heeft het woord.
Zoals ik daarnet al heb gezegd, voorzitter, heb ik een bevoegdheid in dezen en die gaat over de erkenning. Ik heb heel duidelijk gezegd: ze waren niet erkend. U weet dat het een erkende lokale geloofsgemeenschap is die verhuist. Ze waren niet erkend en hebben ook geen erkenning aangevraagd. Mijnheer Janssens, u kunt natuurlijk met uw hoofd schudden, maar van elke zaak maakt u een karikatuur, maakt u een opbod, en ik doe daar niet aan mee.
Minister, als u denkt dat ik er een karikatuur van maak, dan nodig ik u uit om eens naar de Facebookpagina van de voorzitter van die moskee te gaan kijken. Daar wordt, allemaal in het Turks, Erdogan verheerlijkt, worden tegenstanders van Erdogan met haat bejegend en dergelijke meer. Dus, minister, stel ik vast dat er in Vlaanderen nog altijd twaalf Diyanetmoskeeën zijn die erkend zijn door de Vlaamse overheid, die daardoor nog steeds belastinggeld ontvangen, die gesteund worden in hun werking door de lokale besturen en die helemaal met rust worden gelaten. Minister, we zullen ter plaatse het verzet organiseren samen met de bevolking in de buurt van die moskee. Ik roep u en uw partijgenoten op, niet alleen in Gent maar ook in de Vlaamse en in de Federale Regering, om u aan te sluiten bij ons verzet, om ons samen te verzetten tegen die verdere islamisering van Vlaamse volkswijken. (Applaus bij het Vlaams Belang)
De actuele vraag is afgehandeld.