Verslag plenaire vergadering
Verslag
De heer Sanctorum heeft het woord.
Minister, het is een beetje een lastige week voor leefmilieu. We hebben de discussie over de kwetsbare bossen, we hebben daarnet ook het debat gevoerd over de saneringsbijdrage en over de vraag of die wel juist wordt ingezet. Ook wat het klimaat betreft, is het op zijn zachtst gezegd ook wel bijzonder lastig. Nochtans is er veel engagement, ik twijfel daar niet aan. De volledige Vlaamse Regering is in gang geschoten. Er worden klimaattoppen georganiseerd, de minister-president zelf neemt dit in handen, en er is een klimaatresolutie goedgekeurd in dit parlement. Aan engagement is er dus geen gebrek. Alleen blijkt het bij een papieren engagement te blijven.
Vandaag zien we dat de prognoses die onze administraties indienen bij de Europese Commissie, bar slecht zijn. Tegen 2030 halen we ongeveer hetzelfde percentage broeikasgasreductie als tegen 2020. Dat blijft dus vrij constant tussen 2020 en 2030. Nochtans moet de inspanning net verdubbelen in die periode. Minister, wanneer zal de Vlaamse Regering nu echt gaan voor een trendbreuk op het vlak van klimaatbeleid?
Minister Schauvliege heeft het woord.
De gegevens die u naar voren brengt als het grote nieuws, zijn natuurlijk niet nieuw. We hebben al altijd gezegd, en het is ook al vaak in het Vlaams Parlement aangehaald, dat we zien en weten – en dat is trouwens ook al gerapporteerd in de Vlaamse Regering een hele tijd geleden – dat we onze doelstellingen richting 2020 halen, maar dat, als we de doelstellingen na 2020 willen halen, bijkomende inspanningen nodig zijn. Dat is juist de reden waarom we een klimaattop hebben georganiseerd in Vlaanderen, waar een Klimaat- en Energiepact is afgesloten. Dat gaat over nieuwe engagementen die nog niet in die cijfers zitten. Trouwens, u hebt het over de cijfers tot 2015. De engagementen die we hebben genomen, gaan over de klimaattop die in 2016 heeft plaatsgevonden en die moeten nu worden doorgerekend.
Ondertussen is er ook de Klimaatresolutie van het Vlaams Parlement en zijn er de conclusies van de Senaat. Er zijn inderdaad heel veel nieuwe engagementen die nog niet zijn doorgerekend in de cijfers. We hebben ook nog geen eigen doelstelling voor na 2020. Europa moet nog altijd aan de lidstaat België een doelstelling opleggen. We zijn op dit moment volop aan het werken aan een nieuw klimaatbeleidsplan die de periode 2030 zal omvatten, met al een doorkijk naar 2050.
Het is dus niets nieuw, we weten dat. Juist daarom hebben we de klimaattop georganiseerd. Alle bijkomende engagementen van de Vlaamse Regering samen met alles wat in de Klimaatresolutie staat, moeten gestalte geven aan de bijkomende inspanningen die we moeten doen.
Het is een beetje een eigenaardig antwoord in die zin dat u eigenlijk zegt dat de prognoses die vandaag bij de Europese Commissie zijn ingediend, niet helemaal correct zijn. U zei ook: ‘We weten het al lang.’ Dat is zo, we weten het inderdaad al heel lang. Twee jaar geleden bijvoorbeeld, moesten we ook prognoses indienen bij de Europese Commissie, op 15 maart 2015. Dat zijn bijna exact dezelfde prognoses. Dat betekent dat in die twee jaar eigenlijk nauwelijks iets is veranderd.
Minister, het wordt steeds moeilijker om die doelstellingen te halen. Dat beseft u ook. Naarmate we dichter bij 2020 en 2030 staan, wordt het lastiger. Dat betekent dat deze Vlaamse Regering, als ze niet echt in gang schiet in de praktijk, een loodzware taak doorschuift naar de volgende Vlaamse Regering.
De heer Tobback heeft het woord.
Minister, het is niet om naar u een steen te gooien, maar ik wil een zeer grote bezorgdheid uitdrukken die erop neerkomt dat hoe langer we wachten en hoe trager het gaat, hoe moeilijker het wordt. Uit de cijfers van de voorbije jaren – dat weten we allemaal en u wijst er terecht op – blijkt dat het te traag gaat. Het ging de voorbije twee jaar te traag, het gaat op dit moment te traag.
De klimaattop is een mooi initiatief en ik sta nog altijd achter de Klimaatresolutie, en ik hoop dat dat voor de rest van het parlement ook geldt, maar het moet sneller. Hoe langer we wachten, hoe moeilijker het wordt en hoe meer last we doorschuiven naar later, naar een volgende regering, naar een volgende generatie, naar een volgende Vlaamse belastingbetaler, die, indien we ons engagement niet halen en puntje bij paaltje komt, daar financieel voor zal opdraaien. Ik wil toch een absolute oproep lanceren om zo snel mogelijk, zo hard mogelijk, en zo ver mogelijk te gaan. Dat is iets waar deze regering het bijzonder moeilijk mee heeft in veel gevallen, maar alstublieft, neem die verantwoordelijkheid.
