Verslag plenaire vergadering
Verslag
Algemene bespreking
Dames en heren, aan de orde is het ontwerp van decreet tot gedeeltelijke omzetting van richtlijn 2005/36/EG van het Europees Parlement en de Raad van 7 september 2005 betreffende de erkenning van beroepskwalificaties.
De algemene bespreking is geopend.
De heer Van Malderen heeft het woord.
Ik wil heel kort het stemgedrag van onze fractie toelichten. We hebben een goede, gedetailleerde bespreking van het ontwerp van decreet gehad in de commissie. Het betreft een heel letterlijke omzetting van een Europese richtlijn. Er is weinig marge genomen om er een eigen invulling aan te geven. Toch blijft er een groot vraagteken, namelijk waar het gaat over de titel beroepsbekwaamheid, waarover de minister te kennen heeft gegeven om daar vandaag nog aan te werken. ‘Werken’, dat kan natuurlijk twee richtingen uit gaan: aanpassen, dan wel heel principieel dat vehikel in vraag stellen. Het is net wegens die openstaande vraag dat we ons zullen onthouden. De concrete invulling van dat gegeven zal deze letterlijke omzetting van de Europese richtlijn immers een heel definitieve en bepalende draai geven, als ik het zo mag uitdrukken. Vandaag is het koffiedik kijken. Daarom zullen we ons onthouden.
De heer Parys heeft het woord.
Het is inderdaad een omzetting van een richtlijn, maar het is een belangrijk onderwerp, zoals de heer Van Malderen al aangaf. Immers, aan de ene kant gaat het over het principe van de vrije concurrentie en aan de andere kant over de bescherming van de consument, via de voorwaarden die we opleggen aan ondernemers.
De doelstelling moet zijn om de prijzen naar beneden te halen, de competitiviteit te verhogen en het aantal jobs te doen stijgen. Waar de heer Van Malderen aan refereert, is de vraag wat er met het attest bedrijfsbeheer gaat gebeuren. De bespreking in de commissie was bijzonder duidelijk, namelijk dat er in geen geval, en dat is ook het uitgangspunt dat de minister heeft gezegd te zullen hanteren, een discriminatie mag ontstaan van Vlaamse ondernemers ten opzichte van hun collega’s in de rest van de Europese Unie die zich hier zouden kunnen komen vestigen en zich niet aan dezelfde voorwaarden moeten houden. Als dat het uitgangspunt is, dan hopen wij vooral op het feit, en dat hebben we in de commissie ook gezegd, dat er aanmoedigingen worden ingebouwd aan ondernemers die willen beginnen, om zich voldoende te scholen en zo beslagen op het ijs te komen.
Mevrouw Christiaens heeft het woord.
Met het ontwerp van decreet, dat enkel de horizontale omzetting van de Europese richtlijn – waar we als Vlaanderen aan moeten voldoen – betreft, hebben we uiteraard geen enkel probleem. We hebben dat ook in de commissie gezegd. We gaan het zeker goedkeuren. We hebben erop gehamerd – en de minister gaat dat ongetwijfeld meenemen – dat er zou worden geijverd om een samenwerkingsakkoord met de andere deelstaten tot stand te brengen, zodat de richtlijn ook van toepassing is op heel het grondgebied.
De kwestie van de verticale omzetting, waar de heer Van Malderen naar verwees, betreft de eventuele wijzigingen van de vestigingsvoorwaarden. Hoe gaan we daar verder mee omgaan? Onze vestigingswet ent zich op twee pijlers, namelijk enerzijds de preventieve bescherming voor ondernemers en anderzijds de bescherming van de consumenten. Het regeerakkoord spreekt over een actualisering van de vestigingswet. Voor de CD&V-fractie is een actualisering, een hervorming, een modernisering zeker aan de orde. Het schrappen van de voorwaarden lijkt ons minder aan de orde, maar dat werd in de commissie ruimschoots toegelicht. We wachten het overleg af dat u met de sectoren voert. We dringen erop aan dat het overleg secuur verloopt en dat waar nodig op maat wordt gewerkt, idem wat betreft hoe het verder moet met de verplichte opleiding basiskennis bedrijfsbeheer. De initiatieven die de minister daarin neemt, kunnen we dus verder ondersteunen. Uiteraard kunnen we met dit ontwerp van decreet akkoord gaan.
Minister Muyters heeft het woord.
Vandaag is het effectief alleen de omzetting van de Europese richtlijn. Er is eigenlijk ook geen marge, want we moeten die omzetting doen. We zijn al laat – te laat – door het feit dat dit niet voorbereid was voor de zesde staatshervorming. We zijn wel de eerste binnen de landsgrenzen, maar het is juist dat we er bij de collega’s op moeten blijven aandringen dat zij het uitvoeren en dat er een samenwerkingsakkoord rond kan worden afgesloten, wat noodzakelijk is. Vlaanderen kan dit wel uitvoeren, maar het samenwerkingsakkoord is nodig om de richtlijn conform Europa om te kunnen zetten.
Tweede punt. Wat betreft de besprekingen die lopen, heb ik een overzicht gegeven in de commissie. Er zijn 27 beroepen die vandaag een bescherming genieten. Daar hebben we ondertussen al meer dan 46 gesprekken mee gedaan. We proberen daarin tot een goed evenwicht te komen, dat onze eigen ondernemers niet discrimineert ten opzichte van buitenlandse ondernemers, maar waar op een of andere manier ook voldoende bescherming is voor de consument. Dat moet daarvoor niet in de vestigingswet zijn of in de kwaliteitsvoorwaarden. Dat kan ook elders zijn. Die gesprekken lopen, en zoals ik in de commissie heb gezegd, hoop ik dat ik die vrij snel kan afronden. Ik zal dan met een nota naar de Vlaamse Regering gaan, en als die door de regering is goedgekeurd, kunnen we dat uiteraard vóór de omzetting in de nodige ministeriële besluiten bespreken in de commissie. Vandaag kan ik moeilijk van de 27 verschillende beroepen en sectoren de stand van zaken geven. Dat zou enkel de dialoog bemoeilijken.
Vraagt nog iemand het woord? (Neen)
De algemene bespreking is gesloten.
Artikelsgewijze bespreking
Dames en heren, aan de orde is de artikelsgewijze bespreking van het ontwerp van decreet.
De door de commissie aangenomen tekst wordt als basis voor de bespreking genomen. (Zie Parl.St. Vl.Parl. 2016-17, nr. 1021/3)
– De artikelen 1 tot en met 46 worden zonder opmerkingen aangenomen.
De artikelsgewijze bespreking is gesloten.
We zullen straks de hoofdelijke stemming over het ontwerp van decreet houden.