De heer Danen heeft het woord.
De cijfers waarvan sprake zijn toegelicht op de klimaattop van Marrakech. Blijkbaar waren de cijfers een jaar of twee geleden soortgelijk. Minister, ik maak me er echt heel veel zorgen over, vooral omdat u er blijkbaar fier op bent dat alles geleidelijk gaat. U zei recent nog, in Veto van deze week, dat, als we resultaat willen boeken, we dat geleidelijk moeten doen. Gelooft u echt dat we onze doelstellingen op vlak van klimaat zullen halen als we dat allemaal geleidelijk gaan aanpakken? Ik denk dat de tijd van geleidelijkheid stilaan voorbij is.
De heer Vandaele heeft het woord.
De heer Sanctorum zei het al: de plannen zijn er, de engagementen zijn er, er is de Klimaatresolutie van dit parlement – een zeer ambitieuze resolutie. Nu komt het er inderdaad op aan dingen te doen, dingen uit te voeren. Daar is ook deze meerderheid zich ten volle van bewust. De N-VA is in elk geval bereid daar hard aan mee te werken.
Mevrouw Taeldeman heeft het woord.
Mijnheer Sanctorum, ik heb niet gehoord dat de minister de prognoses in vraag stelt. Ik hoorde in haar antwoord wel dat het Klimaatakkoord van Parijs moet worden geïmplementeerd en moet worden vertaald in nationale doelstellingen. Er zal werk worden gemaakt van een nieuw Vlaams klimaatbeleidsplan voor de periode 2020-2030. Alle acties die tijdens de Klimaattop werden aangekondigd en de aanbevelingen van onze eigen Klimaatresolutie zullen in dat klimaatbeleidsplan worden opgenomen. Minister, wanneer zal Europa onze doelstellingen bezorgen, zodat we snel kunnen beginnen aan de opmaak van ons klimaatbeleidsplan?
Mevrouw De Vroe heeft het woord.
Wij, zoals de hele wereld, staan voor enorme klimaatuitdagingen. Het Vlaams Parlement heeft een mooie, ambitieuze Klimaatresolutie aangenomen. Uiteraard is het nu zaak om die om te zetten in daden. We verwachten dus een grote inspanning van het beleid. Ik kijk erg uit naar de initiatieven van de Vlaamse Regering. Mijn partij zal daar haar steentje toe bijdragen.
Voorzitter, collega's, ik zei al dat we tegen 2020 onze doelstellingen zullen halen, maar we zullen het in de periode nadien als regio moeilijk krijgen. Dat is geen nieuw gegeven. Het heeft de Vlaamse Regering en ook het Vlaams Parlement ertoe aangezet om bijkomende initiatieven te nemen.
De cijfers die u citeert, zijn overigens voorlopige cijfers. U doet alsof die definitief zijn. Dat is uw goed recht, en op die manier probeert u de klimaatmoeheid nog wat aan te wakkeren. In de praktijk is het zo dat we op de Klimaattop erg concrete extra maatregelen hebben afgesproken. Die kunnen nog niet in de cijfers weerspiegeld zijn, want die cijfers slaan op het jaar 2015. Dat geldt ook voor de impact van het Klimaatfonds. Business as usual is dus niet ons leidmotief.
De Vlaamse Regering heeft samen met het Vlaams Parlement, aan de hand van de Klimaatresolutie, heel wat concrete extra beslissingen genomen. Die worden vanaf nu uitgerold. Denk onder meer aan het witboek Beleidsplan Ruimte Vlaanderen. Het is slechts één van de extra maatregelen om ervoor te zorgen dat we een tandje bijsteken. Hier beweren dat we niets extra ondernemen, klopt echt niet. Het Klimaatbeleidsplan loopt tot 2020. We werken aan een plan dat ook in de jaren nadien zal zorgen voor de uitrol van extra maatregelen, bovenop wat in 2016 is beslist. We krijgen het moeilijk na 2020, maar het is evenzeer waar dat we niet bij de pakken blijven zitten. De klimaattop had precies tot doel extra maatregelen te nemen. De uitrol is volop bezig, in samenwerking met de middenveldorganisaties.
Ik besluit met een oproep. Leer uit uw eigen beleid. Op een gegeven moment kwam er een Vlaams Klimaatbeleidsplan, voor de periode 2013-2020. U weet ook dat de implementatie ervan moeizaam liep. Ik zal de details niet opnieuw verwoorden, we hebben er meermaals over gedebatteerd.
Met het volgende plan hebben we de tijd niet meer. Integendeel zelfs, we moeten voor 2020 in actie schieten om de doelstellingen tegen 2030 echt te halen. Minister, ik reken daarop.
De actuele vraag is afgehandeld.